Wie puzzelt mee f
De Zonnige
ZATERDAG 9 AUGUSTUS 1958
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 9
De kinderen vertellen
Beppie v. d. Zalm. Zoeterwoude heeft
bij het plaatje op haar postpapier een
verhaaltje gemaakt.
MIENTJE EN CE EENDJES
Mientje moest voor haar moeder naar
de groenteboer om appels te halen. Op
de terugweg kwam ze langs een roei-
land, waar veel mooie bloemen stonden.
Vlug wipte ze over het hek en begon
bloemen te plukken voor haar moeder.
Terwijl ze zo bezig was hoorde ze op
eens piepen. Ze ging op het geluid af en
daar zag ze twee kleine eendjes.
Mientje wist niet wat ze doen moest.
Als zij ze daar liet zitten, gingen ze dood
van de honger. Maar opeens dacht ze.
ik neem ze mee. Moeder zal wel zeg
gen, wat ik er mee moet doen. Ze zette
ze in een mandje en liep er mee naar
huis. Moeder vond het leuke beestjes
en zei: „We zullen proberen om ze groot
te krijgen".
Hennie en Thea Belt Zoeterwoude ko
men elk met een verhaaltje. Hennie be
gin maar:
Freddy en z(jn konijntje.
Bonzo was de naam van een lief wit
konijntje. Zijn baasje heette Freddy. Op
een mórgen toen Freddy Bonzo wilde
gaan voeren, stond het hok open en
Bonzo was er niet meer in. Huilend ging
hij naar binnen en hij vertelde het aan
vader en moeder.
„Stil maar", zei moeder, „Na 't ontbijt
zullen we gaan zoeken". Vader en moe
der aten veel te langzaam naar Freddy's
zin. maar toen ze eindelijk klaar waren
gingen ze dan toch zoeken. In het ko
lenhok, in het bos. op de weg. En weet
je waar het vandaan kwam? Zal ik hei
zeggen? Onder de rode kool, waar hij
zich lekker te goed zat te doen.
Ga maar in je mandje liggen,
Nog eens blaffen! wat is dat?
O, daar zie ik 't, die stoute kat.
Stoute poes, wil jij 'ns heengaan,
Moeder houdt er ook niet van,
Dat je hier zo loopt te snoepen.
Al de melk uit de kan.
En 't brood, dat ik vanmorgen.
Voor m'n Fanny ueb bewaard.
Daar ligt 't, afgeknabbeld.
In 't boekje van de haard.
En
is het de beurt
Thea.
KABOUTERTJE WITBAARD
Alle paddestoeltjes moesten geverfd
worden en Witbaard was de verfkapou-
ter. Hij was heel trots op zijn baard. Hij
was spierwit, maar hij wou nog een
mooiere baard dan de andere kabouters
hebben.
Hij kreeg van de koning verf om de
paddenstoeltjes te verven. En wat deed
hij nu? In de nacht ging hij zijn baard
rood maken met de verf van de padden
stoelen. Hij dacht: nu ben ik vast het
mooiste, maar toen de andere kabou
ters hem zagen, lachten ze hem allemaal
uit. Wat nu gedaan? Hij ging in de tob
be met warm water Ér ging wel veel
rood af, maar de baard werd helemaal
vies en vlekkerig. Nu kon hij niet meer
trots zijn op zijn witte baard, maar ook
niet op zijn rode.
HET ROLLENDE WIEL
„Ons geheim", zeiden Marijke en An
nette tegen elkaar. Ze waren bij de bu
ren in de poort, waar nooit iemand
kwam. Wat daar allemaal stond? Een oud
karretje met wal dakpannen en nog een
oude fiets. Er stond een hoge schutting
en als je daar overheen keek, zag je zo
op de weg. Maar dat ging niet, want zij
waren te klein. Opeens zag Marijke dal
het achterwiel los zat, ze pakte het beet.
zette hem tegen de schutting en ging er I
op staan, maar dat was nog te laat. Ze
ging eens thuis kijken en daar zagen ze
een laag trapje staan.
„Marijke jij aan dat eind en ik hier!
Dan zetten we die voor de poort neer.
Marijke haal jij ook een busje water!"
Toen Marijke het gehaald had gingen
ze op het trapje staan. Daar kwam een
meneer aan. Ze gooiden het water op
z'n hoofd. O, wat werd hij kwaad. Hij
keek, maar kon niet begrijpen waar al
dat water vandaan kwam. De twee meis
jes hielden zich achter 'de schutting
verborgen.
„Marijke weer water halen en vlug
opschieten want daar komt weer iemand
aan".
Annette gooide het busje weer leeg.
maar zag te laat dat het een politie
agent was. De agent werd geweldig
kwaad. Hij ging naar hun vader en moe-
der en ze kregen hun verdiende straf
Tlny Oostdam Zoeterwoude kende een
versje uit het hoofd. Ze vindt dat r.ó
aardig, dat ze het voor ons op komt zeg
gen.
MIESJE MET HAAR HONDJE
Hoor dat kleine ding een keffen,
Hondjelief scheelt er wat aan.
Heeft iemand van de buren
Jou soms kwaad gedaan?
NAAR DE SPEELTUIN
„Zouden we morgen eens naar de
speeltuin gaan?" zei moeder op een dag
tegen Wim en Riet. De kinderen waren
zó blij dat ze van blijdschap in de hoog
te sprongen en ze sprongen zó hard, dat
er een plant omviel. Alle aarde viel er
uit en het plantje was kapot. Moeder
vond het gelukkig niet zo erg. Ze ruim
de de boel gauw op en de kinderen hiel
pen mee. Ze gingen gauw eten en toen
naar bed.
„Droom maar lekker van de speel
tuin". zei moe.
De volgende morgen waren ze al vroeg
wakker. Ze sprongen uit bed en liepen
dadelijk naar het raam om te zien of
het mooi weer was. Het was mooi weer.
„O, wat fijn", riep Riet. „Het zonnetje
schijnt lekker, kom gauw ons aankle
den en dan naar beneden.
Om half elf gingen ze al met de bus
mee. De bus reed hard en ze waren er
gauw.
Ze liepen eerst naar de glijbaan, eerst
Wim en toen Riet. Wat ging dat fijn en
zo lekker hard. Ze gingen die dag op
alle dingen en toen ze overal op ge
weest waren, gingen ze naar huis. Het
was een fijna dag geweest.
Ria v. d. Geest, Zoeterwoude. Is dat
verhaaltje echt gebeurd Ria? Foei, foei
wat erg.
DAT KV AM ER VAN
Kees en Henk waren dikke vrienden
en zo als altijd liepen nu ook gearmd
„Joh", zei Kees, „wat zullen we gaan
doen?"
„Ik weet 't niet. Weet jij iets?"
„Nee, ik ook niet".
Terwijl ze zo liepen te praten, kwa-
I men ze aan de speelgoedwinkel van me
vrouw Jansen en daar ging juist een
schilder de trap op om het huis te schil
deren. Ineens kreeg Henk een idee.
„Joh als straks de schilder weg is
gaan we aan de trap duwen net zo lang
tot die pot verf er af valt".
„Ja reuze!"
Ze hadden al een kwartier staan kij
ken toen mevrouw Jansen riep: „Schil
der kom je even een kopje thee drin
ken?"
„Ja. mevrouw, ik kom".
„Dat is onze kans", fluisterde Henk
De schilder kwam de trap af en ging
de winkel binnen. De jongens begonnen
aan de trap te duWen en te schudden en
opeens kantelde de verfpot, boven
op de jongens. Hun haren en kleren za
ten vol.
„Wat moeten we beginnen", stotterde
Kees.
„Ik ga naar huis".
„Ik ga ook".
Daar liepen ze naast elkaar, klevend
en druipend van de verf. Hun moeders
waren vreselijk boos en 't duurde lang
eer ze schoon waren. Toen kregen ze
een pak slaag en moesten gelijk naar
bed. De volgende morgen moesten ze
nieuwe verf kopen van hun zakcenten en
ze moesten het zelf bij de schilder bren
gen.
Ineke en Ria Caspers Noordwijk twee
nieuwe niehtjes die hartelijk welkom
zijn. Ineke heeft haar eesrte verhaaltje
gemaakt.
EEN ONGELUK
Jantje ging steppen op de rijweg en
dat mocht niet van moeder. Daar kwam
een auto aan. Jantje ging vlug op zij
maar gelijk kwam er een fietser aan en
die kon niet meer remmen. Toen viel
Jantje vlak voor de fiets, die over hem
heen reed. Gillend bleef hij liggen. Hi
kon niet meer opstaan. De politie kwam
er bij en ze brachten hem naar het.zie
kenhuis. Daar moest hij een week blij
ven. Eigen schuld.
Piet en Klaas waren op straat aan
het spelen. Daar zagen ze langs de kant
van de weg een auto met een lekke band.
„Klaas laten we eens gaan kijken".
Ze renden de straat over.
„Kijk het is onze buurman, die drie
weken geleden verhuisd is".
„Hallo jongen. Gaat het nog goed?'
riep buurman verrast.
„Ja hoor, best" riep Klaas blij „Mogen
we helpen?"
„Ik ben haast klaar jongens".
Na een half uurtje was de band weer
heel en de auto vertrok. Piet rende zon
der uit te kijken de straat over en gelijk
kwam er een auto aan.
Geschreeuw en het knarsen van de
De TWAALF HONDJES
1 1 - 3
pen en zei dat Piet een zware hersen
schudding had en ook een gebroken rech
terarm. Het kwam allemaal gelulzkig
weer goed, maar hij moest lang in het
ziekenhuis blijven.
Truus de Jong Zoeterwoude stuurde
ons een grappige tekening van een speel
tuin: zweefmolen, schommels, wip. glij
baan, zelfs de ijscokar ontbrak niet en j
natuurlijk ook kinderen met ijsjes. Leuk
Truus! Je gaat zeker graag naar de
speeltuin.
Ina Kroft Ter Aar. Nee Ina, je bent
helemaal niet te oud om mee te doen.
De oplossingen waren goed. Heb je lang
moeten zoeken?
Dik Duljnhoven Warmond. Ook alles
prima in orde en de hartelijke groeten
van ons terug. Ben je over gegaan?
Ze lijken bedrieglijk veel op elkaar en
toch zijn er maar twee helemaal het
zelfde. Wie vindt ze het vlugst.
IS ONZE POES TOCH GEEN TIJGER
EEN RAKETVLUCHT NAAR MARS
I
's Morgens 18 juli word ik wakker ge
maakt door mijn bediende Filip.
„Morgen chef. Het is 6 uur. U start
om 8 uur', zei hij „en we moeten nog
voorbereidingen treffen. Wil u dus op
schieten?"
Even later was ik klaar. Gauw ging
ik naar mijn technici, die klaar ston
den bij het radarscherm.
„Morgen heren. Staat de Havik I al in
de stellages?" vroeg ik.
„Zeker mijnheer U zou wel om half 8
kunnen starten".
„Nu dan zullen we dat maar doen.
Afgesproken?"
„Zeker mijnheer. U kunt op ons reke-
nen".
Even later ging ik met de lift naar de
navigatiecabine, waar ik mijn ruimte-
pak aantrok. Op de klok was het nog
maar 100 sekonden vóór de vertrektijd.
Gauw keek ik langs het dasbord of alle
meters in goede staat verkeerden, toen
ging ik in m'n zachte stoel liggen en op
de klok zag ik, dat ik nog 1 sekonde de
tijd had.
Daar ging de bel. Ik drukte op de
startknop en met ontzaglijk veel lawaai,
schoot ik de ruimte in.
10 Minuten na de start kwam ik weer
bij. Door de geweldige druk was ik
buiten westen geraakt. Direkt riep ik de
basis op:
„Hallo, hier Havik I, over, ik roep
station Solo, over".
„Hier station Solo, over. Hier station
Solo, over".
„Hoe maakt u het?"
„Goddank goed. Wil Valepo de in
structies geven!"
„Hier Valepo. Haal de startkleppen
in, versnelling verminderen. U kunt uw
ruimtepak wel uitdoen, maar het zal
wel koud zijn in de cabine. Over 10 mi
nuten bent u bij de tussenlandingsplaats
10. 890 km van Mars verwijderd. Over
en sluiten". Opeens hoorde ik lawaai
en daar kwam mijn zoon Antoon te voor
schijn.
Wordt vervolgd.
Nog kwamen goede oplossingen in van:
Quirini en Ineke v. d. PUk, Langcraar;
Peter Klein, Lucie Noordman, Malti Vo
gelenzang, Maria Vogelenzang, Jannie
v. d. Akker, Leiden; Toos Lieverse, Wim
Kraan, Hoogmade, Cobi Hogeboom, Dick
Oudshoorn Rijkwetering, Hans \mmer-
laan, Hazerswoudc; J. Witteman, Alie v.
Leeuwen, G. Niersman, Voorschoten;
Anneke Klink. Ineke Elsgeest, Marian
v. d. Hoorn, R.veen, Ria v. d. Geer, An
nie v. d. Lans, Voorhout, Nellie Roese
Bep Schuur, Elly Heemskerk, Corrie v.
Nierop, Ria Dolle, Zoeterwoude, Ineke
Caspers, Annie Zandbergen, Leonie v
Went, Noordwijk, Marie Valetijn, Lan-
geraar, Hans Hoogervorst, Ter Aar; Cor
rie en Rita v. Egmond, Oude Wetcrinf.
rie en Rita v. Egmond, Oude Wetering,
king. Cobie v. Winsen, Warmond, "lans
v. d. Meer. Leumuldcn, Nellie v. d. Salm
Hoogmade, Annie v. Wit Alphen, WiU'e
Luyben, Zevenhoven, Gijs v. Diemen
Nieuw Vennep, René v. Dam, Katwijk,
Corrie v. Santen, Leidschendam, Hans
Teunissen, Nieuwkoop, Marian v. Hage
Sassenlieim.
Beste kinderen we gaan 14 dagen op
vakantie en daarna verwacht ik weer
veel briefjes met verhaaltjes. Wie maakt
iets over een fijne vakantiedag?
We wensen jullie allemaal een pret
tige vakantie met veel zon. D a g alle
maal.
TANTE JO EN OOM TOON.
Men heeft vele jaren lang gedacht,
dat de tijger een van de familieleden
van de huiskat zou zijn. Nu hebben ech
ter enige wetenschapsmensen door ver
schillende proeven (onder andere
bloedproeven) aangetoond, dat tussen de
kat en de tijger helemaal geen uitgespro
ken verwantschap bestaat, ofschoon het
volgens hun uiterlijk toch wel zo lijkt
De onderzoekingen hebben als resul
taat opgeleverd, dat de kat *ot dezelfde
familie behoort als de Chietah, het pijl
snelle gevlekte luipaard, ook wel Ge-
pard genoemd die het wereldrecord in
hardlopen bij de dieren behaald.
TOEN HET LEVEN OP DE
KRAKATAU TERUGKEERDE
1
2
3
4
5
6
7
8 K
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
|40
41
42
43
I
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
M54
55
56
57
58
59
gêC
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
Horizontaal: 1. stad aan de Moezel,
4. ik (Lat.), 6. landschap in de Pelo
ponnesus, 9. foei, 10. hoofddeksel, 12.
kaasworm, 14. Rom. munt, 16. einde,
18. hoofdstad van Sumatra's oostkust,
20. klankweerkaatsing, 22. schande
lijk, 24. evenmens, 26. gebod, 27. ver
taald stuk, 30. orient expresse (afk.),
31. afsluiting, 32. uitroep, 33. deel van
de mond, 35. honingbij, 36. dorp in
N.Brab. bij Asten, 38. jneisjesnaam,
40. vreemde munt, 41. spoedig, 42.
huid, 43. zaadkorrel van een vrucht,
44. spitse bek van een vogel, 46. ver
zoekschrift, 48. voorzetsel, 50. water
in Z.H., 52. achting, 53. afgelegen, 55.
op dezelfde plaats (afk. Lat.), 57.
werper van handgranaat of bom (ge
schied.), 60. katholieke encyclopedie
op kwamen er weer mensen met boten
en die gingen op het eiland Krakatau
wonen. Ze brachten cultuurgewassen en
huisdieren mee en bovendien ook ratten,
vliegen en onkruidzaden.
EEN PAAR WOORDEN OVEP.
SPEELKAARTEN
In augustus 1883 zijn er op het eiland
Krakatau, dat tussen Java en Sumatra
ligt, twee vulkanische uitbarstingen ge
weest. Het hele eiland werd met as be
dekt en al het leven op het eiland werd
vernietigd. Negen maanden later werd
het eiland zorgvuldig door een Belgi
sche natuurkundige onderzocht. Het ge
lukte hem één enkele eenzame spin te
vinden. Afgezien van dit diertje was hel
eiland verlaten en leeg. Zelfs op het na
burige eiland dat 21 kilometer verdet
weg lag was al het leven verdwenen. He
was door de hete as gedood, die op he
eiland neer geregend was. Drie jaren la
ter in 1880 reisde een Nederlandse on
derzoeker naar Krakatau. Hij vond ver
schillende grassoorten en varens. De za
den en sporen waren van ver weg
de wind over de zee gekomen. Langs de
kust groeiden andere planten, het zaad
hiervoor was door de golven aan land
gespoeld.
Tien jaren later vonden een groep we
tenschapsmensen het eiland met bomen
begroeid en omgeven door een rand ko
kospalmen. Tegen de boomstammen
groeiden orchideeën. De hele kleine zaad
jes waren door de wind meegenomen en
soms ook plakken ze aan de poten van
de vogels vast. Insekten en spinnen wa
ren nu overal te zien. Een paar hage
dissen en slangen werden er ook gezien.
Hun voorvaderen waren op drijfhout
naar het eiland gekomen. Spoedig daar-
De eerste kaarten die ooit gemaakt
werden, waren zeer kostbaar en zeld
zaam, omdat ze met de hand geschilderd
waren en van zeldzame symbolen voor
zien. Ze waren gemaakt van b.v. ge
droogde bladeren, dun hout, ivoor, leer
of schildpad of soms ook van zijde.
Pas toen men de papii molen en de
boekdrukkunst uitvond, kon een spel
kaarten pas door een eenvoudig man ge
kocht worden.
Zolang er kaartspelen geweest zijn,
zo lang zijn er ook geweest, die door te
bedriegen probeerde het geluk een hand
je te helpen. En om dit bedriegen on
mogelijk te maken of toch in ieder ge
val moeilijker te maken hebben de fa
brikanten van speelkaarten alles ge
daan, wat in hun macht lag. Ze hebben
de versiering aan de achterzijde zoveel
mogelijk gelijk gehouden. De grootte en
de dikte en de kleur werd iedere keer
weer onderzocht, om te kijken of een
enkele kaart geen sterkere kleur heeft
zodat er geen scheuren en kentekentjes
in kunnen komen en bovendien zijn ze
nog afwasbaar, als de kaarten eens sme
rig mochten worden.
DE TWAALF HONDJES
Oplossing. Het zijn no. 1 en 9.
(afk.), 61. neusklank, 63. onregelma
tig neervallend haar, 65. plaats op de
kust van N. Afrika, Hannibal werd er
verslagen door Scipio, 66. de geza
menlijke hoeveelheid, 69. klinknagel,
70. bijwoord, 71. het einde (muzielc),
73. rijtuig op twee wielen (Indonesië),
75. meisjesnaam, 76. ongaarne, 77.
opening, 78. zijtak Douro.
Verticaal: 1. het voedsel der Israë
lieten in de woestijn, 2. schouwburg,
3. bijwoord, 4. gemeente in Gelder
land, 5. familielid, C. bekende afkor
ting, 7. het gezantschap, 8. sprong, 9.
kleur, 11. meisjesnaam, 13. munt in
Eng. Indië, 15. vette zelfstandigheid,
17. Deo favente (afk.), 19. deeg, 21.
Rom. munt, 23. vaartuig, 25. vis, 28.
rondzwervende herdersstammen, 29.
lief kind, 31. zijtak Elbe, 34. specerij,
35. boom, 36. bid (Lat 37. onder
richt, 39. gezond (Eng.), 45. talentvol,
47. oude Nederl. munt, 48. gekeperde
wollen stof, 49. vlinderbloemige plant,
51. tijdrekening, 53. huid, 54. zuiver
gewicht, 56. gem. ir Utrecht, 58. aan
loop, 59. de naam van Jezus in de
kcran, 60. eiland van Griekenland,
62. stapelmeter (afk 64. voedsel, 67.
laag schoven op de dorsvloer, 68. Eu
ropeaan, 72. dat is (afk. Lat.), 74. lid
woord.
Ook deze week weer geldt de leuze:
Wie voor donderdagmorgen, 12 uur
a.s. een juiste oplossing bezorgt of
doet bezorgen aan de puzzelredactie
van dit blad, dingt mee naar een van
de beide prijzen van vijf gulden.
OPLOSSING VAN VORIGE WEEK.
Horizontaal: 1. S.K., 3. bode, 7. prat,
10. kp, 12. lot, 14. primair, 16. ore, 17.
aloë, 18. entre, 19. knar, 20. lol, 21.
end, 22. ami, 24. aak, 25. omelet, 27.
enigma, 29. de, 30. Ee, 32. tr„ 33. e.e.,
34. loge. 36. Dee, 38. arre. 40. ei, 41.
integraal. 42. de, 43. klot, 45. Noë, 46.
Made, 49. o.e., 50. b.s., 51. ka. 53. no,
55. Brenta, 58. madera. 61. Son, 62.
els, 64. pal, 65. dog, 66. Uden, 67.
kleur, 69. demi, 70. ren. 71, toornig,73.
Lee, 74. dn, 75. kant, 76. aloë, 77. Rr.
Verticaal: 1. sla'om, 2. kolom, 4. op,
5. Drente, 6. eind, 7. p.ra, 8. riemer,
9. ar, 10 kraam, 11. perkal. 13. Tole
do, 15. mt, 16. onager, 21 Ee. 23. in,
26. legioen, 28. Ierland 31. Edens, 32.
Terek, 34. lik, 35. ent, 37. ego, 38. aam,
39. Ede. 44. Loenen. 47. doedel, 48.
absurd. 53. balkon, 52. amaril, 54. ma
giër, 56. Roden, 57. te, 59 al, 60. ro
mer, 63. slot, 64. puna, 68. er, 71. Ta,
72. go.
DE PRIJSWINNAARS.
In de loterij onder de juist inzen
dingen op de puzzel van de vorige
week was het geluk met mevr. A.
SchenkJacobs. Van der Veldstraat
45 te Lisse en met D. van Rijn, Kas
tanjelaan 3 te Leiderdorp. De beide
winnaars krijgen hun prijs zo spoe
dig mogelijk toegezonden.
DE KOLONIST DANIEL BOONE
Omstreeks 1770 woonde Daniël Boone
in de kolonistenkolonie Boonesborough,
die kolonie was dus naar hem genoemd
Het was in Kentucky in Amerika, en
zoals alle kolonistenkolonies in deze tijd.
bestond ze uit een groep huizen, die door
palisaden omgeven waren dat wil zeg
gen, door zeer sterke omheiningen, die
van stevige palen gemaakt waren. In de
palisaden was een solide poort, die met
een weer gesloten werd, als er iemand
door heen gegaan was. De vrouwen en
kinderen mochten bijna nooit buiten de
ze omheining komen, omdat ze bang wa-
ren, dat de Indianen op het oorlogspad
waren. Alleen de mannen trokken er op
uit om te jagen in de grote bossen en
oerwouden.
2. Op een koude winterdag was Daniël
Boone op jacht geweest. Plotseling kwam
hij weer naar huis gereden. „Iemand
heeft de hoofdman Kink Cornstalk ge
dood", riep hij, „de Shannie-Indianen
z(jn op het oorlogspad, niemand mag
buiten de palisaden komen. Boone wist
meer over Indianen, dan de meeste an
dere kolonisten. Toen hij nog een jon
gen was, was hij met ze bevrind ge
weest, en hij kende vele van hun ge
heimen. Hij wist ook, welke gevoelens
de Indianen jegens de blanken koeste
ren, die immers al hun land hadden af
genomen en al het wild voor hun ogen
doodschoten. H(j wist ook hoe wild en
wreed de Indianen konden zijn, als ze
iemand haten.
*P
(31)