Verzamelde journalisten zagen parachutist neerstorten Drama bij ILSY-voorshow te Ypenburg De prijzen bleven hoog op Flora, Rijnsburg ONS VERKEER IN 1970: Wat maet ik doen, kapitein? BLOEMETJES SPOOK-KANO ZATERDAG S TUNI 1957 DE I.ETDSE COURANT PAGINA 5 Parachute werd eerst op 50 meter geopend Gistermiddag tegen vier uur is de 37-jarige heer H. de Rooy uit 's-Gra- venliage bij het maken van een vrije val van ongeveer 2000 meter hoogte uit een vliegtuig van de nationale luchtvaartschool verongelukt. Hij kwam, nadat tot ontzetting van de journalisten, die op het vliegveld Ypenburg verzameld waren om ge tuigen te zijn van de voorschouw van de zesde I.L.S.Y. Rijswijk, zijn para chutes zich te laat hadden geopend, op het gras in de zuidwestelijke hoek van het terrein terecht. Het was voor dgenen, die reeds vaker een vrije val hebben gevolgd, duidelijk, dat hulp hier niet meer baten zou. De commandant van de vliegbasis Ypenburg liet overeenkomstig zijn voorschriften onmiddellijk de tele foons blokkeren en de hekken van het vliegveld sluiten. Aan het programma werd mede gewerkt door vier F. 86K sraaljagers van de koninklijke luchtmacht, Joor een Super-Sabre van de Amerikaanse luchtmacht, door een Skeeter-heli- kopter van Engeland, door enige lichte vliegtuigen van Tsjechisch fa brikaat, door een S.-14 straaljager van de koninklijke luchtmacht, de fokker F VIII A- H-nact van het na tionaal luchtvaart museum en door een ander historisch vliegtuig de Deense Ellehammer, alsmede een Neptune van de luchtvaartdienst. Dit programma werd afgewerkt en terwijl men de Fokker S-14 van de vliegbasis Ypenourg jjag opstijgen, vloog op circa 2000 meter hoogte bo ven het veld in de zonnige lucht ->en tweepersoons Tiger Moth-je van de nationale luchtvaartschool met aan de stuurknuppel de chef-instructeur van deze school, afdeling luchthaven Rotterdam, de heer J. van Persie. De heer Van Persie was van de lucht haven Rotterdam opgestegen om van Ypenburg de lucht in te gaan met de heer H. de Rooy, lid van de eer ste Nederlandse parachutisten club, een onderafdeling van de koninklijke Nederlandse vereniging voor lucht vaart. Een drama Verscheidene toeschouwers van de voorschouw zagen, dat de para chutist, die van plan was een vrije val te maken gedurende ongeveer 35 tot 40 seconden, met een jeep naar de Tiger Moth werd gereden. Hij had zijn helm onder de arm, was gekleed in wit springtenue en begaf zich welgemoed naar de ge reedstaande machine. Het duurde geruime tijd, alvorens de kleine Moth de hoogte van ongeveer twee duizend meter had bereikt. In het laatste deel van de stijgvlucht zag men dat zelfs een zo langzaam vliegtuig condensstrepen in de lucht kan maken. Toen het toestel boven de westzijde van de vliegbasis was gekomen en hoog genoeg was zag men, dat zich een steeds langer wordende ijle witte streep van het toestel afboog naar de aarde. Deze streep werd veroorzaakt door krijt poeder, dat de heer De Rooy bij zich droeg om zijn val aan te geven. Terwijl iedereen na enige tien tallen seconden verwacht had, dat de parachute zich wel zou openen, geschiedde dit tot aller ontsteltenis niet. Met een duizelingwekkende snelheid zag men het witte streep je en later ook de parachutist naar de grond toekomen en op naar schatting slechts vijftig meter hoog te opende zich ineens, wat later bleek de borstparachute te zijn, en daarna de grotere rugparachute. De heer De Rooy was evenwel reeds te dicht bij de grond en het zich ontplooiende rugvalscherm kon hem niet meer redden. Onmiddellijk schoot hulp toe, maar het bleek, dat het slachtoffer was overleden. Programma ging door Inmiddels ging op dat ogenblik het vliegprogramma door, omdat de vlie gers niet konden bevroeden wat er was gebeurd. De andere onderdelen i demonstratie van de vrije val maan- van de voorschouw zijn dan ook af- j dag op de I.L.S Y. zal handhaven De gewerkt, maar deze kregen uit de aard der zaak niet de belangstelling, die zij verdienden. De voorzitter van de afdeling pa rachutespringen van de K.N.V.V.L., luitenant-kolonel W. H. Eekhout uit Harderwijk, heeft korte tijd later ver klaard, dat de oorzaak van het on geluk niet bekend is. Men heeft vast gesteld dat de chronometer, die de heer De Rooy tijdens de val droeg, was afgesteld op een tijdsduur van 57 seconden. De heer Eekhout deelde mede, dat de heer De Rooy het plan had om na een vrije val van 35 tot 40 seconden de parachute te openen. De heer Eekhout kon geen verkla ring geven waarom van deze tijds duur was afgeweken. Verder stelde de heer Eekhout in het licht, dat de heer De Rooy een van de beste springers van zijn afdeling was en dat hij vele malen parachutesprongen heeft gemaakt, waarvan talrijke voor afgegaan door een vrije val. Deelneming De heer C. Kolff, voorzitter var. de K.N.V.V.L., heeft in tegenwoor digheid van de burgemeester van Rijswijk, drs. A. Th. Bogaardt, tegen over de pers zijn diepste deelneming betuigd over dit dodelijk ongeluk Hij zeide, dat dit misschien consequenties zal hebben voor de uitvoering van het programma op Tweede Pinkster dag ten aanzien van het onderdeel parachutespringen. Het bestuur var. de eerste Nederlandse parachutisten heer Kolff deelde nog mede, dat het programma verder ongewijzigd zal worden uitgevoerd. Het slachtoffer De om het leven gekomene, die bouwkundig opzichter bij de P.T.T. te 's-Gravenhage was, heeft zijn op leiding tot parachutist gekregen in het voormalige Nederlands-Indië. Hij heeft daar, naar de heer Eekhout ver klaarde, zeer vele sprongen gemaakt en zich later nadat hij teruggekeerd was in het vaderland, bij de eerste Nederlandse parachutisten club aan gesloten. De leden van deze club be oefenden deze sport in hun vrije tijd en uit liefhebberij. Het is voor de eerste maal, in het negenjarig bestaan de E.N.P.C., dat zich een dodelijk on geluk heeft voorgedaan. De ernstig ste ongelukken tot dusverre waren slechts twee, namelijk toen bij de opleiding parachutisten enigszins on gelukkig terecht kwamen en een been braken. Omstreeks tien voor half zes, na dat de echtgenote van de heer De Rooy op de hoogte was gesteld, gaf de commandant van de vliegbasis luitenant-kolonel J. Roukens, de op dracht de hekken van het vliegveld weer te openen en de telefoon te deblokkeren. Een commissie van de rijkslucht vaartdienst zal een onderzoek naar het ongeluk instellen. De heer Van Persie is, nadat de heer De Rooy de Tiger Moth had verlaten, volgens club zal moeten beslissen of het de plan naar Rotterdam gevlogen. Overzicht Bloemenhandel Neen, men kreeg ook de afgelo pen week de bloemen niet voor een prikje. Weliswaar deed de warmte maandag vooral de prijzen van de irissen flink zakken, maar deze bloe men lagen al geruime tijd op zó'n waanzinnig hoog niveau, dat daar best wat af kon. Van goedkoop is echter geen sprake geweest en van een gering aanbod ook niet. Het zijn nu de margrieten, de korenbloemen en de bossen duizendschoon, die op de veiling domineren. Voor witte lelies bestond veel vraag. Daar het aanbod klein bleef, kocht men de beste partijen niet be neden 0.25 per kelk. Lilium Regale bracht uiteraard minder op van 9 tot 11 per 100 kelken. Van gladio len was het aanbod wat ruimer, dan tot nu toe het geval is geweest. We zagen mooi Johann Strauss verko pen voor 28 per 100, Sneeuwprin- ses voor 25; Gold Dust voor 23; Allard Pierson voor 15 tot 18 en Maria Goretti voor 21 per 100. Van de kleinbloemige gladiolen deed Peach Blossom tot f 14 en Nymph tot 20. Over irissen gesproken: Golden Harvest veranderde van eigenaar voor 0.55 tot 0.60 per bos. Van Vliet voor 0.40 tot 0.50; de oude, maar nog altijd zeer gewilde Impe rator voor 0.65 tot 0.70; Jeanne d'Arc noteerde de zeer vriendelijke prijs van 0.70 tot 0.80 en Prof. Blauaw qua kleur moeilijk tf overtreffen, voor de rest kleven er aan deze iris enkele minder gees telijke gebreken! ging weg voor zeer hoge prijzen: tot 1.25 per bos toe! Grootbloemige papavers bleven op een zeer hoog niveau: van 13 tot 15 per 100. Late pioenen kreeg men evenmin cadeau. Duchesse de Nemours werd afgedrukt op 15 en 16 per 100 en Sarah Bernhard (in het vroegbloeiende rose genre nog altijd niet overtroffen als snijsoort) verkreeg tot 23 per 100. Lathyrus draaide voor 0.50 tot 0.75 per bosje; Colvillei's voor 8 tot 10 per 100; Margrieten brachten in pri ma kwaliteit van 2.50 tot 3.00 per 100 op en als mooie kwaliteit violieren aan te bieden had, werd er van 18 tot 20 per 100 voor be taald. DUW MET DODELIJKE AFLOOP IN HOGER BEROEP. De 21-jarige bloemist-arbeider J. W. van O. uit Anna Paulowna, die door de rechtbank te Alkmaar was ontslagen van rechtsvervolging voor de hem ten laste gelegde mishande ling wegens het hardhandig verwij deren van een man uit een schuur, is door de procureur-generaal bij het gerechtshof te Amsterdam wel schul dig bevonden. Deze requireerde tegen de verdachte vijftig gulden boete of 10 dagen wegens mishandeling. Het verwijderen van de zestig-jari- ge„Pietje" Jongejan uit de schuur op een bollenbedryf te Anna Paulowna in oktober van het vorige jaar, had een noodlottige afloop. Deze geeste lijk niet geheel volwaardige man was jegens de moeder van de verdachte wat handtastelijk geweest en de jon geman, die voor zijn moeder opkwam, heeft de man uit de schuur gewerkt, waarna deze op de grond was geval len. Men heeft de man toen op een kistje gezet, waar hij niet minder dan 24 uur heeft gezeten. Eerst daarna ontdekte men dat hij bewusteloos was. Drie dagen later is hy in het ziekenhuis overleden. V-V.V.-ACTIVITEITEN IN GRONINGEN De directeur van V.V.V. te Gro ningen, de heer H. Braber, heeft gis termiddag op de jaarvergadering van de stedelijke V.V.V. te Groningen meegedeeld, dat het bezoek van bui tenlandse toeristen aan Groningen stad en provincie belangrijk is toegenomen. Het aantal Scandinaviërs loopt ech ter iets terug. Daarvoor zijn allerlei oorzaken aan te wijzen, o.a. het feit dat Nederland niet meer zo goed koop is en dat ook in Scandinavië bestedingsbeperking is doorgevoerd. Het aantal bezoekers uit Noordwest Duitsland neemt sterk toe. In het najaar zal een grote actie starten om de route via de Afsluit dijk grotere bekendheid te geven, zulks in samenwerking tussen de V.V.V.-instanties in Noord-Holland, Friesland, Groningen, Bremen en Ol denburg. EEN SLAG IN DE RUIMTE Ieder die tegenwoordig het twijfel- delijk asfalt beproeven en het is de achtig genoegen smaakt gemotoriseerd zijn zakelijke of particuliere besognes af te wikkelen, zal zonder twijfel ook wel eens met van die grote zoeken de ogen, geaccentueerd door 'n trekje van zelfmedelijden op het gelaat, var achter zijn portierraampje naar bui ten hebben gestaard. Dan was u op zoek naar parkeerruimte, die er niet was. Dan trok u precies dezelfde con clusie als iedere andere automobilist op zoek naar een stil plaatsje langs de stoeprand, als een visser naar een open plek in een rietkraag, nl. dat het elke, maar dan ook elke dag moeilijker wordt om zulk een plaatsje voornoemd, te vinden. Want Nederlnad is in een slag ge wikkeld. Een slag om de ruimte. Ruimte voor de duizenden voertuigen, die afgezien van het betalingspro bleem, dat ieder afzonderlijk op te knappen heeft, een probleem schep pen, dat zo langzamerhand nationale afmetingen gaat aannemen. Op ons grafiekje ziet u de nuchtere cijfers die dit probleem vormen. In 1970 zullen 700.000 personenauto's ons lan- De jongens waren in opleiding voor straalja gerpiloot. Op een goede aag zei de kapitein-in structeur: „Jongens, vandaag gaan jullie al lemaal alleen met een kist de lucht in. Wie op een gegeven ogenblik niet weet wat hij doen moet. roept de verkeers toren maar aan: daar zit ik om instructies te ge ven". Zo gezegd, zo gedaan en één voor één gingen ze de lucht in allemaal 'n beetje bleek om de neus. Na vijf minuten riep Jimmy uit het eerste toestel al de hulp van de instructeur in: „Hal lo, verkeerstoren, hier Jimmy, Hallo verkeers toren, hier Jimmy; de eerste wijzer links op het dashboard draait als een dolle in het rond, wat moet ik doen? Over." De toren antwoordde: „Hallo Jimmy, hallo Jym my, hier volgen instruc ties. Op de eerste plaats vooral rustig blijven, heel rustig. Dan de tweede handel aan je rechterhand langzaam naar voren duwen tot 't groene lichtje brandt. Dan is alles weer in or de. Over." Na een kwartiertje riep Mac de verkeesto- ren aan. „Hallo kapitein, hallo kapitein: Hier Mac. Mijn kist wil niet rechttrekken. Wat moet ik doen? Over." De kapitein: „Hallo Mac, hallo Mac. luister goed. 31ijf vooral rustig. dan komt alles weer in orde. Over." Enfin, zo ging het nog een tijdje door. Na twintig minuten riep Joe aan. „Hallo kapi tein, hallo kapitein. Hier Joe, hier Joe, mijn linkervleugel staat in brand. Wat moet ik doen? Over." De verkeerstoren ant woordde: „Hallo Joe, hallo Joe, hier de ver keerstoren. Luister goed wat je moei doen. Op de eerste plaats de groot ste rust bewaren. En vervolgens mii lang zaam nazeggen: Onze Vader, die in de hemel zyt J. v. H. grote vraag of de modernisering ons wegennet dit tempo kan bijhou den, vooral in het oosten en zuiden van ons land, waar de industrialisatie de grote factor is, die de enorme toeneming van 240 procent zal ver oorzaken. Onze grote bevolkingscen tra kunnen een dergelijke toeneming niet te verwerken. Hoewel 150 procent nog zeer res pectabel is, zijn de wegen in het wes ten van dien aard, dat men daar de nodige stootjes kan opvangen. De ge ringste toeneming wordt verwacht in het noorden en in de landbouwge bieden langs de grote rivieren. Met een uitbreiding van 50 procent ver dient het overigens nog altijd aan beveling eerst goed naar links en rechts te kijken, alvorens in deze rustige sectoren van ons wegenwar net over te steken. Waar blijft de goede tijd van 1938 toen ons land nog slechts 94.000 per sonenauto's telde! De directeur van het Centraal Bu reau voor de afgifte van Rijvaardig heidsbewijzen heeft een theorie op gebouwd waarlangs hij deze cijfers bereikt. Hij heeft daarbij nagegaan met welk percentage gemiddeld per jaar het motorrijtuigenpark in Ne derland sedert 1928 is uitgebreid en heeft zich daarbij gerealiseerd, dat wij van 1928 tot 1956 met alle facet ten te maken hebbengehad welke ook maar van enige invloed op de uitbreiding of inkrimping van het motorrijtuigenpark kunnen zijn. Met hoogconjunctuur, laagconjunctuur, be volkingsaanwas, oorlogsdreiging, emi gratie en zelfs met grote vernietigin gen van ons wagenpark. Desondanks was de gemiddelde aanwas per jaar 5.9 procent. Dat de totale toeneming overigens ook voor de directeur van het C.B R. problemen met zich brengt, moge dienen uit het aantal aanvragen dat dit bureau bereikt. In 1952, dus vijf jaar geleden, waren er dit 177.000. In 1957 verwacht het C.B.R. 450.000 aanvragen van personen die om een rijbewijs verlegen zitten. En wilt u in 1970 opvallen? Ga dan niet op een bromfiets zitten, want dan rijden er 1.3 miljoen van deze dikke fietsen snorrend door de lage landen. Uit onze taaltuin Dubbele uitsmijter. DE DOOR WILLIAM BYRON MOWERY 33). „Dat durf je niet. Boyd. Je zou je zelf de strop omdoen". „Nu, wat zou dat? Vergeleken bij wat ik heb doorgemaakt, zou het een peulschil zijn". Norman schrok. De man meende wat hij zei. Als Alan Laramie gepakt werd, zou Hastings zichzelf aange ven. Joans vader opnemend, besefte hij dat de verschrikking van de onvoor ziene moord, van Joans vlucht en het schuiven van de last op een onschul dige, Hastings diep geschokt hadden, en die schok had hem tot inkeer ge bracht. De stem van het geweten had de oude Boys Bastings gewekt. „Waarvoor kwam je eigenlijk?", wilde Hastings weten. „Om de hele zaak in de doofpot te stoppen, als ik dat kan", antwoordde Norman. „En de mogelijkheid be staat, dat ik het kan. Luister goed. Men vraagt zich hier in Lac L'Outre af, hoe je aan het geld komt om je winkel aan te vullen. We moeten dat wantrouwen sussen. Vertel, dat ik maanden geleden geld tot je be schikking heb gesteld en dat je dat nu hebt aangenomen, omdat je er ze ker van bent, het te kunnen terugbe talen, nu de pryzen stijgen en je Grindley's concurrentie niet meer te vrezen hebt. Ten tweede moet je die negenentwintig honderd dollar, die je Grindley ontnomen hebt, terug geven. Ik kan niet toestaan, dat je een cent van het onrachtmatig ver kregen geld behoudt. Ik zal je dat bedrag zelf lenen of schenken* en we zullen een manier zoeken, om dat geld weer aan Grindley's erfgena men te doen toekomen. Over Thello behoeven wy ons niet ongerust te maken. Die zal wel veilig ergens overwinteren, en het volgend voor jaar naar de Panhandle oversteken. Hij zal zijn mond wel houden". „Maar als ze die jongen Laramie pakken?" „Dat is de moeilykheid, ons grote als", zei Norman. „Laramie mag niet gepakt worden. Hij zal niet gepakt worden, als ik er iets aan doen kan. Als ik hem het land uit kan krygen, komt de zaak in orde. Maar anders niet". „Maar dat maakt de jongen tot 'n vogelvrije". „Dat had je eerder moeten beden ken", zei Norman gestreng. „Nu is dit onze enige mogelijkheid. We kun nen Laramie enkel vrypleiten door jou te laten ophangen en schande en verdriet over Joan te brengen. Hoe denk je daarover?" Hij zweeg en sloeg Hastings gelaat gade, dat zo tegenstrijdige gevoelens uitdrukte, waarna hij erop liet vol gen: „Het is voor Laramie niet zo erg vogelvrij te zyn, als het wel klinkt. Ik denk, dat ik hem kan helpen vluchten. Ik heb een idee. Ik kan het allicht proberen. Ik moet me haas ten; ze hebben Joan en hem ingeslo ten en misschien is het nu al te laat". I Hy stond op om heen te gaan. „Ik stel maar één voorwaarde voor de hulp, die ik je geef, Boyd. Je hebt je de laatste paar dagen gebeterd ga zo door. Je hebt mij heel wat te danken en aan Joan nog veel meer. Vergeld het, door de rechte weg te bewandelen. Als al deze narigheid nog niet voldoende is om je uit de put te halen, kun je voor myn part naar de maan lopen". Terwyl hij door de regen naar het politiehuis terugkeerde, besefte hy dat in deze treurige historie één per soon, een volkomen onschuldige, het gelag moest betalen. Alan Laramie. Thello ontsprong de dans, met de pel zen, ja zelfs met Laramies zuurver- worven zakje stofgoud. Als het een beetje meeliep, zou op Boyd Has tings geen verdenking blyven rus ten. Over Joans wetsovertreding zou vermoedelijk wel geprocedeerd kun nen worden, tot de aanklacht tegen haar werd ingetrokken. Maar Alan Laramie zou tot het einde zyner da gen een naamloze vogelvrye blijven. Van de onrechtvaardigheid hier van trok Norman zich niet al te veel aan. Om te beginnen zag hy geen andere uitweg. Ten tweede waren aan het plan voor hem persoonlyk verschillende voordelen verbonden. Het zou Joan en Laramie scheiden en haar naar Lac L'Outre terugvoeren. Hoewel de meeste van zyn toekomst dromen verwoest waren, behoefde hy de hoop, haar eenmaal tot vrouw te krygen, nog niet geheel op te ge ven. Op het politieposthuis klopte hy aan de deur van het kantoor en be trad, op Bernards „binnen" het ver trek. „Wel, wat u er?", snauwde de in specteur. De drie persvertegenwoor digers waren niet aanwezig en hy deed geen poging om zijn vyandige gevoelens te verbergen. Hy bemerk te Normans natte regenjas. „Je hebt de kazerne verlaten. Tegen myn be velen. „Oh, houd je mond", zei Norman. Bernards ogen puilden uit en zyn gezicht werd vuurrood. „Myn mond houden ik?", sta melde hy. „Heb je het tegen my?" Ja, tegen jou. En als je maar enigszins van myn postuur was, jou onderkruipsel, zou ik je niet alleen het zwygen opleggen, maar je de beste aframmeling geven, die je ooit gehad hebt". Verschrikt verschanste Bernard zich achter de lessenaar. Norman glimlachte minachtend om zoveel lafheid. „Ik heb je vanavond om verlof ge vraagd, Bernard", vervolgde hij. „Ik heb zes jaar achtereen dienst ge daan en heb nog maanden verlof te goed, maar je weigerde. Je wilde me nog geen dag geven. Je wilde me hier houden, om mij te kunnen pla gen. Nu, dat zal je niet gelukken. Als je me geen verlof geeft, nèèm ik het en een heel lang ook. Ik neem myn ontslag! Hier en nu!" „Je je ontslagstamelde Bernard. „Precies. Myn ontslag.Voorgoed. Wat heb ik eraan of ik blijf? Myn kansen zyn toch verkeken. Ik heb het al lang zien aankomen. Ik zou nu al inspecteur geweest zijn, als jy en die anderen me niet achter myn rug aanvielen, daar in je bureaustoelen op het Stafkantoor. Maak myn pa pieren klaar Die zelfde nacht nog verliet Nor man, in zyn eigen, snelle motor kano. Lac L'Outre. nu niet lan ger een Bereden Politieman en voer de Sulteena op. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 7