Nog slechts enkele dagen en de Monstertour door Frankrijk begint weer De 44ste Ronde van Frankrijk Berg-étappes meer verdeeld, drie tijdritten ZATERDAG 22 JUNI 1957 DE LE1DSE COUrtAN'. A J Nantes 21/6. (Van een speciale ANP- verslaggever). Donderdag is het weer zo ver. Dan zal in de schaduw van de muren van het eeuwenoude kasteel in Nantes, niet zo heel ver van de Atlan tische kust. het startschot worden gelost voor de 44e Tour de France. Het reizende dorp zal dan onder leiding van zijn „burgemeester" Jacques Goddet op weg gaan om in 22 étappes, verdeeld over 24 dagen, een afstand van bijna 4650 km af te leggen. Opnieuw zal de elite der wegrenners de wielerliefhebbers en niet alleen de liefhebbers ruim 3 weken lang in de ban houden met hun verrichtingen in deze grootste, langste en best georgani seerde etappekoers ter wereld. Zij zullen weer strijd leveren tegen de afstand, tegen hitte en kou, tegen het uurwerk, maar vooral tegen elkaar in de vlakke ritten, op de grimmige hellingen van Alpen en Pyreneeën, in de gevaarlijke afdalingen en in de sprints. Zoals de laatste tijd tot een traditie is geworden zal ook de tour 1957 niet van Parijs naar Parijs voeren, doch beginnen In een andere stad: Nantes. Het aantal etappes is hetzelfde als in 1956. hoewel nu bijna 200 km meer zal worden ge reden. Evenals in 1955. en In tegenstel ling tot 1956 gaat de route nu ..met de klok mee". Het is dit keer een tour, die kust en grenzen meer volgt dan anders, met drie uitstapjes naar de buurlanden België. Zwitserland en Spanje. Primeur in België. Van Nantes trekt de karavaan naar het noorden, door de „Hel van het Noor den" over de bandenvretende kasseien, na Roubaix over de beruchte muur van Geraardsbergen. die al in de derde categorie der cols voor de Bergprijs zal meetellen als primeur. Dan door het zuidelijk deel van België naar Charleroi, vandaar in de richting Metz weer zuid waarts. Op weg naar het eerste rustoord Thonon les Bains aan het meer van Genève, gaat het een klein stukje over Zwitsers grondgebied, vervolgens via Alpenetappes naar de Riviéra en vandaar voor het eerst in de tourhistorie naar Barcelona voor wat rust en een tijdrit. Het is de aanloop voor de zware pyre- neeënritten naar Pau. vanwaar via Bor deaux en Tours de ville Lumière wordt opgezocht voor de slotapotheose in het Pare des Princes op zaterdag 20 Juli. Ziedaar in grote lijnen de tour van 1957. Hij, die het etappeschema nauwkeurig bekijkt en die zich herinnert hoe dat er verleden jaar uitzag, zal het opvallen, dat tourbaas Goddet en zijn adviseurs ook ditmaal hebben geschaafd en gepo lijst, op zoek naar de werkelijk ideale formule, die overigens onvindbaar zal blijven. Indertijd zijn stemmen opgegaan, die erop wezen, dat alleen een specifieke klimmer de tour kon winnen. Er moest verandering in komen en er kwam ver andering in. De organisatoren gaven ge hoor aan de wensen, het verhaal van „de tour alleen voor de grimpeurs" moest de wereld uit. Zij construeerden een par cours. dat van Reims via het noorden naar de kust en langs de kust naar het zuiden voerde en dat daarna in de tweede helft pas de Pyreneeën en de Alpen bracht, als het ware in één ruk achter elkaar. Maar ook nu was men niet tevreden. De „Rouleurs", de specia listen van het vlakke en weinig geacci denteerde terrein, gooiden er in die eerste 10 etappes tot Bayonne zo'n hoog tempo tegenaan, dat de klimmers tijd en adem tekort kwamen om op de Aubisque, de Aspin. de Izoard, de Sestrière en hoe die duivelse cols ver leden jaar ook mochten heten, de schade te herstellen. Geen afwisseling. Roger Walkowiak werd vorig jaar de winnaar en Roger is niet wat men noemt een klimmer. De opzet was geslaagd, zou men dus zeggen, het was geen klim- specialiat die de tour had gewonnen. Maar de ontevredenheid was zo mogelijk nog groter dan tevoren. De grimpeurs hadden hun lievelingsgerecht negen dagen achtereen voorgezet gekregen, tegen de portie hadden zij geen bezwaar, maar wel tegen het gebrek aan afwis seling. De tourleiding heeft zich opnieuw beraden en ia nu met een nieuwe for mule voor de dag gekomen. De kansen voor de niet-klimmers moesten behou den blijven, de bergétappes moesten meer verdeeld worden. Bovendien dienden de organisatoren, zoals elk jaar. beducht te zijn voor de „dode" etappes, de ritten zonder strijd, waarin de renners erin slagen 6ucces te behalen via de weg van de minste weerstand. Deze ritten ver nietigen de belangstelling en achteruit gaan van de belangstelling zou het einde van de Ronden van Frankrijk betekenen. Er is een parcours-oonstructie uit de bus gekomen, waarin met dit alles ken nelijk rekening is gehouden en waarin in de allereerste plaats opvalt, hoe de bergétappes nu zijn „uitgesmeerd". Het accent op de cols is verzwaard. Er zijn 20 cols in de route opgenomen, welke voor het klassement van de Grote Berg prijs zullen gelden. 6 van deze 20 obsta kels behoren tot de eerste categorie: de Galibier (2556 m hoog), de Vara (2111 m), de d'Allos (2250 m), de Mont Faron (665 m), de Tourmalet (2115 m) en de Aubiaque (1704 m). Vier „series" van cols zijn over negem bergétappes verdeeld en van die negen ritten gaan er vijf door het hoogge* bergte. Het zijn de 10e etappe van Thonon naar Briangon, de' lie van Brian gon naar Cannes, de 16e van Barcelona naar Aix les Thermes, de 17e naar Saint Gaudens en de 18e etappe naar Pau. Al In de 7e etappe. De eerste serie bergen is die van de Vogezen Jura, in 't parcours-gedeelte. dat de renners al in de 7e etappe na Gerardmer op weg naar Colmar over de Schlucht, de Wettsteln en de Linge voert In deze rit door de Jura vormt Les Rousses het grote obstakel. De Alpen maken de tweede bergserie uit. Na Thonon les Bains komen de Telegraphe en de Calibier, de volgende dag de Vars en d'Allos. Tussen Cannes en Marseille volgt de kleine, maar venijnige reeks Cols van de Provence met de niet zeer hoge, maar steile Faron in de eerste categorie. Tenslotte de serie van de Pyreneeën. Drie etappes tussen Barce lona en Pau met dreigende toppen, smalle wegen vol scherpe bochten, hoge stij gingspercentages en misschien wel hier en daar mist in de gevaarlijke afdalingen. Men ziet het, bergtrajecten. aantrek kelijk van opbouw, maar zeer zwaar en moeilijk ondanks het ontbreken van enkele beruchte monsters als de Aspin. de Peyresourde. de Iziard en de Croix de Fer. Er is nóg een element, dat de tour van dit jaar een apart aspect geeft. Aan de twee tijdritten, die in vorige jaren op het programma stonden, is er een toege voegd. De derde etappe van zaterdag 29 juni wordt voorafgegaan door een ploegentijdrit, die op het circuit van de prairie in Caen wordt gereden. De tweede rit tegen het uurwerk is de individuele rit, die in Barcelona in de late avond uren tot slot van een „rustdag" op het circuit van de Montjuich wordt gehouden en tenslotte ia er die van Bordeaux naar Libourne, de 20e etappe. Schulte nog eenmaal naar de wereld kampioenschappen Morgen komen 850 amateur renners in Zandvoort aan de start om elkaar over een afstand van 150 kilometer het Ne derlands kampioenschap te betwisten, In een revanchewedstrijd van het weg- kampioenschap voor profs over onge veer 125 km, zal, behalve alle bekende renners van de fabrieksploegen, ook de volledige Tour de Franceploeg starten met Wagtmans, Wim van Est, Piet van Est, Gerrit Voorting, v. Wetten, Stolker, De Groot, Van der Pluym. Kersten, De Jongh, Van der Sluis, Van der Brand en Bergmans. Gerrit Schulte, die naar hij zelf zegt in prima conditie is, heeft eveneens voor de wedstrijd ingeschreven. „Als ik in deze wedstrijd nog eens goed voor de dag kom, dan wil ik alsnog mijn kandi datuur stellen voor de komende wereld kampioenschappen, die dit jaar in Waregem (Belg.) worden gehouden", zo zei de altijd jonge Schulte. De 17-jarige Amsterdammer. Mees Gerritsen, kampioen van Nederland sprint amateurs, ia uitgenodigd om mor gen aan de Grote Prijs van Parijs deel te nemen. HÜ heeft de uitnodiging te danken aan zijn goede prestatie van enige tijd geleden, toen hij door de we reldkampioen sprint amateurs, de Frans man Rousseau, slechts op de streep met een banddikte werd verslagen. LEIDSE REN- EN TOURVER. SWIFT De uitslag van de pelotonrit over een afstand van 51 km, geldig voor de avond competitie, is als volgt: A- en B-klasse: A. v. Houwelingen 1.17.59; 2. H. v. Gent; 3. H. v. d. Laan. C-klasse: 1. P. Kooijman 1.19.12; 2. B. Slingerland; 3. A. v. Zijp. D-klasse 34 km: 1. R. Riethoven 50.55; 2. N. Kooien; 3. W. Verhoorn. De volgende tijden werden gemaakt in de 34 km recordrit: H. v. d. Laan 53.25, H. v. Gent 54.47, L. Sikking 55.30, A. v. d, Kaaij 53.87. D-klasse 17 km: K. Kasteel 27.37, W. Verhoorn 27.40, N. Kooien 28.06, B. Zoet 29.06. P. v. Went 30.02. In verband met de wedstrijden om het kampioenschap van Nederland, morgen op het circuit te Zandvoort, zijn er geen clubwedstrijden. Maandagavond verzamelen de deel nemers aan het sportdefilé zich om 6.30 aan de Zoeterwoudaesingel 95. JAARVERGADERING AFD. LEIDEN KNVB De jaarlijkse algemene vergadering van de afd. Leiden van de KNVB zal op dinsdag 4 september, des avonds te 7.45 uur in de grote zaal van „Den Burcht" worden gehouden. De competitie voor de standaard elftallen zal op zaterdag 6 en zondag 7 september weer aanvangen. FIFA NEEMT STRAFFEN VOOR HONGAARSE SPELERS OVER Het dagelijks bestuur van de FIFA is donderdag en vrijdag te Zürich bijeen geweest. De vergaderingen werden, in verband met ziekte van de voorzitter A. Drewry. gepresideerd door onze land genoot K. J. J. Lotsy, eerste vice-voor- zitter. Naar aanleiding van de „kwestie- Honved" werd besloten, dat de door de Hongaarse voetbalbond uitgesproken straffen door de FIFA worden overge nomen. Ferenc Puskas en Zoltan Czibor mogen dus tot 3 april 1958 niet spelen. Sandor Kocsis. Guyla Prosics en Istan Szolnok hebben een speelverbod tot 3 oktober 1957. terwijl de schorsing van GuslavGaramvoelgyi en Szabo voortduren tot 3 aug. 1957. Al deze straffen gingen Ég) per 3 april 1957. Nader wordt bericht, dat de Hongaarse voetballers na het beëindigen van hun schorsing gedurende nog één jaar niet kunnen spelen. Zij moeten een wachttijd van een jaar in acht nemen. Puskas bij voorbeeld mag nu pas per 3 april 1959 voor een andere vereniging dan „Honved" uitkomen. De klacht van de Hongaarse voetbal bond over het annuleren door de Oos tenrijkse en Zwitserse voetbalbond van interlandwedstrijden, die in Boedapest zouden worden gespeeld werd, met het oog op de toenmalige omstandigheden, niet-ontvankelijk verklaard. UVS 2—AMSTERDAM 2 De laatste competitiewedstrijd van UVS 2 tegen Amsterdam 2, voor morgen middag vastgesteld, wordt hedenavond te 7 uur op het terrein aan de Wasse- naarseweg gespeeld. CRICKET DE TWEEDE TESTMATCH ENGELAND—WEST-INDIë Een prachtige century van Colin Cowdrey (152) en een gelukkige 82 van Godfrey Evans, die tot zes maal toe werd gemist, heeft het vrijwel zeker gemaakt, dat de tweede testmatch tussen Engeland en West-Indië in een overwinning voor de gastheren zal eindigen. ZEILEN DE 75E KIELER-WOCHE Morgenochtend zal een begin worden gemaakt met de zeilwedstrtfüen van de 75e Kieier Woche, die duurt tot 30 juni, Meer dan 250 boten uit dertien landen hebben voor dit grote Duitse zeilevene- ment ingeschreven. Nederland is in twee klassen vertegenwoordigd, W. van Duyl zal met „Trintel II" trachten zijn succes van verleden jaar, toen hü in de Dra- kenklasse winnaar van de „Woge-preis" van de „Felca-preis" werd, te her halen. In de Flnnjollen-klasse komen vijf Nederlanders uit, t.w. K. H. War burg met „Fikfak". H. Slees wijk met „Finding", L. Gerhards met „Firebird". J. de Jong met „Zomerweelde" en J. A. de Boer met „Douwe Aukes". In deze klasse hebben ook de Olympische kampioen Paul Elvstroem (Denemarken) en de Europese kampioen Jürgen Vogler (Oost- Duitsland) ingeschreven. HANDBAL MMO. In aansluiting op het gisteren reeds geplaatste bericht over de wed strijd van MMO hedenavond te Rijp- wetering, kan nog medegedeeld worden, dat MMO morgenavond te 7.30 uur op eigen terrein speelt tegen de Zwaluwen, welke wedstrijd de beslissing kan bren gen inzake het kampioenschap. Toen Jacques Goddet, di recteur-regisseur van de trek kende fiets8how, die Tour de France heet. zijn ronde van 1957 bekend maakte, hebben velen zich afgevraagd wat precies de bedoeling van de wijzigingen is geweest. Is Goddet alleen tegemoet willen komen aan de verlan gens een andere verdeling van de berg-étappe's te krij gen, wil hij de renner uit de all-round middenklasse op nieuw een kans geven of is deze tactiek het vorig jaar zo slecht bevallen, dat hij de supercrack weer naar voren wil halen? En i af te vragen of evenement van dit jaar eigen lijk wel een artiest van die allerhoogste klasse .optreedt Fausto Coppi is historie, Hugo Koblet is die extra klasse kwijt en Louison Bobet heeft de voorkeur er aan ge geven niet te starten, tot groot ongenoegen van velen, maar in de wetenschap, dat de tourleiding begrijpt, dat Bobet, niet in topvorm en welgesteld als hij is, na drie zeges in successie geen ne derlaag wenst te lijden. Wie ia dan de favoriet? Titelhouder Roger Walko wiak? In de Dauphine Liberé heeft hij niet kunnen berei ken, waar hij op doelde. Charlie Gaul? Hij had de Giro „in zijn zak" en verloor toch. Gastone Nencini dus? Niet constant, zeggen de Italiaanse experts, al won hij de Ronde van Italië en in maart de Ronde van Cala- brië. En zo kan men de lijst van 120 renners langs gaan. Kansen voor Belgen. Jacques Anquetil, voor het eerst in de tour, twijfelt zelf aan zijn lichamelijke conditie sedert hij in Algiers onder de wapenen was. De Zwitsers „mijn sterkste ploeg sedert 1954" heeft Alex Burtin ge zegd missen een super ster van het kaliber Koblet, Kubler. Spanje stuurt een equipe, die met o.a. Bahamontes, Lo- rono, Ruiz en „Don Miguel" Poblet de sterkste is, welke ooit aan een tour deelnam. Bahamontes en Lorono zijn ernstige gegadigden voor de de 23-jarige debutant uit Otegem, de kwaliteiten bezit van een groot kampioen. Ja zeker, de Belgen zullen hoge ogen kunnen gooien. DE NEDERLANDERS Wat zal de Nederlandse ploeg dit jaar presteren? Onze landgenoten hebben in de tour van 1956 uitstekende resultaten behaald en nog nooit is een Nederlandse ren ner zo dicht bij een tour-zege geweest als Wout Wagtmans het vorig jaar. Men herinnert zich nog hoe hij de gele trui in de 18e etappe van Turijn Wie zyn de favaxieten? De Belgen dan? Zonder twijfel beschikt de Belgische ploeg over enkele potentiële tour-winnaars. Niet Jean Brankart. De 27-jarige Luike naar, nummer twee in de tour van 1955, is niet geselec teerd. Hij is niet fit en vooral zijn zenuwen zijn nogal in de war. Neen, de Belgen bouwen dit jaar op Jan Adriaensaens, de renner uit Ruisbroek, die reeds drie maal de tour reed en verleden jaar derde werd. zij hebben vertrouwen in Fredje Debruyne. eerste in de Ronde van Vlaanderen en in Parijs-Roubaix en tweede in Milaan-San Remo, vooral nu zijn trouwe paladijn Dis Kete leer ook van de partij is, en zij weten dat Jet Plackaert, naar Grenoble kwijt raakte. Ook nu is Wout weer van de partij en ook nu lijkt hij hebben het bewezen in goede vorm. Maar de onbe rekenbare Bredanaar is toch niet voor de volle 100 per cent een „compleet" renner en dit moet men in ogen schouw nemen bij het af wegen der kansen. Jan Nolten is uit de ploeg verdwenen. Wim van Est is er in teruggekeerd. De kei harde man van 't Heike zal zijn partij weer stevig mee- blazen en vooral in de vlakke ritten kan Wim van Est voor vuurwerk zorgen, Daan de Groot en Gerrit Voorting zijn de andere twee routineurs, die met de steun van hun ploegmakkerg voor prestaties kunnen zorgen, waarop Nederland trots kan zijn. Zeer veel zal inderdaad afhangen van de geest in de ploeg, die opnieuw onder de ervaren leiding zal staan van Kees Pellenaars. Vertrouwen In de jeugd. Voor die geest is het vooral ook van belang hoe de jeug dige leden van de ploeg zich zullen houden. De komende weken zullen het leren, maar men mag bij voorbaat ver trouwen hebben in dit deel van de oranje equipe, als goede aanvulling en steun van de oude vertrouwde kern. De kwaliteiten en mogelijk heden von Leo van der Pluym en „Mies" Stolker zijn be kend. De beide Pieten, Van Est en De Jongh. hebben in 't criterium van de Dauphine Liberé getoond renners te zijn, die behalve over snel heid ook over moed, uithou dingsvermogen en opoffe ringsgezindheid beschikken. De felle, taaie Arie van Wetten en de even onverzet telijke Joop Kersten, twee nuttige knechten, completeren het tiental, dat mèt uitzonde ring van wat gemor in de kringen rond Jan Nolten, met volledige instemming van de Nederlandse wielergemeen- schap het grote avontuur tegemoet gaat. Want „La grande Bouclé" is een avontuur. Een sportief avontuur, maar soms een ge vaarlijk avontuur, waarin de pechduivel een ogenschijnlijk zekere triomf in een teleur stelling kan omzetten. Daarom is een voorspelling doen zo moeilijk. DOOK WILLIAM BYRON MOWERY 42). Bij het zien van het ontzagwek kend schouwspel voelde zij hevige woede tegen inspecteur Raoul Ber nard. Iemand, die een prachtig ri vierdal verbrandde, een maagdelijk woud verwoestte, en duizenden wil de schepsels verjoeg uit hun woon plaatsen die verdiende eigenlijk zelf verbrand te worden! Sneller en sneller, zijn eigen trek-wind verwekkend en bjjna zichtbaar veld winnend, joeg de woudrand zuidwaarts, als een horde rode duivels. Het aanzwellend, knet terend geloei drong tot Joan door. De wind bracht haar een eerste aan duiding van vurige adem en bijtende rook. Ontstelde vogels vlogen ervoor op en stegen radeloos loodrecht om hoog; zij meende het krijten en kla gen van de beangstigde dieren overal op de helling te horen. Zij begon zelf bang te worden. De brand was nu nog geen twee mij len weg en pas begonnen hoe zou het zijn als dat vuur amper driehon derd voet van haar verwijderd was? Wat, als het vuur een rode tong uitstak en haar eilandje vlam vat te? Zij mocht zich niet op de rivier vertonen. In geen geval! Indien zij gegrepen werd, zou het hele jacht gezelschap motorboten, kano's vliegmachine en al de Sulteena opstormen, achter Alan en Eric aan. Sneller dan een men* kan hollen, joeg de brand op haar af, loeiend als een orkaan, en slingerde branden de takken en zware rookwolken honderden voeten de lucht in. Langs de oever zag zy caribou*, verschei- nene wolven, een eland, vier of vijf beren en een heel leger kleinere die ren uit het woud te voorschijn bre ken, in het water springen en in pa niek voortzwemmen. De hitte werd intens, de rook drong haai- in neus en ogen. Ze keek naar de helling, berekende hoe ver de brandende dennetakken en re pen berkebast werden weggeslingerd en geloofde wel, dat haar eiland voor het vuur gespaard zou blijven. Maar zou zij die verzengende hitte en verstikkende rook kunnen uit houden? Enkele kano's stroomop waarts hadden al achteruit moeten gaan. hoewel zij driemaal zo ver van de oever verwijderd waren als zij. Een hert kwam het woud uitren nen, plaste door de ondiepte, zwom naar het eilandje en legde zich, hoes tend en snuivend, in het riet. Een ber, een jonge grizzly, bolderde over hetstrand en zwom in haar richting. Dóór de rook zag zy vaag hoe een grote boswolf langs de rand van het water heen en weer rende, doodsbang, maar nog niet geneigd, om zich in het water te wagen. Intuasen had het vuur de laatste halve mijl afgelegd; de rook deed haar ogen zo hevig tranen en hing zo dicht over de rivier, dat zy niet* kon zien en, evenals de dieren der wildernis, om haar adem en haar le ven moest vechten. De wind was als de adem van een gloeiende oven; de rook verblindde en verstikte haar. Een instinct drong haar, de kano te nemen en de rivier op te vluchten, nu het nog tijd was. Maar ze ver-' wierp die gedachte hardnekkig. Het eiland was haar redding en zij mocht het niet verlaten. Haar taak was. niet gevangen genomen te worden Als zij het nog maar een paar minu ten volhield, tot die rode orkaan voorbijgeloeld was. Hijgend tastte zij rond naar een deken en kroop uit haar nest te voorgchyn. Terwijl de wand van vuur door hun ravijn gierde en brul lend de struiken langs de oever om vatte strompelde zij blindelings door de biezen, waadde tot aan haar mid del het water in en sloeg de natte deken als een tent over zich heen. Zo waren de hitte en de rook ten minste te dragen. Na enkele minu ten lichtte zü een punt van haar tent op, om te zien of het eilandje vuur gevat had, maar de vlammen- muur van honderd voet loeide juist voorby. de vreselijke hitte trof haar als een slag en de scherpe, gloei ende rook verzengde haar longen Hijgend liet zij de deken weer val len, zonk dieper weg in het bescher mende water en wachtte. Minuten later, toen de rook wat dunner werd, waagde zij het nog maals te kijken. Van de berghelling, zwartgeblakerd en kaalgebrand tot aan het zand en de stenen, kon zij door de rook niets onderscheiden. stroomaf hoorde z{j de loeiende vlammen zuidwaarts jagen. Haar eilandje smeulde op verschillende plekken, maar had geen vlam ge vat. Toen zij haar brandende ogen had gebaad en rondkeek tussen de bie zen, schrok zy. In deze haven had een hele menagerie een toevlucht gevonden! ZU omringden haar aan al le zijden, kuchend en snuivend, zon der haar of elkander te bedreigen. Een hert en twee caribous met bre de geweien. De grote wolf. De kleine grizzly kreunde ongelukkig als een nat hondje zo dichtbij dat ze hem had kunnen aanraken. Een half do zijn wezels klemden zich aan de biezen vast. Verder herbergde het eilandje een rode vos, enige boommarters en een Canadese marter. En één vuil-bruine carcajou, een veelvraat, met valse ogen het enige onmaatschappe lijke en boosaardige wezen van naar kudde vluchtelingen. HOOFDSTUK XIV. De eerste nacht en de helft van de volgende dag voeren Norman en Alan onafgebroken noordwaars naar de Sulteena Pas. Viermaal werden zij door verbor gen schildwachten aangeroepen, die onverwachts op landtongen en eilan den te voorschijn spongen; maar die mannen zagen enkel Norman in zijn motorkano en lieten hem ongehin derd doorgaan, zonder enig vermoe den, wat onder zeil en bagage ver borgen lag. Tegen de middag dreven ijskoude regen en heftige tegenwind hen aan land. Radeloos van ongeduld poog den zij die middag nog tweemaal verder te gaan, maar de bergwind zweepte de rivier tot een dergelijke woestheid op, dat hun boot beide ke ren volliep. Gedurende de rest van die dag en de duistere stormachtige nacht die erop volgde, moesten zy ln hun kamp blijven. De volgende morgen had de regen opgehouden en hoewel de golven der Sulteena nog wilde schuimkoppen droegen, slaagden zij erin, de boot te water te laten en gingen op weg, worstelend tegen wind en golven. Even voor de middag van die twee de dag hoorden zij in het Zuiden een regelmatig gedreun: de rode Bellan- ca kwam de Sulteena opvliegen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 5