50 Jarig jubileum van
direkteur „De Faam"
Leerlingen VGLO-school Boommarkt
bestudeerden „Volk van Suriname"
Ballonvaarten voor
Rotterdams Klein-seminarie
Lissone-Lindeman opende
nieuwe
vakantieperspectieven
Pessimisme in de film
WOENSDAG 19 MAART 1958
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 4
De geschiedenis van
een Tjöddengeslacht
Het gebeurt niet vaak, dat men de
geschiedenis van een 50-jarige jubi
laris raag beschrijven. Ditmaal is het
een jubilaris die directeur is. Van
,J>e Faam" n.I., kledingmagazijn aan
de Hoogstraat te Leiden. De jubile
rende directeur is de heer Guus (G.
C. A.) Schlatmann (72), met wie wij
een onderhoud hadden, waarin veel
over de Schlatmanns, een geslacht
van „Tjödden" verteld werd.
Een van de merkwaardigste ge
beurtenissen in de geschiedenis van
de Nederlandse economie is wel het
optreden van de „Tjödden", die met
hun textiel uit het Westfaalse land
kwamen. Het waren eenvoudige lie
den, die hun bescheiden huizen in
het „Land der roten Erde" verlieten
om in Nederland de kost te verdie
nen. De „Cloppenburgs", de Brcn
ninkmeyers, de Lampe's, zijn op deze
manier van Duitsland naar Nederland
getrokken en wisten hier een zekere
welstand voor vrouw en kinderen
thuis te bereiken. De Westfalers stel
den geen hoge eisen.
Zij waren eenvoudig en ijverig en
vooral zeer godsdienstig. Deze we
tenschap hebben wij niet van de heer
Guus Schlatmann, maar uit de ge
schiedenis van het „Tjöddengeslacht"
Schlattmann, dat door het familielid
H. van Woerden te boek is gesteld.
De geschiedenis, die de heer Guus
Schlatmann op zijn levendige, beel-
denrijke wijze vertelde, gaat terug
tot zijn grootvader de heer Anton
Schlattmann, die na een reizend tex-
tielvei^coper geweest te zijn, van de
stoffen, die hij 's winters thuis in
Neuengirchen vervaardigd had, zich
in Haarlem in de Veerstraat vestigde.
De zaak ging goed en nóg is een
bloeiende zaak van de Schlatmanns
aan de Veerstraat gevestigd. Zijn
zoon Gustav, vader van de thans ju
bilerende oudste directeur van „De
Faam", ging ook in het vak. Hij door
liep een leertijd bij verschillende ma
nufacturenzaken, waar hij jaarsala
rissen van 65 gulden verdiende.
„Ik herinner me, dat mijn vader
mij vertelde, dat hij onder de toon
bank in de winkel sliep en dat hij
nog géén uurtje vrij kon krijgen om
de keizer van Rusland Amsterdam
binnen te kunnen zien trekken".
Confectie
Gustav Schlatmann heeft een zaak
aan de Vismarkt te Leiden gevestigd
in het jaar 1880. De handel ging goed,
het voormalige pand van de fa Wit
kamp werd uitgebreid met de zaak
van de firma Bekking, die grensde
aan de achterzijde van het stadhuis.
Het pand werd verbouwd in de pe
riode, waarin de confectie een revo
lutie in de textielhandel teweeg
bracht. De eerste confectie-kleding
bestond uit mouwloze pellerines, die
in drie maten verkocht werden. Het
was een vormloos kledingstuk, dat
aan de confectie weinig eisen stelde.
Maar het hek was van de dam. De
confectie-industrie kon zich vrij ont
plooien en al spoedig werden de
sombere pelerines gevolgd door da
mes- en kindermantels.
De heer Guus Schlatmann op zijn
kantoor voor een oude prent van de
Hoogstraat, de plaats waarop thans
„De Faam" gevestigd is.
(Foto's Leidse Courant)
1 x 1 19
Is U ook van de partij?
Zondag 30 maart a.s. is een
voorname dag.
Stemt dan A. van Dijk
No. t
voor de groslijststemming van
de gemeenteraad.
De candidaat die zijn plaats
meer dan waard is.
Stemt A. v. Dijk No. I
Die plaats op uw stembiljet
geeft hem 19 punten per stem.
(Advertentie)
De uitgebreide familie Schlatmann
bestond in die dagen bijna geheel uit
manufacturiers. Zij vormden tezamen
een inkoopcombinatie, waaruit weer
zaken in andere plaatsen in Neder
land zijn voortgekomen, zoals Ber-
tels te Schiedam en Hofstee te Vlaar-
dingen. De confectie werd uitgebreid,
de bovenwoning moest ontruimd wor
den, waarna ook een uitbreiding tot
een herenafdeling in een pand aan
de Vismarkt 16 en 17 moest volgen
(hierin had dokter Lechner gewoond).
Verhuisd
De brand van het stadhuis was er
de oorzaak van dat „De Faam" naar
de overkant moest verhuizen. Alle
panden aan de achterzijde van het
stadhuis werden n.L voor de nieuw
bouw onteigend. In dit gebouw aan
de Hoogstraat vond de concentratie
plaats van de verschillende afdelin
gen. Het was de plaats waar vroeger
het beddenmagazijn van gebr. Brü-
ning was gevestigd. (Gustav was met
een Brüning getrouwd). Hier breidde
de zaak zich uit; de belangrijkste
verbouwing vond in 1934 plaats,
waarbij het gebouw van „De Faam"
zijn dominerende gevel kreeg.
Ook van de voorgeschiedenis van
dit gebouw valt veel te vertellen.
De koopacte van het vroegere pand
is nog in het bezit van de mede
firmant, de heer Alphons Schlat
mann, die zeer aan geschiedenis
gehecht is. Zij stamt uit 1606. De
kelders onder de magazijnen ver
tonen romantische gewelven en
trapjes. Men fluistert, dat op deze
plaats de Burcht-kapel heeft ge
staan.
Uit het pand is ook onlangs de ge
metselde schouw uit 1750 verwijdert
en geschonken aan de V.V.S.L., die
het kunstwerk onder auspiciën van
Monumentenzorg in haar tehuis aan
bracht.
Maar op de eerste plaats wilden
wij iets vertellen van de jubilerende
directeur Guus (G. C. A.) Schlatmann
en omdat zijn historie, die van „De
Faam" is, meenden wij het er goed
aan te doen, deze geschiedenis te zij
ner eer op te halen.
Zijn hobbie is zijn zaak, zegt hij
en „zakenreizen maken". Hiermee
verloochent hij zijn „Tjöddenaf-
komst" niet. Het blijkt, dat ook in
de familie het rotsvaste geloof, en
de beste katholieke tradities geble
ven zijn. En met gerechtvaardigde
trots voegt hij er aan toe, dat vier
van zijn elf kinderen in het klooster
zijn. drie Benedictijnen en één Bene
dictines, terwijl er in de gehele fa
milie veel priester-roepingen zijn.
Twee andere zoons zijn in de zaak.
Het vijftigjarig jubileum wordt
morgen gevierd met de heropening
van de geheel gerestaureerde zaak,
die ongetwijfeld een van de belang
rijkste verbouwingen uit haar be
staan achter de rug heeft. De inhoud
van het bedrijf werd practisch tot de
vier muren gesloopt, zodat men ge
heel naar het inzicht van deze tijd,
nieuwe étages kon inrichten. Deze
totale vernieuwing is een schoon
symbool bij dit jubileum.
Anton Schlatmann, de „Tjödder", die
met zijn mars op de rug over de grens
kwam; grootvader van de jubileren
de directeur. Let op de laarzen met
gespen.
„VJ.R.O." OVER VREEDZAAM
GEBRUIK ATOOMENERGIE
In het Prytaneum, Rapenburg 6,
sprak gisteravond op uitnodiging van
de Vereniging voor Internationale
Rechtsorde, de heer H. Granville
Fletcher, onderdirecteur van het in
formatiecentrum van de Verenigde
Naties te Londen over „De Verenig
de Naties en het vreedzame gebruik
van atoomenergie". Spreker, die
reeds vele jaren aan bovengenoemde
instelling werkzaam is, liet allereerst
de geschiedenis van de ontwikkeling
der atoomenergie de revue passeren.
Ongeveer zestien jaar geleden wist
een Italiaanse professor in een labo
ratorium in Chicago de eerste ge
slaagde proefneming met atoomener
gie tot stand te brengen.
Men heeft toen kort daarna te
Cambridge een instituut opgericht,
dat zich ging specialiseren in het ne
men van proeven met deze nieuwe
krachtbron.
Toen tijdens de laatste wereldoor
log de eerste atoombom ontplofte,
heeft de wereld ingezien, dat een
herhaling van deze gebeurtenis
rampzalige gevolgen zal hebben.
Daarom vroeg men in 1946. om een
beëindigen van deze proeven'voor
militaire doeleinden en was er een
streven tot internationaal samen
werken.
Tien jaar later werd de eerste con
ferentie hierover in Genève gehou
den. Op deze conferentie hebben de
verschillende landen hun gegevens
wat betreft het atoomonderzoek uit
gewisseld en er is zelfs sprake ge
weest van een samengaan van Oost
en West.
De heer H. Granville Fletcher ver
telde ook dat er over de atoomener
gie veel waardeloze voorlichting en
propaganda bestaat, maar dat men
niet vergeten moet dat de ontwikke
ling nog in de kinderschoenen staat.
Lichtzinnig denken over dit pro-
belem, vind spreker afkeurings-
waardig. Vooral in Engeland is men
zich de laatste tijd terdege bewust
van de grote gevaren die aan deze
atoomenergie ontwikkeling vastzit
ten.
De leerlingen van klas la van de
katholieke V.G.L.O.-school aan de
Boommarkt hebben een bezoek ge
bracht aan de tentoonstelling „Volk
van Suriname" in het museum voor
Volkenkunde te Leiden en daar zo
véél van dit interessante land opge
stoken dat zij vele zaken maakten,
die op deze tentoonstelling van toe
passing zijn.
Zij tekenden albumbladen vol met
beschrijvingen van de veelsoortige
bevolking van Suriname, en maak
ten werkstukken, zoals een kunstig
gefabriceerde tam-tam. De jongelui
hebben hiervoor een stuk boomstam
voor de helft uitgehold. Voorts maak
ten zdj pijlen en bogen, modellen van
boten, en vele kapiteinshutten der
bosnegers. Een opvallend kunstwerk
is ook de toren voor het Tad ja-feest
van de Mohammedanen, waarin vol
gens de toelichting van de jeugdige
beschouwers, de Mohammedanen
hun zonden toevertrouwen, waarna
het gevaarte aan de rivier wordt toe
vertrouwd. Klas la heeft dit alles
gemaakt onder leiding van de heer
J. C. Mol.
De educatieve afdeling van het
museum voor Volkenkunde te Leiden
toont evenals een vorige keer
veel belangstelling voor dit werk
van de jeugd.
De foto laat de kleine expositie
zien met daarachter en ernaast een
gedeelte van de artisten, die voor de
kunstwerken verantwoordelijk zijn.
(Foto: De Leidse Courant)
De heer K. P M. Jansen uit O e g s t g e e s t, lid van de Haagse Ballon
club, zal op drie achtereenvolgende zondagen in mei ballonvaarten uitvoe
ren om de aandacht van het gehele Rotterdamse bisdom te vestigen op de
bouw van het klein-seminarie.
Volgens de plannen, die thans nog in het stadium van uitwerking zijn,
zal hij met een ballon opstijgen te Alphen aan den Rijn op 4 mei,
te Poeldijk op 11 mei en te L i s s e op 18 mei. Het idee voor deze ballon
vaarten is geboren in het bisschoppelijk huis te Rotterdam.
De heer Jansen verleent belangeloos zijn medewerking.
In elk van de drie startplaaten is een comité in oprichting die de propa
ganda zal voeren en de medewerking daarbij zal inroepen van de katho
lieke organisaties en verenigingen.
Er is een programmaboekje in voorbereiding, waarin artikelen zullen
worden opgenomen van mgr. M. A. Jansen, bisschop van Rotterdam, als
mede van de architecten, die het klein-seminarie ontworpen hebben. Het
is de bedoeling, dat kapelaan J. W. M. de Jong van de St. Petrusparochie
te Leiden, de tekeningen verzorgt, welke de tekst illustreren.
Vooral de jeugd zal worden ingeschakeld voor de propaganda. Op deze
wjjze wil men deze ook daadwerkelijk voor het klein-seminarie interes
seren.
Aan de ballonvaarten is een wedstrijd verbonden zoals het schatten van
de hoogte en de af te leggen afstand. Ér zullen voorts ballonpost-brief-
kaarten worden uitgegeven, welke door het commandantenstempel en het
stempel met kenteken en naam van de ballon, vooral voor postzegelverza
melaars aantrekkelijk zullen zijn. -
BEAURAING-AVOND TE LEIDEN
Het Nederlands comité „Pro Maria"
organiseert morgenavond in de zaal
aan de Maria Gijzensteeg een Beau-
raing-avond waarbij enige prachtige
films over de bedevaartsplaats ver
toond zullen worden. Aanvang acht
uur.
Burgerlijke Stand
Geb.: Jolanda M. Th., d. v. P. Vin-
kestijn en R. A. Noort; Jan H., z. v.
A. Plezier en S. Thiel; Wilfriedes Th.
J., z. v. H. F. Zwart en J. J. v. d.
Vlugt; Jannetje J., d. v. G. Prins en
J. M. Wassenaar; Vincentius H. J. M„
z. v. A. H. J. Paardekoper en A. H. T.
Fles; Adrian us W. J., z. v. G. J. Hille-
naar en A. J. Zwaan; Gerrit, z. v. G.
Ravensbergen en M. J. Ravensber.
gen.
Overl.: H. C. A. Hoogendijk, 46 jr.,
echtgenote van J. v. d. Hoek; C. W.
Verhaar, 69 jr., echtgenote van P. A.
de Jong; J. A. A. Warnecke, 75 jr.,
man; J. P. Knijnenburg, 75 jr., man.
In de Foyer van de Stadsgehoor
zaal heeft het reisbureau Lissone-
Lindeman gisteravond een interes
sante en kleurrijke toeristische film-
avond verzorgd, welke een goede be
langstelling heeft gehad. Enkele aan
trekkelijke kleurenflims werden ver
toond waar de vacantiemogelijkheden
voor het komende seizoen belicht
werden.
De verkeersfilm „Ryden, reizen in
een wagentje" had tot onderwerp het
transport in het algemeen op vakan-
tietochten, zoals de vele expressen:
b.v. Rheingold, Austria-expres, Ri-
viéra-expres enz. „Onbekende stre
ken van Frankrijk" legde de nadruk
op het hart van Frankrijk met zijn
grote rivieren en meren en zijn on
bekende, doch zeer schone kust van
Marseilel tot de Spaanse grens. Bij
zonder mooi waren de opnamen uit
het natuurreservaat „Camarque" bij
Aries waar vele dieren vrij kunnen
rondlopen.
De film „Zonnig Italië" voerde de
aanwezigen mee naar de Dolomieten,
het Gardameer en de prachtige oude
steden Verona waar de sfeer van
Romeo en Julia nog hangt Padova
en Venetië. Ook de beroemde mar
mergroeven werden niet vergeten.
Een inleidend woord werd ge
sproken door de journalist Tom
Hoogland. Hij vertelde vele bijzon
derheden over het reisseizoen 1958,
waarbij hij o.a. opmerkte, dat het
midden van Frankrijk opvallend
goedkoper is dan de rest van het
land zodat het wel een groot contrast
vormt met de prijzige Riviéra. De
natuur vertoont hetzelfde beeld als
Oostenrijk, maar de streek is veel
dichter bij de hand voor de Nederlan
ders. Na afloop van de avond konden
de bezoekers weer met frisse moed
vakantieplannen maken.
K O-studiekring over:
De heer Boost, filmcriticus van de
Nieuwe Rotterdammer en de „Groe
ne" heeft gisteravond voor de film
studiekring van K. O. twee voor
treffelijke films ingeleid.
Het waren „Hotel des Invalides"
van Georges Franju en „De Spulle-
baas" van Ingmar Bergman. Hij on
derkende verwantschap in beide
films, hoewel de makers van ver
schillende landen zijn: Frankrijk en
Zweden, en de ene film een docu
mentaire en de andere een speelfilm
is. De beide films hebben het pessi
misme gemeen. Dit bleek later ook
uit de vertoning, maar overigens be
staat er onderling verschil, even
groot als het aantal breedtegraden
dat tussen Frankrijk en Zweden ligt
De Zweedse film was naar onze
smaak een dromerig, wat huiverig
geval, waarin de kinderlijke ziel van
het Zweedse volk geborgen ligt. „Ho
tel des Invalides" geeft een navrant
beeld van het hotel met zijn monu
mentale Dóme. Franju vertaalt in de
film het woord „oorlogsroem" tot
„oorlogsellende" en hij doet dit mees
terlik. Een gids vertelt op patheti
sche toon van de grootse daden, die
in dit museum in voorwerpen en wa
pens zijn vertegenwoordigd. De ca
mera laat andere beelden zien bi
wijze van commentaar: oorlogsinva
liden, die ondanks hun geschonden
uiterlijk de martiale houding willen
bewaren. Poëtische beelden van na
tuur en omgeving maken de tegen
stelling nog hartverscheurender.
De Zweedse film is de hyper-indi-
vidualistisohe uiting van een filmma
ker, die wil laten zien, dat een mens
gedoemd is datgene te doen, wat hij
eigenlik niet zou willen doen. De
Spullebaas van een circus trekt met
zin armoedige boedel door het
Zweedse land. Hi is een catastrofe
nabij en gaarne zou hij rust en vei
ligheid zoeken bi zin vrouw, die,
sinds hij haar verlaten heeft, in goe
de welstand is geraakt. Zin vrouw
echter zoekt geborgenheid. De cir
cusartiest past niet in haar leven en
de spullebaas is gedoemd als een ket
tingganger aan zijn circus gekonken
te bli'ven.
De film is zeer persoonlik en dit
kon bereikt worden, omdat één man
haar vervaardigde. De heer Boost
bond er de conclusie aan vast, dat
Nederland zulke oorspronkelike
films zou kunnen maken, zonder aan
de smaak van het publiek concessies
te doen. „De Spullebaas" heeft al
bewezen, dat een goede film toch
winstgevend kan zin.