over de haringvijver ENGELAND IN DE LENTE Een eiland vol verrassingen ZATERDAG 6 JUNI 1959 DE LEJQSE COURANT PAGINA 11 Het vliegtuig en de trein brengen u in nog géén twee uur in Londen. Met de boot zet u na acht uur voet aan wal; waarom zoudt u dan dit jaar niet eens naar Engeland gaan, waar -het ontbijt zwaar op de maag ligt, maar bevolking en landschap zéér licht te verteren zijn. Engeland is vele malen groter dan Nederland. Men heeft er ook een rijke keus uit bezienswaardig heden. Waar wilt u heen? Naar het lieflijke heuvelland in Cornwall, waar elk dorpje een meesterstukje van suikerbakkunst lijkt, naar de bergen van Wales, waar het goed vissen is in de snelstromende riviertjes en de bevol king u met een Engels toespreekt dat u zich van de schoolbanken niet her inneren kunt? Naar het goede oude Schotland, dat u nóóit Engeland mag noemen als u met dit overigens vriendelijke volk op goede voet wilt staan, of alleen maar naar Londen waar u de Big Ben in eigen persoon zijn Bing- beng-ybing-bong kan horen zingen, met zijn Kew Gardens, waar het in de lente verrukkelijk wandelen is. Hier kunt u, éénhoog in de bus gezeten, het verkeer tegen u óp laten spoelen. De keus is moeilijk en daarom beginnen wij hier met een kleine hors- d'oevre van foto's waarin restjes van alles zitten, met de belofte dat wij daar een van onze redacteuren een speciaal lente-bezoek aan het eiland heeft gebracht iets méér over dit vakantie-oord zullen vertellen onder het motto: wie gaat er mee naar Engeland varen? Even een wandeling naar „Kew Gardens" (4) ten zuiden van Lon den, waar proeftuinen de wandelaar een schat van natuurschoon bieden. De heuvel waarop de tempel van Aeolus staat, is gestofferd met knal gele narcissen, die in Engeland gelijk met de lente opbloeien. Dóór het prachtige landschap met de oude vierkant-gedakte kerkjes (5) en glanzende koeien, die het groen ste gras van de wereld eten, rijden we naar de universiteits-stad Oxford, waar de moderne techniek rendez vous geeft aan de middeleeuwen. De wetenschap houdt zich onder meer bezig met atoom-splitsing, maar de studenten wonen in 15e eeuwse ver blijven. Deze aantrekkelijke achttiende eeuwse brug, de „Hertford College- brug in Orford (6), lijkt veel op de Venetiaanse „brug der zuchten". Op de achtergrond ligt de Bodleian- bibliotheek, de oudste bibliotheek van de wereld, waar 1.500.000 ge drukte boeken en 40.000 handschrif ten op belangstellenden liggen te wachten. Als u geluk heeft maakt u te rug in Londen een parade mee, en natuurlijk ziet u dan de wereld beroemde „Horse-guards" (7) met hun fonkelende helmen. De avond valt: een laatste wan deling door Londen, en natuurlijk komen wij op „het drukste plein van de wereld terecht: Piccadilly-circus, waar u bij het heldere licht van de vele spattende lichtreclames desnoods de krant kunt lezen (8). Zie ook toto's pag. 12 Aop deze snelle tocht door Albion van Londen. De omgeving is zwaar U gaan wij eerst langs de wacht ^rwoest maar het gebouw bleef ge- voor het Buckingham-paleis (1). waar koningin Elisabeth en haar ge maal wonen. Het jongetje wil laten zien, dat hij later ook een goeie wacht kan worden. De „guard" blijft on verstoorbaar op zijn plaats staan. Het gebeurt zelden, dat de man zijn ge duld verliest en een enkel woord tot het nieuwsgierige en opdringende publiek spreekt. De zakenlieden van „the city of London" (2) hebben zelfs op een stralende lentedag hun paraplu aan de arm hangen en zij dragen het teken van hun waardigheid: de bol hoed. Een ander waardig teken is de krant, die hij leest: de eerbiedwaar dige „Times", die sinds mensen heugenis de eerste pagina met adver tenties begint. Gaat u mee naar de Saint Paul's kathedraal, (3) waar u in de „fluister- galerij" onder de koepel een stem zelfs kan horen fluisteren op zestig meter afstand; en op de „gouden galerij" aan de buitenkant van de koepel heeft u een prachtig uitzicht over deze wereldstad. De kathedraal heeft zwartgeblakerde muren, want /0\zjj stond midden in de hevige brand aa een van de vele bombardementen (3)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1959 | | pagina 11