Concentratie van het kath. organisatieleven
mag niet leiden tot opheffing „St. Christoffel"
Ledenvergadering Wit-Gele Kruis Z.-Holland
%LüSjS
SPOOK-KANO
Structuurverandering
blijkt dreiging
Wijkverpleging in moeilijkheden
door bestedingsbeperking
weeckelykse CRonycke
ZATERDAG 25 MEI 1957
DE LETDSE COURANT
r\E VOORZITTER van de katholieke vereniging van handelsvertegen-
U woordigers St. Christoffel, de heer J. (VI. de Graaf uit Amsterdam,
bracht op de vandaag In Utrecht gehouden jaarvergadering de eventuele
wijziging van de structuur van de katholieke sociale organisaties ter sprake.
„Bij velen, aldus de voorzitter, zal de vraag zijn gerezen of misschien bin
nenkort een uitspraak hierover te verwachten is van het episcopaat" De
heer De Graaf zei, dat zijn vereniging dan zal komen te staan voor de
vraag in welke structuur op de meest doelmatige wijze de doelstellingen
en belangenbehartiging van de leden van St. Christoffel zullen zijn gewaar
borgd zonder afbreuk te doen aan de zo gewenste totale invloed van de
katholieke stands- en vakorganisaties van de katholieke werknemers.
den van beambten voorshands niet
zover mag gaan, dat dit de opheffing
van St. Christoffel zou betekenen.
Handelsreizigers
een aparte groep
Ove de positie van St. Christoffel
in deze, meer in het bijzonder ten
opzichte van de bedrijf&taksgewijze
organisatie, gaf de voorzitter een uit
eenzetting. De ontwikkeling van de
maatschappelijke verhoudingen, o.a.
de opbouw van de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisatie en het in toene
mende mate tot stand brengen van
regelingen voor de arbeidsverhoudin
gen per bedrijfstak, heeft er toe ge
leid dat ook een zekere aanpassing
van de werkwijze van de hierbij be
trokken vakorganisaties zo niet nood
zakelijk, dan toch zeker gewenst is.
Maatschappelijke ontwikkeling
Was deze ontwikeling in de maat
schappelijke verhoudingen niet ge
komen, dan was er naar alle waar
schijnlijkheid ook geen sprake ge
weest van een wijziging der struc
tuur van de stands- en vakorganisa
ties, althans zeker niet van de vak
organisaties. In 1946 heeft een com
missie (waarin vertegenwoordigers
van het N.V.V., de K.A.B. en C.N-V.)
tot onderzoek van het vraagstuk een
rapport uitgebracht. Een meerder
heid van deze commissie adviseerde
over te gaan tot het vormen van be-
drijfsbonden. d.w.z. tot vakorganisa
ties waarbij alle werknemers in een
bepaalde bedrijfstak zijn aangesloten.
Uiteraard met inachtneming van
het in ons land bestaande onder
scheid van de op levensbeschouwe
lijke basis werkzame vakorganisaties.
Er zouden dan geen beroepsorgani
saties meer blijven bestaan voor het
administratieve, toezichthoudende en
leidinggevende en/of technische per
soneel.
Een uitzondering heeft de commis
sie gemaakt voor de handelsreizigers.
In verscheidene opzichten toch, met
name door de meer zelfstandige be
roepsuitoefening en bepaalde afzon
derlijke wettelijke regelingen, be
staan in dit beroep zo bijzondere om
standigheden dat het voor de be-
drijfsbonden niet wel doenlijk zou
zijn, de belangen van deze veelal
slechts kleine groep behoorlijk te be
hartigen.
Niet onverschillig
Dat wil, aldus de voorzitter, zeker
niet zeggen, dat het al of niet tot
stand komen van bedrijfsbonden ons
onverschillig kan laten. Dat is zeker
niet het geval, omdat wij ons moe
ten afvragen bij welke structuur de
algemene belangen van de beambten-
groeperingen en een invloed in de
te vormen .schappen" voor de leden
het meest gewaarborgd zouden zijn.
Toen nu in 1951 de katholieke bond
van administratief personeel etc-, de
katholieke bond van werkmeesters
en de katholieke bond van technici
zich verzetten tegen de vorming van
bedrijfsbonden en er een mogelijk
heid aanwezig bleek om door een
sterke concentratie van resp. bonden
te kunnen voldoen aan de eisen die
de nieuwe maatschappelijke ontwik
keling stelt, en anderzijds de alge
mene belangen van de beambten-
groeperingen hierdoor het meest ge
waarborgd werden, heeft St. Chris
toffel zich voor die oplossing uitge
sproken.
Er is volgens de voorzitter In de
afgelopen jaren geen aanleiding ge
weest van deze gedragslijn af te wij
ken, al is er na de ontwikkeling van
het laatste jaar wel aanleiding om te
zeggen, dat een eventuele sterke con
centratie van de vier katholieke bon-
Er zijn z.i. wel mogelijkheden de
doelstellingen van een sterke con
centratie te bereiken zonder dat een
opheffing van deze bonden daarvoor
noodzakelijk is. Hij hoopt dat een
oplossin.^ zal worden gevonden die
niet alleen alle hierbij betrokken par
tijen zal bevredigen, maar ook een
waarborg zal inhouden voor een zo
sterk mogelijke eenheid van optre
den naar buiten. Hij ziet niet in,
waarom centralisatie de alleenzalig
makende oplossing zou zijn.
Geldomzetten gestegen
Sprekende over de economische
situatie, zei de voorzitter dat 1956,
door gestegen geldomzetten voor de
handelsvertegenwoordigers een goed
jaar is geweest. Er was een omzet
stijging van 19 procent in de meubel-
handel, schoenenzaken 16 procent,
textielhandel 14 procent, slijterijen 12
procent, boekhandel en huishoude
lijke artikelen 11 procent, kruide
niers, banketbakkers, melk. en zui
velhandel 8 procent en tabakszaken
5 procent.
De voorzitter deelde mede, dat de
handelsreizigers een verhoging heb
ben weten te verkrijgen van de be
dragen genoemd in de minimum ga
rantieregeling en wel ingaande 1 mei
1957. Hij noemde deze regeling een
erkenning dat de arbeid van de han
delsreiziger, ook al resulteert deze
niet direct in het afsluiten van or
ders, beloond dient te worden. Iets
wat voordien nimmer het geval is
geweest.
Volgens de voorzitter dient er ern
stig voor te worden gewaakt, dat bij
pogingen om deze regeling gewijzigd
te krijgen, deze niet zodanig van ka
rakter verandert, dat daardoor een
loonregeling voor handelsreizigers
zou komen. Naar zijn oordeel zouden
met een loonregeling de belangen van
de handelsreiziger niet zijn gediend.
KOENE VERGISSING
Te Hoorn maakt de burger- zich
ernstig zorgen over een drukfout, die
in de nieuwe Beneluxgids van Mi-
chelin zou zijn geslopen. In deze
gids zou voor Hoorn namelijk als
grote bijzonderheid genoemd wor
den: geboorteplaats van de grondleg
ger van het vroegere grote Neder
landse koloniale rijk Jan Pieterszoon
Cohen.
KONINGIN EN PRINS
IN NEDERLAND TERUGGEKEERD
Hare Majesteit de Koningin en Z.
K. H. de Prins der Nederlanden zijn
gistermiddag per regerings-Dakota
van hun statiebezoek aan Zweden in
ons land teruggekeerd. Het toestel,
dat bestuurd werd door de Prins,
landde om 15.07 uur op het vliegveld
Soesterberg. waar 'e auto's gereed
stonden, die Koningin en Prins naar
Soestdijk brachten.
De Katholieke Werkgever van deze
week berekent in zijn hoofdartikel,
dat de voorgenomen huurcompensatie
de ondernemers een last van 320.—
miljoen zal opleggen, doch dat in
werkelijkheid slechts 156.mil
joen aan huurverhoging wordt be
taald. Het verschil vloeit grotendeels
in de kas van de overheid, omdat
over de compensatie ook meer be
lasting betaald moet worden. Maar
ook die belasting moet door de werk
gever betaalt worden, zonder dat een
verhaal in de prijzen geoorloofd is.
Een ondernemer b.v. in een grote
stad met 300 man personeel moet
per jaar f 50.000 meer uitbetalen,
doch krijgt daar niets voor in de
plaats. De „Kath. Werkgever" meent
dat deze belastingverhoging, hoewel
formeel gedekt door het Besluit Bui
tengewone arbeidsverhoudingen, bij
de wet hoort te worden opgelegd.
Het blad besluit: „De vraag lijkt nu
op haar plaats of de Regering oij hei
nemen van haar beslissing, niet te
veel illusies heeft gehad over het ge
duld, waarmede de ondernemers zich
zullen laten uitschudden.
Bij het oversteken van de rijks
weg bij St. Philipsland is de 77-ja-
rige C. W. uit Anna Jacobapolder
met zijn bromfiets door een hem
achteroprijdende auto aangereden en
op slag gedood.
Nieuwe stadswijken
van hulp verstoken
De maatregelen van het ministerie
van Sociale Zaken op het gebied van
de gezondheidszorg in verband met
de bestedingsbeperking, vormen een
ernstige bedreiging voor de wijkver
pleging der Kruisverenigingen in Ne
derland. Mr. G. J. M. Stulemeijer,
voorzitter van de Zuid-Hollandse
Bond van het Wit-Gele Kruis, ver
klaarde op de algemene ledenverga
dering van de bond hierover ernstig
bezorgd te zijn.
„Juist nu het Kruiswerk in het be
lang van de gezondheidszorg een
steeds breder en meer omvattende
taak heeft gekregen", aldus mr. Stule.
meijer, „dreigen deze belangen ten
gevolge van de bestedingsbeperking
ernstig in het gedrang te komen.
Met name kan de volledige bevrie
zing van het aantal wijkverpleegsters
met de toestand van eind januari in
Tandartsen gaan weer
voor ziekenfondsen
aan de slag
Waarschijnlijk zullen de tandartsen
binnenkort weer de ziekenfondspa
tiënten in behandeling nemen.
Gistermiddag zijn de bestuurders
van de artsenorganisaties en de afge
vaardigden van de ziekenfondsen
door minister Suurhoff op het depar
tement ontvangen.
Beide partijen hebben in principe
de arbitrage in hun geschil aan
vaard.
Voor de tandartsen betekent dit,
dat zij de staking zullen moeten op
geven.
De afgevaardigden van de tand
artsen hebben bericht, dat zij voor
nader beraad naar de Maatschappij
voor Tandheelkunde zijn terugge
keerd. De minister is het met de de
legatie van de ziekenfondsorgansa-
ties direct eens kunnen worden.
een provincie als Zuid-Holland met
zijn snel groeiende bevolking geen
ander gevolg hebben dan dat vele
nieuwe wijken van de onmisbaar ge
worden zorg van een wijkverpleeg
ster verstoken blijven.
De nationale Kruisverenigingen
hebben tegen deze beperking bij de
minister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid geprotesteerd. Vanuit de
randstad Holland, meen ook ik op de#
absolute onaanvaardbaarheid van'
deze maatregel te moeten wijzen.
De heer Stulemeijer behandelde
verder in zijn rede talrijke facetten
van 't Wit-Gele Kruiswerk, Met name
wees hij op de verantwoordelijkheid
der autonome, plaatselijke ver
enigingen inzake de tbc-bestrijding.
Ofschoon de tuberculose als volks
ziekte zeer sterk is teruggedrongen,
doen zich de laatste tijd, vooral op
middelbare scholen en internaten
heftige tbc-explosies voor, waarbij
blijkt, dat vele leerlingen door deze
ziekte besmet zijn.
Hij spoorde de plaatselijke vereni
gingen dan ook krachtig aan tot een
nauwe samenwerking in de tbc-be
strijding. Deze samenwerking laat
momenteel nog te wensen over, aldus
mr. Stulemeijer.
Tijdens deze ledenvergadering, die
overigens een huishoudelijk karak
ter had, sprak nog de heer Th. M.
van der Kley, districts-kinderarts van
het Wit-Gele Kruis, over de moderne
kleuterzorg en de eisen, die daaruit
voor het Kruiswerk ontstaan.
Trein greep motorrijder
De 24-jarige monteur B. W. uit
Doetinchem is vrijdagavond om kwart
voor zeven op een onbewaakte over
weg te Gaanderen bij Terborgh door
een trein gegrepen. Het slachtoffer
reed op en motorrijwiel, dat aan het
achterwiel werd gegrepen. R. liep
lichte verwondingen aan zijn hoofd
op en zware kneuzingen aan zijn nek.
'Hij is in het Wilhelminaziekenhuis
in Doetinchem opgenomen. De trein
had ongeveer tien minuten vertra
ging. De trein reed in de richting
Terborgh en was al aan het afrem
men om over honderd meter te kun
nen stoppen op het spoorstation in
Terborgh, Het zicht terplaatse is zeer
goed. Het slachtoffer heeft zijn le
ven te danken aan het feit, dat hij
vol gas heeft gegeven op het aller
laatste moment, toen hij de trein
zag aankomen.
De nieuwe Duitse marine zal
midden-juni haar eerste duikboot
hebben. Het is de U-2365, die een
jaar geleden voor het Deense eiland
Anholt uit 56 meter diep wate: ge
borgen is. Het schip is in Kiel ge
repareerd. is berekend voor be
manning van 14 koppen er ils
lesvaartuig dienst doen.
24 olifanten omringen één man
Een van de grootste persoonlijkheden
die de circuswereld ooit gekend heeft,
Hans Stosch Sarrasani, was de direc
teur van het wereldberoemde circus
Sarrasani. Persoonlijk leidde hij altijd
zijn grootste nummer, de 24 olifanten!
Wat een dressuur; wat pen geduld en
toewijding moet Sarrasani niet gehad
hebben om met al de beslommeringen
die hij door zijn circus had, met deze
enorme dieren zo'n prachtig nummer
te geven, dat nooit meer geëvenaard
is. Lees de geschiedenis van het circus
vanaf de saltimbanques tot Barnum
and Bailey, Strassburger en Carré.
Zie de fantastische rij van grote ar
tiesten en beroemde circus-sensaties
aan u voorbijtrekken in het prachtige
circusalbum „De Bonte Droom van
het Circus". Een boeiend en afwisse
lend verhaal met talloze pentekenin
gen, vele prachtige kleurenplaten en
plaatjes; geschreven door de_ circus-
kenners bij uitstek J. v. Dovèren en
Fred Thomas. Voor slechts f 2.50
kunt u dit boekwerk kopen bij uw
roomboterleverancier of rechtstreeks
bestellen per brief of briefkaart b:j
Kantoor „Roomboteralbum", Postbus
47, 's-Gravenhage. U krijgt het album
dan per omgaande toegezonden onder
rembours. Vermeld vooral duidelijk
uw naam en volledig adres. De bijbe
horende plaatjes ontvangt u gratis
voor rijksbotermerken. U vindt zo'n
merk op elk pakje roomboter. Neem
een pakje extra voor de zondag!
(Advertentie)
Ia, leeser, 'k kan er nix aen doen,
't begint maer weer met feesten.
Het leeven lyckt één feestbanquet
en wat men hoort en leest en
meemaeckt, het isser „Heyl" en proosten.
Haest leeft men enckel nogh maer voor
een seeghenwensch en toasten.
In Warmond was het proffenfeest.
Een drietal jubilaeren
die waeren nu eens aen de beurt
van „Vijff en twintich jaeren".
Sy leeven langh, sy leeven hoogh,
't Io Vivat moet klincken.
Ick gaender al is 't nae de tyd
nogh gauw een glas op drincken.
Een nieuwe ridder isser oock
in 't bloemenvleckjen Lisse,
waer één man van de Keuckenhoff
nogh moest syn lintjen missen.
Daeraen quam deese weeck een end
nu Zwetsloot aen de beurt was.
So langsaemaen wordt daer de pldegh
van Keuckenhoff een keurklas.
In Alphen wasser oock weer gdud
dat een en frack versierde,
waer Valk (van Bcot, de bootenman)
syn jubilaeum vierde.
Een gouden Vall< by booten-Boot
dat klinckter toch wel aerdigh.
Een valckenklasse van formaet
en Alphens scheepsbouw waerdigh.
We hielden Leyden voor het lest,
daer viel wat te beleeven
dat, aen vergeetelheyd ontruckt,
ick hier een plaets moet geeven.
Eerst H. van Oerle, die kreegh t cruys
van Sint Gregoir de Groote
omdat ghants Leyden van syn werek
sinds jaer en dagh genooten.
Een nonne van Elisabeth
magh oock een plaetse kryghen
omdat sy vyfftich jaer tot heyl
en seeghen quam te ryghen
aen elkaer. In 't kranckenhuys was vreughde
waer elck endeen sich om het feest
van deese non verheughde.
Suster Thaddea is haer naem.
Sy isser dus niet sonder
soals sulx syn sal met een straet,
dat vind ik wel bysonder.
Ons Leyden is so vrees'lyck oud
en vond men al die jaeren
van haer bestaen geen enckle naem?
Dat is nauw te verklaeren.
Ick ben (geluckkig) weer aen 't end
van 't weecklyks cronyqueeren.
Myn veeder is welhaest so bot
dat sy het sou verleeren.
Dus leeser, tot een volgend' mael,
ick wensche U ten leste
veel sor.neschyn en nog wat meer.
Wat? Weet U self het beste.
WILLEM VAN HORSTENDAEL
Waarom lach je?
Ik denk alleen maar even, hot
onze arme collega's nu achter hun j
bureau zitten te zweten.
't Gaat goed. Een dokter wend
de zich tot do verpleegster toen hij
binnenkwam.
„En hoe maakt de patiënt het?"
vroeg hij belangstellend.
„Uitstekend, zei de verpleegster op
gewekt. „Hij gaat geweldig vooruit.
Wij trouwen morgen."
Iets aan te geven. Bij de douane
op het vliegveld komen twee Ameri
kanen.
Een ambtenaar vraagt: „Koffie,
Thee, Whisky?"
„Graag twee koppen thee", ant
woord de ene.
Onder vrienden. A: „Mijn vrouw
kan uren over éénzelfde onderwerp
doorpraten".
B.: „De mijne heeft er niet eens
een onderwerp voor nodig."
't Kan gebeuren. Mijn aanstaan
de vrouw is verschrikkelijk doof en
dat heeft me bijna in moelijkheden
gebracht.
Hoe dat zo?
Nou, toen ik haar ten huwelijk
vroeg, moest ik zo hart schreeuwen,
dat een juffrouw, die boven haar
woonde me wilde aanklagen wegens
het verbreken van trouwbeloften!
Twijfelachtig. Secretaris: „Mijn
heer, daar is iemand, die U iets over
uw succes in zaken wil vragen."
Bankier: „Hm, is het een journalist
f is hij van de politie."
De Individualist.
DE
DOOR WILLIAM BYRON MOWERY
22).
Diepongelukkig liep hij terug. De
Bereden Politie was zijn ideaal, zijn
tien beste jaren van zijn leven had
hij dit Wapen gewijd en de politie
verlaten zou zenn alsof hij zijn
rechterorm miste.
Hij overwoog een beroep op hoofd
inspecteur Merritt, de divisie-com
mandant te Edmonton, maar begreep
dat hem dit niet bou baten. Merritt
had hem altijd graag mogen lijden,
maar was blijkbaar tenslotte voor
het aandringen van zijn staf bezwe
ken, want dit korte telegram kwam
van Merritt zelf.
Kon hi) Laramie maar vatten,
vóórdat inspecteur Bernard Lac
L'Outre bereiktemaar dat zou
niet lukken. Hij wist, dat Laramie en
Joan zich ergens aan de beneden
loop van Teluwaceet verscholen
hadden: maar de hemel wist Waar
precies. Geholpen door Joan's ter
reinkennis kon de volhardende stu
dent nog wekenlang een gevangene
ming vermijden. Nog nooit had hij
een zo hopeloze achtervolging geleid
als deze. Als geesten gleden ze mid
den door zijn patrouilles en hun ber
kenkano passeerde als een schim zijn
wachtposten; de „spookkano" noem
den deze het onvindbare vaartuig.
Hij zette zich op een steen en zon
op een manier, ora zijn vijanden te
treffen en zichzelf van de ondergang
te redden.
Plotseling viel hem iets in, een
mogelijkheid. De kans op succes was
niet heel groot, maar hij kon niets
beters bedenken, en als het gelukte
was hij gered. Het hielp hem uit de
klem, maakte zijn bevordering ze
ker en zou Raoul Bernard als een
stoomwals verpletteren.
Met vlugge schreden keerde hij
naar het kampvuur terug.
„Knight", gaf hij zijn bevelen. „Je
moet mij naar Lac L'Outre brengen.
Dadelijk. Monteer dat zoeklicht in
de boot. Clancy, jij hebt het bevel
over deze achtervolging.' Als iemand
Laramie en Joan ontdekt, leidt jij
zelf de groep die hen omsingelt, en je
neemt enkel vertrouwde mannen
mee, die gehoorzamen. Ik zou niet
willen, dat Joan iets overkwam....
Laramie trouwens ook niet".
Knight en hij vertrokken terstond.
Naast de Beredens gezeten, be
diende Norman het zoeklicht zodat
Knight kon sturen, maar zijn ge
dachten waren met dat schitterende
plan bezig.
Van de beginne af had hij geen
ogenblik geloofd, dat Alan Laramie
de hóófdschuldige was aan de moord
op Grindley, maar de duidelijke be
wijzen tegen de student hadden hem.
aanvankelijk althans, oprecht over
tuigd, dat Laramie in de zaak be
trokken was. Doch ook die overtui
ging was aan het tanen; al dagen
lang groeide de gedachte, dat Alan
Laramie met de hele zaak niets had
uit te staan.
Een van de oorzaken van deze ver
anderde mening slechts één van
vele was, dat hij van een gebaarde
oude goudzoeker vernomen had, dat
Laramie die zomer inderdaad goud
gewassen had in het Grizzly-géberg-
te. Dit was geen overtuigend bewijs
van schuld of onschuld, want Lara
mie had de daad heel goed kunnen
begaan, nadat hij uit de bergen was
gekomen. Maar de morele betekenis
van het feit pleitte voor zijn on
schuld. Iemand, die een hele zomer
zand groef in die verlaten bergen,
was een ernstig en arbeidzaam mens,
niet het soort om te roven en te
moorden; maar iemand, die eerlijk
voor zijn brood werkte.
Na de vlucht uit de gevangenis was
het echter zijn plicht als dienaar van
de Wet, de ontsnapte student weer
gevangen te nemen. Bovendien nam
h(j het Alan kwalijk, dat deze hem
door zijn vlucht in een slecht dag
licht stelde bij zijn superieuren,
juist nu de zuur-verdiende promotie
voor de deur stond. En het besef,
dat Joan Laramie vergezelde, maak
te hem brandend jaloers.
Waarom zij een gevangenisstraf
en haar leven riskeerde voor iemand,
die zij slechts oppervlakkig kende
dat begreep hij evenmin als Alan;
maar het feit bleef en hij zette de
achtervolging met kracht voort.
Doch dit telegram uit het hoofd
kwartier wierp een heel ander licht
op de zaak. Bernard kwam, Bernard
zou de achtervolging voortzetten en
de lof oogsten voor de gevangene
ming, die onvermijdelijk was.
Met een bittere glimlach stelde
Norman zich de verbluffende ge
volgen van zijn plan voor de ge
volgen voor hemzelf en voor Raoul
Bernard. Iedereen hield Laramie voor
schuldig, wegens die overtuigende
bewijzen. De moord op Seth Grindley
had eerst weinig belangstelling ge
wekt; maar nu de „Zwervende Rots"
in de zaak betrokken was, met zijn
sensationele vlucht, hadden alle kran
ten de zaak op de frontpagina ge
plaatst en publiceerden dagelijks
verhalen over de achtervolging, de
jeugdige vluchtelingen en hun myste
rieuze kano, de „spookkano".
Bernard, een roemruchtig man, zou
een schilderachtige mensenjacht or
ganiseren, alle hulpmiddelen van het
Wapen te baat nemen en zich koes
teren in de schijnwerpers der publi-
citei, wanneer Laramie eindelijk ge-
at werd.
„Laat heml", peinsde Norman
wraakzuchtig. „Ik zal hem bij de ge
hele Macht belachelijk maken. Hoe
meer drukte hij maakt, hoe beter.
Hoe ongunstiger rapporten hij over
mij indient, des te harder komen zij
later op zijn hoofd neer".
Hij besloot in het geheim te werk
te gaan, ondanks al die bewijzen en
de publieke opinie, de werkelijke
moordenaar të vatten en hem geheel
alleen binnen te brengen, terwijl
Bernard poseerde en gewichtig deed.
Het zou een donderslag zijn, die Ber
nard en de andere bureaustoel-vij
anden verpletterde en hem tot serge
ant, misschien wel inspecteur bevor
derde.
Tegen de morgen bereikte hij Lac
L'Outre, haastte zich naar zijn bu
reau en toog aan het werk, zich nog
geen tijd gunnend om de bemodder-
de uniform te verwisselen.
Nu hij wist dat die vreemdeling
aan de Dunbar inderdaad de moorde
naar was, speet het hem, niet meer
aandacht te hebben geschonken aan
Laramie's beschrijving van de man.
Hij herinnerde zich nog slechts en
kele bijzonderheden.
Hoe gering ook, bewezen deze aan
wijzingen hem toch onschatbare
diensten. Een ervan bracht de zaak
verder dan alle onderzoekingen van
hem en zijn manschappen: de onbe
kende was een blanke, had Laramie
uitdrukkelijk verklaard. Deze in
lichting schakelde meteen de vijftig
mestiezen en honderd Tndianen uit,
wier gangen hij en zijn mannen ver
geefs hadden gepoogd te controle
ren! (Wordt vervolgd).