anöeRsens spRookjes-qanzenBORÖ Het Heilig Kerstmisgilde houdt schone traditie levend KERSTMIS 1959 DE LEJDSE COURANT PAOINA 2 Herinnering aan middeleeuwen in Haarlems nieuwe kathedraal CHARITAS EN LIEFDEMAALTIJD Waar worden 's winters 34 behoeftigen ge durende 12 weken bedeeld met grutterswaren en wordt in de zomer aan 13 bejaarde dames- zonder-middelen een rijtoer, gevolgd door een maaltijd, aangeboden? Dit gebeurt alleen nog in Haarlem en het H. Kerstmisgilde uit de 14e eeuw is er verantwoordelijk voor. AL EENS in de gelegenheid was, de architec- tonische schoonheden in zich op te nemen van het pronkjuweel van het Haarlemse diocees: de rijzige ka thedrale basiliek van St. Bavo aan de Leidsevaart, die monumentaal de functie van haar eerbiedwaardige voorgangster, de oude St. Baaf op de Grote Markt, heeft overgenomen en een rijke overkoepeling vormt boven de huidige bisschopszetel, zo iemand is ogen te kort gekomen bij het zien en verwerken van alles waarmee deze hoofdkerk haar buitenste en binnenste fraais tentoonstelt. U zult, als u op u zelf bent aangewezen, het ge voel krijgen van de vreemdeling in Jeruzalem. Zonder gids komt u er niet uit, blijft het maar dwa len. Maar het is een boeiend dwalen; u proeft er de schoonheid, die de moderne kunst voortbrengt, én u vindt herinneringen aan oude kathedralen in tiental len kapellen in de zijbeuken en in een krans achter het hoogkoor. En zo zult u staan in het noorder transept voor de treden, die voeren naar een hogere beuk met een ka pel, welke het gezicht draagt van deze tijd: aan het einde een strak, stijlvol altaar, artistiek gedreven lichtkronen, gebrandschilderde ramen en rijen banken waarin de gelovigen 's zondags gekeerd staan naar het hoogaltaar in het midden van de kerk. Een kapel gewijd aan de H. Familie ruim vijftig jaar oud, maar het verlengstuk vormend van een geschiedenis, die er gens in de 14e eeuw een aanvang nam. Hier is het, dat wij stil blijven staan en ons laten vertellen over een historie, die enig in ons land is. Als het mogelijk was zouden in de kapel van de H. Familie de eeuwen op u neerzien. Ze zouden er alle reden toe kunnen hebben, want in deze kapel is een traditie vastgelegd welke andere overleveringen ruim schoots verslagen heeft en overleefd. U staat op het grondgebied van het Heilig Kerstmisgilde. LIET WAS IN de tijd, dat de Kerstkribbe zijn entree maakte bij het gelovige volk. St. Frans van Assi- sië had een visioen het wonderbaar gebeuren van de Kerstnacht concreet voor zich gezien en met pau selijke goedkeuring werd de geboorte van Christus voor de christenmensen aanschouwelijk gemaakt in het stalletje, zoals wij het thans kennen. De aandacht voor het Kerstgebeuren had nieuw leven gekregen. In Haarlem inspireerde de kribbe zelfs tot een nieuw idee. Er waren daar enige vrome lieden, die „die salighe gheboorte Christi ter eren" een broederschap stichtten die zij in de vorm van een „gilde" goten. Vierenvijftig Haarlemse mannen en vrouwen richtten het „Cors- ghilt" op, zoals blijkt uit een rijm, dat afgedrukt staat onder een door de gildebroeder Jacob Adriaensz. Maetham voor het gilde in 1606 gegraveerde prent. Dit idee was, wij zeiden het reeds, nieuw. Niet nieuw evenwel was het doel, dat zij met dit gilde beoogden: het beoefenen van de christelijke charitas, wat vroe ger nog „liefdadigheid" heette. De 54 hielden eenmaal per jaar agapè een liefdemaaltijd, waarop aan 13 be hoeftige Haarlemse oude van dagen goed werd gedaan. Overigens had deze agapè nog een bijdoel, n.l. het ver stevigen van de band tussen de gildebroeders en gilde- zusters. Nog steeds, na eeuwen, bestaat het Kerstmisgilde uit 54 personen, dit is in de reglementen vastgelegd. Het lidmaatschap was erfljjk en stond open voor Haarlem mers van alle rang en stand. In de loop der tijden is even wel de adel de gelederen gaan uitmaken, door de moge lijkheid van koop van het recht van successie. Dit is zo gebleven. Alleen het Haarlemse element is groten deels verdwenen. Er zijn nog maar een paar Haarlem mers in het Gilde o.w. mr O. P. F. M. Cremers, de huidige burgemeester en de heren Heerkens Thijssen. De meeste overige gildeleden wonen buiten de bloe menstad, tot in het buitenland toe. De eerste zetel van het H. Kerstmisgilde was de Kerstkapel in de oude St. Bavo, óók naast het noorder transept. Met middeleeuwse ijver zorgden de gilden leden voor de aankleding en meubilering van hun ka pel. Ze hadden een eigen Kerst-kapelaan en een eigen koster, die tevens fungeerde als „kaersdregher". Het grote feest van het Gilde was natuurlijk Kerstmis, wanneer er een luisterrijke H. Mis werd gezongen, maar de gildeleden deden meer: wekelijks werden drie Missen gelezen voor de stichters en overleden le den. Op Kerstmis, het feest van S. Joannes de Doper en Onnozele Kinderendag (Alrekinderendach) werden ge zongen Missen gecelebreerd. Op 28 decembe. was het feest in de Kerstkapel voor de koorknapen van de St. Baaf. f"\E HERVORMING was niet bevorderlijk voor de bloei van het Kerstmisgilde. De katholieken werden uit de St. Baaf verdreven en het altaar van het gilde werd verwoest. Het gilde dook onder en begon een schuilbestaan in een Haarlemse statie. Maar de schuil- jaren konden het leven in het gilde niet doden, hoewel het aantal H. Missen tot een minimum was geslonken. Het Kerstmisgilde sukkelde zo voort tot 1823, toen drie baronnen, onder wie de toenmalige gilde-deken, de missen weer vastlegden op eenmaal per week, op Kerstmis, Onnozele Kinderen en St. Jan. Via de St. Jozefkerk, die in de vorige eeuw vanaf het herstel van de kerkelijke hiërachie tot kathedraal was gedoopt, kwam uiteindelijk het Kerstmisgilde in de nieuwe St. Bavo, waar het weer ging bloeien als weleer. Nog steeds zijn er de 54 gildebroeders en -zusters, die, geprikkeld door het voorbeeld van hun voorvaderen-in- het-gilde, alles in het werk hebben gesteld, de kapel die voor hen werd gereserveerd het aanzien te geven, het H. Kerstmisgilde waardig. Het resultaat kunt u nu zien. De aankleding van de kapel is verzorgd door befaamde kunstenaars: het altaar is van Mari Andries- sen, de ramen en de 4 kostelijke kronen zijn van Han Bijvoet en onlangs is de kapel voltooid met een prach tige bestuursbank van de beeldhouwer Albert Termote. Het is de eerste kapel in de basiliek welke compleet is, naar de plebaan, mgr H. W. Agterof, ons vertelde. Nog steeds beoefenen de leden van het gilde de charitas op een wijze, die alle lof verdient. Nog steeds ook worden de H. Missen gelezen en op een zaterdag in de junimaand hierin zien wij de enige afwijking van de Kerstgedachte wordt om kwart voor twaalf een stille H. Mis gelezen waaraan de jongens van de Haarlemse Koorschool met hun klare stemmen luister bijzetten. „Eenmaal heb ik onder deze H. Mis gepreekt", plebaan Agterof. zelf gildebroeder, kan nóg genieten bij het ophalen van deze herinnering. „Ik had voor de gildeleden gepreekt over „de adel" en de dames en heren hadden het erg mooi gevonden. Enige tijd later echter kwam men tot de ontstellende ontdekking, dat er niet gepreekt had mogen worden. Dit stond zo in de reglementen. Ik heb het nadien maar niet meer gedaan". De liefdemaaltijd zouden de leden niet graag willen missen en op die juni-zaterdag komen de baronnen en jonkheren nog steeds bijeen zowaar meestal buiten Haarlem voor hun agapè. En dan brengen ze hun huwbare zonen en dochters mee. Dit staat niet in de reglementen en het is ook geen doelstelling van het H. Kerstmisgilde te Haarlem, maar het kan leiden tot een versterking van de band tussen de gildebroeders en gildezusters. Het Kerstmisgilde zij een nog lang leven beschoren Als je terecht komt op 14: heb je zorgen, net als de heks en moet je drie plaatsen terug; op 20: spring je in de Vliegende Koffer en vlieg je vijf plaatsen vooruit; op 38: ontmoet je de Varkenshoeder en moet je een beurt overslaan om te luisteren naar de Mu zikale Ketel; op 45: zie Je hoe Grote Klaas de Kleine Klaas In het water gooit. Van schrik val je er zelf ook in en het water voert je twee plaatsen terug. op 50: ontmoet je de Soldaat van de Vuurslag, op de rug van de Hond met Ogen als Theeschotel tjes. Je gaat achter de soldaat op de hond zitten en rijdt vijf plaatsen verder; op 55: blijf je staan kijken naar de Nieuwe Kle ren van de Keizer en slaat daardoor een beurt over en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1959 | | pagina 12