DICK VOND DE OPLOSSING DE FANTASTj ■:wam GELD ALS WATER die niets kon verliezen omdat hij te véél had Oude draagstoel als spreekcel ZATERDAG 28 DECEMBER 1957 DF I.EIDSE COURANT PAGINA \j IS HET ETEN AL KLAAR, MOE- als de volgende morgen. Hij schoot in DER?" vroeg Dick toen hij de zijn kleren en rende naar beneden. keuken binnenrende met Toby op zijn hielen. „Ik verga van de hon ger", voegde hij er aan toe terwijl hij verlangend keek naar de kersenpud ding die voor het raam stond af te koelen. „Je weet heel goed, dat het eten pas klaar is als papa thuiskomt" ant- woorde moeder. Dick ging op een keukenstoel zitten en Toby sprong op zijn schoot. „Toby is de liefste en de verstan digste hond van de hele wereld", dacht Dick en hij krabde het dier achter het oor. Hij had Toby twee weken geleden van mijnheer Peters gekregen. „Vanzelfsprekend geef ik Tobias niet aan de eerste de beste, jo..gen", had mijnheer Peters gezegd. „Weet je Dick, ik ben te oud geworden om alleen te wonen en daarom ga ik naar een rusthuis. Ik ben er van overtuigd dat jij goed voor hem zult zorgen en dat hij het bij jou erg naar zijn zin zal hebben, kan ik daar van op aan Dick?". De oude man had hem over zijn bril diep in de ogen gekeken. „Natuurlijk mijnheer, ik zal erg goed voor hem zijn", had Dick beloofd. Dick hal altijd graag een hond wil len hebben, maar hij had nooit kun nen dromen dat hij er ooit een zou krijgen die kon kopje duiken, opzit ten, pootjes geven, doodliggen en op zijn achterpoten lopen. Maar Toby kon nog meer; hij kon door een hoe pel springen en een bal opvangen. Al snel had hij Tobias' naam veran derd in Toby. Na het eten begon Dicks vader de krant te lezen. Dick speelde met zijn hond. „Ik lees hier in de krant, dat het bestuur van het nieuwe ziekenhuis over twee weken een verkoping houdt ten bate van het ziekenhuis" zei va der na een poosje. „Ik vermoed, dat alle boeren uit de omgeving wel en kele dieren zullen afstaan om te ver kopen". „Ik denk dat ik twee kuikens geef' bood Dick vlug aan. „Maar je hebt er maar zes, Dick" protesteerde zijn moeder, „wil je daar nu nog van weggeven?" ,Ja, Moe, U weet toch wel dat ze mij zo goed verpleegd hebben toen ik de vorige winter zo ziek was." „Als wij met z'n allen zes kuikens gaven, zouden die heel wat op kun nen brengen", stelde vader voor. De volgende avond, toen Dick en Toby met de koeien uit de wei terug kwamen, werd Dick bij zijn vader ge roepen. „Jongen, je kunt Toby vannacht beter in de schuur opsluiten, het lijkt er veel op, dat een vos vannacht een van mijn kuikens gedood heeft. We zullen straks samen een paar vallen zetten." Wat was Dick de volgende morgen teleurgesteld toen hij niets in de val len vond. „Misschien zullen we dat ondier vannacht vangen, Dick", zei zijn vader "hem. Maar die avond, toen de jongen het kippenhok ging sluiten, vond hij zes dode kuikens. „Het zal wel een bunzing geweest zijn", opper de vader. „Soms vermoordt een bun zing meer dan twintig kuikens in een enkele nacht." Dick zocht alle vallen bij elkaar die hij vinden kon. Ondanks zijn gehuil en geblaf werd Toby weer in de schuur opgesloten, zodat hij niet in een val kon trappen. Maar de volgen de morgen bracht Dick een nieuwe teleurstelling, want slecht één val was dichtgeklapt en hierin zat een arm klein eekhoorntje. „Kom mee, Toby", riep Dick even later. Hij kwam het huis uithollen knabbelend op een krentenbroodje, die zijn moeder zelf gebakken had. Hij brak er kleine stukjes van af, die hij onder het lopen naar de hond wierp. Dick had zoveel pret met To by, dat hij eigenlijk helemaal geen zin had, om de koeien uit de wei te halen. T^OEN ZU AL WEER bijna terug- waren met de koeien, zag Dick het plotseling gebeuren. Dick kon zijn ogen niet geloven. Hij had zijn wil- genstok bij het hek gezet en de slag boom neergelaten, toen Toby er als een pijl uit de boog vandoor rende. Binnen enkele seconden had hij het erf bereikt, waar een prachtige hen in de zon ronddrentelde. Met een ge weldige knauw zette Toby zijn tanden in*de nek van de kip en schudde haar door elkaar zodat de veren in het rond vlogen. Daarna wierp de hond zijn slachtoffer op de grond waar de hen stuiptrekkend bleef liggen. Toen rende Toby weer terug naar zijn baas, Dick raapte de stok op, sprong over de slagboom en gaf zijn hond een ge voelige afstraffing. „Ik denk niet. dat Toby nu_nog „Pap", riep hij, toen zijn vader met de melk binnenkwam, „als we nu geen kuikens voor de veiling kunnen geven .kunnen wij Toby er toch voor in de plaats schenken." „Ik denk niet, dat mensen graag een hond zullen kopen, die kuikens doodbijt" antwoordde deze. „Maar stadsmensen houden toch geen kippen", pleitte Dick. „Misschien heb je gelijk, jongen, het is een prachtig voorstel, maar wij moeten de mensen wel over Toby in lichten". Dick gebruikte die avond om met zijn mooiste letters een kaartje te schrijven, welke hij aan de halsband van Toby zou hangen. De tekst hier van luidde: „Mijn naam is Toby, ik ben echt een lieve hond maar ik heb een gebrek, ik bijt graag kuikens dood. Wil iemand mij kopen die geen kuikens heeft en wiens buren ook geen kippen houden? Oom Harry bood aan, de hond naai de stad te brengen. Dick borstelde hem en hing het kaartje aan zijn hals band, Hij ging vroeger naar school en dan gewoonlijk, want hij wilde niet thuis zijn als oom Harry de hond kwam halen. 's Avonds ging Dick helemaal al leen de koeier^ halen, hij voelde zich erg verdrietig, hij had nooit gedacht dat hij Toby zo erg zou missen. Het gezin was nog niet eens klaar met eten, toen oom Harry het erf op kwam. „Ik dacht, ik zal even binnen wippen, jullie zullen wel benieuwd zijn naar de uitslag van de veiling. „Hebben ze Toby gekocht?" vroeg Dick buiten adem. „Je weet, dat Toby een slimme hond is", ging oom Harry rustig ver der zonder zich iets van Dicks onge duld aan te trekken. „Toen de vei lingmeester het kaartje voorlas, krab de hij Toby achter de oren, zoals jij altijd deed en meteen ging die kleine schelm „doodliggen". Je kon hem niet eens zien ademhalen. Ik weet niet hoelang hij nog zou zijn blijven liggen, als ik niet na een poosje in mijn handen geklapt had. Toby 1 sprong op en ging op zijn achterpoten zitten. Je had de mensen moeten ho- I ren lachen. De veilingmeester vroeg mij of hij nog meer kunstjes kende. Ik wist niet of Toby voor mijn plezier een voorstelling zou willen geven, maar hij deed het. Hij ging opzitten, gaf pootjes, huppelde in het rond en sprong zelfs door een fietsband. Jullie raden nooit hoeveel Toby opgebracht heeft. Vijftig gulden. „Dat is veel meer, dan zij ooit voor l onze kuikens gekregen zouden heb- ben", riep Dick. „Ik ben zo blij dat hij zoveel opgebracht heeft voor het ziekenhuis en ik vind het fijn dat To by nu een goed tehuis gekregen heeft. Maar ik zal hem erg missen". Dat wee* ik nog niet zo zeker" on derbrak oom Harry zijn woorden stroom, „ga die mand maar eens ha len die ik achter de deur heb laten staan." IN EEN PAAR TELLEN was Dick weer terug met de mand. Een paar glinsterende oogjes keken hem door de gaatjes vriendelijk aan. Zo snel als het weerlicht opende hij de mand enhield een allerliefst klein herdershondje in zijn armen. „Een jongen op de veiling had zes van die hondjes", legde oom Harry uit. „Hij woont maai een halve kilo meter bij mij vandaan, dus het was een kleine moeite orn een van de jon gen op te halen. Herders zijn de beste honden voor een boer, men zegt Maar Dick luisterde al niet meer. Hij praatte zachtjes met het diertje, dat heerlijk warm in zijn armen lag. „Jij zult een prachtige herdershond worden, Shep. Ik zal je Shep noemen. Jij zult nooit, nooit kuikens doodbij ten, nie. Shep? Het hondje keek zijn baasje aan en liet een tevreden blaf je horen, alsof het zeggen wilde: „Kuikens doodbij ten, ik heb er in de verste verte niet aan gedacht, ooit zoiets te doen". Overlevende Titanic-ramp als film-adviseur ^IJN VADER vond een machine uit om petroleum mee aan te boren, vergaarde vele miljoenen en gaf aan zijn zoon de opvoeding van een gentleman. Hij liet hem zijn in genieursdiploma behalen, maar meende, dat hij weinig plezier aan zijn zoon zou beleven, omdat deze zich meer bekommerde om ren- auto's, vliegtuigen en schone vrou wen, dan om de winst- en verlies rekening van de maatschappij. Na de dood van zijn vader werd dat an ders. Howard Robart Hughes, want zo heette onze legendarische miljo nair, wierp zich met ongekende energie in het zakenleven. Hij haal de de teugels van het bedrijf strak aan en haalde eerst weer verlicht adem toen drie van de vier boor machines op de gehele wereld zijn naam droegen. Hij liet het werk nu ver der maar over aan zijn di recteuren en begon aan nieuwe projecten, die meer met zijn rusteloze fantasie in overeenstemming wa ren. Hij dook onder, nam als naam aan: Charles Ho ward en accepteerde een ondergeschikt baantje bij een van de Amerikaanse luchtvaartbedrijven. Hier leerde hij het bedrijf, dat hem zo aan het hart lag van meet af aan kennen. Na een jaar meende hij, uur hebben en twee en een halve week in de lucht kunnen blijven. De financiën voor dit project zijn voor de helft van de Amerikaanse rege ring. Op een dag kreeg Hughes er zin in een brouwerij in het zuid-westen van Amerika te beginnen. Waarschijnlijk was hij wat dorstig op het moment, dat dit idee geboren werd. In ieder geval is ook dit een succes-onderne ming geworden. Hughes beroemt er zich op dat hij de beste kwaliteit bier levert van Amerika. Zelfs als Hu ghes alleen in deze branche gebleven was, zou men hem onder de rijksten van de aarde kunnen noemen. Maar de energieke mannetjesputter van het kapitaal zag nieuwe kansen om zijn rijkdom aan ideën uit te le ven. Hij legde in stilte beslag op 74 meer dieren zal doodbijten", zei Dick, dat hij met zijn vliiegtuig nadat hij zijn vader het hele verhaal verteld had. Maar Toby had zijn le ven niet gebeterd, de volgende mor gen lagen er weer drie kuikens dood in de tuin. „Het wordt te erg, jongen" zei va der hem, „wij kunnen geen hond hou den die kuikens vermoordt. De buren zullen hem wegjagen. Ik zie geen an dere oplossing dan hem dood te schie ten. Bovendien ben ik bang, dat wij nu geen kuikens zullen kunnen mis sen voo- de veiling. Dick sloot Toby op en ging met een bang hart naar bed. „Oh Toby, waar om moet je ook al die kuikens dood bijten?" mompelde hij en hij staarde in het duister. Hij wilde niet hebben dat men Toby doodschoot, want hij had aan mynheer Peters beloofd, goed voor hem te zorgen en nuEr moest een manier zijn om Toby te redden, maar hoe. Lang nadat zijn ouders naar bed waren gegaan lag Dick nog wakker en piekerde en pie kerde. Plotseling, toen hij al begon te vrezen, dat er geen oplossing mo gelijk was, kreeg hij een idee. Het was zo eenvoudig, dat Dick er zich over verbaasde dat hij er niet eerder aan gedacht had. Hij draaide zich om en viel onmiddellijk in een diepe droomloze slaap. Nog nooit was Dick zo vlug geweest bouw een begin kon ma ken; hij bouwde een be scheiden vliegtuigfabriek je in Caliifornië, riskeerde een half miljoen dollar voor experimenten en bouwde het snelste vlieg tuig van de wereld, waarmee hij de meeste records behaalde. In 1935 bereikte hij een snelheid van 570 kilometer per uur en dat was de snelste tijd, die tot die tijd was afgedrukt voor een vliegtuig. In 1938 vloog hij in 9 dagen, 14 uur en 28 mi nuten om de wereld. Hij was de eer ste Amerikaan, die een straalvlieg tuig construeerde. De boormachines waren vergeten, hoewel ook dit be drijf nog steeds grote winsten maak te. Het was intussen de Hughes Air- craf Company, die al zijn aandacht opeiste. Het werd een miljarden on derneming, die o.m. ook een elektro nische apparatuur ter waarde van 600 miljoen vervaardigde. Hughes is een eerzuchtig man. Vooral als constructeur wil hij de ge hele wereld de loef afsteken. Hij is nu al jaren in de baai van Los An geles het grootste achtmotorige vlieg tuig op atoomkracht aan het probe ren. Het vliegtuig zou een kruissnel heid van vijfhonderd kilometer per procent van de aandelen der „Trans World Airlines" en nam de leiding van deze maatschappij in handen. Zijn ervaring als piloot en construc teur kon hij hier goed gebruiken en hij schiep de grootste vloot van ver keersvliegtuigen, 60 Amerikaanse luchthavens en 21 centrale punten elders in de wereld. Op een goede dag vroeg Hughes aan de Holly woodse filmmagnaat Mayer hoe je een film maakt. Dat is nogal gemakkelijk antwoordde Mayer, u behoeft slechts een opwindend ver haal te bedenken, wat toneelspelers te huren en een filmapparaat, dan wil ik u wel mijn studio verhuren. Hughes volgde de raad van Mayer op. Hij bedacht de tragedie van een nietsnut die een kind adopteert, huurde filmspelers en technici en liet in de studio's van MGM een film maken. De film werd echter nooit vertoond, zelfs de première van zijn film trok geen belangstelling. Dit was dus de eerste mislukking in het leven van deze zakelijke fan tast. Maar hij liet zich niet uit het veld staan. Hij kwam met een twee de verhaal over vliegers uit de eer ste wereldoorlog. Hy engageerde 137 jachtpiloten voor 87 echte ge vechtsvliegtuigen. Hij creëerde een nieuwe ster, Harlean Carpentier, wier naam hij veranderde in Jean Harlow en de film werd een groot succes. Een van de eerste rolprenten en misschien nog steeds de beste over oorlogsvliegers, „Heli's angels" ging vooraf aan een- tweede wereldsucces, waarin hij samenwerkte met Paul Muni, George Raft, Pat O'Brien, Jane Russell en andere beroemdheden. Eenmaal thuis op het glibberige pad der droomfabricage kocht hij de RKO filmmaatschappij, van welke hy binnen korte tijd alle aandelen in handen kreeg, omdat hy niet kon ve len, dat anderen kritiek op zijn werk leverden. Howard Hughes is een maal ge trouwd geweest, zijn huwelijk met Ella Rice uit Texas werd na de schei ding niet meer door een andere ge volgd; hij is nu ongetwijfeld de rijk ste vrijgezel van de wereld. Meer dere malen werd een op handen zijnd huwelijk tussen hem en Katherin Hepburn aangekondigd, tot tenslotte in de dagbladen het bericht ver scheen: „Heden huwt Howard Robart Hughes de actrice Katherine Hep burn niet". Sinds Hughes lijdt aan doofheid bestuurt hy zijn vele miljoenen on dernemingen van zijn villa in Las Vegas uit. Urenlang houdt hij ge sprekken met zijn directeuren en be slist over miljoenenzaken. Overal in zijn huis zijn telefoons bij de hand en technici dragen er zorg voor, dat hij óók in het huis van vrienden, waar hij geïnviteerd wordt steeds de telefoon dichtbij heeft om gevolg te kunnen geven aan zijn opwellingen. Hij is geen gemakkelijk heer. On verwacht duikt hij hier of daar op en roept voortdurend zijn voornaam ste handlangers bijeen voor spoed- conferenties. Hij haalt ze 's nachts uit hun bed of per vliegtuig uit hun vakantie-schuilhoeken. Zijn privé- secretarissen (allen Mormonen) staan voor niets, zij beschikken over heli kopters, straalvliegtuigen, radio- en telefooncentrales. Een van de laatste stunts van Hu ghes was te genezen na een auto- ongeluk van levensgevaarlijke ver wondingen. De dokters hadden hem al opgegeven, maar spoedig zit hy al v/eer achter de telefoon nieuwe win sten toevoegend aan de 500 miljoen dollar, die hy in zijn leven tot nu toe schoon verdiend heeft. Toen het machtige nieuwe passagiersschip „Titanic", dat onzinkbaar werd genoemd, in 1912, na een botsing met een ijsberg in de diepte verdween, was gezagvoerder J. G. Boxhall (rechts) als vierde stuurman een van de drie officieren die de wacht hadden. Hij is de enige van de drie die die ramp overleefde en verkeert daardoor in de gelukkige omstandigheid, als technisch adviseur te kunnen optreden in de Engelse Pinewood-studio's bij het vervaardigen vap de film „A night to remember", gewijd aan de „Tita nic-ramp". De foto' toont gezagvoerder Boxhall met de acteur Jack Wat- ling (links), die in de film de rol van „vierde" Boxhall gaat spelen. Dit is geen mobilofoon uit de pruikentijd, doch een aardigheidje van de directie van een hotel in Genève, die de zakelijke telefooncel verving door een originele draagstoel. De antieke spreekcel heeft nog een belangrijk voordeel boven zijn moderne soortgenoten: je kunt er rustig bij gaan zitten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 8