V/REEMDELINQ op zoek naar het hart van Leiden W/at bij V/V/V begon eindigde juichend bij Van der Wierf Nauwe straten dwingen de Leidenaars tot waardigheid HUIBERS Communie-Geschenken ^ZATERDAG^^APRH^l^ DE LEIDSE COURANT PAGtNA HET WAS STRALEND WEER, toen wij onlangs op een morgen uit de trein stapten en ons door een naar vis riekende stationshal naar de uit gang spoedden. Terwijl wij de trappen van deze tamelijk recente nederzet ting van de Nederlandse Spoorwegen afdaalden een andere manier van Jaan was hier niet mogelijk, majestueus en breed als de treden waren eed een onvriendelijke gure wind ons de kraag opzetten en drukte onze hoop op een warme lentedag meteen de kop in. Wij hebben later op de dag een Leidenaar met trots horen vertellen, dat het in deze stad altijd waait, de ene dag iets minder dan de andere, maar wind is er; dit moet dan een speciaal privilegie van Leiden zijn, want ergens anders in ons goede vader land is dit niet het geval. Erg benijd hebben wij de goede man echter niet. De aanblik van Leidens stations plein is waarlijk wijds en bezorgt de vreemdeling gelijk al 'n grote hoeveel heid gemengde indrukken. Wij werden er geïponeerd door het drukken ver keer, hetgeen overigens voorname lijk bestond uit voertuigen van di verse soorten vervoermaatschap pijen. In een bonte mengeling ver toonden zich groene, blauw-crême en hard-blauwe bussen, daar doorheen vochten zich trams van allerlei pluimage een weg: enkele soorten lange blauwe trams, een paar klein tjes en gele wagens met een soort claxon. Rechts opzij van het station ontwaarden wij een complex van bushaltes, praktisch geplaatst en ruim genoeg om de hoeveelheden mensen te verwerken, welke hier on getwijfeld dagelijks van de bus ge bruik maken. Ofschoon de grootsteed se en moderne indruk van het plein prettig aandoet, vinden wij het toch wel een betere omzoming waardig dan het thans heeft. Mogelijkheden zijn er, dunkt ons, in ruime mate aanwezig om het geheel een stede bouwkundig verantwoorde entourage te geven. Waarschijnlijk spelen ook hier bestedingsbeperkende motteven een rol, of ligt de moeilijkheid mis schien ergens anders? Wij weten het niet, dit is een zaak die de Leidenaars aangaat. Eerlijke lieden Na DEZE CONCLUSIES staken wij, niet zonder levensgevaar, het plein over en begaven ons, de ogen te kost gevend, stadiwaars met de onverschillige nieuwsgierigheid een tourist eigen. Weldra werden wij ge troffen door het opschrift boven een restaurant. „Zomerzorg" lazen wij; welluidend doch heel niet bijzonder Zonder twijfel een gerenommeerde gelegenheid. Wie beschrijft echter on ze verbazing, toen wij enkele meters verder een dergelijk etablissement zagen, eveneens gesierd door een naam, niet zo welluidend als die van zijn buurman, maar veel treffender, veel eerlijker vooral. De openhartige eigenaar dreef hier zijn nering on der het alleszeggende devies „Eigen- zorg". Zelden hebben wij eerder iemand ontmoet, dit zo rond voor zijn mening durfde uit te komen. Wij hadden gehoopt, dat een toevallige voorbijganger onze verbazing zou hebben bemerkt en ons zou hebben toegevoegd, dat deze eerlijkheid in Lei De klim die reeds zo veel toeristen gemaakt hebben. (Foto's: „De Leildse Courant"). den helemaal geen uitzondering was, maar dat de echte Leidenaar deze deugd aangeboren was, maar nie mand sprak ons daarover aan. Ge sticht en gesterkt vervolgden wij ech ter onze weg, overtuigd, dat wij hier iets gevonden hadden wat wel uniek in Nederland genoemd mag wor den. OP het kantoor van de Leidse VW gekomen, gelegen temidden van feestelijk bloeiende tulpen, werden wij aangesproken door een vriende lijk meisje, dat ons ongevraagd alle inlichtingen gaf, welke een vreem deling zich maar zou wensen. Daar er nog meer personen aanwezig wa ren, verkondigde ze maar in het al gemeen, dat de Lakenhal gesloten was en dat wij ons ook niet zouden kunnen verdiepen in de geschiedenis der Natuurwetenschappen, ook dit museum was gesloten. Dit laatste was wel jammer, want de toegang tot dit museum is onmiddellijk naast het gebouwtje van de V.V.V. Hier mede was wel een stukje reclame verloren gegaan. Onze teleurstelling was spoedig verdwenen toen wij hoorden, dat wij een bezoek konden brengen aan het Rijksmuseum van Oudheden, een instelling, welke zijn weerga in Nederland niet kent. Ge wapend met onze informaties namen wij afscheid van de V.V.V. Zo onder het lopen viel het ons op, dat Leiden gekenmerkt wordt door een zekere waardigheid. Dit kwam het meest uit in de werkelijk ontzet tende drukte van het verkeer. Van jachten was geen sprake, hiertoe kreeg men overigens geen kans, want om de honderd meter vonden opstop pingen plaats. Maar de rust waarmee alles gepaard ging was opmerkelijk. Wij stonden werkelijk te kijken van de bijna apathische kalmte van de bestuurders van trams, bussen, auto's en de wielrijders, die gelaten met hun materiaal over de smalle bruggen trachtten te komen, de ene enge bocht na de ander nemend, alles zonder scheldpartijen of woeste blikken. Werkelijk voorbeeldige mensen. Het is haast niet te geloven. Weldadige rust ZOALS de meeste echt-Hollandse steden is Leiden niet arm aan wa ter. Singels verfraaien overal het stadsbeeld, maar in de Sleutelstad ga ven zij een sfeer, welke toch wel ge heel eigen aan Leiden moet zijn; zij verschilt volkomen met het karakter van de Amsterdamse of Utrechtse grachten, vooral ook omdat alles kleiner van opzet is. Het Rapenburg deed ons echter sterk aan Amster dam denken, er ging een grote be koring van uit. Door het ontbreken van het zware verkeer deed de rust hier weldadig aan. Het was op het Rapenburg, dat wij het museum van Oudheden betraden. Over ons bezoek aan deze uitgele zen verzameling antieke schatten zouden wij kolommen vol kunnen schrijven. Het zou ons te ver voeren een volledige weergave van onze in drukken te doen. De aanwezigheid van mummies uit 't oude Egypte was ons reeds bekend, maar daarnaast valt er aan schoons nog veel meer te genieten. Op onze tocht door het mu seum werden wij herhaaldelijk ge schaduwd door suppoosten, die* hun uiterste best deden zoveel mogelijk argelooheid te veinzen, maar die wij niettemin daarheen konden lokken waar wij wilden. Maar genoten héb ben wij, zowel van de Griekse en Romeinse plastieken als van de uit beeldingskunst der Egyptenaren en Assyriërs. Wij zijn stil geworden bij het zien van flessen en vazen van Sy- risch glas in de meest wonderlijke en toverachtige kleuren zogoed als bij het aanschouwen van een levensecht gouden hakenkruis uit de Franki sche en Bataafse tijd, opgegraven ergens bij Naaldwijk. Een buitenge woon aardige geste vonden wij de service aan de museumbezoekers ge boden, in de vorm van een laagge plaatste wasbak, kennelijk bestemd voor het reinigen van veri voeten. Deze handeling is geen ov< bodige luxe na urenlang zwerven; MEN weet niet direct, komend, uit de richting Haarlem, wat te denken van een stad, waarvan het centrum op slechts enkele honderden meters afstand van grazige weiden gelegen is. In de buurt van een zeer steedse singel liggen dromerig en lui een een der soort koeien als elders in de provincie, zij het, dat de herkau wers daar ietwat meer bont ver tonen dan hun collegae aan de boorden der stad. Het zou ons in het geheel niet verbazen, als wij straks, door de rustieke straten slenterend, ons opgenomen zou den voelen in een vee-gemeen schap, een vriendelijk plaatsje, waar fok- en pluimvee gemoe- delijk-loom de rijwegen frequen teerden, desnoods in é>én-rich- tingverkeer, zo dachten wij. Nooit zijn wij eerder zó in onze verwachtingen beschaamd ge worden als in Leiden. Wij moe ten bekennen, dat -vij ons aan de stadsrand hebben laten beetne men; wij hebben ons door gras en koeien om de tuin laten leiden. Wat wij vanuit de trein zagen was slechts décor, bedoeld om de overgang van land naar stad zo klein mogelijk te maken. Men houdt in Leiden blijkbaar van effect. Het is zeker, dat ze in dit opzicht volkomen geslaagd zijn. Alles wate enigszins met de boerderij verband houdt bleef beperkt tot de Veemarkt; maar die is dan ook groots en alom vermaard, voor het overige is de Sleutelstad een dergelijke, hard werkende en oer-Hollandse stad. Een vriendelijke jonkvrouw geeft al leen aan u de beste tips voor een bezoek aan de Sleutelstad. vroeger wel een andere naam heb- j ben gehad, het is een oude kerk zo- gezegd, hèè?" Wij konden dit slechts ronduit be amen. Üet is jammer, dat deze twee prachtige kerken him torens,, de uit- l eindelijke bekroning, missen. Nu steken zij als geweldige reuzen zon der hoofd boven hun omgeving uit. Het eigenaardige bouwsel aan het einde van het schip der Hooglandse kerk deed ons sterk denken aan de vroegere Klokhuistoren in Haarlem. Het zal wel dezelfde functie hebben- vermoeden wij. 1UIET dit al begon onze dag ten ein- de te spoeden. Wij waren uren achtereen in touw geweest en begon nen onze benen behoorlijk te voelen. Wat wij van Leiden te zien hebben gekregen was slechts een klein ge deelte, maar genoeg om de echte Leidse smaak te proeven. De indruk was algemeen doch goed. Wij hebben Leiden gezien in zijn schilderachtige aantrekkelijkheid en zijn gebreken, zoals iedere levende stad ze heeft. was reeds dankbaar gebruik gemaakt van de gelegenheid blijkens een laag je zand in de bak. Wij hebben de di rectie geprezen, maar geen gebruik gemaakt. Tijdens onze wandeling door Lei dens binnenstad is het meermalen voorgekomen, dat wij moesten over gaan tot het redden van het vege lijf. Als wij wilden uitwijken voor een ons tegemoetkomende dame moesten vij van het trottoir af, «en andere mogelijkheid bestond eenrou- Overpeinzingen op een brug van het stille Rapenburg. Maar wij hebben bovenal gemerkt dat Leiden geen saaie, naargeestige stad is, waar wij eerlijk gezegd wat bang voor waren, maar een plaats, waar het prettig is om te zijn. In het late zonlicht hebben wij nog even gezeten in het schitterend aan gelegde plantsoen rondom het stand beeld van de roemrijke burgemeester Van der Werf, een monument waar menige Nederlandse stad jaloers op mag zijn. Vanaf zijn voetstuk kijkt hij neer op de spelende kinderen en naar honden van bekende en onbe kende rassen, die over het sappig groen dartelen en rennen, ondanks het bordje: Verboden honden los te laten lopen. En hij herinnert ons aan wat.Leiden eens is geweest; geens zins de minste der steden. Wij lazen de woorden, gegrift in het steen: „Juich Holland, dat door Leidens moed Uw roem, Uw vrijheid zag behoed." A. J. PIETERS. Het station biedt voor een paar kwartjes de gehele wereld te koop aan. dig niet. De enkele malen, dat wij ons tot deze manoeuvre genoodzaakt zagen, voelden wij de gemotoriseer de dood langs ons heen snellen in de vorm van een auto of iets dergelijks. Op deze, niet spaarzaam gezaaide momenten vroegen wij ons in alle ernst af, of men zich in Leiden niet gedrongen voelde, iets aan de levens gevaarlijke situaties in de nauwe stra ten, waar twee trams elkaar kunnen passeren en meer niet, te doen. Lei den is een deftige oude dame, die uit haar bontjas is gegroeid, zij maakt de indruk niet zonder slag of stoot toe te willen geven aan de eisen van de moderne tijd. Toch zal dit moeten gebeuren en niet op lange ^jtr- mijn. Een oude kerk zogezegd OPVALT .F.ND was het kleine aantal toren dat Leiden bezit. Dit konden wij vooral constateren, toen wij op de Burcht stonden en ons ver lustigden in het panorama op de stad. Wij waaiden bijna van de oude sterkte af maar wisten ons toch te handhaven. In de blauwgrijze verte rustten de duinen en naar het noor den konden wij de koepelkerk van Lisse goed onderscheiden. Rondom I beneden ons zagen wij de weelde van prachtige bloesembomen waarachter j kleine huizen en buitengehangen I wasgoed schuil gingen. En dat in het j centrum van een drukke stad. Een i oase was het toegangspleintje tot de Burcht, een kleine brink onder twee enorme kastanjebomen met de adem van enige eeuwen terug. Hier betaal den wij ons dubbeltje entrée aan een man, die ons wist te vertellen, dat de Burcht gebouwd was aan de samen loop van de Oude en Nieuwe Rijn. Na ons verblijf op het rondeel kwam op het pleintje beneden een andere persoon op ons af, vragend: „Zoudt u graag de Burcht willen beklim men?" Wij antwoordden: „Wij komen er zo juist vanaf, maar we deden het graag." Bij de Hooglandse kerk, evenals de Pieterskerk een kathedrale bouw werk, hebben wjj iemand gevraagd hoe de kerk vroeger heette. Hij kon ions helaas geen nadere inlichtingen hieromtrent verstrekken. „Zij zal Haarlemmerstr. 123 - Leiden In onze speciaalzaak van religieuse artikelen vindt U o.m. 'n uitgebreide keuze in Zie ook onze etalage en show ruimte aan de Stille Mare. Advertentie DE WERELDOMROEP MAAKTE NIEUWE VORDERINGEN. Uit het heden verschenen jaarver slag 1956 van de Wereldomroep blijkt, dat in 1956 beslissende vorderingen zijn gemaakt voor wat betreft de stichting van een eigen studiogebouw. Op het ogenblik zijn de bouwwerk zaamheden aan de rand van Hilver sum zelfs .eeds begonnen. Het nieu we gebouw, zal worden aangepast aan de behoeften van het bedrijf; over bodigheid of duplicering wordt ver meden. Men rekent verder op samen werking met de binnenlandse om roep; derhalve wordt afgezien van het projecteren van grote muziekstu- dio's of andere kostbare voorzienin gen. In verband met de huidige situa tie in de bou„nijverhe.d zal de uit voering van het nieuwe gebouw in vier etappes worden uitgevoerd. Me de als gevolg daarvan zal de huisves- tingnood van de Wereldomroep voor lopig nog niet zijn opgeheven. De op zet van parallel lopende program ma's in het Nederlands en vreemde talen is na de gereedkoming van het nieuwe zenderpark praktisch niet te verwezenlijken, zonder dat ook het studiogebouw tenminste voor een be langrijk deel zal zijn voltooid. De beide nieuwe zenders van 100 kw beantwoorden aan de verwachtin gen. Voor een groot aantal luisteraars, vooral in Indonesië en aniere gebie den in het Verre Oosten, betekent dit feit een bijna revolutionaire verande ring in de ontvangstmogelijkheid. Toch belet de concurrente in de etl er en het storen van uitzendingen, nu reeds victorie te roepen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 13