Plannen vnnr het nieuwe seminarie te Noordwijkerhout
UIT DE LUCHT ZIET HET ER ZO UIT
NIET MEER EEN KASTEEL
MAAR EEN DORP
Stand van de priester-voor
ziening in bisdom Rotterdam
ZATERDAG 5 OKTOBER 1957
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
Studenten in flats
Gevolg gevend aan een verzoek, ge
daan op een persconferentie, welke
werd voorgezeten door de Bisschop
van Rotterdam, publiceren wij eerst
heden de plannen voor het nieuwe se
minarie te Noordwijkerhout, welke
de Bisschop in zijn schrijven van zon
dag j.l. heeft aangekondigd.
Het nieuwe klein-seminarie
zoals bekend, verrijzen in de
meente Noordwijkerhout ter zijde
van de Gooweg, de verbinding tussen
Noordwijkerhout en Noordwijk.
Het terrein is ongeveer 9 hectaren
groot en voor het grootste deel bezet
met eikenhakhout; voor een ander
deel is het duinterrein afgegraven.
De omvang van het terrein had
groter kunnen zijn, maar vlak erbij
ligt het openbare bos van Leeuwen
horst en de zeeduinen zijn niet zover
af, zodat er toch voldoende gelegen
heid is voor recreatie.
De tekeningen geven duidelijk aan,
dat in de bouw de moderne paedago-
gische inzichten zijn verwezenlijkt.
Er is een scheiding tussen het
schoolgebouw en het pensionaat, dat
gedacht is als woon-flats, terwijl het
alles-beheersend punt de kapel is.
Er is ook een aula als een klein
schouwburgje en een gymnastiek
zaal met belendende sportterreinen,
zodat bij elkaar een volledige dorps
gemeenschap zal ontstaan.
De architecten ir. H. Thunissen,
ir. A. van Kranendonk en ir. A. Thu
nissen te Den Haag hebben de posi
tie van het gebouwen-complex zo
bepaald, dat van het zonnelicht zo
veel mogelijk wordt geprofiteerd, ter
wijl de ligging in de buitenlucht en
afzijdig van het rumoer voor zulk
een tehuis zeer gunstig is.
De woonflats afgescheiden van de
school hebben het voordeel, dat er
meer huiselijkheid kan worden ge
schapen.
Behalve de leraren, zullen, naar
verwachting ongeveer 360 jongelui
het seminarie gaan bevolken, zodat
alle middelen zijn aangewend, om
toch een eigen levenssfeer mogelijk
te maken, welke zich zover doenlijk
aanpast bij het leven thuis
Vandaar de scheiding van school
en huis.
Vandaar ook de inrichting der
flats in afzonderlijke kamertjes (van
2.10 bij 3 meter), zodat iedere student
zijn eigen studie- en slaapkamer
heeft, welke hij naar believen kan
opsieren.
Er komen 3 flats met elk 120 ka
mertjes, terwijl bovendien in iedere
flat een priester-leraar inwoont. De
drie woonhuizen bezitten bovendien
hun eigen eetzaal en eigen recreatie
ruimte. Het is de bedoeling, de leer
lingen te doen samenwonen volgens
de leeftijden, niet volgens de klas
sen.
De lagere klassen hebben studieza
len, waar gestudeerd wordt onder
toezicht; de leerlingen van de hogere
klassen studeren net als bij het ge
woon middelbaar onderwijs op
eigen gelegenheid. Het seminarie zal
ook een erkend gymnasium worden.
In ieder woonhuis zijn ook spreek
kamers, waar de jongelui en de pro
fessoren met elkaar kunnen spreken
en waar de ouders kunnen ontvangen
worden, maar dat kan ook op de eigen
woonkamers gebeuren.
De woonhuizen hebbetn elk hun
afzonderlijke ingang, maar zijn ge
lijkvloers met elkaar verbonden door
een 100 meter lange en 6 mpter brede
wandelgang een soort tref-centrum
voor de gehele gemeenschap.
Voor de directeur en voor de lera
ren, die niet de Studenten-woonhui
zen betrekken, is een vierde flat ge
reserveerd. Ook in him huisvesting is
ernaar gestreefd wat meer huiselijk
heid en onafhankelijkheid te bren
gen. In dat gebouw zijn ook de biblio
theek gevestigd en een ziekenzaal,
met eigen kapelletje.
De kapel, van het voorplein maar
ook van de verbindingsgang bereik
baar, is een centraalbouw, hetgeen
bij de aanwezigheid van een groter
aantal priesters het meest voor de
hand ligt. Een fikse klokke-toren zal
in de toekomst "het gewicht van dat
centrum van bijeenkomst beklemto
nen.
Het schoolgebouw is ingericht als
elk ander gymnasium, met vaklokalen
voor natuurkunde, scheikunde, bio
logie, aardrijkskunde en tekenen.
Voor de drie laagste klassen zijn hier
studiezalen.
De toneel-voorstellingen hebben op
„Hageveld" van oudsher een grote
ingericht als een schouwburg met
goed-uitgeruste toneelruimte.
Aan de sport is ruimschoots aan
dacht geschonken. Er komt een gym
nastiekzaal en er komen sportterrei
nen voor allerhande sportbeoefening.
Behalve al deze gebouwen omvat
het seminarie ook een tehuis voor cie
zusters, eön enorme keuken en een
ketelhuis voor de verwarming.
Zoals de Bisschop in zijn voorgele
zen schrijven reeds mededeelde zijn
met de bouw van dit gehele, om
vangrijke complex „enkele millioe-
nen" gemoeid, ondanks dat de bouw
zo sober mogelijk zal zijn.
Het gehele complex zal over 4 jaar
gereed moeten zijn.
Op dit ogenblik is het Klein-Semi-
narie van Rotterdam gevestigd in het
kasteel „Stoutenburg", dat men in
prettige samenwerking met de Paters
Franciscanen van hen voor 5 jaar
heeft kunnen huren. Dit is echter een
nood-oplossing. In „Stoutenburg**
kunnen hoogstens 52 jongens met Re
gent en drie leraren worden onderge
bracht, zodat de klas, die daar in het
afgelopen schooljaar verbleef, in sep
tember 1957 naar het Klein-Semi-
narie „Hageveld" overging. Op
„Stoutenburg" zijn in september dan
ook de nieuwelingen gekomen uit het
bisdom Rotterdam.
Het is te begrijpen, dat het semi
narie „Hageveld" met verlangen uit
ziet naar de tijd, dat de jongens uit
het bisdom Rotterdam naar het nieu
we seminarie kunnen gaan, omdat er
dan meer mogelijkheden ontstaan
voor de jongens uit het bisdom Haar
lem binnen „Hageveld" dat nu in
reputatie. Daarom zal de aula worden feite veel te klein is.
(op 3 augustus 1957)
ALGEMEEN:
In de zielzorg werkzaam 953 priesters
hiervan zijn: 442 seculiere priesters (46.38
511 reguliere priesters (53.62
BIJZONDER:
A. Parochiële Zielzorg
Totaal aantal parochies: 175.
hiervan worden bediend door:
seculiere priesters: 142 parochies (81.14%)
reguliere priesters: 33 pbrochies (18.86%)
In de parochiële zielzorg zijn werkzaam 598 priesters
(62.75 van alle priesters)
waarvan 352 seculiere priesters (58.86
246 reguliere priesters (41.14%)
B. CATEGORIALE ZIELZORG (d.w.z. alle buiten-parochiële
zielzorg):
In de categoriale zielzorg zijn werkzaam:
355 priesters (37.25 van alle priesters)
waarvan: 90 seculiere priesters (25.35
265 reguliere priesters (74.65
C. GEMIDDELDE GEESTELIJKE VERZORGING:
Aantal gelovigen in het Bisdom Rotterdam op
1 januari 1957: 710097
Er werkt dus één priester op 745 gelovigen.
Wat de parochiële zielzorg betreft (deze omvat practisch ook alle
gelovigen): één priester op 1187 gelovigen.
Prijzenregen in
actie Bijstand
Gisteravond zijn h. het KRÓ-pro-
gramma de winnaars van de radio-
loterij „Bijstand" bekend gemaakt.
De opbrengst van deze actie is
voor het koningin Juliana-fonds, dat
aan maatschappelijk werk financiële
steun verleent Het heeft prijzen ge
regend: drie van de vijf woonhuizen
gingen er uit. Twee gelukkigen moe
ten zich nog melden. Het is niet be
kend of alle winnende loten ook zijn
verkocht, er waren drie series van
elk 510.000 loten van een gulden in
omloop gebracht.
De nummers van de loten waarop
de woonhuizen beschikbaar zijn lui
den: A 10734; A 335305 (gewonnen
door J. Feelens te Haarlem) B 492521
(gewonnen door P. Muystege in
Goor); A. 217204 (gewonnen door
mej. A. Beelen, St. Maartenskliniek
Nijmegen) en B 246711.
Voorts zijn de nummers van de
loten voor vijf auto's acht televisie
toestellen en vier keukenuitrustin
gen bekend gemaakt. Het merendeel
van de bezitters van deze loten heeft
zich nog niet gemeld.
Huisartsen .krijgen
zes procent
In verband met de stijging van de
kosten van het levensonderhoud en
de hogere praktijkkosten Is de huis-
arsten een loonsverhoging van 6%
in het vooruitzicht gesteld, dit zijn de
huisartsen en de ziekenfondsen over
eengekomen. De loonsverhoging is
ter goedkeuring aan de Ziekenfonds
raad voorgelegd. Ook de minister van
Sociale Zaken zal er nog zijn accoord
aan moeten geven.
Op de voorgrond de leraren- en studentenflats, rechts de kapel en links het schoolgebouw.
Interneringskamp voor
Hongaarse priesters
Het Oostenrijkse R.K. persbureau
Kathpress heeft vrijdag gemeld, dat
in Hongarije een interneringskamp
voor priesters is ingericht in het dorp
Foekoel (district Te-t).
Priesters, die niet konden worden
beschuldigd van „actieve deelneming"
aan de opstand van oktober 1956,
maar wier sympathie openlijk naar
de opstandelingen was uitgegaan,
zouden in het kamp van Foekoel op
gesloten zijn.
Een kleine 300 Hongaarse vluchte
lingen, die niet konden wennen aan
het klimaat in de Dominicaanse repu
bliek, waar zij na de mwember-op-
stand van het vorig jaar een toevlucht
hadden gevonden, zijn weer terugge-
keer naar het Oostenrijkse vluchtelin
genkamp Kapfelberg by Wenen. Vrij
dag werden zy in Vlissingen gede-
barkeerd door het Italiaanse passa
giersschip „Irpinia" van de Fratelli
Grimaldi-lijn te Genua, welke een
passagiersdienst onderhoudt met Mid
den-Amerika en Vlissingen. Per ex
tra trein, welke omstreeks vijf uur uit
Vlissingen vertrok werden zij afge-
zoerd naar Oostenrijk.