Sint kreeg 'n ongeluk WOENSDAG 26 NOVEMBER 1958 DE LEIDSE COURANT PAGINA 19 door: Chris Leonard STIL STOND Son ja voor het raam en keek naar de natte glimmende straten, waar de mensen zich snel huiswaarts repten beladen met pak jes, tassen en mandjes. Thuis brand de de kachel, daar kon de kille re gen en de gure wind hen niet meer deren, daar was de behagelijkheid en de sfeer van het sintnicolaasfeest, de opgewekte stemmen de blijde kin dergezichten, de harten vol verwach ting. Je zag het op de gezichten van al die voorbijgangers vond Sonja, hun trekken verraadden blijdschap en nieuwsgierigheid. Voor haar zou het sint-nicolaas- feest dit jaar deze elementen niet brengen. Haar idealen waren in rook opgegaan sinds gisteren. Oh ja, het zag er allemaal hoopvol uit want operatiezuster Sonja bleek heel erg in de smaak gevallen bij de jonge chirurg, die sinds kort aan het zie kenhuis was verbonden. De knappe I sportieve jongeman had een diepe indruk op Sonja gemaakt en haar hart sprong op van vreugde toen hij haar voor het eerst gevraagd had met hem te gaan dineren. Na hun eerste samenzijn leek het alsof ze elkaar reeds jaren kenden en het nooit anders was geweest. Frans was jong en vlot, een aange naam causseur, die je dadelijk op je gemak deed gevoelen. Hij had haar meegenomen naar zijn getrouw de zuster die hier in de stad woonde en Sonja die geen ouders meer had en intern was in het ziekenhuis, werd dadelijk in het nieuwe milieu opgenomen. De toekomst had haar toegelachen en ze had zich kostelijke dromen gemaakt. Maar het geluk bleef haar niet vergezellen. Een daverende ruzie, eigenlijk om een kleinigheid had hen sinds gisteren uit elkaar gejaagd. Vanmorgen nog had zij Frans ont moet beneden in de hal, maar hy had haar geen blik waardig gekeurd. Intens verdrietig was ze verder ge gaan en ze voelde zich diep ongeluk kig en eenzaam. Omdat haar sint nicolaasfeest nu toch in duigen was gevallen had ze zich vrijwillig op gegeven voor de nachtdienst, waar door een collega vrij kreeg. Het meisje was haar buitengewoon dank baar en viel haar om de hals, maar Sonja kon niet lachen om haar uit gelatenheid. Het eens zo vrolijke zus tertje scheen op slag veranderd in een stil eenzelvig meisje met een verdrietig gezichtje. De nachtdienst zou haar door deze nare avor\d heen helpen, hoopte ze. DE OUDE HEER VERMOND had het verschrikkelijk druk. Het spel van het jaar stond weer te gebeuren er\ hoewel hij het nu wel geteld voor de 23ste maal deed, had hij het ge voel als was het de eerste maal. De schatrijke Vermond hield er volgens zijn familie een wel uiterst merkwaardige en bovendien kost bare hobby op na, die hij één maal in het jaar volkomen uitleefde en dat was voor Sint-Nlcolaas spelen. Gedurende de voorafgaande maan den besteedde hij veel tijd aan het zoeken naar mensen die volgens zijn zienswijze voor een bezoek van de goede Sint in aanmerking kwamen. Hij zwierf dan door de achterbuur ten van de stad en gaf zyn ogen en oren goed de kost. Keurig werden de bewuste adressen genoteerd en het heerlijkst voelde hij zich wan neer hij inkopen kon gaan doen. Zijn woning leek enkele dagen voor het feest wel een klein warenhuis en de oude heer moest een hele admini stratie bijhouden om de zaak ge smeerd te laten lopen en niet met al die geschenken in de war te raken. Zijn neef Johan fungeerde bij dit spel als zijn trouwe helper sinds ja ren. De jongeman vervulde de rol van knecht Piet als was die hem op het lijf geschreven. En de jongen had er ook veel plezier in. Gehaast keek de oude man op zijn horloge. Hij moest nu voortmaken, want over een uurtje zou Johan met de auto voorrijden om de goede Sint te halen, de geschenken in te laden en de eerste adressen te gaan bezoe ken. Hij moest zich nog helemaal verkleden. Net stond hij klaar, toen de wagen voor de deur stopte en. Johan, ge heel gekleed als zwarte Piet, het huis binnenstormde. ,,Ha oom, mooi op tijd hè", schalde zijn vrolijke jon gensstem door de hal. „Zal ik al vast inladen?" Snel riep Vermond de huisknecht. Jan was terzake kundig en in korte tijd had hij samen met Johan alle zakken en manden in de grote limou sine gestouwd. De goede Sint kon plaatsnemen, Opgewekt babbelend over het ko mende festijn hanteerde Johan stuur en gaspedaal. In jeugdige overmoed zoefde hij met de grote limousine door de straten en over de grachten. Het stoplicht stond nog op groen, wanneer hij nu méér gas gaf kon hij nog juist de hoek om, de grote boulevard op. De wielen piepten in de bocht en bereikten nu het natte asfalt van de boulevard. Plotseling ging de wagen glijden. Johan raakte in paniek, dit had hij niet verwacht. Het trottoir kwam snel naderbij een lantaarnpaal doemde op, een snel le ruk aan het stuur om die te ont wijken een gevel SONJA stond in de operatiekamer en vrywel automatisch verrichtte ze haar werkzaamheden. Samen met twee andere zusters maakte ze alles klaar voor de operatie. Er was een oude heer binnengebracht, keurig gekleed in Sint-Nicolaascostuum. Een ernstig auto-ongeluk had hem be let zijn taak als goedheillgman te volbrengen. De dienstdoende arts had een spoedoperatie noodzakelijk geacht en terwijl zij met haar col lega's de kamer in orde bracht, bel de dokter Versteeg een chirurg. Het zou niet meevallen om op een avond als deze iemand te vinden die da delijk zou kunnen komen. Het werk was gedaan en Sonja besloot eens naar de patiënt te gaan kijken. Toen ze op de zaal kwam, bleef ze als aan de grond genageld staan. Bij het bed van de oude heer stond Frans. Zou hij de operatie doen? Dadelijk maakte ze rechts omkeert en in de operatiekamer te ruggekomen, liep ze onrustig heen en weer. Zou ze nu met hem moeten samenwerken? Nu, juist op deze avond, die hij zo voor haar vergald had? Ze raakte in paniek en wist eigenlijk niet wat te doen. De deur ging open en Frans kwam binnen. Hij groette haar als was zij een vreemde zuster. Hij liet zich door haar kleden, hij waste zijn han den en zij trok hem de handschoe nen aan. Daarna sprak hij met de narcotiseur. Geen blik, geen woord had hij voor haar over. De patiënt werd binnengereden en het werk kon beginnen. AAN FRANS merkte ze niets. Be heerst en correct verrichtte hij zijn taak. Als in een droom deed zij wat er van haar werd verlangd en ze begreep, dat het zo nooit goed kon gaan. Ze moest er bij zijn met haar gedachten, hier was geen plaats voor privégevoelens, er stond een men senleven op het spel. Een mensenleven op het spel! ha merde het in haar hoofd en lang zaam kwam ze tot de werkelijkheid terug. De operatie verliep niet naar wens. Ze zag de zweetdruppeltjes op het voorhoofd van de chirurg en zo nu en dan, wanneer hij haar daar even de gelegenheid toe gaf wiste zij ze weg. Ze was er nu helemaal in en volgde nauwkeurig de gang van zaken. Niet voor niets had zij de naam de beste operatiezuster te zijn die een chirurg zich wensen kon. Geen woord behoefde gezegd te wor den, feilloos voelde zij de situatie en reikte de dokter zijn instrumenten aan. Geroutineerd, rustig en geluid loos werkte zij en was als het ware een verlengstuk van de handen van Frans. Hy werd de situatie meester. Wanneer er zich geen complicaties zouden voordoen, was de patiënt gered. De oude heer Vermond werd weg gereden en Frans trok zijn jas en handschoenen uit, terwijl Sonja de instrumenten in een bak wegzette. Terwijl hij zijn handen waste, zag hy haar in de spiegel. Een lief toetje met blonde krulletjes. Ze ging de deur uit zonder naar hem om te kij ken. Snel droogde hij zijn handen, want als een elektrische ontlading was het tot hem doorgedrongen, dat hy zijn succes van vanavond, het zo i onvoorbereid verrichten van een j dergelijke zware operatie, zonder andere assistentie dan van de narco-1 tiseur en haar, voor een belangrijk deel aan deze prima operatiezuster te danken had. Nu eerst realiseerde i hij zich hoe tijdens het werk hun gedachten als het ware een waren geweest, hoe zij het verlengstuk van j zijn handen was. Onmisbaar was zo'n i operatiezuster, maar ook als vrouw zou zij voor hem onmisbaar zijn dat voelde hij nu, op dit moment! ALS EEN RAZENDE ROLANDi stoof hij de deur uit. Op de gang keek hij links en rechts. Waar was ze gebleven? Op goed geluk storm-1 de hij naar links en toen zag hij haar staan door de openstaande deu ren op het balkon. Zachtjes kwam hij achter haar en legde zijn handen op haar schouders. Ze schrok niet, als had ze dit verwacht. Voorzichtig kuste hij haar in de hals en zonder het te willen fluisterde hij: „Ik kan niet zonder je Sonja, jij en ik zijn één". Op slag voelde zij zich een I ander meisje, na die zachte woorden I in haar oor. Haar Frans was terug-1 gekomen! Ze draaide zich om en I keek naar hem op. „Ja Frans, wij zijn één", herhaalde zij. Toen sloot I hij haar in zijn armen. De volgende dag bezochten zij sa men Vermond. Het ging goed met hem. Maar zo ziek als hij was, klaag de hij over de mislukking van zijn mooiste avond. „Nu heb ik niemand gelukkig kunnen maken, zoals an dere jaren," steunde hij aan het eind van zijn verhaal. ,,U vergist u," lach te Frans, terwijl hij zijn arm om Sonja heen sloeg. „Hoe zo?" vroeg de oude heer verwonderd. „Uw on geluk heeft ons weer bij elkaar ge bracht!" antwoordde de jonge chi rurg opgetogen. „Dan kan ik tevre den zijn. Het was tenminste ergens goed voor," kreunde de patiënt en een lachje speelde om zijn lippen, toen hij zag hoe intens gelukkig zijn chicurg en operatiezuster elkaar' in de ogen keken. (Nadruk verboden). „Nieuwe ontdekkingen in de geneeskunde", door Friedrlch Deich. Prisma Reeks. Het Spectrum, Utrecht. De bekende arts en auteur Frie- drich Deich heeft in dit boekje op een voor iedereen duidelijke en vlot te wijze zijn licht laten vallen op verschillende onderwerpen in de ge neeskunde welke op het ogenblik zeer actueel zijn zoals hartoperatie, kanker, stralingsgevaar, de pijnloze bevalling en verschijnselen, welke op het veelzijdige terrein der „zenu wen" liggen. Door de schrijver wordt nadrukkelijk de geweldige vooruit gang der moderne geneeskunde aan getoond, maar hij laat niet na te wijzen op en te waarschuwen voor vele ongegronde opvattingen. Voor de leek die wat dit alles betreft „bij" wil blijven is dit boekje van niet te onderschatten waarde. „De duiven van Sint Vincent", door Vincent de Vlugt. Streng- holt's Uitgevers Mij, N.V., Am sterdam. Er zijn veel streekromans, goede en minder goede. „De duiven van Sint Vincent" is één van deze, en behoort ongetwijfeld tot de goede, de zéér goede zelfs. De schryver be zit de gave, vlot en geestig te schrij ven, De personen en de gebeurte nissen worden met scherpe pen be schreven. Het boek is open en eer lijk, hard, humoristisch en tragisch. Het verhaal speelt zich af in een Brabants dorpje, waar de duiven sport een zeer belangrijke rol speelt. Men beleeft het leven van alle dag met zijn ups en downs, met de goe de en de minder goede momenten. De Bart, een jonge, sympathieke kerel, enthousiast duivenliefhebber, lid van de duivenvereniging „de Snelle vliegers" heeft een duif, de „Witpen" die hem geweldig veel ple zier verschaft, maar die hy op tra gische wijze moet verliezen tijdens de vlucht van Sint Vincent naar huis. Het is Trieneke, die dan zegt: „D'r zijn ommers zoveul duivinnekes op de wereld waardoor het geluk van een jonge liefde tussen Bart en Trieneke verzekerd wordt. Daar is mynheer Hendrik, de man j uit de stad, die om bepaalde rede- i nen met zijn gezin in het dorp is komen wonen. Door toedoen van de Pastoor heeft i hij een baan gekregen op de melk fabriek, hij wordt volledig in de I dorpsgemeenschap opgenomen en wordt zelfs lid en secretaris van de duivenvereniging. Jammer dat hij met de ringen gaat knoeien. Mels, de oude krantenloper die tenslotte zijn geluk vindt in Cato, de zuster van Nillis de Grommer. Nillls de Grommer, de hardvoch tige en gierige boer, die door een tragische brand have en goed ver liest, daardoor zijn leven betert, en tenslotte de lievelingsduif van Bart tijdens een jachtpartij doorschiet. Daar is Mijnheer Pastoor, die zich zorgen maakt, en angstvallig over de kudde waakt. Hij is een verstan dig, rustig mens, die zelfs in een zeer benarde positie het hoofd koel houdt met de woorden „al het goe de komt van boven". Daar is Isidoor, de kater van Melf, een voortdurende dreiging voor de duiven van Bart, die hem tenslotte na een bloedige slachtpartij onder de duiven, in dolle woede voor een spiegel ophangt. Zo staan ze voor ons, de personen, eerlijk en trouw, eenvoudig en hard, ruw en open. „De Duiven van Sint Vincent" is een goede keus van de uitgever, een boek dat men graag zal lezen en her lezen. Het boeit van het begin tot het eind en is voor rijpere lezers zeer aan te bevelen. „Reis door het heelal", door Tjomine de Vries, Prisma Ju niores. Het Spectrum, Utrecht. In onze ogen is dit een boekje, waarop onze jongens hebben zitten wachten. Wie wil tegenwoordig nu niet een reis door de wereldruimte en ver daarbuiten maken? De schry ver neemt zijn jeugdige lezertjes mee in zijn ruimteschip en noet dit in de taal der jongeren en bovendien terzake kundig. Alleen de reis is verzonnen; wat de inzittenden yan het ruimtevaartuig tegenkomen ech ter is zo werkelijk als zijzelf. Om het voorstellingsvermogen van de jon gelui tegemoet te komen is het boek je verlucht met verscheidene teke ningen van ruimtetoestanden en planetenstelsel. Venus, Mars, Satur- nus en andere hemellichamen zijn weer iets dichterbij gekomen. „Spelend werken", handenarbeid met kinderen, door Lotte Marie van Oordt en Lütz de Jong: Uitgave Cantecleer Utrecht. Dit fraai en stevig uitgevoerd boek werk van bijna 200 pagina's is spe ciaal geschreven voor allen, die met kinderen werken. Ouders, kleuter leidsters, onderwijzers en jeugdlei ders. Talloze voorbeelden staan er in af gedrukt over het maken van allerlei voorwerpen. O.a. het tekenen, schil deren, mozaïek, batikken, boetseren, raffia en etrowerk, weven, vlechten, metaalbewerking enz. Ook het ma ken van poppen, marionetten, pop penkast, schimmen, timmeren, zagen, houtbewerking en speelgoed wordt op zeer overzichtelijke wijze geïl lustreerd. Kortom een boekwerk, dat op vele vragen een antwoord geeft en waarvan oud en jong vele ge noeglijke uren zullen beleven. Het Kindje, waar Koningen voor knielden, door Coos Corens. Uitg. v. Gorcum en Comp. N.V., Assen. In de serie „Naar 't zonlicht toe" zagen we dit aardige verhaal over 't aloude Kerstfeest, in nieuwe trant uitgegeven met fraaie illustraties van Lies Veenhoven, Voor kinderen (3—8 jaar) een verhaal, dat de oog jes zal doen schitteren. „Macht en pracht van India", door Ralph Oppenheim. Fo rum Boekerij. Den Haag. Cochin is de mooiste stad op de kust Malabar. De Hollandse huizen met hun rode daken, weerspiegelend in de kanalen, brengen de oude to verlantaarnaspecten van Amsterdam en Den Haag in herinnering. Dezelf de onschuldige charme, dezelfde hel dere, sterke kleuren. Aldus luidt de lof van de Deense schryver op va derlandse hoedanigheden bij het aan schouwen van een stad in het won dermooie en eerbiedwaardige India. Over dit geweldige land komen de laatste tijd steeds meer boeken uit en gebeurt dit dikwijls in roman vorm, ditmaal kunnen we bijna spre ken van een encyclopedische be schouwing van en confrontatie met het land en volk van India, een rijk waar 450 miljoen mensen leven, 250 talen en dialecten worden ge sproken en waar culturen van Boed dhisten, Hindoes en Mohammedanen naast en tegenover elkaar staan. Oppenhejm heeft een waardevolle bijdrage geleverd aan de wereld van het Westen door zijn buitengewoon suggestieve schildering, levendig en ongecompliceerd, van mensen, situ aties, sociale verhoudingen, steden mythologie. Het wordt de rijpere le zer spoedig duidelijk, dat de leiders van dit oude volk met zijn jonge energie om tot ontplooiing te komen, voor een welhaast bovenmenselijke taak staan. Het boek is royaal ge ïllustreerd met interessante en zeld zame foto's. De jacht op de zeerovers en De schat van Sacramento Valley, Door Frank Crisp. Uitg. Het Spectrum, Utrecht. In de reeks Prisma-juniores ont vingen we vorengenoemde twee boekjes voor jongens van 1216 jaar. Het eerste geeft de geschiede nis weer van Jack, die van Grootje Besom zijn toekomst voorspeld krijgt en die hem verteld, dat hij in zijn leven drie mensen zou ontmoeten, die de avonturen van zijn leven be tekenen. De jeugd zal deze geschie denis bij de jacht op de zeerovers met belangstelling volgen. Het tweede verhaal vertelt de ge schiedenis van een jonge wees in Australië, Davey Bell, die bij toeval in het bezit raakt van het logboek van een geheimzinnig schip met een goudschat. Aangezien de geschiede nis' *ich bovendien afspeelt binnen de landsgrenzen van de Maori's is er genoeg motief om van een span nend jongensboek te spreken, waar van de jeugdige lezer veel plezier zal Rebben. Meisjes zonder grenzen, door Alexander Sosso. Uitg. Zuid Holl. Uitgeversmij. Den Haag. In de geautoriseerde vertaling van M. L. Ohl verscheen in de Gardenia serie dezer maatschappij dit ver haal over lief en leed van lucht- stewardessen. Het gaat hier voorna melijk om Helen Clausen, gehuwd met een oorlogsvlieger, die naar de Russen uitweek om als test-piloot te werken. Een interessant verhaal uit het bonte leven. Vooral wat er leeft en omgaat ip een interessant beroep, afgewisseld door de wederwaardig heden van de enkeling, die tenslotte ook mens blijft. Het van haar beroep, haar talrijke moei lijkheden, die tot hoge spanning lei den, houden de gedachten onafge broken op deze boeiende roman ge vestigd en de (rijpere) lezer zal het met belangstelling volgen. De Gouden Bel, door Peter Jas pers. Uitg. Hollandia, Baarn. Peter Jaspers heeft al enkele ma- lèn van zich doen horen in een ro man en een novelle en met zijn „Annemarieke" naar het bekende radio-hoorspel boekte hij eveneens succes. Thans zien we hem in gijn kindergedichten, een boekje, dat sterk tot de verbeelding der kinde ren zal spreken. „Recht op eigen geweten", door N. Choehlof. Uitg. Nygh Van Ditmar, 's-Gravenhage. Het boek „Recht op eigen gewe ten" van de Russische oud-sovjet spion N. Choehlof, dezelfde de enige tijd geleden verschillende lezingen in ons land heeft gehouden, geeft de lezer een beeld van de methoden en onbarmhartigheid waarvan de Sov jet-Russische geheime dienst ge bruik maakt en van de personen waarvan zij zich bij het werk be dient. Het is voor ons vanzelfsprekend moeilijk controleerbaar in hoeverre waarheid en verdichtsel zijn door- eengeweven; er staan episoden in het boek waarbij men geneigd is de schouders op te halen. Voor lief hebbers van dit genre is het echter geknipt al kunnen wij persoonlijk moeilijk de houding van de schrij ver verwerken, door vrouw en kind ten behoeve van eigen veiligheid, zij het dan onder het mom van vader landsliefde, zo hardvochtig in de steek te laten. „Vrijheidszoekers in Maresie", door Johannes Weidenheim. Uitg. Ad. M. C. Stok, Zd. Holl. U. Mij., Den Haag. Met het boek „Vrijheidszoekers in Maresië" heeft Weidenheim een ro mantische beschrijving gegeven van leven en volk op de grenzen van Joego-Slavië en Hongarije. Het is in teressant en daarnaast boeiend ver teld, hoewel wat moeilijk leefbaar door de grote hoeveelheid van ge beurtenissen en personen die bijna zonder merkbare overgang op el kaar volgen. De tendens van net boek, de strijd tussen goed en kwaad, is wel aanvaardbaar maar in ver band met al te openhartige beschrij vingen moeten wij het boek voor behouden voor ontwikkelde lezers. „Mens en massa in deze tüd", een structuuranalyse, door Hans Freyer, Aulareeks, uitg. Het Spectrum. Utrecht-Antwerpon. De Duitse socioloog dr. Hans Freyer tracht in zün boek „Mens en massa in deze tijd" een beeld te ge ven van de wezenlijke structuur van de moderne tijd. In vele gevallen doet het boek denken aan „De Op stand der Horden" van de Spanjaard Ortega y Gasset, maar het mist de tendens van pessimisme en fatalisme die de laatste heeft gekenmerkt. Van waarde voor hen, ook ontwikkelde leken, die zich interesseren voor de moderne wijsbegeerte. Een namen register verhoogt de bruikbaarheid. „School- en beroepskeuze Vade mecum", door Ariette Schippers. Uitg. Fantasie en Durf, Am sterdam. Een handig boekje voor hen die wegwijs willen worden in de dool hof van moderne mogelykheden van onderwijs en beroep. De alfabetische rangschikking van de vraagpunten is zeer gemakkelijk. Ouders en opvoe ders zal het zeer nuttige diensten kunnen bewijzen. „De laatste vyand", door Richard Hillary. Prisma-serie. Uitg. Het Spectrum, Utrecht-Antwer- pen. „De laatste vijand" is het enige boek dat de jonge Australiër Richard Hillary in zijn korte leven en loop baan als oorlogsvlieger bij de R.A.F. heeft geschreven. Het is geen oor logsboek in de gewone betekenis van het woord, het is het indringen de analyserende verhaal van een moderne jonge man die tydens de oorlog, door de omgang met alle slag van kameraden, van een apa- tische levenshouding komt tot zui vere menselijke waarden totdat de vliegerdood hem verrast. Het is een boeiend relaas van hoge waarde. Voor volwassenen. „Rex speelt detective", door Anthony Buckeridge. Uitg. Prisma-juniores. „Het Spec trum", Utrecht. Het is een boek voor jongens van 1216 jaar, maar zelfs vergrijsder hoofden lazen met plezier het span nende verhaal van schooljongens, die een slim bedachte misdaad ont hulden. „Avontuur op het regenboog eiland", door Dorothy Clewes. Uitg. Prisma-juniores. „Het Spec trum", Utrecht. Dit verhaal voor jongens en meis jes van 1014 jaar speelt zich af op een van de Engelse Kanaal-eilan den, waar een schat begraven is, wel ke na heel wat avonturen door deze jeugdige detectives, twee broers en hun zusje, wordt gevonden. „De Lookets namen de hand schoen op", door M. E. Atkinson. Uitg. Ten Hagen N.V., Den Haag. De lotgevallen van de kinderen Locket, door Atkinson alles volgens de waarheid en nog veel meer dan de waarheid te boek gesteld, vormen gezellige lectuur voor jong en voor oud. Alleen Engelsen kunnen zulke vrolyke en toch spannende boeken schrijven. Eigenlijk is het boek be stemd voor jongens cn meisjes van 1216 jaar, en die hebben er natuur lijk het meeste plezier om. „Onnatuurlijke dood", door Do rothy L. Sayens. Uitg. „Het Spectrum", Utrecht. Prismaboek. Een van de best geslaagde detec tive-romans van Dorothy, die ver leden jaar is overleden. Niet alleen is het moordraadsel vernuftig be dacht, maar het boek is gedrenkt in die specifiek Angelsaksische humor, welke de lezing ervan tot een span nende ontspanning maakt. „Gussie en Katni", door P. G. Wodehouse. Uitg. „Het Spec trum", Utrecht, Prismaboek, In dit boek van P. G. Wodehouse zitten vijf adellijke ouwe tantes op de achtergrond verre bloedver wanten van tante Agatha en de tan te van Bertie Wooster. Deze mede deling alleen is al voldoende om alle Wodehouse-kenners dol te maken van nieuwsgierigheid. Voor zwaar- moedigen een uitstekende remedie; voor alle anderen enige uren van onderdrukt grinniken. „Chinees eten thuis", door Frank Oliver, Uitg. G. J. A. Ruys, Bussum. Wij kunnen ons voorstellen, dat het voor een huisvrouw soms een heel probleem is, wat zij het gezin nu weer zal voorzetten. Wie eens echt iets anders wil dan gewoon, raad plege dit handige boekje over Chi nees eten, dat voor Nederland be werkt is door Lidya Winkel. De Chi nese keuken verschilt nogal wat van de Hollandse, maar dat behoeft geen bezwaar te zijn, want wij Nederlan ders hebben Indisch eten ook leren waarderen, Wel zal men bij diverse gerechten op het bezwaar stuiten, dat de juiste ingrediënten niet over al te krijgen zijn, maar daarmee heeft de Nederlandse bewerkster re kening gehouden. „Leven en laten leven", door Arie v. d. Lugt. Uitg. Het Thijmfonds, Den Haag. Er staat een vrolijk lachende meis jeskop op de omslag van deze roman en dat duidt erop, dat het verhaal geen tragedie is. Het speelt zich er gens in het Zuiden van ons land af en daar weet men wel raad met het motto: Leven en laten leven. Het is een roman, die door iedereon mei plezier gelezen kan worden. De schryver behandelt het meer gebruik te thema van een jonge man, die vele vrienden heeft omdat hij rijk is, maar nu eens eindelijk wil zien, wie zijn ware vrienden zijn, als hij geen geld meer zou hebben. Arie v. d. Lugt heeft al meer boeken ge schreven cn ook dit is weer een amu sant en goed verteld verhaal gewor den. „De schilderkunst van onze tUd", door R. W. D. Oxcnaar. Uitg. W, de Haan, Zeist. In dit boekje uit de Phoenix Pocket-reeks tracht de schrijver niet de lezer over te halen moderne kunst mooi te vinden. Hij tracht slechts begrip te kweken voor de moderne kunst, het oordeel aan dc lezer over latend. Het is een sterk geschreven boek, dat aan de algemene ontwik keling van de lezer kan bijdragen. Prachtige reproducties verduidelij ken het betoog van de heer Oxcnaar. Hanseltje's Advent, door Anna Hers. Uitg. v. Gorcum en Comp. N.V., Assen. Eveneens 'n uitgave in de serie „Naar 't zonlicht toe", dc geschie denis van Hanseltje, de dochter van een predikant en een Hongaarse moeder. Het verhaal speelt zich af tijdens de Hongaarse opstand. Een verhaal, dat in het licht van het Kerstfeest bijzondere bekoring krygt. De tekeningen zijn verzorgd door Elly van Beek. Kikkie en Kaska, door T. Westra. Uitg. v. Gorcum en Comp. N.V., Assen. Een nieuw „Zeepaardjes"-boek met nieuwe avonturen van Kikkie Konijn en alleraardigst geïllustreerd door Elly van Beek met leuke band. Tekening van Lies Veenhoven. Kin deren (van 69 jaar) zullen van dit boekje smullen zoals Kikkie van een koolblad. „Intieme gesprekken met die ren", door Barbare Woodhouse. Uitgeverij Ad. M. C. Stok, Den Haag. De schrijfster vertelt over haar er varingen met paarden en honden. Zij is n.l. met paarden grootgebracht en wat zij er niet van weet kan in een luciferdoosje. Stoute staaltjes geeft zij over de vrije dressuur van wilde paarden, die zij zonder vrees benadert en waarmee zy vriendschap sluit. Dierenvrienden moeten dit boek van deze gezellige en bemin nenswaardige Barbare lezen. „Levende muziek", door Norbert Loeser. W. de Haan N.V., Zeist. In de Phoenix Pocket serie is dit boekje over de muziekgeschiedenis der laatste vier eeuwen verschenen. De deskundige schrijver verweeft de geschiedenis van de muziek met de historie en levert aldus een bruik bare bijdrage in de uitgebreide lite ratuur, die over de muziek versche nen is. Duidelijke foto's, facsimile van brieven en partituren verluchten de tekst. „Avontuur aan de grens", door Gertie Evenhuis. Uitgave Van Gorcum en Co., Assen. Hayo Fokkema verhuist met zijn ouders en zusje vanuit Groningen naar het zuiden van Nederland, de grens waar zijn vader commies wordt bij de douane. Hayo krijgt al spoe dig met smokkelaars te maken. Zijn eerlijk karakter komt in moeilijk heden. Hij krijgt een boezemvriend en met deze geraakt hy in een span nend avontuur. Een gezellig ver haal voor jongens van 8 tot 15 jaar. „Vlltwerk", door Ton Zonneveld. Uitgave, Cantecleer, Utrecht. In de „Vrije Tijd Reeks" behandelt Ton Zonneveld op een duidelijke ma nier, wat men van vilt zoal kan ma ken. Poppenhuisjes, beestjes, cor sages, muiltjes enz. Met restjes vilt b.v. van oude hoeden maakt hij leu ke tasjes en etui's. Ook ballen en fi guurtjes voor wandkleedjes worden met behulp van ijzerdraadjes ver nuftig gemaakt. Hoe men dit moet doen, vindt men in dit kleine boekje dat zeker bij de meisjes veel aftrek zal vinden. „Eenvoudig metaalwerk", door W. v. d. Hoek. Uitgave Can tecleer, Utrecht. Dit werkje dat vooral de jongens en ook mannen interesseert, leert u het bewerken van metaal als sier werk. Wel is er enig gereedschap voor nodig, maar dit is niet erg als U ziet wat er bereikt kan worden. Kandelaars, sigarettendovers. scha kelkettingen, siervissen, bootjes, danseresjes, broches, lepeltjes enz. Het laat U duidelijk zien hoe men te werk moet gaan. Van de lange winteravonden eon prachtige huis vlijt. „De oude sprookjes", verzameld en vertaald naar de oorspron kelijke teksten door J. Roemens Reurslag. Illustraties van Toby Vos. Judith Kruys, Jos Ruting, Henk Kabas, Jan de Gruyter en Rie Kooy- man. Uitg. Hollandia N.V., Baarn. Een 40-tol sprookjes en allemaal het lezen waard. „Sneeuwwitje" en „Het lelijke jonge eendje", „De scho ne slaapster in het bos" en „Het meis je met de zwavelstokjes", van al die sprookjes zullen de kinderen genie ten en telkens weer herlezen, én, laten wij het maar eerlijk bekennen, de ouderen óók. Schattige illustraties. „De gevaarlijke bloem uit het oerwoud", door Irene Byers. Prisma-juniores. Uiig. Het Spectrum, Utrecht. Jongens cn meisjes 12—16 j. De prachtige zeldzame bloem uit de Afrikaanse jungle verdient de naam „gevaarlijk" in het geheel niet. Het is alleen de jalouzie en haat dei- mensen, die de familie, waarnaar de ze plant behoort, zoveel spannende, grappige en ernstige avonturen doet beleven. „De jam van Mevrouw Fluweel", door Lucie Dermine. Rinkel bel Reeks. Uitg. Casterman. Tek, Simune Boudoin. Dezelfde konijnen kinderen hel pen nu mevrouw Fluweel, de mol, wilde aardbeien, frambozen, enz. te zoeken om jam te maken. Als de jam klaar is en dc mol slaapt, kunnen de konijntjes niet van de jam afblijven en snoepen er heel veel van. Op raad van de uil, bekennen zij olies nan mevrouw Fluweel, die het al gauw vergeeft. Alleraardigst en fijne pla ten. „liet geheimzinnige wacht woord", door Marjoric Phillips. Prlsma-Junlores, 12-15 jaar. Uitg. Het Spectrum, Utrecht. Meisjes zullen het even graag le zen als jongens. Een verhaal uit de middeleeuwen, vol sponning, schrik en verrassingen, rondom een ko ningstroon. Maar niemand kan zich voorstellen wiè nu in werkelijkheid de hoofdpersoon ln dit boek is, vóór het verrukkelijke einde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1958 | | pagina 19