SPOOK-KANO
„Landbouw is 'n zorgenkind"
zegt minister Mansholt
Prof. mr. Oud „Grootkruis in de
Orde van Oranje Nassau"
Vriendschapsverdrag en processievrijheid
AGFA
ISOPAN
ISS smalfilms.
Vl'i i AG 28 JUNI 1957
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 10
Tweede Kamer over pachtwet
Enkele verbeteringen
niet in hand van boer
De Tweede Kamer ia er ook flater-
middag nog niet in geslaagd klaar te
komen met de nieuwe regeling voor
de pacht.
De ministers kwamen gistermid
dag toe aan de antwooorden. De Mi
nister van Justitie, minister Samkal-
den, bepaalde zich tot de louter Juri
dische zijde van de vraagstukken.
Zeer uitgebreid antwoordde de minis
ter over het vraagstuk van de ver
plichte registratie van de pachtover
eenkomst. De vraag was gesteld of
ter versteviging van het recht van
de pachter de pacht dient te worden
erkend als een zakelijk recht. Ver
plichte registratie zou de enige op
lossing zijn.
De minister- betoogde echter: Wat
zou de sanctie moeten zijn bij het
nalaten van de registratie. De minis
ter achtte de tijd nog niet gekomen
om de pachtovereenkomsten bij te
laten schrijven in openbare registers.
De samenstelling van de centrale
grondkamer was ook een onderwerp
van bespreking geweest. De minister
toonde geen bezwaar tegen de gedach
te de kamer te vormen zoals in
het oorspronkelijke ontwerp was ge
steld uit drie juristen en twee des
kundigen. Volkstuinen vallen niet
onder de pachtovereenkomst. De mi
nister achtte het echter niet noodza-
Aetherklanken
ZATERDAG
TELEVISIEPROGRAMMA'S
VPRO: 17.00 Voor de kinderen.
KRO: 20.00 Nat.progr. 20.10 Journ.
en weeroverz. 20.25 Marionettenthea
ter. 21.00 Cabaret. 22.30 NTS: TT-
races 1957. 22.45—23.45 NTS: Eurovi
sie: Rep. Song Festival te Venetië.
HILVERSUM I. 402 m.
7.00 KRO. 20.01—24.00
NATIONAAL PROGRAMMA
7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Ge
wijde muz. 7.45 Morgengebed en li-
turg.kal. 8.00 Nieuws en weerber.
8.15 Hoogmis. 9.30 Gram. 9.35 Wa-
terst. 9.40 Gram. 9.55 Voor de kleu
ters. 10.10 TT-races. 10.30 Ben je zes
tig? 11.00 Voor de zieken. 11.45 TT-
races. 12.00 Middagklok—noodklok.
12 03 Gram. 12.30 Land- en tuinb.
meded. 12.33 Gram. 12.45 TT-races.
13.00 Nieuws en kath.nieuws. 13.20
Amus.muz. 13.50 Gram. 14.00 TT-ra
ces. 14.15 „Dit is leven", caus. 14.30
Accord.ork. 14.50 Kamerkoor. 15.10
De schoonheid v. h. Gregoriaans.
15.40 TT-races. 16.00 Voor de jeugd.
16.50 Gram. 17.00 TT-races. 17.10 Mu
sette ork. en soliste. 17.30 Lichte
muz. 17.50 TT-races. 18.00 Instr.trlo.
18.15 Tenniskamp. 18.25 Jazzmuz.
18.45 Gram. 19.00 Nieuws. 19.10 com
mentaar op het nieuws. 19.15 Holland
Festival 1957: Residentie ork. 20.00
Nieuws. 20.05 Felicitatie door prof.
mr. I. A. Diepenhoorst. 2i.l0 Feest-
progr. 21.30 Sport. 21.45 Latijns-Zuid-
amerikaanse muz. 22.05 Menselijke
verhoudingen, klankb. 22.25 Kon.
Luchtmacht Kapel. 23.00 Nieuws.
23.15 Cabaret. 23.50—24.00 Dagslui
ting.
HILVERSUM II. 296 m.
7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA.
19.30 VPRO. 20.00—24.00
NATIONAAL PROGRAMMA.
7.00 Nieuws. 7.10 Gym. 7.20 Gram.
8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 9.00 Voor de
vrouw. 10.00 Tijdelijk uitgeschakeld,
caus. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Pro-
menade-ork. 10.50 Buitenl.weekoverz.
11.05 Gram. 11.15 Wat doe je voor de
kost. 11.35 Sopr. en clavecimbel. 12.00
Orgelspel. 12.30 Land- en tuinb. me
ed. 12.33 Nieuwe gram. 13.00 Nieuws.
13.15 Vara-Varia. 13.2C Lichte muz.
13.45 Sportpraatje. 14.00 Nieuwe
gram. 14.25 Voor de jeugd. 15.00 Da
meskoor. 15.15 Mensen en hectares,
caus. 15.30 Holland Festival 1957: Ra-
diophilharm.ork. 16.10 Gram. 16.55
Vakantietips. 17.30 Act. 18.00 Nieuws
en comm. 18.20 Hawaiian muz. 18.45
Regeringsuitz.: Atlantisch allerlei.!
Een en ander over de 15 landen, aan
gesloten bij het Atlantisch Pact.
19.00 Artistieke staalkaart. 19.30 Pas
separtout, caus. 19.40 Godsdienst
voorheen en thans, caus. 19.55 Deze
week, caus. 20.0024.00 Nationaal
programma: Zie Hilversum I.
Landbouw een zorgenkind.
Minister Mansholt kwam vervol
gens aan het woord ter bespreking
van de landbouwkundige toetsing en
de prysbeheersing. De minister zei,
dat door het verschi' in de ontwikke
ling van de landbouw en de industrie
de landbouw een zorgenkind is. Op
allerlei wijze wordt hiermede reke
ning gehouden. In ons land is de be
volking bereid zich beperkingen op
te leggen ora de landbouw een deel te
geven in de algemene welvaart. Dit
moet niet worden gezien als steun al
leen, maar als een onderdeel, passend
in het beleid van de volkshuisvesting.
Alles moet worden gedaan om tot
een gezonde landbouw te komen.
Niets mag worden nagelaten om tot
een hogere product! en arbeidspro
ductiviteit te komen. Er is echter 'n
aantal externe omstandigheden, die
het bereiken van betere bedryfvor-
men belemmeren en die niet in de
hand van de boer liggen. Hier ligt 'n
taak van de overheid.
Wat de pachtwetgeving betreft staat
Nederland niet achter bij het buiten
land.
Anderzijds, aldus minister Mans
holt, is er geen reden voor zelfver-
genoegzaamheid.
Moeilijk proces.
In de pachtwet dienen niet alleen
de rechtsverhoudingen te worden ge
regeld, maar deze wet moet tevens
helpen betere productieomstandighe
den te scheppen. Dit is een moeilijk
proces, dat tientallen jaren zal duren.
Een pachtwet mag niet centralis
tisch zijn. Volgens het huidige ont
werp vinden landbouwkundige toet
sing en in mindere mate de prijsrege
ling via de gedecentraliseerde orga
nen een juiste uitvoering. De minis
ter zei in antwoord op opmerkingen,
dat het essentieel is voorwaarden op
te nemen in de pachtwet voor goed
keuring door de grondkamer van
pachtovereenkomsten. Wij mogen
niet terugglijden in oude toestanden
met versnipperde bedrijven. De wet
kent echter artikelen, die voldoende
soepel zijn om aan allerlei omstan
digheden tegemoet te komen.
Samenvattend zei de minister, dat
de landbouwkundige toetsing ten
aanzien van familieverhoudingen niet
zal plaatsvinden bij overdracht van
het gehele bedrijf, en bij overdracht
van los land alleen ten aanzien van
de verkaveling en niet t.a.v. de groot
te en neveninkomsten.
Vrijdagmiddag om een uur zal de
minister zijn rede voortzetten na nog
over de 40 amendementen overleg
gepleegd te hebben.
40 Jaar na intrede in Parlement
Prof. mr P. J. Oud, voorzitter van
de V.V.D.-fractie ln de Tweede Ka
mer, is onderscheiden met het Groot
kruis in de Orde van Oranje Nassau.
De versierselen zijn hem gistermid
dag tijdens een receptie in het ge
bouw van de Tweede Kamer ter ge
legenheid van het feit, dat hij 40 jaar
geleden zijn intrede in het parlement
deed, door de vice-premier en minis
ter van binnenlandse zaken, bezits
vorming en P.B.O. mr A. A. M
Struycken, uitgereikt
Vele oud-Kamerleden en oud-minis.
ters, leden van de huidige Tweede
Kamer ende ministers Mansholt, Al-
gera, Samkalden, Staf, Helders en
Witte waren in de rookzaal van het
Tweede-Kamergebouw aanwezig,
toen minister Struycken deze hoge
onderscheiding voor prof. Oud be
kendmaakte.
Hij deed dit aan het einde van een
toespraak, waarin hij herinnerde aan
het „wijze besluit" van de kiesgerech
tigden in den Helder van 40 jaar ge
leden om de heer Oud tot Kamerlid
te kiezen. Minister Struycken zeide,
dat het'voorvele Kamerleden een
voudig is een overzicht te geven van
hun activiteiten. „Dit geldt niet voor
prof. Oud, wiens werk een ontelbaar
aantal onderwerpen heeft gekend".
En elk onderwerp, zo ging mr
Struycken verder, werd volledig door
prof. Oud beheerst. „Zijn stelling is:
als je iets doet, doe het dan goed,
lever geen, half werk".
De minister herinnerde hierbij aan
het eerste optreden van prof. Oud in
de Tweede Kamer, waarbij deze het
regeringsstandpunt verdedigde bij
het wetsontwerp voor een centraal
testamenten-register. „De bewinds
man, die het had ingediend, kon niet
veel meer doen dan zich aansluiten
bij de woorden van het Kamerlid
Oud".
Onder grote vrolijkheid van de
Aanwezigen zeide mr Struycken
voorts, dat echter prof. Oud niet al
tijd de zijde van de regering heeft ge
kozen en zich vele keren integendeel
een fel tegenstander toonde. Prof.
Oud, aldus minister Struycken, heeft
altijd een rol op het eerste plan ge
speeld, niet alleen in de Kamer,
maar ook elders, als minister van fi
nanciën onder moeilijke omstandighe.
den en als burgemeester van Rotter
dam. „De regering huldigt een die
naar van de samenleving, een be
kwame parlementariër en een veel
zijdig politicus met een grote kennis
van ons staatsrecht".
Na minister Struycken werd prof.
Oud, wiens echtgenote in verband
met haar gezondheidstoestand de hul
diging niet kon bijwonen, namens de
leden van de Tweede Kamer toege-
sproken door de voorzitter, mr L. G.
Kortenhorst. Hij wees op de geest
van saamhorigheid, die onder de Ka-1
merleden leeft en die het mogelijk
maakt, dat de politieke geschillen de
spontane bijeenkomst tot huldiging
van de heer Oud niet heeft verhin
derd. Spr. noemde prof. Oud „een
van de besten onder ons, zonder wie
het politieke leven zeker zou verar
men".
In zijn antwoord sprak prof. Oud
zijn dank uit aan H. M. de Koningin
voor de hem verleende onderschei
ding en aan de regering, die zoals
mr Kortenhorst had medegedeeld;
het initiatief heeft genomen tot de
huldiging.
Ook prof. Oud herinnerde in zijn
antwoordrede aan het verleden. Hij
wees daarbij op de belangrijkheid
van het parlementaire werk en zeide:
„Er zyn wel mensen, die het parle
ment aanvallen, ook nu. Ik waar
schuw hen altijd: wanneer gij het ge
zag van het parlement ondermijnt,
ondermijnt gij uw eigen volksin
vloed". „Hoe het in de toekomst zal
gaan", aldus besloot prof. Oud, „we
ten wij niet. Eén ding weten wij wél,
i&t een gezonde volksinvloed be-
uraard zal blijven. Het Nederlandse
Volk ral nooit moeten vergeten, wat
het als vrij volk in de Staten-Gene-
raal heeft ontvangen".
VERPLICHTSTELLING BEDRIJFS
PENSIOENFONDS VOOR DE
BETONWARENINDUSTRIE.
Op verzoek van de organisaties van
werkgevers en werknemers in de be-
tonwaren industrie heeft de staatsse
cretaris van sociale zaken op grond
van de wet betreffende verplichte'
deelneming in een bedrijfspensioen
fonds met ingang van 1 juli 1957 voor
de werknemers van 19 tot en met
64 Jaar, werkzaam in deze bedrijfs
tak, het deelnemen in het bedrijfs
pensioenfonds voor de betonwaren-
industrie verplicht gesteld.
In dit te Amsterdam gevestigde
pensioenfonds zullen vermoedelijk
ongeveer 7000 werknemers deelne
men.
Het aantal bedrij fspensioenfondsen,
waarin de deelneming krachtens ge
noemde wet verplicht is gesteld, is
hierdoor gestegen tot 24.
GEMEENTE HAARLEM KOOPT
HOTEL.
Gistermiddag is namens de ge
meente Haarlem tijdens een openbare
verkoping het gebouw op het Sta
tionsplein waarin gevestigd is ge
weest het hotel en café-restaurant
„Royal" voor een prijs van
160.200 gekocht. Het gebouw is ver
kocht voor de toekomstige reorgani
satie van het Stationsplein. De ge
meente is reeds in het bezit van een
vroegere fabriek van J .J. Beynes.
De „zwervende"
woningzoekenden
Bescherming door
nieuwe richtlijnen
De minister van maatschappelijk
werk heeft nieuwe richtlijnen vast
gesteld voor de vergunningverlening
en de vordering van woonruimte. Een
van de voornaamste wijzigingen
houdt in ,dat burgemeester en wet
houders, in geval van wonlngruil, aan
een niet-ingezetene, een vergunning
niet zullen mogen weigeren indien
het om een passende woonruimte
gaat.
De bedoeling van deze nieuwe be
paling is, dat door b. en w. in be
ginsel aan woningruil wordt medege.
werkt en dat zulks alleen in die ge
vallen niet geschiedt, waar de doel
matige verdeling van de woonruimte
in het gedrang zal komen. Voorts is
bepaald, dat, indien geen gemeente
bereid is aanspraken op woonruimte
te erkennen, gedeputeerde staten een
gemeente kunnen aanwijzen, welke
volgens de geldende normen een ver
gunning zal verlenen.
Op grond van dit artikel zijn in
de toekomst dus ook de belangen van
de „zwervende" woningzoekenden,
d.w.z. degenen die om welke reden
dan ook van de ene gemeente naar
de andere worden verwezen, doch
praktisch nergens erkenning kunnen
krijgen, beschermd, doordat gedepu
teerden in geval van meer provincies
de minister van maatschappelijk
werk) als beroepsorgaan zijn inge
schakeld.
Bij opvolging in functie zal wor
den bevorderd, dat de in het belang
van de dienstuitoefening noodzakelij
ke woonruimte voor de betrokken
ambtenaar onmiddellijk beschikbaar
wordt gesteld.
Ten opzichte van de geldende be
paling voor ambtenaren houdt het
nieuwe voorschrift de beperking in,
dat deze faciliteit slechts geldt in ge
val van opvolging in functie en dat
de gemeente ook andere woonruimte
dan de verlaten woning ter beschik
king kan stellen.
Wel wordt duidelijk gesteld, dat het
rijksbelang eist, dat de uitvoering van
een rijksdienst niet verstoord mag
worden, doordat de opvolger van de
vertrekkende ambtenaar niet in de
standplaats zou kunnen wonen.
De nieuwe richtlijnen, welke zijn
opgenomen in de staatscourant van
vaijdaag treden op 1 juli in werking.
Hoofdbedrijfschap
detailhandel
Winkels niet tot tien uur
open in Sinterklaastijd
Het ontwerp-schrijven bestemd
voor de vaste commissie voor de
[middenstand uit de Tweede Kamer,
fwaarin het bestuur van het hoofdbe
drijfschap detailhandel zijn advies
geeft voor het ontwerp van de wet
tot wijziging van de winkelsluiting
swet 1951 heeft in een openbare ver
gadering van dit hoofdbedrijfschap
een langdurige discussie uitgelokt.
Een commissie had dit ontwerp-
schrijven voorbereid. In dit ontwerp
stónd o.m., dat bij een meerderheid
V.an de commissie niet de indruk be
stónd dat er onder de huidige om
standigheden behoefte ts om op de
dagen voor Sinterklaas de winkel
sluitingstijd van negen uur op tien
uur *s avonds te stellen.
Ter peiling van de mening van het
bestuur werd hierover een stemming
gehouden. Vijftien bestuursleden
spraken zich uit voor handhaving
van de huidige sluitingstijd van ne
gen uur. Negen stemmen waren voor
tien uur 's avonds.
Het ontwerp-schrijven zal nu nog
enige redactiewijzigingen ondergaan
en daarna ook nog worden voorge
legd aan de bestuursleden
VLUCHTELING UIT JEUGD
GEVANGENIS IN AMSTERDAM
GEPAKT.
Op het Mr Treubplein te Amster
dam is gisternacht 'n 21-jarige ver
tegenwoordiger aangehouden, die uit
de jeugdgevangenis te Zutphen bleek
te zijn ontsnapt Hij reed in een auto,
was niet in het bezit van geldige pa
pieren en gaf aanvankelijk een valse
naam op. Volgens zijn verklaringen
was hij na zijn ontsnapping uit de
jeugdgevangenis met twee anderen,
per gestolen auto via het zuiden des
lands en Den Haag naar Amsterdam
gereisd, hij zal weer naar zijn oude
verblijfplaats in Zutphen worden te
ruggebracht.
Is 2/3 meerderheid noodzakelijk?
Zal het vriendschapsverdrag tussen
Nederland en de Verenigde Staten de
eindstreep halen? Deze vraag speelt
in het hoofd van sommige leden van
de Eerste Kamer kennelijk KVP-
ers die in het voorlopig verslag
over het wetsontwerp tot goedkeuring
van de overeenkomst bedenkingen
maken tegen het verschil tussen een
gelijksoortig artikel in de Grondwet
en het artikel in het verdrag over het
houden van openbare godsdienstoefe
ningen. Deze zelfde bezwaren zijn
van KVP-zijde gemaakt bij de dis
cussies in de Tweede Kamer.
De senatoren stellen voorop, aldus
de samenvatting in de „Volkskr.", dat
ook volgens hen het gelaakte artikel
van het verdrag strijdig is met de
Grondwet. Voor het overgrote deel
van Nederland geldt volgens de
Grondwet processie-verbod. Door Het
vriendschapsverdrag zouden Ameri
kanen buiten dit verbod vallen en
dus wel processies kunnen houden.
De Kamerleden zullen zich om deze
reden niet tegen de goedkeuring van
het verdrag verzetten. Zij willen wel
de eis stellen, dat het voorstel tot
goedkeuring met tweederde meer
derheid dient te worden aanvaard.
Bij donker weer filmen
Advertentie
EERSTE OPVOERING TWENTSE
PASSIESPELEN.
In het openlucht theater te Hertme
ln Twente is woensdagavond de pre
mière gegaan van de Twentse passie
spelen. De belangstelling voor de pre
mière was zeer groot.
Onder de ruim 1200 aanwezigen be
vonden zich o.m. de echtgenote van
de commissaris der koningin in
Overijssel, mevr. Ridder de van der
Schueren, de burgemeesters van vrij.
wel alle Twentse gemeenten, leden
van de Eerste en Tweede Kamer,
veel industriëlen, en vele geestelijken
en predikanten.
Het Twentse passie-spel is in op
dracht van pastoor Veeger geschre
ven door Jos Naaykens en wordt uit
gevoerd onder de regie van Joop
Biekman.
Niet alleen aan het spel, doch ook
aan de omlijsting is zeer grote zorg
besteed. Het passie-spel wordt gedra-
fen door een kern van de beste
'wentse amateur-tonelisten en uit
gevoerd met medewerking van vele
figuranten. In totaal werken er ruim
250 personen mee.
Nieuwe vinding op
scheepvaartgebied
Rotterdamse Lloyd
vraagt octrooi aan
De Koninklijke Rotterdamse Lloyd"
heeft octrooi aangevraagd op een
vinding van een van zijn jongere in
genieurs, ir E. Vossnack uit Sant
poort, die na enige Jaren experimen
teren erin geslaagd is, een systeem te
vinden om roestvorming aan de ijze
ren scheepshuid onder water tegen
te gaan.
De rederij heeft nu anderhalf jaar
met de vinding geëxperimenteerd,
o.a. bij de „Willem Ruys", die voor
heen twee maal per jaar in dok moest
om onder water te worden bijgeverf.
Na toepassing van de nieuwe vinding
is het vlaggeschip van de Lloyd een
jaar in de vaart gebleven en een na
dien uitgevoerd onderzoek heeft uit
gewezen, dat van roestvorming onder
water geen sprake meer is. Als ge
volg hiervan heeft de Lloyd reeds
twee,derde van het aantal Lloydsche-
pen met de nieuwe vinding uitgerust.
De vinding berust op de zg. Ka-
thodische bescherming, d.w.z. het on-
dergedommpelde scheepsijzer fun
geert als negatieve pool van een gal
vanisch element en het zeewater als
geleidende vloeistof. Het principe
hiervan is niet nieuw en werd voor
bescherming van de scheepshuid
reeds op verschillende manieren toe-
fepast. Alle methoden hadden echter
un specifieke bezwaren, die ir Voss.
nack bij zijn vinding wist op te hef
fen.
Wat ral er gebeuren als die twee
derde meerdreheid niet wordt ge
haald? Kan de voorzitter van de
Eerste Kamer dan, buiten de leden
om, verklaren dat het wetsvoorstel is
aangenomen omdat een volstrekte
meerderheid er vóór was? Of moet
de Kamer zelf een beslissing nemen?
De senatoren overwegen verder de
mogelijkheid om, alvorens over het
voorstel te stemmen, vast te stellen
of de tweederde meerderheid al dan
niet gewenst is. Zij erkennen, dat de
zaak voornamelijk een theoretische
is. Maar zij willen toch niet de mo
gelijkheid uitsluiten, dat de kwestie
op den duur actueel kan worden.
De rest van de senaat ziet de strij
digheid met de Grondwet niet. In het
algemeen wil men eerst bij de mon
delinge behandeling een standpunt
bepalen. Vele leden verklaren over
het omstreden artikel: „Met gerust
heid een eventuele uitspraak van de
nationale of de internationale rech
ter te willen afwachten."
Nederland is beweeglijk
Tweehonderdduizend Nederlandse
motorvoertuigen zijn in 1956 buiten
de Beneluxgrenzen geweest, te weten
150.000 personenauto's (45 procent
van "het totaal), 24.000 motorfietsen,
14.000 vrachtwagens en 4000 autobus
sen.
Tezamen bleven deze voertuigen
drie miljoen nachten in het buiten
land. De gemiddelde verblijfsduur in
Engeland was 17 dagen, in Spanje 16,
in Joegoslavië 10, in Noorwegen 9 en
verder hoogstens 5, terwijl Frankrijk
en Duitsland resp. met 3,5 en 2,5 ver-
blijfsdagen uit de bus kwamen. In
deze laatste cijfers zijn echter zaken
reizen en doorreisdagen naar andere
landen verdiskonteerd, want per 100
dagen was men 50 dagen in Duitsland
en 28,5 dagen in Frankrijk.
Uit voorlopige gegevens uit de
thans reeds afgegeven ruim 226.000
reisdocumenten door de A.N.W.B.
blijkt, dat de automobilist zijn va-
cantieplannen om financiële redenen
beperkt en zij reisdoel exacter over
weegt, dan in 1956.
BEDRIJFSCHAP
VOOR BLOEMBOLLENHANDEL.
De Bond van Bloembollenhandela
ren heeft er in een schrijven aan de
Sociaal-Economische Raad op aange.
drongen, het ontwerp-advies inzake
de samenstelling van het bestuur van
het bedrijfschap voor de bloembollen-
handel (tweede zittingsperiode) in
dien zin te wijzigen, dat de bond ten
minste zes leden voor het bestuur ral
hebben aan te wijzen, terwijl twee
leden gezamenlijk worden aangewe
zen door de bond en het katholiek
centraal orgaan voor de groothandel
(afd. bloembollenhandel), dan wel
een lid door het katholiek centraal
orgaan zelfstandig en een lid door
de bond en het kath. centraal orgaan
gezamenlijk.
Drie vakorganisaties hebben bij de
S.E.R. bezwaren kenbaar gemaakt te
gen een door de vereniging van reizi
gers, inkopers en administratief per
soneel in het bloembollenbedrijf
(Rivib) gedaan verzoek, ln aanmer
king te komen voor het bezetten van
zetels in het bestuur van het bedrijf
schap.
De vakorganisaties, zijnde de alge
mene bond „Mercurius", de Ned. Cnr.
beambtenbond en de Ned. Kath. bond
van administratief, verkopend en
verzekeringspersoneel „Sint Francis-
cus van Assisië", kwalificeren de
Rivib als een personeelsvereniging,
die zich in hoofdzaak bezig houdt
met vaktechnische aangelegenheden
en met ontspanning.
DODELIJK VERKEERSONGEVAL
IN DEN HAAG.
Gistermiddag om vijf voor twaalf
is in Den Haag een verkeersongeluk
gebeurd, dat het leven heeft gekost
aan de 87-jarige heer V. de Groot,
wonende in de Sweelinckstraat al
daar. Het slachtoffer liep op de Con-
radkade op het linkertrottoir in de
richting van het station. Op het ogen
blik dat een tram van lijn elf, die in
dezelfde richting ging, hem achter-
opreed, liep hij onverwacht en zonder
om te kijken een van de doorgangen
in de trambaan op. Hij werd door de
tram gegrepen en kreeg een schedel-
basisfractuur. Des middags om half
twee is hy in het ziekenhuis West
einde aan zijn verwondingen over
leden.
DE
DOOR WILLIAM BYRO(N MOWERY
47).
Norman richtte zich op.
„Wat? Twee mijl? Zo ver"
„Twee mijl of meer. Op deze drie
werf vervloekte rivier betekent dat
minstens een uur, Eric. Denk eens
aan wij zijn hun een uur voor!"
Hij sloeg Norman op de schouder.
„Man, wij zijn hun ontlopen! Wij zijn
niet alleen voorgebleven, maar heb
ben op hen gewonnen. Zij halen ons
voor de pas niet meer in. Zij kunnen
ons niet meer pakken".
Hij kon bijna niet geloven, dat Nor
man en hij het werkelijk gewonnen
hadden van Bernards achtervolgers,
die de hele nacht hun uiterste best
hadden gedaan om hen in te halen.
Ondanks de duisternis en hun uit
putting en hun grote minderheid
hadden zij de wedloop gewonnen.
Ofschoon de wacht aan de pas er
nog was, schonk de triomf over Ber
nard hun nieuwe krachten. Norman
schudde zijn afmatting af, dompelde
zijn gezicht in het ijskoude water en
bleek weer in staat, om mee te hel
pen roeien.
Terwijl maan en sterren verbleek
ten en het eerste grijs van de mor
gen aan de oosterkim zichtbaar werd,
raceden zij over een kalm stuk en
sjouwden langs de laatste, lange
draagplaats, bij een mijl vol stroom
versnellingen. Aan de embarque bo
ven de stroomversnellingen bevon
den zij zich aan de rand van dat
grote moraine-meer, de bronnen van
de Sulteena.
Aan de overzijde van het meer, 'n
mijl weg, begon de Grote Draag
plaats.
HOOFDSTUK XV.
Aan de oever van het kille, grijze
meer voerden zij een kort gesprek.
Gedurende de gedwongen rust op de
voorlaatste dag, toen zij door de
storm niet verder konden, hadden zij
een uitvoerig plan bedacht, om de
tien mannen aan de voet van de
Draagplaats weg te lokken en Alan
gelegenheid te geven, door de pas te
glippen. Maar dat plan vereiste duis
ternis en veel tijd. Nu de dag reeds
aanbrak en Bernards mannen slechts
een uur achter waren, moesten alle
bijkomstigheden vervallen en kon
slechts de kern van hun plan gehand
haafd blijven.
Norman wees op het midden van
het meer, waar een lage massa als 'n
rugvin boven het water uitstak.
„Dat is een eilandje. Zet mij daar
af, draai dan naar de Noordwal en
nader het pad naar de pas zo dicht
als je kunt, zonder gezien te worden.
Ik steek op dat eiland een vuur aan,
om de aandacht van die lui te trek
ken. Zjj zullen een kano op onder
zoek uitzenden en daar zal ik een
paar kogels op afvuren. Dat zal een
hele opschudding geven. De wacht
zal denken dat zij jou hebben; zij
zullen het meer oproeien om je te
omsingelen. Ik stel mij op tussen de
rotsen en houd hen aan de praat; en
terwijl zij met mij bezig zijn, kun jij
door de pas sluipen".
Zij lieten hun kano te water en
voeren het morainemeer op. De dag
brak aan. Op deze hoogte wordt het.
sneller licht dan in de lager gelegen
dalen; de eerste zonnestralen ver-,
guldden reeds de hoogste bergtop
pen.
Halverwege het eiland werden zij
opgeschrikt door het knallen van
twee geweren aan de zuidzijde van
het meer. Zij draaiden zich snel in
die richting en ragen de heldere
vlammen van een kampvuurtje.
Terwijl zy zich afvroegen wat die
schoten en dat kampvuurtje konden
beduiden, voegde zich nog een half
dozijn geweren bij de eerste twee en
het knallen zwol aan tot een heftig
salvo. Het ratelen en knallen van
acht of negen geweren rolde over 't
water.
„Wat is daar aan de hand?", adem
de Alan.
Norman schudde verbluft 't hoofd
Zij lieten hun boot drijven. Door de
schemering turend agen zij, dat het
kampvuur zich op de punt van een
rotsachtige landtong bevond; zij vin
gen glimpen op van vier kano's die
aeze landtong omringden en het
kamp klaarblijkelijk wilden omsin
gelen.
„Dat zijn die mannen!", bracht
Alan uit. „Eric, dat is de wacht van
de pas. Het kan niets anders zijn".
„Kun jij zien, wat zij uitvoeren;
waar zij op schieten?"
Alan stak zijn riem in het water.
„Het kan ons geen pannekoek sohe.
len waar zij op schieten! Zij staan
ons niet langer in de weg, dat is de
hoofdzaak. Vooruit, .nan r—roei! Wij
stuiven regelrecht naar dat pad!"
„Maar zij zullen de pas in geen ge
val onbewaakt heboen gelaten",
weerlegde Norman; „er zullen in elk
geval één of twee man zijn".
„Wat zou dat? Als we een paar
man nog niet de baas kunnen, zijn
wij geen knip voor de neus waard.
Voorwaarts!" Hij begon krachtig te
roeien. „Moet je de kans niet met
beide handen aangrijpen, als ze zich
zo vriendelijk aanbiedt?"
„Het kan een kans zijn of niet",
antwoordde Norman en begon ook
te roeien. „We zullen het er maar op
wagen. Hoor eens, als wij dichtbij de
aanlegplaats komen moet jij je ver
stoppen; anders krijg je een kogel
door je kop. Als er schildwachten
staan, zal ik wel n hen praten. Op
mij zullen zij geen argwaan hebben
hier is nog niet bekend geworden,
dat wij samen zijn. Ik zal hen zo
dicht mogelijk bij ons lokken, dat wij
hen onverhoeds kunnen aangrijpen
en ontwapenen".
In volle vaart stoven zij het eiland
midden in het meer voorbij en nader
den de pas. De rotsachtige oever
doemde uit de schemering op en nam
duidelijker vormen aan. Alan hield i
op met roeien, bukte zich zo diep dat
hij onzichtbaar was en tuurde naar
de aanlegplaats.
In de snel-aanbrekende dageraad
ontwaarde hij, in de beschutting van
een hoge rots, het kamp van tien
wachters. Er smeulde een vuur; op
het strand lag één enkele kano; pot
ten, ketels en kampeergerei lagen om
het vuur verstrooid; dekens en slaap
zakken lagen overal verspreid, alsof
de mannen kort tevoren in grote
haast waren opgebroken.
Hij zag niemand. Het kamp leek
uitgestorven.
Toen hun kano geen honderd voet
meer van de wal was, riep Norman
zacht:
„Hallo! Is hier niemand?"
Hij kreeg geen antwoord.
Van de aanlegplaats voerde een
eeuwenoud pad, dooi de mocassins
van uitgestorven stammen uitgesle
ten, de steile helling op, door velden
van losse stenen kronkelend, steeds
hoger, wel een mijl ver, tot aan de
hoge, rotsige waterscheiding, die zich
scherp tegen de morgenhemel afte
kende.
Alan volgde het pad door die ver-
radelijke steenvelden met de ogen,
maar hij zag nergens een schild
wacht. Het kamp, het pad en de hele
pas schenen verlaten en onbewaakt.
(Wordt vervolgd).