Wijzigde Mijdrechts burgemeester het uitbreidingsplan eigenzinnig „Mensonwaardige toestanden" op de bouwplaatsen VRIJDAG 10 JANUARI 1958 DF J.EIDSE COURANT PAGTNA 7 Met fcaninMifk paa% fueld nieuuijacvtösceceptie in het pateh ap de Ham ÉÊÊtm m k H. M. de Koningen en Z. K. H. prins Bernhard hebben donderdagochtend in het paleis op de Dam te Amster dam de nieuwjaarsreceptie voor de hoofden van de dipl omatieke missies in ons land gegeven. Op de foto zien we de aankomst van het koninklijk paar aan het paleis: het groeten van het vaandel van de opgestelde erewacht. Op de nieuwjaarsreceptie in het paleis op de Dam waren aanwezig: de Engelse ambassadeur, sir Paul Mason. de Westduitse ambassadeur, dr. Hans Muehlenfeld en zijn echt. genote. r de Indonesische zaakgelastigde in ons land, Max Maramis en zijn echtgenote. de Belgische ambassadeur baron P. X. J. M. G. van der Straten Waillet. de Japanse ambassadeur Akira Ohye. de Russische ambassadeur, S. P. Kirsanov.. de ambassadeur van de Verenig de Staten, Philip Young.... de Canadese ambassadeur Tho mas A. Stone, deken van het corps diplomatique.... de ambassadrice van Pakistan, Begum Liaquat Ali Khan Beroering in de Raad Een eigenhandige verandering van het uitbreidingsplan van zijn ge meente door de burgemeester van Mijdrecht, heeft in de Raad aldaar opnieuw enige beroering gewekt. Zonder medeweten van een der beide wethouders zou burgemeestetr J. van der Haar een vijver en een wandelpad hebben laten aanleggen in het z.g. „Proosdij land". Voorts zou de burgemeester deze keer wèl met medeweten van de wethouders een deel van het crediet voor het uitbreidingsplan heb ben overgeheveld naar de post „Aan leg speelterrein". Hierdoor zou in to taal 46 mille zonder medeweten van de Raad aan zijn bestemming zijn onttrokken Nadat op 5 november de zaak reeds was aangeroerd, werd ze gis teren weer in de belangstelling van het puibliek getrokken, doordat drie raadsleden een brief hebben inge diend, waarin ze zich aan de verant woordelijkheid voor deze gang van zaken onttrekken. De bespreking van de kwestie liep uit op een tegenvoor stel van een van het driemanschap, de heer Westerdijk (A.R.), die het totale crediet voor het uitbreidings plan wilde verlagen tot de werkelij ke kosten en een nieuw crediet vast stellen, voor de werken, die zonder toestemming van de Raad in uitvoe ring waren genomen. Behalve de drie briefschrijvers stemde ook nog een lid van de P.v.d.A.-fractie voor het voorstel maar de steun was niet groot genoeg om het te doen aanne men. In de raadsvergadering van 5 no vember had de voorzitter na geheim overleg met de wethouders ver klaard, dat hij tot zyn spijt verzuimd had de wethouders over de vijver in te lichten. Voorts zei hij toen. dat de gegeven kredieten door deze aanleg niet werden overschreden en dat hij had gemeend dat het geen groot ver- Enquête door de werknemersorganisaties Sedert 1955 heeft men verwach tingen gekoesterd ten aanzien van een aantal voorzieningen, die een re delijke verzorging van de bouwvak arbeiders op de bouwplaats zou waar borgen. Er is tot dusverre weinig te recht gekomen van deze voorzienin gen, die men op vrijwillige basis zou moeten treffen. Vooral de toiletten en de wasgele genheden laten veel te wensen over, terwijl een rijwielstalling bijna over al ontbreekt, aldus blijkt uit een en quête, die door de drie werknemers organisaties in het bouwbedrijf werd ingesteld naar de vraag of er sinds 1 januari 1956 verbetering zou zijn gekomen in de toestand van schaft lokalen. wasgelegenheden, toiletten enz. Aldus lezen we in „Het Parool" Van de in totaal 321 antwoorden vermeldden 217 (68%) dat nog geen verbetering valt te bespeuren. De antwoorden spreken zelfs over „mens onwaardig" en „ten hemel schrei end". De ennquête werd ingetseld naar aanleiding van richtlijnen, die een commissie van werkgevers- en werk nemersorganisaties in 1955 heeft ge presenteerd inzake het treffen van hygiënische voorzieningen in het bouwbedrijf. In 73 (22 procent) van de gevallen werd geantwoord, dat er enige ver betering valt te constateren, maar dan meestal slechts op één bouw werk in de gemeente en meestal be treft het dan grote aannemers. De werknemerscommissie, die deze negatieve resultaten bekend maakt, adviseert de richtlijnen op te nemen in de nieuwe c.a.o. De werkgevers hielden het tot nu toe op vrijwillige I medewerking van de ondernemers. Naar verluidt zou men om. van me ning zijn, dat dit soort regelingen niets met arbeidsvoorwaarden te ma ken hebben en uit dien hoofde niet in een c.a.o. thuishoren. De voorzitter van de Algemene Ne derlandse Bouwbedrijfsbond, de heer C. Brandsma, schrijft naar aanlei- schil zou maken dat in het geprojec teerde plantsoen een vijver zou wor den aangelegd. Voorts zegde hij een uitvoerige schriftelijke uiteenzetting toe. Wethouder Bunschoten (C.H.) had de burgemeester daarop de hand ge reikt. Daar* de toen verschenen nota de opponerende raadsleden niet had bevredigd, hadden ze nu de zaak an dermaal aan de orde gesteld. ARBEIDSVREDE IN 1957 Het jaar 1957 werd gekenmerkt door arbeidsvrede. Dit concluderen wij uit een publikatie van het minis terie van Economische Zaken, waarin vermeld wordt, dat het aantal ar beidsgeschillen, dat tot stakingen leidde 37 bedroeg. Dit is 'drie min der dan het tot heden laagst gere gistreerde aantal in 1952. Het aantal verloren arbeidsdagen bedroeg 7200. Dit is één vierde van het laagste aantal na de oorlog, n.l. 30.000 in 1953. In 1956 gingen er 213.000 arbeidsdagen verloren. ding hiervan in het orgaan van de ANB, „De Bouwer", dat indien mocht blijken, dat de werkgevers horende doof blijven de werknemersorganisa ties op de zaak zullen terugkomen en andere maatregelen verlangen. Het artikel wordt besloten met de oproep: „Neemt niet langer genoegen met on. waardige toestanden en haalt met on waardige toestanden de bond erbij als de eigen bemoeiingen geen resul taat opleveren". Statenkring Gouda van de K.V.P. Secr. Hoonhout voorzitter In de vergadering van de Staten kring Gouda werd wegens bedanken van de heer G. A. M. Weck als voor zitter in diens plaats gekozen de heer W. Hoonhout, die sinds 1946 secre taris-penningmeester is geweest. Als lid van het bestuur werd bij enkele candidaatstelling aangewezen de heer A. van Ruiten uit Gouda. De waarnemend voorzitter sprak hartelijke woorden van dank aan de heer Weck voor het vele werk en voor de wijze, waarop hij het voor zitterschap van de Statenkring had vervuld. Van de gelegenheid tot het be spreken van de voorlopige candida- ten voor de Provinciale Staten werd slechts een matig gebruik gemaakt. Bij de aanwijzing van de leden voor de adviescommissie voor de samen gevoegde Statenkringen werd mede- deeld, dat door en uit het bestuur waren aangewezen de heren Hoon hout uit Gouda, v. d. Dool uit Wad- dinxveen en Van der Poel uit Roe- lofarendsveen. Door de kringvergadering nog aan gewezen de heren Groenen uit Schoonhoven, Ponsioen uit Oud-Ade, v. d. Burg uit Berkel en 3akker Jr. uit Roelofarendsveen. Met een pro pagandistisch woord voor de komen de verkiezingen en met woorden van. dank voor het vertrouwen in hem ge steld sloot de nieuwe voorzitter de vergadering. In de cayons van Texel Maanlandschap? De „Grand Canyon" in Amerika? Z uidpool? Nee, het zijn onze eigen duinen op Texel, die zwaar te lijden hebben gehad van de storm. Rond een half miljoen kubieke meter zand werd alleen al van de Texelse kust w eggeslagen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1958 | | pagina 7