IN ENGELAND VERSCHIJNEN NOG ALTIJD SPOKEN Kroetstjef Koningen zonder hoofd, gravinnen met bebloede handen Gouden bruiloft te Hillegom IN ZIJN JONGE JARENl ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1957 DE LETDSE COURANT PAGINA 10 avond, dat er bericht kwam in Blick- ling, dat Anne en haar broer terecht gesteld waren. Ten van de meest angstaanjagende geesten van Groot-Brittannië is die van Lord Soulis, ook wel „Ver schrikkelijke William" genoemd, die de zwarte kunst beoefende op Her mitage Castle in Roxburghshire, Schotland. „Verschrikkelijke William" was gewoon kinderen te ontvoeren, ze naar de kerker van het kasteel te slepen, ze daar te vermoorden en hun bloed te gebruiken bij zijn zwar te kunst Na een tijdje kwam het dorps volk tegen hem in opstand, ketende hem en wierp hem in een ketel met ko kend lood. Thans komt „Verschrikkelijke Wil liam" op donkere winteravonden te rug naar het kasteel, voor de her- Nummer één op de lijst van door spoken jagers te bezoeken plaat sen is wel fle 1000 jaar oude „Tower of London", die meer spoken per m2 kan leveren dan enige ander spook huis in Groot-Brittannië. Lichamen zonder hoofd, hoofden zonder licha men, geesten, ijzige luchtstromen, rammelende kettingen u noemt ze, de Tower heeft ze! Er zijii een aantal gevallen en wel van recente datum van twis tende schildwachten, schietende en zelf een bajonetaanval uitvoerende geestverschijningen. Na zo'n gevecht (tussen een lid van de Guards Bri gade en een grote zwarte beer) stierf de schildwacht door shock, na dat hij zijn kameraden had beschre ven wat hij had gezien. Dan zjjn er natuurlijk, zoals de meest onervaren jager op spoken toch wel weet, de koningen en ko ninginnen, edellieden en vele ande ren die, om een of andere reden, hun hoofden hebbei} moeten achterlaten in de handen van de beul van de Tower. Zij kunnen gezien worden op ieder uur van de nacht en zelfs over dag, rusteloos ronddwalend door gangen, op de trappen, hun lot be klagend en wraak zwerend aan hen, die daaraan schuldig zijn. Ten interessante en nogal ongewo- ne ervaring beleefde Edmund Swifte, de laatste schatbewaarder van de Kroonjuwelen, die in de Martin Toren woonde. De heer Swifte had verschillende familieleden voor een diner uitge nodigd in zijn woning. Zij zaten ge zellig bij elkaar dc.h halfweg de maaltijd werden de lichten plotse ling gedoofd door een onzichtbare hand. Een blauw licht verscheen aan het plafond. Het werd groter en ver anderde in een draaiende sparappel. Deze daalde langzaam, met open mond gevolgd dour de verschrikte gasten, maakte een rondje boven de eettafel en verdween in het niet. Het was met grote spoed men zou zelfs kunnen zeggen, met de noorderwind, dat de bewaarder der Kroonjuwelen zijn woning in de Martin Toren verliet. Een ander gebied voor jagers op spoken is het oude Windsor Castle in Berkshire, het eeuwenoude huis der Britse Vorsten; de plaats is over bevolkt door vroegere bewoners. Zoekt u een nacht uit met volle maan, dan loopt u kans omstreeks 12 uur, tegen Henry VIII op te botsen, die dan zijn loopje maakt in de Cloi sters bij de Deanery. Met zeer veel tact stippelt Henry zijn wandelingen zo uit, dat ze niet samenvallen met die van zijn vroe gere vrouw Anne Boleyn, die tot ge woonte heeft in hetzelfde deel van het kasteel rond te wandelen. Als u doorloopt tot aan het ooste lijk terras, kan het mogelijk zijn dat George in naar u staat te kijken achter een van de ramen. Mensen, die het kunnen weten, zeggen dat hij daar vaak verschijnt. Konigin Elisabeth I is enkele ma len in de bibliotheek van het kasteel verschenen en is daar het laatst ge zien door luitenant Glyn van de Grenadiers Guards. Luitenant Glyn vertelde: „Ik her kende haar door haar olijfkleurige teint, haar rode haar en haar zwarte tanden. Hij voegde er aan toe dat ze recht door een gesloten deur wan delde. Henry VIII en zijn vroegere vrou wen worden ook wel eens ge zien in Hampton Court Palace, Mid dlesex, op enige mijlen afstand van Windsor Castle. De gestalte, die vaak gillende door de galerij naar de kapel rent, is her kend als Catherine Howard, op weg om tevergeefs bij Henry te pleiten om genade. Een andere echtgenote van „Bluff King Hall". Jane Seymour, bezoekt In Newstead-abby in Nottinghamshire een vroeger klooster „spookt" een kloosterling vóór de dood of vóór een persoonlijk ongeluk van een lid van de huishouding! het paleis op de verjaardag van haar zoon Edward VI. Het kindermeisje, mevr. Penn, begeleidt haar. Het lawaai, veroorzaakt door het spinnewiel van mevr. Penn leidde er toe, dat een zo hoge instantie als het Ministerie van Bouwwerken een dichtgemetselde en vergeten kamer ontdekte, waarin inderdaad het spin newiel gevonden werd. Op de „Tower" volgt „Glamis Castle" in Forfarshire, Schotland, als het beroemdste spookhuis ter wereld. Het kasteel is de traditionele buiten plaats van de Graven van Strath- more en de woning van Queen Eli zabeth, de Koningin-Moeder. De spookgestalten, vreemde gelui den en ijzige windstromen, die het kasteel 's nachts in beroering bren gen, zijn nog niets vergeleken bij het verschrikkelijke geheim van Glamis, dat slechts bekend is aan de Graaf en diens oudste zoon, aan wie het bij zijn meerderjarigheid wordt geopenbaard. De laatste Graaf, die gestorven is in 1905, zei eens: „Als u de aard van bet geheim zou vermoeden, dan zou u op de knieën God danken, dat het niet uw geheim is". Opgelucht verlaten wij Glamis en zijn geheim, om naar Raynham Hall in Norfolk te reizen, wiens geest zich vaij de anderen onderscheidt, doordat hij gefotografeerd is. De foto is echter te slecht afge drukt om een duidelijk beeld te ge ven, maar er wordt beweerd dat de geest de zuster is van Sir Robert Walpole. De beeltenis, die gemaakt is door twee fotografen van „Coun try Life", is van een vreemde schoon heid. De plaat is door experts onder zocht, alvorens een afdruk werd ge maakt, om zeker te zijn dat er niet mee geknoeid werd. Van de 13e eeuwse Hall Place in Bexley, Kent, wordt beweerd, dat ze door verscheidene geesten wordt bezocht. Een van deze is Lady Atte- Hall, die een dodelijke sprong maak te van de hoge toren, nadat ze haar man door een hert had zien doden. Vele jaren lang werd geschrei ge hoord in de toren en men zag soms de heropvoering van de' doden sprong. door een vrouwenfiguur in het wit. Een klein meisje zag op een nacht „een mooie vrouw", die zich over haar bedje boog. De Zwarte Prins is ook meermalen in Hall Place gezien. In Cortachy Castle, in Forfarshire, Schotland, niet ver van Glamis Castle gelegen, gebeurde het dat een knappe tamboer, in dienst bij de Graaf van Airlie, verliefd werd op de vrouw van zijn meester. Op een goede dag ontdekte de Graaf dat de tamboer toenadering zocht tot de Gravin. Buiten zichzelf van jalouzie gaf hij bevel, de tam boer in zijn eigen trom op te sluiten en zo van de hoogste toren van het kasteel naar beneden te werpen. Sindsdien wordt de tamboer vaak gezien, al slaande op zijn trom, ge woonlijk juist voordat er een fami lielid sterft. Onder de geesten van Newstead Abbey in Nottinghamshire, is een geest „Zwarte Monnik" genaamd, die steeds kort voor de dood, of kort voor een ongeluk, van een van de bewoners, verschijnt. De dichter Lord Byron. een vroe gere bewoner van de Abbey, zag de „Zwarte Monnik" kort voor de dood van zijn vrouw Isabella Milbanke in 1814, die direct na de geboorte van hun eerste kind overleed. Lady Place, een oud landgoed, ge legen bij een vroeger klooster te Hurley, Buckinghamshire, is niet zo lang geleden, grotendeels herbouwd. Tijdens de herbouwing verscheen de geest van een monnik, die wees naar een plek onder de fundamenten. In 't geloof gebracht dat daar een schat verborgen lag, waren de werklieden onmiddellijk met schoppen en hou welen gaan graven, doch zonder re sultaat. Toen dan ook dezelfde geest een poosje later nogmaals verscheen en naar een oude haard wees, waren ze minder geneigd notitie van hem te nemen. Maar de geest drong zo aan dat ze de haardplaat opzij schoven. Achter de plaat vonden ze nog een plaat, maar ouder en veel groter. Terug naar Norfolk, deze keer naar Blickling Hall, waar Anne Bo leyn zich elk jaar laat zien op de dag van haar terechtstelling. Anne arri veert dan in een koets, getrokken door vier onthoofde paarden, gedre ven door een koetsier zonder hoofd. Anne houdt haar eigen mooie hoofd op haar schoot. De koets verdwijnt als de hoofdin gang van het huis is bereikt. Terwijl al deze dingen gebeuren, wordt de rust in de omgeving nog verstoord, doordat vier paarden, zon der hoofden, een man, die een hoofd met wanordelijk haar onder zijn arm houdt, rondsleuren door heggen en sloten. Eerst nadat de man onder twaalf bruggen doorgesleept is, mag hij wat rusten. Men beweert, dat hij de broer is van Anne Boleyn, Lord Rochfort, want hij werd het eerst gezien op de opvoering van zijn vreselijke misda den van lang geleden. En de plaat selijke bevolking zal zich dan niet in de buurt wagen. Bisham Abbey in Buckinghamshire is1 ook een van Groot-Brittannië's huizen, waar men geesten kan ont moeten. Dit mooie gebouw in Tudor- stijl was eens de woning van Sir Thomas Hobby en zijn bovenmense lijk wrede vrouw Elizabeth, die ter dood werd veroordeeld voor het vermoorden van een van haar kleine kinderen. Haar gekwelde geest keert herhaaldelijk terug naar de kamer, waar de misdaad plaats vond. Daar kan men haar zien, terwijl ze tever geefs tracht het bloed van haar han den te wassen. Bestaan spoken? Ieder verstandig, stabiel en modern-denkend mens zal „nee" zéggen. Maar dan woont hij vast niet in een van Groot-Brittan nië's 10.000 „spookhuizen"! Gouden bruidspaar in Zuidhoek van Roelofarendsveen Op het feest van Leidens Ontzet 3 october hoopt het bruidspaar Piet Koek en Petronella van Hameren het gouden huwelijksfeest te gaan vieren. Voor de bruidegom dubbel feest, want op deze dag hoopt hij gelijktij dig zijn 73ste verjaardag te geden ken. Reden genoeg dus voor kinde ren, kleinkinderen en familie om dit bruidspaar eens in het zonnetje te zetten. Voor het bruidspaar zelf echter ook een dag van dankbaarheid. Want beiden mogen over een zeer goede gezondheid beschikken, waartoe het bezit van een zo opgeruimd karakter ongetwijfeld zal hebben bijgedragen. In vroegere jaren was de bruidegom zelfs op vele huwelijksfeesten een ge ziene figuur, aangezien hij dan met zijn accordeon aan deze feesten luister wist bij te zetten. Voorts is het kaart spel een van zijn geliefde bezigheden, en naast zijn eigen kaartklub, kan men hem hiervoor dan o<ik wekelijks aantreffen op de bejaarcren-societeit. Naast deze prettige ontspanning wordt het werk nog geenszins ge schuwd, want nog steeds bewerkt hij zijn eigen tuindersbedrijfje. De bruid doet hier niet voor onder, want de werkzaamheden in het gezin worden alle nog door haar zelf ge daan. Uit dit huwelijk werden 15 kin deren geboren, waarvan 13 nog in le ven. Niet minder dan 73 kleinkinde ren zorgen voor een rijk nageslacht. Op 3 oct. zal het dan ook ongetwijfeld op de Zuidhoek 33 niet aan belang stelling ontbreken. Des morgens te 10 uur wordt deze dag in de parochie kerk „St. Petrus Banden" begonnen met een gezongen H. Mis uit dank baarheid. Van huis uit bourgeois De „Grote Sowjet Encyclopedie" (tweede druk, uitgave 1957, deel 46) vertelt over de jeugd van Kroestsjef alleen dat lij in zijn jonge jaren her der, koejongen was. Voor alle zeker heid voegen de samenstellers van de anderhalve kolom Kroestsjef-biogra- fie er aan toe „po najmoe", in loon dienst, om vooral voorkomen dat iemand zou denken dat het jongetje Nikita op het vee van zijn vader zou hebben gepast. Dan toch zou zijn ar- beidersafkomst in geding komen, want, nog steeds volgens dezelfde of- ficieële bron, werd hij op 17 april 1894 uit een familie van arbeiders- mijnwerkers geboren in het dorp Ka- linowka. Ook andere Sowjet biografen zwij gen angstvallig over de jeugd van de huidige Russische sterk^ man. Voor zichtig vermelden zij dat Nikita Sergjejewitsj een „bezgramotny" was, een ongeletterde, want als arm klein knaapje kon hij natuurlijk niet naar school gaan in het kapitalistische tijd perk waarin hij werd geboren. De waarheid is dat het jongetje Ni kita zoals zovele van zijn leeftijd genootjes geen zin had om naar school te gaan en liever in het dorpje in de Oekraine rondzwierf of zijn tijd met vissen doorbracht. Zijn vader was financieel wel in staat om Nikita te laten leren, want Kroestsjef senior was beslist geen echte proletariër, maar in tegendeel een bourgois, een eigenaar van zes a zeven hectoren grond en een stuk bos aan de Vors- klarivier. Het zal dan ook wel bij het vee van vader geweest zijn dat Niki ta zijn herderskunsten moest tonen. Met het land en me4 het vee bemoei de Sergjej Kroestsjef, Nikita's vader, zich zo weinig mogelijk. Dat liet hij aan vrouw pn kinderen over. Zelf had hij meer belangstelling voor zijn tweede bedrijf,- een smederij-sloten makerij aan de hoofdweg naar Char- kow gelegen. Toen Nikita elf jaar was ging hij bij zijn vader in de leer. En dat deed hij met veel ijver en met snel toene mende bekwaamheid. De zaak ging dan ook goed en vader en zoon Kroestsjef hadden geen gebrek aan klanten noch aan geld. Goed eten en drinken. Zowel vader als zoon hielden van goed eten en vooral van drinken, Daarmee deder zij hun afkomst alle eer aan. De Kroestsjef's zijn van oor sprong Zaporog Kozakken, die in de zeventiende eeuw gedwjngen werden naar de Oekraine te verhuizen. Ze heetten toen nog Kroestsj kever en eerst in de negentiende eeuw, bij de eerste grote volkstelling onder tsaar Nikolaas I lieten zij hun naam een meer Russisch aanzien geven door toevoeging van „ef". Het werk in de smederij beviel Ni kita best. Zijn vrije tijë bracht hij in het dorp door. Bij alle dorpsfeesten was hij aanwezig en hij was er een van de beste dansers. Zijr specialiteit bleef echter het verwerken van grote hoveelheden alcohol, zonder dat hij ooit echt dronken werd. Misschien zou Nikita wel een groot meester-smid zijn geworden, wanneer niet het ru «ve optreden van de tsaren- politie verzet in hem wakker had ge roepen. Toen Nikita zestien jaar oud was was hij nog steeds een verwoed visser. Al spoedig had hij zich een boot aangeschaft, waarmee hij de ri vier en de plassen optrok. Hij viste daar waar het hem beviel en lette er niet op aan wie het viswater toebe hoorde. De politie betrapte hem dan ook op het water van prins Kozlows- ky. De tsarendienaren waren beslist geen lieve jongens en Nikita kreeg er flink van langs. Zijn boot en zijn vistuig verwisselden van eigenaar en met de „nagaika", de zweep met lood aan de uiteinden verzwaard, werden diepe striemen in zijn rug geslagen. De ommekeer. Sindsdien was Nikita niet meer de vrolijke danser. Hij bleef zoveel mo gelijk weg uit het dorp. Voor het eerst in zijn leven begon hij met be langstelling te lezen. Het waren geen romans, die hij uitspelde, maar ille gale lectuur, die in die jaren over vloedig in Rusland te koop was. Zijn eerste boekje was van Krewtsjinsky, die onder de pseudoniem Stepnjak zijn terroristische ideeën propageer de. Vooral tegen de tsarenpolitie ging deze schrijver te keer en dat wilde er bij Nikita wel in. Nikita's vader overleed in 1910 en Nikita zette de smederij-slotenmake rij voort. Maar hij had er weinig zin meer in, misschien wel omdat prins Kozlowsky een van de beste klanten was, die regelmatig zijn landbouw machines ter reparatie liet brengen. In 1911 verliet Nikita het dorp Ka- lino wka. Hij ging naar de dichstbij- zijnde stad, Charkow, waar hij bij fa milie ging wonen. Spoedig vond hij werk in een fabriek waar landbouw machines werden gemaakt. Daar was het dat hij kennis maakte met de re- volutionnaire theorieën, die hem na vele jaren harde strijd zouden bren gen aan het hoofd van de Sowjet staat. Het begon in Hoogmade Op 1 October a.s. zal het 50 jaren geleden zijn dat de heer W. Lieverse zijn bruid Johanna Anna Hillenaar in de kerk te Hoogmade naar het altaar begeleidde. Beiden geboren in de Heerlijkheid Hoogmade, waren buurt genoten en hadden elkaar van jongs- afaan gekend. Toch was de bruidegom reeds 30 jaren oud eer hij zich bewust werd van alle goede hoedanigheden van de toen 25-jarige Johanna Hillenaar. Na hun trouwdag zijn ze naar Hille gom gegaan en hebben zich hier ge vestigd als middenstander, kruide nier, in een pand aan de Meerstraat. Het heeft echter niet lang geduurd, want van de 50 jaren die ze getrouwd zijn, was de bruidegom meer dan 40 jaren in dienst van de Venneperpol der en bediende hij de watermolen en in later jaren het motorgemaal. En nu doet hij al enige jaren niets meer en rust hij uit van het werk door hem in noeste vlijt verricht. Want gewerkt heeft Wilhelmus Lieverse en dat was ook nodig. Bij zijn arbeid in dienst van de Polder werd hij ook nog boer en eigenaar van een veestapel en daardoor in staat om voor de elf kin deren, waarmede hun huwelijk werd gezegend, kost en kleien te verdie nen. De 80-jarige bruidegom is wel niet zo rap als de 75-jarige bruid, maar beiden mogen zich in een goede gezondheid verheugen. Nog goed van gezicht en gehoor en zodoende zien ze met vreugde hun gouden bruiloft tegemoet. En dat doen ook de elf kin deren, die allen getrouwd zijn en üe 60 kleinkinderen die samen op 1 ok tober tegenwoordig zullen zijn in de H. Mis die er die morgen in de St. Josephkerk te Hillegom zal worden opgedragen tot intentie van het Bruidspaar en uit dankbaarheid. Ook van de zijde van De Leidse Courant, hun lijfblad, een hartelijke geluk wens en nog vele jaren toegewenst.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 12