%hdemmd- Het sprekende testament In de Krantentuin X.AJ.-manitest voor eenheid in de wereld Scholier door brug beknelt Het geheim van de ijzeren kist ZATERDAG 22 MAART 1958 DE LEIDSE COURANT PAGINA o De internationale Katholieke Ar beiders Jeugd richt dezer dagen een manifest aan alle jonge arbeiders en Arbeidsters over de gehele wereld. De inhoud van het manifest werd vastge legd op de eerste wereldraad van de KAJ, jl. zomer in Rome gehouden. Het zal over de gehele wereld wor den verspreid in alle talen. In het manifest wordt een vurig beroep gedaan op alle jongeren om zich boven alle verdeeldheid uit te verenigen in een gezamenlijk zoeken naar een oplossing voor de meest dringende problemen in een geest van eendracht en samenwerking. Het wil „het verlangen naar ernstig zoeken wakker roepen, zowel bij de topfiguren als bij de jongsten en minstontwikkelden, die vooral de slachtoffers zullen worden van ver deeldheid en oorlog", aldus het ma nifest. DODELIJK ONGELUK IN MAC HI N ER ABRI E K Gistermiddag om half drie is in een machinefabriek aan de Lijmbeek- straat een dodelijk ongeluk gebeurd. De 61-jarige arbeider M. F. had het ongeluk met zijn mouw gegrepen te worden door een snel draaiende spil van een kotterbank. Hij werd mee getrokken, en daarbij zo ernstig ge wond, dat hij nog tijdens zijn vervoer naar het binnenziekenhuis overleed. Hij was gehuwd. Gistermorgen is te Leeuwarden de 13-jarige scholier P. Poortinga uit Leeuwarden, bekneld geraakt tussen de brugleuning van de Eerste Kanaal- brug en een op de wal staande lan taarnpaal. Met een paar makkers wa9 de knaap de reeds draaiende brug, die door de burgwachter was afgesloten opgelopen. Toen hij van een van de jongens een duw kreeg, kwam hij te vallen met het gevolg dat hij bekneld raakte. De jongen werd levensgevaar lijk gewond per ambulance naar het diaconessenhuis overgebracht, waar hij onder chirurgische behandeling is gesteld. In zijn toestand is tot dus verre geen verandering gekomen. Aetherklanken ZONDAG. TELEVISIEPROGRAMMA NTS: Relais v. d. Duitse TV: 20.J HILVERSUM I. 402 M. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA. 18.30 VPRO. 19.00 IKOR. 20.00—24.00 AVRO. VARA: 8.00 Nws. 8.18 Vooi het platteland. 8.30 Gevar. progr. 9.46 Geestelijk leven, causerie. 10.00 Strijkork. en solist 10.30 Boekbespr. 10.40 Muzikale caus. 11.20 Cabaret. AVRO: 12.00 Lichte muz. 12.30 Sport- spiegel. 12.35 Orgel en zang. 12.55 Een opdracht aan het Nederlandse volk, caus. 13.00 Nws. en S.O.S.-ber, 13.07 De toestand in de wereld, caus. 13.17 Meded. of gram. 13.20 Gevar. prog. v. d. sold. 14.00 Boekbespr.. 14.20 Kamerork., koor en sol. 14.50 Toneelbeschouwing. 15.06 Pianoreci tal. 15.35 De Joodse godsdienst door de eeuwen, caus. 15.55 Gram. 16.00 Dansmuz. 16.30 Sportrevue. VARA: 17.00 Zigeunerork. 17.30. Voor de jeugd. 17.50 Nws., sportuitsl. en sport- journ. VPRO: 18.30 Kórte kerkdienst. IKOR: 19.00 Voor de jeugd. 19.30 De open deur, vragenbeantwoording. AVRO: 20.00 Nws. 20.05 Koorzang en sol. met ork. 20.45 Commt ci, comme ga, stemming beelden uit het Franse leven. 21.00 Lichte muz. 21.20 Hol lands allerlei. 21.40 Voordr. 21.55 Lichte muz. 22.15 Act 22.30 Gram. 23.00 Nws. 23.15—24.00 Verleden en heden. HILVERSUM II. 298 M. 8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 CON VENT VAN KERKEN. 11.30 NCRV. 12.15 KRO. 17.00 IKOR. 19.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO. KRO: 8.00 Nws. 8.15 Gram. 8.25 Hoogmis. NCRV: 9.30 Nws. en water standen. 9.45 Gram. CONVENT DER KERKEN: 10.00 Geref. kerkdienst. NCRV: 11.30 Gewijde muz. 11.45 Gram. 11.55 Gewijde muz. KRO: 12.15 'Gram. 12.20 Apologie. 12.40 Instr. Oc tet. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws. en kath. nws. 13.10 De wadders, hoorsp. 13.30 Lichte muz. 13.45 Boekbespr. 14.00 Pianorecital. 14.25 Radio Phil- harm. ork. 15.15 Kamermuz. 15.45 Muz. caus. 16.10 Sport. 18.30 Vespers. IKOR: 17.00 Jeugdienst. 18.00 Kan de Hervormde Kerk anders dan Volks kerk zijn? klankb. 18.40 Catechisatie voor varenden. NCRV: 19.00 Nws. uit de kerken. 19.05 Samenzang. 19.25 Tot ziens in Jeruzalem, gesprek. KRO 19.45 Nws. 20.00 Gram. 20.30 Act. 20.45 De gewone man. 20.50 Cabaret. 21.20 U bent toch ook van de partij?, caus. 2L30 Als je nog vrij bent, hoor spel. 22.05 Lichte muz. 22.35 Uit het Boek der Boeken. 22.45 Avondgebed en liturg, kal. 23.00 Nws. 23.15 Gram. 23.3024.00 Laatste rondje. MAANE^AG. TELEVISIEPROGRAMMA. VARA: 20.30 Israël, filmdocumen- laire. 21.00 Redding bij Latrabjarg, filmdocumentaire. 21.50 Filmprogr. HILVERSUM X. 402 M. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20—24.00 VARA. VARA: 7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.20 Gram. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 9.00 Voor de vrouw. (9.359.40 Waterst.). VP RO: 10.00 Voor de oude dag, caus. 10.05 Morgenwijding. VARA: 10.20 Kamermuz. 10.50 Gram. 11.00 Dans muz. 11.30 Gram. 12.00 Pianoduo. 12.15 Politiekapel. 12.30 Land- en tuinb.meded. 12.33 Voor het platte land. 12.38 Politiekapel (verv.). 13.00 Nws. 13.15 Voor de Middenstand. 13.20 Lichte muz. 13.45 Voor de vrouw 14.00 Fluit en claveciir.be!. 14.25 Das Dreimadelhaus, operette (gr.) 15.30 Zestig minuten voor boven de zestig. 16.30 Gram. 17.00 Volksliedjes en -dansen. 17.15 Lichte muz. 17.50 Mil. comm. 18,00 Nws. en comm. 18.20 Lichte muz. 18.45 Clavecimbelrecital 19.05 Parlementair overz. 19.20 De muziek-kiosk. 19.45 P.egeringsuitz.: Studeren en student zijn. 1. Van schoollokaal naar collegezaal, door R. v. d. Mast, adviseur voor studenten- aangelegenheden te Delft. 20.00 Nws. 20.05 De Familie Doorsnee. 20.35 Het belang van de Statenverkiezingen voor het politieke leven in ons land, caus. 20.50 Dansmuz. 21.25 Plantaar dig en mineraal, competitie. 22.05 Ra- diofilharm. ork. 22.45 Gram. 1 Nws. 23.15 Gram. 23.3524.00 Rose Marie, operette (verkorte uitvoering (gram.). HILVERSUM H. 298 M. 7.00—24.00 NCRV. NCRV: 7.00 Nws. en SOS-ber. 7.10 Gewijde muz. 7.50 Een woord voor de dag. 8.00 Nws. en weerber. 8.15 Sport uitslagen. 8.25 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Raak de roos. 10.15 Gram. 10.30 Theologi sche etherleergang. 11.15 Gram. 11.35 Gevar. progr. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinb.meded. 12.33 Hobokwart. 12.55 Vacantieru- briek. 13.00 Nws. 13.15 Lichte muz. 13.45 Gram. 14.05 Schoolradio. 14.30 Alt en clavecimbel. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Musette-muz. 15.35 Gram. 16.00 Bijbellezing. 16.30 Ka mermuziek. 17.00 Voor de, kleuters. 17.15 Voor de jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursber. 17.45 Regeringsuitz.: Rijks delen Overzee: Kinderbescherming in Suriname, door mr M. de Groot, di recteur van Sociale Zaken te Para maribo. 18.00 Orgelconc. 18.30 Sport. 18.40 Engelse les. 19.00 Nws. en weer bericht. 19.10 Op de man af. 19.15 Schoolzang. 19.35 Volk en Staat, caus. 19.50 Gram. 20.00 Radiokrant 20.20 Staatsiebezoek v. Koningin Elizabeth en Prins Philip: Radio Filh. ork. 21.00 De leeuw en de eenhoorn, klankb. met muz. 21.30 Gram. 21.40 De tijd waarin wij leven, caus. 21.55 Gram. 22.00 Boekbespr. 22.15 Orgelconc. 22.45 Avondoverdenking. 23.00* Nws. 23.15—24.00 Gram. VL TOEN Win TERUG KWAM was zijn maat G-errit al druk aan het schu ren. Deze was het varen al lang gewend, maar Wim moest nog steeds naar buiten kijken, naar alles waar ze langs gingen. Nu zagen ze voor zich liggen de grote zee. De golven werden duidelijker en ook het schip ging dobberende bewe gingen maken. Ze moesten eerst door de branding heen en daarna zou het water wel rustiger worden, tenminste als er geen wind op kwam steken. In het begin vond Wim het deinen van het schip wel leuk; net of je op een schommel zat, beurtelings hoog en laag. Toch kreeg hij na een poosje een mis selijk gevoel op zijn maag en dat werd steeds erger. Gerrit keek hem al eens van terzijde aan. 't Zou misschien Wel meevallen, maar die wit-groene gelaatskleur beviel hem toch niet. ,Jö, Wim, vo^l je je niet lekker? Leg je sctauursteen maar even neer en ga rustig zitten, dan gaat het wel over. Dat is een beetje zeeziek. Ik had er in 't begin ook last van. Na een poos went dat wel". Maar het ging niet over. Wim kon het niet meer uithouden, hij liep naar de reling en daar ging de hele inhoud van zijn maag het water in. Oei, wat voelde hij zich ziek. 't Leek of hij niet meer op zijn benen kon staan. Hij bleef nog een poos staan sukkelen en viel toen doodziek op een stoel neer. Zo vond hem de bootsman. „Wim, wat ga je doen? Kruip jU maar een paar uren in je kooi. Ik zal je wat geven, waarvan je gauw op knapt". En de bootsman nam de zieke jongen mee, die op zijn benen liep te wag gelen. De branding was vandaag nogal hevig. Iedereen liep zich aan alles en nog wat vast te houden. Toen ze eenmaal door de branding heen waren en de zee als een kalme, glinsterende watervlakte voor hen lag, werd ook het schip rustiger. Wim voel de wel dat het deinen minder werd. doch zijn maag was nog behoorlijk van streek. Hij begon warempel spijt te krijgen over wat hij begonnen was en hij verlangde alweer naar de boerderij. Een tik op zijn deur deed hem om zien. De bootsman stond weer met een glas medicijn in de deuropening. „Al wat beter jongen?" Wim knikte van nee. „Kop op Wim. Dat heeft bijna ieder een die voor de eerste keer vaart". Wim dronk het glaasje leeg en wilde toen uit zijn bed stappen, maar de bootsman hield hem tegen. „Biyf vanavond nog maar fijn in Je kool. dan ben je morgenochtend weer zo fris als een hoentje". Wim ging weer plat en sliep weldra als een roos. Hij sliep zó vast. dat hij zijn hutgenoten niet eens in bed hoorde stappen. En werkelijk, de volgende mor gen was alles oké. Hij trok blijmoedig zijn werkpakje aan en ging Gerrit hel pen bij het schuren. Ook moest hij als jongmaatje af en toe d» kok helpen met het afwassen van de vaat. het opruimen van de tafels en het schillen van de piepers, allemaal dingen waar hij geen hekel aan had, omdat hl) thuis zijn moe der ook altijd graag geholpen had. Voor de kust van Engeland moesten ze weer door de branding, maar door het bijtijds innemen van een geneesmid del had hij nu weinig last van zee ziekte. Het duurde trouwens maar vijf minuten en toen lagen ze al voor de kade. Het bunkeren van de brandstof fen begon al dadelijk ZO gauw het schip stil lag. Het leek wel of de werklui er op stonden te wachten en dat was ook zo, want tevoren was doe.* de marconist de tijd van aankomst geseind. Wat Wim hier van de haven zag, was niet veel moois. Alles zag zo zwart als roet en wat hij van Engeland zag. was bitter weinig. Dat had hij zich heel anders voorgesteld. In de verte wat hoge ge bouwen. kerktorens en havenbedrijven. Dat was alles. Zodra het schip geladen was. vertrokken ze weer. Eigenlijk was het Wim tegengevallen. Hij had al veel over Engeland gelezen en nu gingen ze er met een razend tempo, voorbij. Als dat altijd zo was. zou hij ook zeker niet veel van Amerika zien. Nog stond hij in gedachten verdiept, toen Gerrit hem een flinke por gaf en hem wenkte om mee naar het werkhok te gaan. Het schip moest gedweild wor den. want alles zat behoorlijk onder de kolenstof. De tocht over de Oceaan verliep rus tig. De zee was kalm. Ieder had zijn wera. Het dreigde zelfs eentonig te worden om steeds maar water en lucht te zien. 's Avonds In de vrije uren was het wel gezellig. De bootsman kon pret tig vertellen, maar een oude matroos kon het nog veel mooier. Die verhalen grensde aan het wonderbaarlijke, maar als hij het wat al te ongelooflijk maakte, dan kwam de bootsman er tussen en maakte er een eind aan. „Kom jongens, laten we eens wat gaan zingen. We hebben Wim nog helemaal niet gehoord. Jongen, laat je eens horen. Misschien ken Je nog wat versjes van de school". Wim bloosde er van. Zingen was nu juist zijn sterkste zijde niet. Toch wilde htj zich niet laten uitlachen, alsof hij een verlegen jongetje was. Wacht, daar zou hij zich eens fijn uitredden. Beneden in zijn kastje lag zijn mondharmorika en daar kon hij zeer goed op spelen. „Over een paar minuten ben ik terug", zei hij lachend. De bootsman keek hem lachend na. stopte eens opnieuw zijn pijp en keel: tevreden de kring rond. Hij had het toch met die «niéuwe" best getroffen. Daar was Wim alweer terug. Hij ging. op de grond zitten, met zijn rug tegen een bank, haalde zijn mondharmonika voor de dag, poetste het ding, uit ge woonte, op aan zijn broek en begon een aardig bekend wijsje te spelen. Bij de tweede regel zongen ze'allemaal al mee en Wim moest tot het laatste couplet blijven spelen. Die avond speel de hij het ene versje na het andere. Ze waren allemaal enthousiast over de nieuwe aanwinst. De bootsman trakteer de op een gevulde koek en het koks maatje ging voor allemaal een extra kop koffie halen. Ze bleven nog een tijdje gezellig by elkaar tot het tijd werd om de kooi op te zoeken, want de volgende dag moest ér weer flink gewerkt worden. Die avond stapte Wim zonder heimwee in zijn bed. Hij zou het best uithouden hier. Dat voelde hij wel. (Wordt vervolgd). Correspondentie „schrijfs" Nicky. COrrie Dobben (Roelofarendsvcen) vindt vandaag haar verhaaltje in de krant. VAN EEN ARM JONGETJE Roeltje woonde met zijn ouders in een arm huisje op een eenzame plek aan de buitenkant van de stad. Roeltje was pas vijf jaar en heel erg zwak. Op een avond, zo tegen zes uur, vroeg zijn moeder of hij nog eens wat lucifers wilde gaan verkopen, want ze hadden geen geld voor de avondboterham. Roel tje stribbelde wat tegen. Hij voelde zich weer zo ziek. „Je hebt maar te gaan en je komt niet thuis voor alles verkocht is", zei zijn vader boos. Daar ging Roeltje heen, kleumend van de kou. Telkens vroeg hij aan de voor bijgangers of ze een doosje lucifers van hem wilden kopen, maar de mensen letten niet op het kleine ventje en lie pen maar stevig door. Toen Roeltje van de kou haast niet meer kon lopen, ging hij op een stoep zitten. Om een beetje warm te worden stak hij een lucifer aan. Roeltje dommelde een beetje in. Hij droomde van een heerlijk warme kachel en daar zat hij bij. Toen hij wakker werd voelde hij weer de kou. ,,Ik steek nog een lucifer aan", dacht hij en weer had hij een mooie droom. Toen hij weer wakker werd, stak hij een heel doosje aan. Nu droomde hij pas mooi. Hij zag zijn oma, die hem mee nam naar de hemel, weg van de aarde en de ellende. De volgende morgen vond men het jongetje doodziek, naast de afgebrande lucifers. De vader en moeder werden opgespoord en de vader kreeg een jaar gevangenisstraf voor kindermishande ling. Nellie van Veldhuizen (Noordwijker- houl). Jij bofte toch maar met dat ge zelschapsspel te winnen. Speel Je er nog dikwijls mee? Hier komt je verhaaltje: ONGEHOORZAAM Kitty en Connie gingen naar school. Het was half negen, dus ze hadden nog een half uur de tijd eer de school be gon. Ze waren dikwijls zo vroeg en haalden dan meestal kattekwaad uit. Laatst was het zo erg, dat ze thuis hadden moeten beloven, voortaan beter op te passen. Onderweg stonden ze voor een ban ketwinkel. „Willen we nog één keer die deur opengooien?" vroeg Kitty. „Ach nee", zei Connie. „We hebben toch beloofd dat >ve 't niet meer zouden doen?" „Nog één keertje en dan nooit meer". ALBERT SCHWEITZER De ontmoeting met een man, die een boek geschreven had. had een grote in druk op de jonge Albert Schweitzer ge maakt, maar kort daarna vond er nog een andere gebeurtenis plaats, die het sedertdien ook niet meer vergeten heeft. Soms kwam er een jood. Moos ge naamd. met zijn ezelskar door de straten van Günsbach. Moos woonde in een na burige stad, maar altijd, als hij in GQns- bach opdook, liepen de straatjongens joelend achter hem aan en riepen: Moos. Moos. Op een dag deed Albert ook meemaar de man schold niet op de jongens. Hij draaide zich alleen maar af en toe om en glimlachte een beetje ver legen en goedig. Dit glimlachje en het feit, dat de man zweeg, ofschoon hij getreiterd en geplaagd werd, maakte een onuitwisbare indruk op Albert. Vanaf deze dag groette hij Moos eerbiedig en later, toen hij op het Gymnasium ging. kwam hy altijd naar hem toe. als hy hem zag en liep een stukje met hem mee. „Deze man heeft me beter, dan vele anderen, opgevoed", zei Albert Schweit zer later. „Vandaag nog dwingt de ge dachte aan dit geduldig glimlachen mij ook tot geduld, als ik eigenlijk zin heb woedend te worden. (Wordt vervolgd). „Nou. vooruit dan. Ik zal de deur opengooien, dan moet jij daar gaan staan", Kitty gooide met een vaart de deur open en rende weg. Connie kon niet zo hard lopen en bleef een heel stuk achter. Daar kwam de bakker aan. greep Connie en riep Kitty om terug te ko men. De bakker nam ze alle twee mee zijn winkel. Daar zagen ze een grote barst in de ruit, omdat die tegen een emmer was aangevallen. Ze moes ten samen de ruit betalen. Wim Langesla? (Rijnzaterwoude). Je bedankbriefje voor de step die je ge- hebt, komt ook in de krant. Beste tante Jo en oom Toon, Allereerst wil ik u hartelijk bedanken voor de step, die ik zo maar gewonnen heb. Hij rijdt erg lekker en ik vind hem erg mooi. We hebben nog nooit een step gehad en we wilden er altijd zo graag een hebben, dus u begrijpt dat we blij zijn. Daarom nog maar eens honderdduizendmaal bedankt hoor. Ik wil u ook vragen of ik voortaan mee mag doen met de Krantentuin samen met mijn zusje Corry, die alvast een verhaaltje klaar heeft. Hier komt het: DE STEP Het was zaterdagmiddag. Er werd gebeld. Ik ging naar de deur en zag een meneer staan, die zei: „Ik kom van de Leidse Courant, ben ik hier terecht bij Langeslag?" Ik zei: „Ja meneer", en dat was waar ook. maar misschien weet mijn moe er van. Ik riep mijn moe, die kwam er al aan. Ze kon haar ogen niet geloven, toen ze de step zag. De meneer zei, dat Wim de step gewonnen had. We waren natuurlijk erg blij en we hadden nooit gedacht, dat ons broertje een step zou winnen. Wim en Jos hebben nog een hele tijd gestept. Jos is een klein broer tje van me. Op de zolder is ruimte genoeg en toen moesten ze naar bed om de volgende dag weer te beginnen. Thea v. d. Werff (Zoeterwoude). Je had zeker al gedacht: „ik hoor maar niets". De oplossing was prima. Adrie Beuk (Leimuiden) heeft iets te vertellen over: TE LAAT OP SCHOOL 't Was half 9. Jaap lag nog op bed. De wekker was allang afgelopen en moeder had ook al een paar keer ge roepen, maar Jaap sliep ongestoord verder. Moeder werd het roepen moe en ging naax boven. Eindelijk met veel geschud werd hij wakker. Het was on- derdehand al kwart voor nege"h gewor den. Jaap kleedde zich vlug aan, waste zich nog vlugger, ging toen naar be neden, haalde een kam door zijn haren, at terwijl een boterham en rende naar school. Daar kwam hij te laat aan, de deur was op slot. Jaap belde aan. Er werd opengedaan en hij ging vlug binnen. Zijn jas. tas en pet mikte hij op de kapstok en ging de klas in. Hij moest op school blijven. Om vier uur gingen alle jongens naar huis, maar hij moest honderd keer schrijven; Ik mag niet lui zijn. Eindelijk had hij ze af en «nocht naar huis. Hij kwam nog net op tijd thuis voor het eten. Hij kreeg maar heel wei nig en moest vroeg naar bed. Dat was zijn straf. oplossingen Rina van Dienien (Xieuw-Vennep)GIJs van Diemen (idem), Adrie v. d. Lans (Lisse), L. Hakkaart (Leiden), Beppie Drie circusolifanten, Siam, Bombay en Delhi brachten hun vakantie eens op een boerderij in de staat New York door. Toen ze in een vijvertje in de nabijheid dronken, kwam er een paard langs gegaloppeerd. Dat maakte zo'n ge weldige indruk op de dikhuiden, dat ze zich lostrokken. Ze waren buiten zich zelf van schrik en vlogen het dichtst bijzijnde bos in. De eigenaar, de domp teur (temmer) meneer en mevrouw Vid- bel, hun kinderen ook de grootouders gingen onmiddellijk op zoek en nog voor hek donker werd, hadden ze Delhi en Bombay weer veilig en wel in de stal gezet. Maar Siam was weg. Die ha^l koers gezet naar de bergen en ofschoon meneer en mevrouw Vidbel de hele nacht zochten, konden ze hem nergens vinden. De volgende morgen kwamen de bu ren ook om aan de jacht deel te nemen. De politie en de werklieden uit het bos deden ook mee. Ja, zelfs avontuurlijke schoolkinderen trokken door de bossen en een hef schroef vliegtuig zweefde over de kruinen van de boven. Er meldden Wessendorp (idem), Albert van Wie- ringen (Oude-Wetering). Rietje Hoogen- boom (Roeiofarendsveen), Robbie Lan- gerak (Alphei.). Tinie Sikking (War mond). José v. d. Zwet (Roeiofarends veen). Ada van Grieken (Warmond). Maria de Haas (Katwijk), Ellie Berg (Zoeterwoude), Freddie Kriek (Leiden). Herman Kienjet (Leiden), Els Raaphorst (Leiden), kinderen Verdegaal (Sassen- heim), Fransje Bocxe (Ter Aar), Annie de Wit (Alphen). Dag kinders tot de volgende week. TANTE JO en OOM TOON. OOK PLANTEN HEBBEN KOORTS Niet alleen mensen en dieren hebben koorts, al ze ziek zijn. Dank zij zeer fijne meetinstrumenten hebben weten schapsmensen ontdekt, dat ook planten een hogere temperatuur hebben als er iets niet mee in orde is. Als bijv. ap- half jaar lang koorts hebben zich ook mensen, die zichzelf „jagers op groot wild" noemden. Ze bestudeer den de voetafdrukken van Siam en zei den, dat Siam zeer zeker in westelijke richting gelopen was. Meneer Vidbel antwoordde, dat Siam dan zeker achter stevoren gelopen had.... en toen sloeg hij zeer beleefd, maar zeer beslist alle hulp van de experts af. Tijdens de jacht werd Siam verschei dene keren vanuit de lucht en ook van af de grond gezien. Een chauffeur kreeg de grootste schok van z'n leven, toen hij plotseling een kolos voor zich op de weg. in het licht van zijn schijn werpers, zag en een gezin, dat een beetje terzijde van de weg woonde, werd gewekt, doordat er iets aan de keuken deur stond te schudden. Toen ze naar bulten gingen om te kijken wat er aan de hand was, stonden ze oog in oog met Siam. Ze nodigden hem uit om mee te on^ijten, maar hij draaide hen de rug toe en stormde op het bos toe. Eens kon meneer Vidbel zo dicht bij hem komen, dat het hem lukte Siams poot aan een boom vast te binden. Maar toen alle jagers op Siam toeliepen, rukte hij boom met wortel en al uit en vluchtte weg. Meneer Vidbel speelde het nog klaar hem aan z'n staart vast te hou den, maar nadat Siam hem door struik gewas en prikkeldraad gesleept had, moest hij weer loslaten. Toen Siam voor de tweede maal om ringd werd. had hij blijkbaar genoeg van zijn vrijheid. Hij klom al op de grote transportwagen voor dieren en begon onmiddellijk aan een maaltijd hooi. Siam was op zijn uitstapje verkouden geworden, maar veel rust, grote hoe veelheden peniciline en een paar glazen vol whiskey jaagden de verkoudheid op de vlucht. DE TELEFOON WAS KAPOT In Afrika werd de telefoonverbinding tussen Nairobi, Mombassa en andere steden enige jaren geleden steeds ver broken. Het bleek dat giraffen zich aan de telefoondraden stonden te krabben. Pas toen men de telefoonpalen 3 meter langer maakte, van 6 naar 9 meter, werd de verbinding weer beter. Toe vsder.blófnulatmlfa nar binnen, wzt met dt \kmkkm spelen! luistert, mm vzderis met bepakt tek.en zeker met eevartik 'Mar we!zenuw ziek en behept met een speetioerhomplek V komt zeker het kpsteet eens bekeken7 Wti.eh. jutfnm, eh tk zoo eventueel li al de kinderen het pgr* loten zien. en mshensrbmi /Br zsi hetnowr die tatvr @re mar w# voor onnozek spelenDé immer omm tihoeeprnkbebien'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1958 | | pagina 6