Sint kreeg 'n ongeluk
WOENSDAG 26 NOVEMBER 1958
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 19
door: Chris Leonard
STIL STOND Son ja voor het raam
en keek naar de natte glimmende
straten, waar de mensen zich snel
huiswaarts repten beladen met pak
jes, tassen en mandjes. Thuis brand
de de kachel, daar kon de kille re
gen en de gure wind hen niet meer
deren, daar was de behagelijkheid
en de sfeer van het sintnicolaasfeest,
de opgewekte stemmen de blijde kin
dergezichten, de harten vol verwach
ting. Je zag het op de gezichten van
al die voorbijgangers vond Sonja,
hun trekken verraadden blijdschap
en nieuwsgierigheid.
Voor haar zou het sint-nicolaas-
feest dit jaar deze elementen niet
brengen. Haar idealen waren in
rook opgegaan sinds gisteren. Oh ja,
het zag er allemaal hoopvol uit want
operatiezuster Sonja bleek heel erg
in de smaak gevallen bij de jonge
chirurg, die sinds kort aan het zie
kenhuis was verbonden. De knappe I
sportieve jongeman had een diepe
indruk op Sonja gemaakt en haar
hart sprong op van vreugde toen hij
haar voor het eerst gevraagd had
met hem te gaan dineren.
Na hun eerste samenzijn leek het
alsof ze elkaar reeds jaren kenden
en het nooit anders was geweest.
Frans was jong en vlot, een aange
naam causseur, die je dadelijk op
je gemak deed gevoelen. Hij had
haar meegenomen naar zijn getrouw
de zuster die hier in de stad woonde
en Sonja die geen ouders meer had
en intern was in het ziekenhuis,
werd dadelijk in het nieuwe milieu
opgenomen. De toekomst had haar
toegelachen en ze had zich kostelijke
dromen gemaakt.
Maar het geluk bleef haar niet
vergezellen. Een daverende ruzie,
eigenlijk om een kleinigheid had hen
sinds gisteren uit elkaar gejaagd.
Vanmorgen nog had zij Frans ont
moet beneden in de hal, maar hy
had haar geen blik waardig gekeurd.
Intens verdrietig was ze verder ge
gaan en ze voelde zich diep ongeluk
kig en eenzaam. Omdat haar sint
nicolaasfeest nu toch in duigen was
gevallen had ze zich vrijwillig op
gegeven voor de nachtdienst, waar
door een collega vrij kreeg. Het
meisje was haar buitengewoon dank
baar en viel haar om de hals, maar
Sonja kon niet lachen om haar uit
gelatenheid. Het eens zo vrolijke zus
tertje scheen op slag veranderd in
een stil eenzelvig meisje met een
verdrietig gezichtje. De nachtdienst
zou haar door deze nare avor\d heen
helpen, hoopte ze.
DE OUDE HEER VERMOND had
het verschrikkelijk druk. Het spel
van het jaar stond weer te gebeuren
er\ hoewel hij het nu wel geteld voor
de 23ste maal deed, had hij het ge
voel als was het de eerste maal.
De schatrijke Vermond hield er
volgens zijn familie een wel uiterst
merkwaardige en bovendien kost
bare hobby op na, die hij één maal
in het jaar volkomen uitleefde en
dat was voor Sint-Nlcolaas spelen.
Gedurende de voorafgaande maan
den besteedde hij veel tijd aan het
zoeken naar mensen die volgens zijn
zienswijze voor een bezoek van de
goede Sint in aanmerking kwamen.
Hij zwierf dan door de achterbuur
ten van de stad en gaf zyn ogen en
oren goed de kost. Keurig werden
de bewuste adressen genoteerd en
het heerlijkst voelde hij zich wan
neer hij inkopen kon gaan doen. Zijn
woning leek enkele dagen voor het
feest wel een klein warenhuis en
de oude heer moest een hele admini
stratie bijhouden om de zaak ge
smeerd te laten lopen en niet met al
die geschenken in de war te raken.
Zijn neef Johan fungeerde bij dit
spel als zijn trouwe helper sinds ja
ren. De jongeman vervulde de rol
van knecht Piet als was die hem op
het lijf geschreven. En de jongen
had er ook veel plezier in.
Gehaast keek de oude man op zijn
horloge. Hij moest nu voortmaken,
want over een uurtje zou Johan met
de auto voorrijden om de goede Sint
te halen, de geschenken in te laden
en de eerste adressen te gaan bezoe
ken. Hij moest zich nog helemaal
verkleden.
Net stond hij klaar, toen de wagen
voor de deur stopte en. Johan, ge
heel gekleed als zwarte Piet, het
huis binnenstormde. ,,Ha oom, mooi
op tijd hè", schalde zijn vrolijke jon
gensstem door de hal. „Zal ik al
vast inladen?"
Snel riep Vermond de huisknecht.
Jan was terzake kundig en in korte
tijd had hij samen met Johan alle
zakken en manden in de grote limou
sine gestouwd. De goede Sint kon
plaatsnemen,
Opgewekt babbelend over het ko
mende festijn hanteerde Johan stuur
en gaspedaal. In jeugdige overmoed
zoefde hij met de grote limousine
door de straten en over de grachten.
Het stoplicht stond nog op groen,
wanneer hij nu méér gas gaf kon
hij nog juist de hoek om, de grote
boulevard op. De wielen piepten in
de bocht en bereikten nu het natte
asfalt van de boulevard. Plotseling
ging de wagen glijden. Johan raakte
in paniek, dit had hij niet verwacht.
Het trottoir kwam snel naderbij
een lantaarnpaal doemde op, een snel
le ruk aan het stuur om die te ont
wijken een gevel
SONJA stond in de operatiekamer
en vrywel automatisch verrichtte ze
haar werkzaamheden. Samen met
twee andere zusters maakte ze alles
klaar voor de operatie. Er was een
oude heer binnengebracht, keurig
gekleed in Sint-Nicolaascostuum. Een
ernstig auto-ongeluk had hem be
let zijn taak als goedheillgman te
volbrengen. De dienstdoende arts
had een spoedoperatie noodzakelijk
geacht en terwijl zij met haar col
lega's de kamer in orde bracht, bel
de dokter Versteeg een chirurg. Het
zou niet meevallen om op een avond
als deze iemand te vinden die da
delijk zou kunnen komen.
Het werk was gedaan en Sonja
besloot eens naar de patiënt te gaan
kijken. Toen ze op de zaal kwam,
bleef ze als aan de grond genageld
staan. Bij het bed van de oude heer
stond Frans. Zou hij de operatie
doen? Dadelijk maakte ze rechts
omkeert en in de operatiekamer te
ruggekomen, liep ze onrustig heen
en weer. Zou ze nu met hem moeten
samenwerken? Nu, juist op deze
avond, die hij zo voor haar vergald
had? Ze raakte in paniek en wist
eigenlijk niet wat te doen.
De deur ging open en Frans kwam
binnen. Hij groette haar als was zij
een vreemde zuster. Hij liet zich
door haar kleden, hij waste zijn han
den en zij trok hem de handschoe
nen aan. Daarna sprak hij met de
narcotiseur. Geen blik, geen woord
had hij voor haar over. De patiënt
werd binnengereden en het werk
kon beginnen.
AAN FRANS merkte ze niets. Be
heerst en correct verrichtte hij zijn
taak. Als in een droom deed zij wat
er van haar werd verlangd en ze
begreep, dat het zo nooit goed kon
gaan. Ze moest er bij zijn met haar
gedachten, hier was geen plaats voor
privégevoelens, er stond een men
senleven op het spel.
Een mensenleven op het spel! ha
merde het in haar hoofd en lang
zaam kwam ze tot de werkelijkheid
terug.
De operatie verliep niet naar
wens. Ze zag de zweetdruppeltjes
op het voorhoofd van de chirurg en
zo nu en dan, wanneer hij haar daar
even de gelegenheid toe gaf wiste
zij ze weg. Ze was er nu helemaal
in en volgde nauwkeurig de gang
van zaken. Niet voor niets had zij
de naam de beste operatiezuster te
zijn die een chirurg zich wensen kon.
Geen woord behoefde gezegd te wor
den, feilloos voelde zij de situatie en
reikte de dokter zijn instrumenten
aan. Geroutineerd, rustig en geluid
loos werkte zij en was als het ware
een verlengstuk van de handen van
Frans. Hy werd de situatie meester.
Wanneer er zich geen complicaties
zouden voordoen, was de patiënt
gered.
De oude heer Vermond werd weg
gereden en Frans trok zijn jas en
handschoenen uit, terwijl Sonja de
instrumenten in een bak wegzette.
Terwijl hij zijn handen waste, zag
hy haar in de spiegel. Een lief toetje
met blonde krulletjes. Ze ging de
deur uit zonder naar hem om te kij
ken. Snel droogde hij zijn handen,
want als een elektrische ontlading
was het tot hem doorgedrongen, dat
hy zijn succes van vanavond, het zo i
onvoorbereid verrichten van een j
dergelijke zware operatie, zonder
andere assistentie dan van de narco-1
tiseur en haar, voor een belangrijk
deel aan deze prima operatiezuster
te danken had. Nu eerst realiseerde i
hij zich hoe tijdens het werk hun
gedachten als het ware een waren
geweest, hoe zij het verlengstuk van j
zijn handen was. Onmisbaar was zo'n i
operatiezuster, maar ook als vrouw
zou zij voor hem onmisbaar zijn dat
voelde hij nu, op dit moment!
ALS EEN RAZENDE ROLANDi
stoof hij de deur uit. Op de gang
keek hij links en rechts. Waar was
ze gebleven? Op goed geluk storm-1
de hij naar links en toen zag hij
haar staan door de openstaande deu
ren op het balkon. Zachtjes kwam
hij achter haar en legde zijn handen
op haar schouders. Ze schrok niet,
als had ze dit verwacht. Voorzichtig
kuste hij haar in de hals en zonder
het te willen fluisterde hij: „Ik kan
niet zonder je Sonja, jij en ik zijn
één". Op slag voelde zij zich een I
ander meisje, na die zachte woorden I
in haar oor. Haar Frans was terug-1
gekomen! Ze draaide zich om en I
keek naar hem op. „Ja Frans, wij
zijn één", herhaalde zij. Toen sloot I
hij haar in zijn armen.
De volgende dag bezochten zij sa
men Vermond. Het ging goed met
hem. Maar zo ziek als hij was, klaag
de hij over de mislukking van zijn
mooiste avond. „Nu heb ik niemand
gelukkig kunnen maken, zoals an
dere jaren," steunde hij aan het eind
van zijn verhaal. ,,U vergist u," lach
te Frans, terwijl hij zijn arm om
Sonja heen sloeg. „Hoe zo?" vroeg
de oude heer verwonderd. „Uw on
geluk heeft ons weer bij elkaar ge
bracht!" antwoordde de jonge chi
rurg opgetogen. „Dan kan ik tevre
den zijn. Het was tenminste ergens
goed voor," kreunde de patiënt en
een lachje speelde om zijn lippen,
toen hij zag hoe intens gelukkig zijn
chicurg en operatiezuster elkaar' in
de ogen keken.
(Nadruk verboden).
„Nieuwe ontdekkingen in de
geneeskunde", door Friedrlch
Deich. Prisma Reeks. Het
Spectrum, Utrecht.
De bekende arts en auteur Frie-
drich Deich heeft in dit boekje op
een voor iedereen duidelijke en vlot
te wijze zijn licht laten vallen op
verschillende onderwerpen in de ge
neeskunde welke op het ogenblik
zeer actueel zijn zoals hartoperatie,
kanker, stralingsgevaar, de pijnloze
bevalling en verschijnselen, welke
op het veelzijdige terrein der „zenu
wen" liggen. Door de schrijver wordt
nadrukkelijk de geweldige vooruit
gang der moderne geneeskunde aan
getoond, maar hij laat niet na te
wijzen op en te waarschuwen voor
vele ongegronde opvattingen. Voor
de leek die wat dit alles betreft „bij"
wil blijven is dit boekje van niet te
onderschatten waarde.
„De duiven van Sint Vincent",
door Vincent de Vlugt. Streng-
holt's Uitgevers Mij, N.V., Am
sterdam.
Er zijn veel streekromans, goede
en minder goede. „De duiven van
Sint Vincent" is één van deze, en
behoort ongetwijfeld tot de goede,
de zéér goede zelfs. De schryver be
zit de gave, vlot en geestig te schrij
ven, De personen en de gebeurte
nissen worden met scherpe pen be
schreven. Het boek is open en eer
lijk, hard, humoristisch en tragisch.
Het verhaal speelt zich af in een
Brabants dorpje, waar de duiven
sport een zeer belangrijke rol speelt.
Men beleeft het leven van alle dag
met zijn ups en downs, met de goe
de en de minder goede momenten.
De Bart, een jonge, sympathieke
kerel, enthousiast duivenliefhebber,
lid van de duivenvereniging „de
Snelle vliegers" heeft een duif, de
„Witpen" die hem geweldig veel ple
zier verschaft, maar die hy op tra
gische wijze moet verliezen tijdens
de vlucht van Sint Vincent naar
huis. Het is Trieneke, die dan zegt:
„D'r zijn ommers zoveul duivinnekes
op de wereld waardoor het
geluk van een jonge liefde tussen
Bart en Trieneke verzekerd wordt.
Daar is mynheer Hendrik, de man
j uit de stad, die om bepaalde rede-
i nen met zijn gezin in het dorp is
komen wonen.
Door toedoen van de Pastoor heeft
i hij een baan gekregen op de melk
fabriek, hij wordt volledig in de
I dorpsgemeenschap opgenomen en
wordt zelfs lid en secretaris van de
duivenvereniging. Jammer dat hij
met de ringen gaat knoeien.
Mels, de oude krantenloper die
tenslotte zijn geluk vindt in Cato,
de zuster van Nillis de Grommer.
Nillls de Grommer, de hardvoch
tige en gierige boer, die door een
tragische brand have en goed ver
liest, daardoor zijn leven betert, en
tenslotte de lievelingsduif van Bart
tijdens een jachtpartij doorschiet.
Daar is Mijnheer Pastoor, die zich
zorgen maakt, en angstvallig over
de kudde waakt. Hij is een verstan
dig, rustig mens, die zelfs in een
zeer benarde positie het hoofd koel
houdt met de woorden „al het goe
de komt van boven".
Daar is Isidoor, de kater van Melf,
een voortdurende dreiging voor de
duiven van Bart, die hem tenslotte
na een bloedige slachtpartij onder de
duiven, in dolle woede voor een
spiegel ophangt.
Zo staan ze voor ons, de personen,
eerlijk en trouw, eenvoudig en hard,
ruw en open.
„De Duiven van Sint Vincent" is
een goede keus van de uitgever, een
boek dat men graag zal lezen en her
lezen.
Het boeit van het begin tot het
eind en is voor rijpere lezers zeer
aan te bevelen.
„Reis door het heelal", door
Tjomine de Vries, Prisma Ju
niores. Het Spectrum, Utrecht.
In onze ogen is dit een boekje,
waarop onze jongens hebben zitten
wachten. Wie wil tegenwoordig nu
niet een reis door de wereldruimte
en ver daarbuiten maken? De schry
ver neemt zijn jeugdige lezertjes mee
in zijn ruimteschip en noet dit in
de taal der jongeren en bovendien
terzake kundig. Alleen de reis is
verzonnen; wat de inzittenden yan
het ruimtevaartuig tegenkomen ech
ter is zo werkelijk als zijzelf. Om het
voorstellingsvermogen van de jon
gelui tegemoet te komen is het boek
je verlucht met verscheidene teke
ningen van ruimtetoestanden en
planetenstelsel. Venus, Mars, Satur-
nus en andere hemellichamen zijn
weer iets dichterbij gekomen.
„Spelend werken", handenarbeid
met kinderen, door Lotte Marie
van Oordt en Lütz de Jong:
Uitgave Cantecleer Utrecht.
Dit fraai en stevig uitgevoerd boek
werk van bijna 200 pagina's is spe
ciaal geschreven voor allen, die met
kinderen werken. Ouders, kleuter
leidsters, onderwijzers en jeugdlei
ders.
Talloze voorbeelden staan er in af
gedrukt over het maken van allerlei
voorwerpen. O.a. het tekenen, schil
deren, mozaïek, batikken, boetseren,
raffia en etrowerk, weven, vlechten,
metaalbewerking enz. Ook het ma
ken van poppen, marionetten, pop
penkast, schimmen, timmeren, zagen,
houtbewerking en speelgoed wordt
op zeer overzichtelijke wijze geïl
lustreerd. Kortom een boekwerk, dat
op vele vragen een antwoord geeft
en waarvan oud en jong vele ge
noeglijke uren zullen beleven.
Het Kindje, waar Koningen voor
knielden, door Coos Corens.
Uitg. v. Gorcum en Comp. N.V.,
Assen.
In de serie „Naar 't zonlicht toe"
zagen we dit aardige verhaal over
't aloude Kerstfeest, in nieuwe trant
uitgegeven met fraaie illustraties
van Lies Veenhoven, Voor kinderen
(3—8 jaar) een verhaal, dat de oog
jes zal doen schitteren.
„Macht en pracht van India",
door Ralph Oppenheim. Fo
rum Boekerij. Den Haag.
Cochin is de mooiste stad op de
kust Malabar. De Hollandse huizen
met hun rode daken, weerspiegelend
in de kanalen, brengen de oude to
verlantaarnaspecten van Amsterdam
en Den Haag in herinnering. Dezelf
de onschuldige charme, dezelfde hel
dere, sterke kleuren. Aldus luidt de
lof van de Deense schryver op va
derlandse hoedanigheden bij het aan
schouwen van een stad in het won
dermooie en eerbiedwaardige India.
Over dit geweldige land komen de
laatste tijd steeds meer boeken uit
en gebeurt dit dikwijls in roman
vorm, ditmaal kunnen we bijna spre
ken van een encyclopedische be
schouwing van en confrontatie met
het land en volk van India, een rijk
waar 450 miljoen mensen leven,
250 talen en dialecten worden ge
sproken en waar culturen van Boed
dhisten, Hindoes en Mohammedanen
naast en tegenover elkaar staan.
Oppenhejm heeft een waardevolle
bijdrage geleverd aan de wereld van
het Westen door zijn buitengewoon
suggestieve schildering, levendig en
ongecompliceerd, van mensen, situ
aties, sociale verhoudingen, steden
mythologie. Het wordt de rijpere le
zer spoedig duidelijk, dat de leiders
van dit oude volk met zijn jonge
energie om tot ontplooiing te komen,
voor een welhaast bovenmenselijke
taak staan. Het boek is royaal ge
ïllustreerd met interessante en zeld
zame foto's.
De jacht op de zeerovers en De
schat van Sacramento Valley,
Door Frank Crisp. Uitg. Het
Spectrum, Utrecht.
In de reeks Prisma-juniores ont
vingen we vorengenoemde twee
boekjes voor jongens van 1216
jaar. Het eerste geeft de geschiede
nis weer van Jack, die van Grootje
Besom zijn toekomst voorspeld krijgt
en die hem verteld, dat hij in zijn
leven drie mensen zou ontmoeten,
die de avonturen van zijn leven be
tekenen. De jeugd zal deze geschie
denis bij de jacht op de zeerovers
met belangstelling volgen.
Het tweede verhaal vertelt de ge
schiedenis van een jonge wees in
Australië, Davey Bell, die bij toeval
in het bezit raakt van het logboek
van een geheimzinnig schip met een
goudschat. Aangezien de geschiede
nis' *ich bovendien afspeelt binnen
de landsgrenzen van de Maori's is
er genoeg motief om van een span
nend jongensboek te spreken, waar
van de jeugdige lezer veel plezier
zal Rebben.
Meisjes zonder grenzen, door
Alexander Sosso. Uitg. Zuid
Holl. Uitgeversmij. Den Haag.
In de geautoriseerde vertaling van
M. L. Ohl verscheen in de Gardenia
serie dezer maatschappij dit ver
haal over lief en leed van lucht-
stewardessen. Het gaat hier voorna
melijk om Helen Clausen, gehuwd
met een oorlogsvlieger, die naar de
Russen uitweek om als test-piloot te
werken. Een interessant verhaal uit
het bonte leven. Vooral wat er leeft
en omgaat ip een interessant beroep,
afgewisseld door de wederwaardig
heden van de enkeling, die tenslotte
ook mens blijft. Het
van haar beroep, haar talrijke moei
lijkheden, die tot hoge spanning lei
den, houden de gedachten onafge
broken op deze boeiende roman ge
vestigd en de (rijpere) lezer zal het
met belangstelling volgen.
De Gouden Bel, door Peter Jas
pers. Uitg. Hollandia, Baarn.
Peter Jaspers heeft al enkele ma-
lèn van zich doen horen in een ro
man en een novelle en met zijn
„Annemarieke" naar het bekende
radio-hoorspel boekte hij eveneens
succes. Thans zien we hem in gijn
kindergedichten, een boekje, dat
sterk tot de verbeelding der kinde
ren zal spreken.
„Recht op eigen geweten", door
N. Choehlof. Uitg. Nygh
Van Ditmar, 's-Gravenhage.
Het boek „Recht op eigen gewe
ten" van de Russische oud-sovjet
spion N. Choehlof, dezelfde de enige
tijd geleden verschillende lezingen
in ons land heeft gehouden, geeft de
lezer een beeld van de methoden en
onbarmhartigheid waarvan de Sov
jet-Russische geheime dienst ge
bruik maakt en van de personen
waarvan zij zich bij het werk be
dient.
Het is voor ons vanzelfsprekend
moeilijk controleerbaar in hoeverre
waarheid en verdichtsel zijn door-
eengeweven; er staan episoden in
het boek waarbij men geneigd is de
schouders op te halen. Voor lief
hebbers van dit genre is het echter
geknipt al kunnen wij persoonlijk
moeilijk de houding van de schrij
ver verwerken, door vrouw en kind
ten behoeve van eigen veiligheid, zij
het dan onder het mom van vader
landsliefde, zo hardvochtig in de
steek te laten.
„Vrijheidszoekers in Maresie",
door Johannes Weidenheim.
Uitg. Ad. M. C. Stok, Zd. Holl.
U. Mij., Den Haag.
Met het boek „Vrijheidszoekers in
Maresië" heeft Weidenheim een ro
mantische beschrijving gegeven van
leven en volk op de grenzen van
Joego-Slavië en Hongarije. Het is in
teressant en daarnaast boeiend ver
teld, hoewel wat moeilijk leefbaar
door de grote hoeveelheid van ge
beurtenissen en personen die bijna
zonder merkbare overgang op el
kaar volgen. De tendens van net
boek, de strijd tussen goed en kwaad,
is wel aanvaardbaar maar in ver
band met al te openhartige beschrij
vingen moeten wij het boek voor
behouden voor ontwikkelde lezers.
„Mens en massa in deze tüd",
een structuuranalyse, door Hans
Freyer, Aulareeks, uitg. Het
Spectrum. Utrecht-Antwerpon.
De Duitse socioloog dr. Hans
Freyer tracht in zün boek „Mens en
massa in deze tijd" een beeld te ge
ven van de wezenlijke structuur van
de moderne tijd. In vele gevallen
doet het boek denken aan „De Op
stand der Horden" van de Spanjaard
Ortega y Gasset, maar het mist de
tendens van pessimisme en fatalisme
die de laatste heeft gekenmerkt. Van
waarde voor hen, ook ontwikkelde
leken, die zich interesseren voor de
moderne wijsbegeerte. Een namen
register verhoogt de bruikbaarheid.
„School- en beroepskeuze Vade
mecum", door Ariette Schippers.
Uitg. Fantasie en Durf, Am
sterdam.
Een handig boekje voor hen die
wegwijs willen worden in de dool
hof van moderne mogelykheden van
onderwijs en beroep. De alfabetische
rangschikking van de vraagpunten is
zeer gemakkelijk. Ouders en opvoe
ders zal het zeer nuttige diensten
kunnen bewijzen.
„De laatste vyand", door Richard
Hillary. Prisma-serie. Uitg.
Het Spectrum, Utrecht-Antwer-
pen.
„De laatste vijand" is het enige
boek dat de jonge Australiër Richard
Hillary in zijn korte leven en loop
baan als oorlogsvlieger bij de R.A.F.
heeft geschreven. Het is geen oor
logsboek in de gewone betekenis
van het woord, het is het indringen
de analyserende verhaal van een
moderne jonge man die tydens de
oorlog, door de omgang met alle
slag van kameraden, van een apa-
tische levenshouding komt tot zui
vere menselijke waarden totdat de
vliegerdood hem verrast. Het is een
boeiend relaas van hoge waarde.
Voor volwassenen.
„Rex speelt detective", door
Anthony Buckeridge. Uitg.
Prisma-juniores. „Het Spec
trum", Utrecht.
Het is een boek voor jongens van
1216 jaar, maar zelfs vergrijsder
hoofden lazen met plezier het span
nende verhaal van schooljongens,
die een slim bedachte misdaad ont
hulden.
„Avontuur op het regenboog
eiland", door Dorothy Clewes.
Uitg. Prisma-juniores. „Het Spec
trum", Utrecht.
Dit verhaal voor jongens en meis
jes van 1014 jaar speelt zich af op
een van de Engelse Kanaal-eilan
den, waar een schat begraven is, wel
ke na heel wat avonturen door deze
jeugdige detectives, twee broers en
hun zusje, wordt gevonden.
„De Lookets namen de hand
schoen op", door M. E. Atkinson.
Uitg. Ten Hagen N.V., Den
Haag.
De lotgevallen van de kinderen
Locket, door Atkinson alles volgens
de waarheid en nog veel meer dan
de waarheid te boek gesteld, vormen
gezellige lectuur voor jong en voor
oud. Alleen Engelsen kunnen zulke
vrolyke en toch spannende boeken
schrijven. Eigenlijk is het boek be
stemd voor jongens cn meisjes van
1216 jaar, en die hebben er natuur
lijk het meeste plezier om.
„Onnatuurlijke dood", door Do
rothy L. Sayens. Uitg. „Het
Spectrum", Utrecht. Prismaboek.
Een van de best geslaagde detec
tive-romans van Dorothy, die ver
leden jaar is overleden. Niet alleen
is het moordraadsel vernuftig be
dacht, maar het boek is gedrenkt in
die specifiek Angelsaksische humor,
welke de lezing ervan tot een span
nende ontspanning maakt.
„Gussie en Katni", door P. G.
Wodehouse. Uitg. „Het Spec
trum", Utrecht, Prismaboek,
In dit boek van P. G. Wodehouse
zitten vijf adellijke ouwe tantes op
de achtergrond verre bloedver
wanten van tante Agatha en de tan
te van Bertie Wooster. Deze mede
deling alleen is al voldoende om alle
Wodehouse-kenners dol te maken
van nieuwsgierigheid. Voor zwaar-
moedigen een uitstekende remedie;
voor alle anderen enige uren van
onderdrukt grinniken.
„Chinees eten thuis", door Frank
Oliver, Uitg. G. J. A. Ruys,
Bussum.
Wij kunnen ons voorstellen, dat
het voor een huisvrouw soms een
heel probleem is, wat zij het gezin
nu weer zal voorzetten. Wie eens echt
iets anders wil dan gewoon, raad
plege dit handige boekje over Chi
nees eten, dat voor Nederland be
werkt is door Lidya Winkel. De Chi
nese keuken verschilt nogal wat van
de Hollandse, maar dat behoeft geen
bezwaar te zijn, want wij Nederlan
ders hebben Indisch eten ook leren
waarderen, Wel zal men bij diverse
gerechten op het bezwaar stuiten,
dat de juiste ingrediënten niet over
al te krijgen zijn, maar daarmee
heeft de Nederlandse bewerkster re
kening gehouden.
„Leven en laten leven", door
Arie v. d. Lugt. Uitg. Het
Thijmfonds, Den Haag.
Er staat een vrolijk lachende meis
jeskop op de omslag van deze roman
en dat duidt erop, dat het verhaal
geen tragedie is. Het speelt zich er
gens in het Zuiden van ons land af
en daar weet men wel raad met het
motto: Leven en laten leven. Het is
een roman, die door iedereon mei
plezier gelezen kan worden. De
schryver behandelt het meer gebruik
te thema van een jonge man, die
vele vrienden heeft omdat hij rijk
is, maar nu eens eindelijk wil zien,
wie zijn ware vrienden zijn, als hij
geen geld meer zou hebben. Arie v.
d. Lugt heeft al meer boeken ge
schreven cn ook dit is weer een amu
sant en goed verteld verhaal gewor
den.
„De schilderkunst van onze tUd",
door R. W. D. Oxcnaar. Uitg.
W, de Haan, Zeist.
In dit boekje uit de Phoenix
Pocket-reeks tracht de schrijver niet
de lezer over te halen moderne kunst
mooi te vinden. Hij tracht slechts
begrip te kweken voor de moderne
kunst, het oordeel aan dc lezer over
latend. Het is een sterk geschreven
boek, dat aan de algemene ontwik
keling van de lezer kan bijdragen.
Prachtige reproducties verduidelij
ken het betoog van de heer Oxcnaar.
Hanseltje's Advent, door Anna
Hers. Uitg. v. Gorcum en
Comp. N.V., Assen.
Eveneens 'n uitgave in de serie
„Naar 't zonlicht toe", dc geschie
denis van Hanseltje, de dochter van
een predikant en een Hongaarse
moeder. Het verhaal speelt zich af
tijdens de Hongaarse opstand. Een
verhaal, dat in het licht van het
Kerstfeest bijzondere bekoring krygt.
De tekeningen zijn verzorgd door
Elly van Beek.
Kikkie en Kaska, door T. Westra.
Uitg. v. Gorcum en Comp.
N.V., Assen.
Een nieuw „Zeepaardjes"-boek
met nieuwe avonturen van Kikkie
Konijn en alleraardigst geïllustreerd
door Elly van Beek met leuke band.
Tekening van Lies Veenhoven. Kin
deren (van 69 jaar) zullen van
dit boekje smullen zoals Kikkie van
een koolblad.
„Intieme gesprekken met die
ren", door Barbare Woodhouse.
Uitgeverij Ad. M. C. Stok, Den
Haag.
De schrijfster vertelt over haar er
varingen met paarden en honden.
Zij is n.l. met paarden grootgebracht
en wat zij er niet van weet kan in
een luciferdoosje. Stoute staaltjes
geeft zij over de vrije dressuur van
wilde paarden, die zij zonder vrees
benadert en waarmee zy vriendschap
sluit. Dierenvrienden moeten dit
boek van deze gezellige en bemin
nenswaardige Barbare lezen.
„Levende muziek", door Norbert
Loeser. W. de Haan N.V.,
Zeist.
In de Phoenix Pocket serie is dit
boekje over de muziekgeschiedenis
der laatste vier eeuwen verschenen.
De deskundige schrijver verweeft de
geschiedenis van de muziek met de
historie en levert aldus een bruik
bare bijdrage in de uitgebreide lite
ratuur, die over de muziek versche
nen is. Duidelijke foto's, facsimile
van brieven en partituren verluchten
de tekst.
„Avontuur aan de grens", door
Gertie Evenhuis. Uitgave Van
Gorcum en Co., Assen.
Hayo Fokkema verhuist met zijn
ouders en zusje vanuit Groningen
naar het zuiden van Nederland, de
grens waar zijn vader commies wordt
bij de douane. Hayo krijgt al spoe
dig met smokkelaars te maken. Zijn
eerlijk karakter komt in moeilijk
heden. Hij krijgt een boezemvriend
en met deze geraakt hy in een span
nend avontuur. Een gezellig ver
haal voor jongens van 8 tot 15 jaar.
„Vlltwerk", door Ton Zonneveld.
Uitgave, Cantecleer, Utrecht.
In de „Vrije Tijd Reeks" behandelt
Ton Zonneveld op een duidelijke ma
nier, wat men van vilt zoal kan ma
ken. Poppenhuisjes, beestjes, cor
sages, muiltjes enz. Met restjes vilt
b.v. van oude hoeden maakt hij leu
ke tasjes en etui's. Ook ballen en fi
guurtjes voor wandkleedjes worden
met behulp van ijzerdraadjes ver
nuftig gemaakt. Hoe men dit moet
doen, vindt men in dit kleine boekje
dat zeker bij de meisjes veel aftrek
zal vinden.
„Eenvoudig metaalwerk", door
W. v. d. Hoek. Uitgave Can
tecleer, Utrecht.
Dit werkje dat vooral de jongens
en ook mannen interesseert, leert u
het bewerken van metaal als sier
werk. Wel is er enig gereedschap
voor nodig, maar dit is niet erg als
U ziet wat er bereikt kan worden.
Kandelaars, sigarettendovers. scha
kelkettingen, siervissen, bootjes,
danseresjes, broches, lepeltjes enz.
Het laat U duidelijk zien hoe men
te werk moet gaan. Van de lange
winteravonden eon prachtige huis
vlijt.
„De oude sprookjes", verzameld
en vertaald naar de oorspron
kelijke teksten door J. Roemens
Reurslag.
Illustraties van Toby Vos. Judith
Kruys, Jos Ruting, Henk Kabas,
Jan de Gruyter en Rie Kooy-
man. Uitg. Hollandia N.V.,
Baarn.
Een 40-tol sprookjes en allemaal
het lezen waard. „Sneeuwwitje" en
„Het lelijke jonge eendje", „De scho
ne slaapster in het bos" en „Het meis
je met de zwavelstokjes", van al die
sprookjes zullen de kinderen genie
ten en telkens weer herlezen, én,
laten wij het maar eerlijk bekennen,
de ouderen óók.
Schattige illustraties.
„De gevaarlijke bloem uit het
oerwoud", door Irene Byers.
Prisma-juniores. Uiig. Het
Spectrum, Utrecht. Jongens cn
meisjes 12—16 j.
De prachtige zeldzame bloem uit
de Afrikaanse jungle verdient de
naam „gevaarlijk" in het geheel niet.
Het is alleen de jalouzie en haat dei-
mensen, die de familie, waarnaar de
ze plant behoort, zoveel spannende,
grappige en ernstige avonturen doet
beleven.
„De jam van Mevrouw Fluweel",
door Lucie Dermine. Rinkel
bel Reeks. Uitg. Casterman.
Tek, Simune Boudoin.
Dezelfde konijnen kinderen hel
pen nu mevrouw Fluweel, de mol,
wilde aardbeien, frambozen, enz. te
zoeken om jam te maken. Als de jam
klaar is en dc mol slaapt, kunnen de
konijntjes niet van de jam afblijven
en snoepen er heel veel van. Op raad
van de uil, bekennen zij olies nan
mevrouw Fluweel, die het al gauw
vergeeft. Alleraardigst en fijne pla
ten.
„liet geheimzinnige wacht
woord", door Marjoric Phillips.
Prlsma-Junlores, 12-15 jaar.
Uitg. Het Spectrum, Utrecht.
Meisjes zullen het even graag le
zen als jongens. Een verhaal uit de
middeleeuwen, vol sponning, schrik
en verrassingen, rondom een ko
ningstroon. Maar niemand kan zich
voorstellen wiè nu in werkelijkheid
de hoofdpersoon ln dit boek is, vóór
het verrukkelijke einde