Vonr-ilonscbe vondsten mm weeckelykse CRonycke Duizend évacués komen zondag in Rotterdam aan Harderwijk biedt repatriërenden woonruimte aan Concurrentie zal toenemen; geen reden tot paniek IVOROL Elke tand een Sneeuwwitje «We hebben gezellig geleefd, ondanks slechte jaren" Scooterrijder ernstig gewond Nieuw overleg over 5de mei 't Hoorntje ZATERDAG 18 JANUARI 1958 DE LEIDSE COURANT PAGINA 8 Per „Corfu" en „Sioajak" Met Nederlandse evacué's uit Indo nesië wordt zondag omstreeks 12.30 uur het ss „Corfur" van de rederij P. and O. aan de Lloydkade te Rot terdam verwacht. Alvorens naar de thuishaven Lon den te varen, brengt dit schip hier 9 mannen, 33 vrouwen en 74 kinde ren, die eerst van Indonesië naar Singapore evacueerden en later van daar met de „Corfu" naar Nederland reisden. Er bevinden zich verschillende ge zinnen van employé's van de HVA (Handelsvereniging Amsterdam) en de „Internatio" aan boord. De ont scheping zal terstond na aankomst plaats hebben. Enkele uren later, n.l. omstreeks 18 uur, wordt het ms „Sibajak" van de Kon. Rotterdamsche Lloyd, het eerste Nederlandse schip met een groot transport evacué's daar ver wacht. De administratieve behande ling der passagiers vindt diezelfde avond nog plaats. Vrije passagiers kunnen dan ook debarkeren, de ove rigen ontschepen de volgende dag. Van de 834 passageiers, onder wie Het college van b. en w. van Har derwijk heeft in overleg met de ge meentelijke huisvestingscommissie en de centrale woningstichting besloten 25 eensgezinswoningen voor gerepa- trieerden beschikbaar te stellen. Van de in aanbouw zijnde 139 woningwet woningen volgens de Oostenrijkse element systeembouw, kunnen de eerste 6, behoudens in geval van strenge vorst, uiterlijk klaar zijn op 17 februari. Verder volgt iedere week een groep van zes huizen. De hoekhuizen moe ten 15.per week aan huur op brengen en de ingebouwde woningen 13.per week. De sociale werksters van de dienst van sociale zaken zul len zich met de financiële aangele genheden en dergelijke bezighouden. De dames van de plaatselijke afdeling van de C.C.K.P. en de vrouwelijke vrijwillige hulpverlening zullen de nodige bijstand verlenen. Wat lezers schrijven HET STRUCTUURPLAN LEIDEN, 17 januari Met het structuurplan voor de Leidse agglomeratie loopt het nog niet naar wens. De gemeenten Lei den, Leiderdorp, Oegstgeest, Voor schoten, Warmond en Zoeterwoude willen samenwerken en hebben zich op een plan verenigd, maar er komt over-en-weer ontevredenheid. Bij Leiden is er reden tot teleur stelling, omdat het een plan op bre der basis dan het overeengekomene op het oog heeft; bij de andere ge meenten is er reden tot teleurstel ling, omdat Leiden ondanks de overeenkomst toch aan zijn brede basisplan vasthoudt. Afgezien van de waarschijnlijkheid, Of dit grote plan ooit verwezenlijkt zal worden, blijft het het goed recht van de gemeente Leiden of enige andere gemeente een breder plan voor te staan dan het overeengeko mene. Als de overeenkomst is getroffen en vier van de betrokken gemeen teraden reeds hebben zich daar niet tegen verzet kan men geen smal ler plan meer gaan nastreven, zon der de overeenkomst te schenden. Maar dat één van de samenwer kende gemeenten niet nog verder vooruit zou mogen zien in de toe komst, lijkt ons een onverantwoorde inperking van de gemeentelijke zelf standigheid en van het gemeentelijk beleid, vooropgesteld dat het brede plan niet een ingrijpende wijziging, maar een uitbreiding van de over eenkomst beoogt en dat laatste is, als we het plan goed begrepen heb ben, hier het geval. Wanneer het de eerlijke mening van het Leids gemeentebestuur d.w.z. de Raad is, dat de gesloten overeenkomst zijns inziens te beperkt is, maar dat het desondanks zijn deel in het geven en nemen (waarop zulk een compromis meestal neerkomt) wil bijdragen, dan behoeft men geen bewondering te hebben voor de Leid se diplomatie, maar zal men de rond borstigheid ervan moeten erkennen. Het komt ons voor, dat deze eer lijkheid van Leiden dat bovendien annexatieplannen heeft ingediend, waarvan het verloop ons onbekend is het overleg méér moet bevor deren dan achterbaksheid. Dan zouden de omringende ge meenten meer reden tot bezorgdheid en gegriefdheid hebben, dan nu Lei den open kaart speelt. Het begin van het overleg is niet prettig toegegeven maar het zou heel wat minder prettig zijn, wanneer Leiden plotseling zoete broodjes ging bakken. Dan zou men Leiden niet behoeven te vertrouwen wegens zijn vriendelijkheid, terwijl men het nu niet behoeft te vertrou wen wegens z\jn ontevredenheid. Het is bij zulk overleg altijd beter te weten, wat men van elkaar weet Leiden kent nu de ontstemming bij de andere partners en de andere partners kennen het standpunt van Lelden. Dit lijkt ons een gezonde basis om het overleg voort te zetten. VAN ROLLAND. niet minder dan 323 kinderen beneden de 12 jaar kwamen er bijna hon derd reeds in Nieuw-Zeeland en Australië aan boord. Onder de onge veer 750 repatriërenden uit Indonesië zijn er ruim 650, die zelf in Neder land geen huisvesting hebben en van overheidswege onderdak ge bracht moeten worden. In het extra hospitaal aan boord worden ditmaal 72 chronische zieken en invaliden vervoerd, voor wier verzorging een speciaal team van tien verpleegsters per vliegtuig naar Fremantle reisde, om zich in deze Australische haven op de „Sibajak" in te schepen. De medische leiding berust bij de beide scheepsartsen, de doktoren C. Hartog uit Rotterdam en A. P. van Nimwegen van het Algemeen Zieken huis te Woerden. Gedurende de reis overleden twee weduwen, resp 83 en 64 jaar oud. Ze werden in zee begraven. Twaalf pas sagiers zijn ouder dan 80 jaar. Geheel zonder geleide voor de lange reis naar Nederland, maar wel voor zien van een passagebiljet en een kwi tantie voor 125,— boordgeld, kwam in Soerabaja aan boord een elfjarige jongen met zijn achtjarig zusje. Een van de verpleegsters heeft hen onder haar speciale hoede genomen. In Aden kwamen aan boord een maatschappelijk werkster en een con tactambtenaar, beiden van het mi nisterie van maatschappelijk werk, alsmede ds. W. van den Hoek. Laatst genoemde behartigt samen met de reeds in Australië aan bord gekomen pater A. Verhoeven de geestelijke verzorging der passagiers. Onder die passagiers uit Indonesië bevindt zich nog pater J. A. van Leengoed. Ofschoon op de „Sibajak" bij ge brek aan een geschikte ruimte daar toe anders nooit huisdieren mogen worden meegenomen, was de gezag voerder thans gemachtigd zoveel hon den en katten mee te nemen, als hij mogelijk en verantwoord achtte. AANKOMST „SIBAJAK" OP TELEVISIE. De Nederlandse Televisie Stichting hoopt zondagavond 19 januari een rechtstreekse reportage te geven van de aankomst van het eerste Ne derlandse schip met évacue's uit In donesië, de „Sibajak" van de Konink lijke Rotterdamse Lloyd. Wanneer de „Sibajak" op de voor ziene tijd in Rotterdam arriveert zal deze uitzending aanvangen te 19.15 uur. Mocht het schip op het laatste deel van de reis nog vertraging op lopen, dan zal zondag a.s. na de ra dio-nieuwsuitzending van 13.00 uur worden medegedeeld hoe laat de re portage in dat geval zal aanvangen. Midden- en Kleinbedrijf De voorzitter van de Raad voor het Midden- en Kleinbedrijf, mr. dr. A. Schrijvers, meent dat de economische toestanden en de situatie op de ar beidsmarkt nergens reden geven tot paniek en stelde -Ie vraag of wij niet te doen hebben met een terugkeer naar normale verhoudingen. Dit geldt ook, zei hij, voor het midden- en kleinbedrijf. Het staat vast, dat de omzetten in de eerste maanden daar zeker niet zullen stijgen. De concurrentie zal zich gaan ver scherpen en in sommige branches woedt, zei hij, reeds een duidelijke strijd om de nog aanwezige vraag, zij het dan dat incidentele factoren daar voor mede verantwoordelijk kunnen worden gesteld. Er zal scherp inge kocht moeten worden en sterk gelet moeten worden op prijs en kwaliteit. Verlaag de kosten, maar ook de prij zen, ried de voorzitter de midden stand aan en verhoog de produktivi- teit met alle daartoe aanwezige mo gelijkheden. Dit heeft mr Schrijvers in een besloten vergadering meege deeld. De familie Post-Zoetemelk: Gouden bruiloft te Hoogmade Wanneer iemand de deur achter zich open laat, heet men hem in de kerk geboren te zijn. Vele deuren blijven open maar slechts in een heel bijzonder geval Is de dader werkelijk binnen de muren van een Godshuis ter wereld gekomen. Zo'n „bijzonder geval" is nu de heer J. J. Post in Hoogmade, die op dinsdag, 21 januari zfjn gouden bruiloft gaat vieren. Toen wij, na enig zoeken naar de Oude Kerkweg, aan zijn adres arri veerden, vonden wij de deur open. In dubbele betekenis: we genoten een gastvrije ontvangst, die het gesprek al dadelijk deed vlotten. De bruidegom vertélde ons, dat hij 75 jaar geleden geboren was in de Oude Kerk. We moesten direct den ken aan de naam van het smalle paadje, dat naar het langgerekte huis leidde maar we konden nergens een kerk ontwaren of iets dat daar op leek. De heer Post onze nieuwsgierig heid ziende vertelde dat het huis, waarin thans vier gezinnen zijn on dergebracht, gebouwd is binnen de muren van een oude kerk, van welks bestaan hij niet het juiste meer weet. Ziekte en tegenslag. Mevrouw C. PostZoetemelk is ook op Hoogmade geboren. Ze is nu 72 jaar en nog altijd vitaal, evenals haar man. Het echtpaar werd geze gend met dertien kinderen, waarvan er nog negen in leven zijn. Er zfjn 45 kleinkinderen, waarover mevrouw Post zegt: „Ik- ken ze allemaal bij name en ze komen ook allemaal op de bruiloft". Voordat ze trouwde was mevrouw Post verschillende jaren werkzaam als dienstbode op boerderijen in Lei derdorp en Hoogmade en toen ze eenmaal getrouwd was. was haar enige interesse haar gezin, waarvoor ze altijd helemaal geleefd heeft en dat veel met ziekte te kampen heeft ge had. Ook de bruidegom is nooit van huis geweest. Nadat hij getrouwd India schenkt 400 Sanskrit boeken aan Leids instituut De ambassadeur van India, de heer John A. Thivy, heeft het voornemen op zaterdag 25 januari a.s., des mor gens om 11 uur, namens zijn regering een geschenk van 400 Sanskrit boe ken aan het Instituut Kern officieel aan te bieden. Het betreft hier een bltfk van er kentelijkheid van de regering van In dia jegens die Nederlandse geleerden, die zich op dit gebied van studie ver dienstelijk hebben gemaakt, en het bedoelt een belangrijke bijdrage te leveren om deze studie te helpen be vorderen. De boekwerken zullen worden op genomen in de verzameling Sanskrit- werken in de bibliotheek van het In stituut Kern. was heeft hij vijf jaar lang aan de voorkant van het huis gewoond. Om practische redenen kwam hij met zijn vader de hoofdbewoner van het pand overeen, dat hij een van de andere woningen zou betrekken Het besluit was in twee minuten genomen: de verhuizing duurde wel wat langer. Zijn leven lang was de heer Post tuinder. Hij had een tuin van één hectare in de richting van Rijpwete- ring maar er kwam veel tegenslag, zodat het grote gezin soms nauwelijks eten had. Met name in de crisistijd na 1930 heeft de familie Post rake klap pen moeten incasseren. Muziek. In zijn vrije tijd was de bruidegom een verdienstelijk muzikant. Hij blies de tenor-hoorn en richtte mede een half jaar na zijn .ïuwelijk de har monie „Heerlijkheid Hoogmade" op, welke harmonie sinds enig jaren het karakter van een fanfare heeft gekre gen. 15 Jaar lang was hij lid van de muziekvereniging. Toen waren lang zamerhand al zijn vrienden verdwe nen en nam ook hij afscheid van „zijn" vereniging. Ook is de heer Post drie jaar lang voorzitter geweest van de Hoogmadese feestcommissie, waarvoor hij gedurende 25 tot 30 jaar actief werkzaam is geweest. Een paar jaar is hij voorts baancommissaris geweest voor de IJsvereniging maar die functie was hem te koud en hij verdween weer. Liever leest hij wat, zittend in de gezellig-warme huiska mer. Terugziend op de periode die door hun gouden huwelijk wordt afgeslo ten, zeggen de heer en mevrouw Post: „We hebben gezellig geleefd, maar wanneer we het over konden doen dan dat toch liever niet. De tijden zijn beter dan vroeger. We hebben slechte jaren gehad en wat is nu mooier, dan rustig van een goede oude dag te genieten?" We zijn het volmondig met bruid en bruidegom eens en willen hopen, dat ze in hun verwachtingen over de toekomst niet teleurgesteld worden. HAZERSW0UDE (Gr.) Vanmorgen omstreeks kwart over zeven is, enkele honderden meters voorbij de Gemeeneweg, de heer J. v. d. Bregge uit Alphen aan den Rijn met zijn scooter door het gladde weg dek geslipt, juist 3p het moment dat uit de richting Leiden een auto van de PTT passeerde. De scooter botste tegen de auto op waarbij de heer v. d. B. zeer ongelukkig terecht kwam. Dokter H. A. Blaauwendraad uit Kou dekerk was reeds spoedig ter plaatse en oordeelde vervoer naar het Acade misch Ziekenhuis te Leiden noodzake lijk. Naar het zich liet aanzien had de man een ernstige schedelbasisfrac- tuur opgelopen zodat zijn toestand le vensgevaarlijk was. Pastoor J. B. Oudijk, die morgen als pastoor van Hazerswoude wordt geïnstalleerd, diende v. d. B. uit voor zorg het H. Oliesel toe. Minister Drees: Negen in dit verband representatief te achten organisaties zijn door de minister van Algemene Zaken uitge nodigd voor een nieuwe bespreking over de viering van de vijfde mei. Dit heeft dr Drees meegedeeld in zijn antwoord aan de commissie van rap porteurs uit de Tweede Kamer inza ke de begroting 1958 voor het depar tement van Algemene Zaken. De minister komt in zijn antwoord ook terug op de in het voorlopig ver slag gemaakte opmerkingen over het ambtskostuum voor ministers. Tot afschaffing van het dragen van ambtskostuum behalve door de minister van buitenlandse zaken en door de minister van binnenlandse zaken als hij inplaats van de Ko ningin de Staten-Generaal sluit is na de oorlog overgegaan als ge volg van de moeilijkheid destijds dergelijke kostuums te laten maken. Minister Drees betwijfelt echter of in de tegenwoordige tijd het dragen van ambtskostuums door ministers nog wel als gewenst moet worden beschouwd en voorts wijst hij op de praktische moeilijkheid, dat een der-- gelijk gewaad niet bestaat voor vrouwelijke ministers en staatssecre tarissen. Een besluit tot vaststelling daarvan, zo voegt de minister hier aan toe, zou natuurlijk alsnog wel kunnen worden genomen. W ereldtentoonste lling Op de begroting 1958 is voor de Nederlandse inzending naar de we reldtentoonstelling te Brussel niet meer dan anderhalf miljoen gulden uitgetrokken, omdat men dan, met de reeds in voorafgaande jaren uit gegeven gelden voor dit doel, bin nen de 7,5 miljoen gulden blijft, die werden geraamd. De grootste uit gaven vielen trouwens in 1957 en als mocht blijken, dat er van het voor 1957 uitgetrokken bedrag nog iets resteert, dan kan dat overschot als nog voor 1958 worden gebruikt. Overigens is de opzet van de Ne derlandse inzending vereenvoudigd, om in ieder geval binnen de 7,5 mil joen, die waren geraamd, te blijven. VAKANTIESPREIDING. Volgens reeds thans bij het bureau vakantiespreiding binnengekomen opgaven zullen in 1958 definitief ruim 2.000 lagere scholen, d.i. circa 28 van het totaal, hun zomervakan tie op 12 juli doen ingaan en ruim 20 op 19 juli. Dit betekent dat ongeveer de helft van het aantal gezinnen dat op lagere scholen gaande kinderen heeft, die kinderen niet van school zal behoe ven thuis te houden als zij voor de drukste weken (aanvang 26 juli) in gezinsverband met vakantie wil gaan. EEN DODE EN EEN GEWONDE NA AANRIJDING. Op de (vorige maand omgelegd) rijks weg nr 1 van Muiden naar Naar- den is gisteravond laat een verkeers ongeluk gebeurd, dat de 53-jarige heer W. Schols uit Naarden het le ven heeft gekost. De heer van A. uit Hilversum reed met zijn auto afkomstig uit een mi litaire dump, waaraan een tweede dump waigen met een ketting was vastgemaakt in de richting Amster dam. Een paar honderd meter voor het nieuwe viaduct bij de Hakkelaars- brug schijnt de gesleepte wagen te veel naar het midden van de weg te zijn gekomen, juist op het ogenblik dat uit de richting Amsterdam de heer Schols naderde. Met zijn wagen vloog hij tegen de gesleepte auto op. De heer S. was vrijwel op slag dood. Zijn naast hem zittende echt genote is ernstig gewond naar het Diaconessen-ziekenhuis te Naarden overgebracht. De auto werd groten deels vernield. Een tragische bijzonderheid is, dat de zoon van het slachtoffer even la ter de plaats van het ongeluk pas seerde. Hy zag de vernielde auto van zijn vader en vernam direct droeve nieiuws. „Wy groeyen vast, in talt en last; en alle steeden claeghen, Ay. 't Gae niet voort, steeds clinckt 't woord: 't En is niet meer te draeghen". Had Vaeder Vondel nogh geleefd, hy sou het vast so segghen nu onse randstad Holland moet syn grensen gaen verlegghen. Wy tellen niet meer duysenden, maer wel millioenen menschen. Het wordt so argh dat wy niet meer en kunnen wat wy wenschen. Er is geen schey van dorp en vleck, van groot' en clèyne steeden, en met het oude platteland sal 't drae wel syn geleeden. Den Haegh sey op een goeden dagh; Dat gaet so toch niet langher; 'k barst alderwegh myn grensen uyt. Nogh eeven, en ick hangh er, geparst aen alle kant, als in een trem die oover vol is. Meer ruymte komter myn wel toe, wylder sulx al te dol is. Ick bouw maer eene saetelliet, in Wilsveen of daerneeven. Ick sal, en och het raeckt myn niet of andere vlecken sneeven. 't Corset moet uyt, het klemt en pranght en druckt myn op de maeghe; komter niet drae veranderingh: 't en is niet meer te draeghen. Maer toen quam Holland in groot last, met Holland oock ons Leyden. Die naemen dat so gauw nogh niet en ginghen dat bestryden. AU' dorp en vleck die schimpten maer op 't schrockerighe Haegh jen (dat enckel aen sich selven dacht) en stelden meenigh vraeghjen. Of 't so maer gingh, dat, groot en sterck, die dicke residentie maer grabbelde en cnabbelde aen hunliên existentie. In menigh vroedschap vloeckte men (naetuurlyck binnensmonds) en riep er schande, moord en brand. Het eyghen stuckjen gronds wierd angstiglyck behoed, bewaeckt, men eischt'en protesteerde omdat een slockop als Den Haegh syn buurmans goed begheerde. Maer Leyden satter niet by still' (daer woonen wyse mannen) Het sey: Een Haeghs aglomeraet? Wy hebben eyghen plannen. En is alsoo, naest 't Haeghse plan, het Leydse nu verscheenen. Maer denckt niet dat daermeede is 't craeckeelen nu verdweenen. De rusie? Och, die duurt wel voort, want yeder wil het syne; wil 't liefste booven eyghen grond een eyghen son sien schynen. Waerom, so vraeghe ick my af, dat eeuwighe laewaeyen? Wy groeyen vast, in tal, eri last, of anders naer de haeyen. als wy niet groeyden wasset mis met onse existentie. Ick laet het vraegstuck oover maer aen eene Excellentie. WILLEM VAN HORSTENDAEL. Veertig jaar L.T.B. te Leidschendam Dezer dagen was het 40 jaar ge leden dat pastoor L. Beijssens kwam tot de pprichting van een Leidschen- damse afdeling van de r.k. Land- en Tuinbouw Bond. De voorbereidingen waren gemaakt door de heer De Ruiter uit Leiden, die voor dat doel een spreekbeurt had gehouden voor de tuinders van Leidschendam en Voorburg. Het aantal leden, hoofd zakelijk tuinders, bedroeg toen der tig. Voorzitter was de heer L. C. de Koning. Het ging niet gemakkelijk om de tuinders, die toen georganiseerd wa ren in de Hollandse Mij. van Land bouw, van het goed recht van een katholieke organisatie te overtuigen, maar het toenmalig bestuur slaagde er toch in de vereniging tot gestage bloei te brengen. Thans telt de af deling Leidschendam 125 leden. Veel voor- en tegenspoed heeft de afdeling meegemaakt wat de opvol gende besturen veel zorgen heeft bezorgd, maar met Gods hulp zijn de moeilijkheden steeds tot oplossing gebracht. Daarvoor heeft de jubile rende vereniging in de morgen een plechtig dankoffer in de parochie kerk doen opdragen door de geeste lijk adviseur van de afdeling, pastooi J. F. van der Kolk, met assistentie van de beide kapelaans F. J. Wüst en A. H. Kester. Onder het mis offer heeft pastoor v. d. Kolk een toepasselijk woord gesproken. Spr. drong er bij de leden op aan, steeds het volste vertrouwen te hebben in de organisatie. In de middag werd in het paro- het I chiehuis receptie gehouden. Een schat van bloemen was het bewijs dat de I L.T.B. een vereniging is, welke door geheel de Leidschendamse bevolking een goed hart wordt toegedragen. De bloemstukken waren afkomstig o.a. van de K.A.B. de Coöp. Inkoopver eniging, de r.k. Middenstand, d< L.T.J. en de L.T.M. de zusterorga nisaties van Stompwijk en Voor schoten, de plaatselijke C.L.T.B. en de Holl. Mij. van Landbouw alsook van de afdeling St. Deus Dedit. Er waren vele sprekers, die hun Delen van mammoet en leeuw B\j het aanleggen van Rijksweg 4a j gelukwensen kwamen overbrengen zijn vele miljoenen kubieke meters zand nodig welke voor een groot ge deelte opgezogen worden uit het Braassemermeer. Op het ogenblik wordt hier gepompt op een diepte van meer dan 20 meter. Tegelijk met het zand zijn verschillende versteen de beenderen mee naar boven ge komen. Zo heeft men onlangs een en de heer C. J. van Bohemen, die gedurende veertig jaar deel heeft uitgemaakt van het bestuur, werd, evenals de heer L. C. de Koning die tot de oprichting van de afdeling in belangrijke mate heeft bijgedragen, door het hoofdbestuur met het ere diploma begiftigd. Na deze receptie welke enige uren curieuze ontdekking gedaan. Men in beslag had genomen, had 's avonds vond nl. tussen het zand de ver steende overblijfselen van een mam moet welke gewoonlijk slechts in Siberië worden aangetroffen, waar zij tussen het ijs goed geconserveerd liggen. Een wellicht nog grotere bij zonderheid was wel het vinden van de kaak van een leeuw. Delen van het skelet van een leeuw zijn tot nu toe in Nederland maar op 4 plaatsen gevonden. Bij de zandwinning kwamen been deren tevoorschijn van bijna een me ter lengte en enkele tientallen kilo's zwaar. De beenderen van de mam moet zijn een deel van het dijbeen, een schouderblad, een stuk van de achterpoot en een kies van 20 cm. lengte en 15 cm. hoog. Men verwacht j in het algemeen bij het verder ef- I fenen van het zand voor nog meer verrassingen te komen. MGR DR GEERDINCK, PRESIDENT RUSENBURG De aartsbisschop van Utrecht, mgr dr B. J. Alfrink, heeft met ingang van 1 februari a.s. op diens verzoek op de meeste eervolle wijze ontslag verleend om gezondheidsredenen aan mgr. G. C. Hartmann als president van het groot seminarie Rijsenburg te Driebergen. Tot opvolger is be noemd, mgr dr J. A. Geerdinck, die officiaal van het aartsbisdom blijft. een amusementsbijeenkomst plaats in de grote zaal van het patronaat. Overweldigend was ook nu weer de belangstelling. Met de besturen van de stands- en vakorganisaties waren aanwezig alle geestelijken van de beide parochies, burgemeester Banning, wethouder Groenewegen, de besturen van de christelijke en de algemene bond. De heer Greuter sprak het inleidend woord. De avond werd verzorgd door een gezelschap uit Amsterdam. Het was een avond van aanhoudende vrolijk heid, zodat de voorzitter van de LTB, de heer P. A. van der Ham, onder daverend applaus zijn waar dering uitsprak voor de prestaties van het cabaretgezelschap en allen dank zegde voor hun belangstelling en goede wensen voor de vereniging. r\e uitverkoopwoede heeft ons ge- grepen en wij zijn woedend op onszelf, want wij kunnen het niet meer laten. Wij hadden al een best pak en een minder best pak, maar nu hebben we er ook een stoffen om hulsel bij, dat enkele kleine, zo goed als-niet-te-constateren weef foutjes in zich bergt. Hadden wij dit nodig? Neen en nogmaals neen, wij beken nen het met oprechte schaamte, maar wij zijn nu eenmaal aan de uitver koop verslaafd, welk verschijnsel on verbrekelijk verbonden blijft met het smijten van een paar losse guldens over de railing. Wat zoudt u zeggen van een was handje voor 2 cent? Of 'n schroeven draaier voor een stuiver? Het doet er niet toe, of je er ooit toe zal komen, 'n dergelijke draaier te hanteren; om er echter achteloos aan voorbij te lopen zou hemeltergend zijn. Die dingen lig gen gewoon sme kend te roepen: Neem mij, neem mij, met toneelmatige, lange uithalen. En neem nu die drie drinkglazen voor een dubbeltje. Goed, er zijn stukjes uit, kwalijker nog: er zijn soms happen uit en onze keukenkast staat stampvol met dergelijk gooi- en smijtwerk. Maar laat ze nu maar eens staan? Dat doe je niet, de wroeging over het niet toegeven aan zulk een sterke drang zou trouwens teveel van de zenuwen vergen. Wij zijn zelfs zóver gekomen, dat wij zinneloos 'n willekeurig koopjes magazijn zijn binnengestapt, waar wij onze weg baanden door stapels pannen, lampekapjes en torens van hoogopgestapeld, verruïneerd aarde werk borden en kopjes welke er uitzagen of ze zojuist uit Pompeï wa ren aangevoerd, maar die ondanks hun onooglijkheid grif werden ver kocht. Wij hadden natuurlijk niets nodig en ook niet op het oog, maar wij móesten en zóuden wat hebben, weshalve wij de eerst: de beste ver koopster aanklampten, een jonge dame met een hoogrood kleurtje en over haar toeren heen en automa tisch vroegen, of er nog iets voor een prikkie viel mee te nemen. Het meisje had hier niet van terug en slaakte radeloos een kreetje, waarop zij ijlings achter een pyramide van fletse melkstelletjes verdween. En zo houdt iedereen van deze dolle tyd wel iets over zoals wij een stijve nek, die wij in de Leidse Haarlenpnerstraat opliepen omdat de verlokkingen je daar van alle kanten tegelijk toelachen en het geld blijft aan het rollen. Voort gaan wij weer, voort; een adempauze gunnen wij ons niet en alles moet wijken voor onze jacht naar bezittingen, welke goedkoper zijn dan ze er uit zien. Wij móeten onze appel en el kwijt. Overigens zijn deze opruimingsweken de enige tijd van het jaar (en het zijn er in totaal nog al wat), dat wij ons knollen voor citroenen laten verko pen. EEK.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1958 | | pagina 8