In 1807 heeft Leiden al zijn kruit in
één keer verschoten
SiM
JBÊSb
mi
Schrikkelijk drama veru/oestte geheel stadsdeel
Uit brieven van ooggetuigen
ZATERDAG 5 JANUARI 1957
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
Maar legde grondslag voor park
en de Sint lodeu/i/kskerk
12 Januari 1807, Koppermaandag, geeft bet Rapenburg bij de Saaihal te
Leiden het rustige beeld van elke dag. Het is vier uur namiddag. De vroege
winteravond legt een grijze sluier over de deftige koopmanshuizen aan de
waterkant. Aan de kade drijft de schuit van Adan. van Schie op weg naar
Amsterdam met vier lasten vracht aan boord.
Een straatventer rijdt met zijn wagen over de brug; de lantaarn is al op,
zijn geroep: „schellevis, frisse schelvis", echoot weemoedig tegen de huizen
aan de geacht.
Om vijftien over vier deze middag echter wees het noodlot met zijn benige
vinger naar Leiden.
meerd lag tegenover het huis van ds
Broes op het Rapenburg tussen Koe-
poorts- en St. Jacobsgracht (thans
tegenover het Kam. Onnes laborato
rium) bleek 37.000 pond buskruit aan
boord te hebben en dit buskruit was
met één klap ontploft. De oorzaak
heeft men nimmer kunnen achter
halen.
Er was ook niemand, die het kon
navertellen. Vader en twee gebroe
ders Van Schie, die aan boord van
het schip waren, werden aan stukken
gereten. Een feestend gezelschap ten
huize van de familie Van Struick
werd uit elkaar geslagen. Allen kwa
men om; op de dienstbode na, die
enige tientallen meters verder onder
het puin van huizen aan het Rapen
burg vandaan werd gehaald.
,0 God", zo tekenden de ge
schiedschrijvers uit haar mond
op, „ach dat ik maar onder de
doden gebleven was".
De verschrikkingen van Leiden
op dit moment zijn te vergelijken
met de verwarring na een atoom
explosie. Men begrijpt, welke con
sternatie deze ramp in die tijd in
Leiden, in Nederland en zelfs over
de gehele wereld teweeg bracht.
KONING LODEU/IJK
VOL MEDEDOGEN
Een hevige explosie verscheurde
de rust van het middaguur. Een
steekvlam laaide op tot aan de grau
we wolken. In één minuut tijds was
het deftige welvarende Rapenburg
op de plaats, waar thans het Van der
Werffpark, het Kamerlingh Onnes-
laboratorium en andere gebouwen
zijn gelegen, in een verschrikkelijke
ruïne herschapen. Slechts gekraak
van instortende huizen en gekerm
van slachtoffers werd gehoord.
Ter plaatse waar het vaartuig
gelegen had, (men kan nu nog
een gedenksteen in de wal zien)
voor de huizen van de Utrechtse
emeritus-hoogleraar Rau jr, wer
den wal en straat tot aan de hui
zen weggeslagen, terwijl het Ra
penburg tussen de beide bruggen
voor een ogenblik droog werd
gelegd en het water met grote
kracht over de ruïnes gesmeten
werd.
Leiden had zijn grootste ramp van
vele eeuwen be'-efd.
Het schip, dat zo onschuldig ge-
Het rustige Ra
penburg, zoals het
er vóór de ramp
uitzag. Dit was
een zeer achtbaar
en deftig gedeelte
van Leiden, dat
onderdak bood
aan vele patriciërs
van dc stad.
De courantiers in die dagen deden
hun werk met een hartstochtelijk
gemoed. Indien men nu hun geschrif
ten leest met de literair hoogstaande
exclamaties tussen de berichtgeving
TT door, kan men een glimlach niet on-
Honderden burgers werden onder derdrukken. Al spoedig stuurden uit.
Paniek.
het puin bedolven, kinderen in
Joodse school, de departementale
school, mannen, vrouwen en kinde
ren4 in de huizen. De paniek was vol
komen. De brandweer en politie wa
ren niet op zulke rampen berekend.
Het duurde enige tijd voor doeltref
fende hulp werd geboden. Huizen
vlogen na de ineenstorting in brand.
Op zeker vier plaatsen was een vuur
haard ontstaan.
Geruchten.
In de eerste vlugschriften,
door handige drukkers, die er
brood in zagen, werden ver
spreid, kon men lezen, dat zeker
tweehonderd gezinnen onder het
puin waren bedolven. Men
schreef, dat één derde van Leiden
verwoest was, dat de beschrij
ving van de hel door Dante nog
kinderspel was bij deze gruwe
lijke werkelijkheid.
150 JAAR OUD
DRAMA
Zaterdag 12 januari a.s. is het
150 jaar geleden, dat door een
grandioze buskruitontploffing in
het Rapenburg de huizen aan
weerszijden van de gracht met
één zucht werden weggeblazen.
Stukken van het kruitschip, dat
gemeerd lag tegenover het hui
dige Kamerlingh Onnes-laborato-
rium werden in de Hortus terug
gevonden.
In bijgaand artikel leest u meer
over het grootste drama, dat Lei
den ooit heeft beleefd.
gevers hun beste tekenaars naar de
ramp om de gebeurtenissen vóór, tij
dens en na de ramp met een fantasie
rijke tekenstift op het papier vast te
leggen. De fotografie moest nog uit
gevonden worden, maar de nieuws-
hongerige menigte in geheel het land
werd van uur tot uur bevredigd.
151 Doden.
Maar ook de ware feiten, die iater
werden vastgelegd zijn hard genoeg-
151 Doden waren geborgen; onder
hen waren hoogleraren en vooraan
staande burgers van Leiden.
De verwoesting strekte zich uit
over een groot gedeelte van het Ra
penburg links en 'rechts van het
Steenschuur: sporen van de ontplof
fing tot het Noordeinde, ravages aan
de Koepoortsgracht, de Vliet, Celle-
broersgracht, St. Jacobsgracht, Le
vendaal, Hogewoerd, Nieuwsteeg,
Herensteeg, Kloksteeg, ja zelfs tot de
Herengracht en de Haarlemmer
straat. De St. Pieterskerk, de Hoog
landse kerk en het Stadhuis werden
zwaar beschadigd.
De explosie werd gehoord in Rot
terdam, Amsterdam en verder. Merk
waardig is echter, dat in verschillen
de plaatsen in de omgeving van Lei
den géén slag gehoord werd. Ook la
ter heeft men met hevige explosies
de ervaring opgedaan, dat het geluid
van de ontploffing in een kleine cir
kel rondom de kern niet gehoord
wordt.
Zei u iets, te Water?
Ook in Leiden was de slag niet
zo zwaar. Sommigen dachten dat
het kruithuis op de Vest bij de
Koepoort in de lucht was gevlo
gen. De hoogleraar, Jona Willem
te Water, die verder op het Ra
penburg woonde, zat tegenover
zijn stokdove vrouw. Toen zij
iets van de slag meende te ho
ren vroeg zij haar echtgenoot:
„Zei u iets tg Water?"
Om half negen in de avond
van deze rampzalige dag kwam
koning Lodewyk Napoleon naar
de plaats des onheils. Hij werd
op de voet gevolgd door teke
naars, die de meest dramatische
scènes van schreiende moeders,
die weenden bij het lijk van hun
kind, in hun schetsboek vast
legden.
Zij waren de voorgangers van de
persfotografen, aan hen danken wij
het, dat we thans van de verschrik
kingen van deze ramp een duidelijk
beeld hebben gekregen.
Lodewijk Napoleon werd diep ge
roerd door de ellende. Hij bleef tot
half zes in de morgen de leiding ge
ven aan het bergingswerk en loofde
een beloning uit van tien ducaten
52.—), aan eenieder, die er in
slaagde een slachtoffer levend van
onder het puin te bevrijden.
Koning Lodewijk heeft zich na
deze ramp van zijn hartelijkste zijde
doen kennen. Hij gaf hoge bedragen
tot leniging van de nood onder de
slachtoffers. Ook de burgerij van
Leiden toonde haar diep meegevoel
door hoge bijdragen; sommen gelds
stroomden uit het geheel land binnen.
Op de puinhopen hebben vele Leide-
naars zich ware helden getoond er
waren helaas ook plunderaars bij
het zoeken naar overlevenden onder
het puin, en dit waarlijk niet om de
premie te bemachtigen. Velen wei
gerden de beloning. Dit is één van
de gunstige zijden van deze ramp ge
weest, zoals er ook andere waren. De
woonhuizen zijn nimmer herbouwd,
maar Leiden ontving een lommerrijk
Van der Werffpark terug. En de Saai
hal werd geheel hersteld en inge
richt als Rooms Katholieke kerk.
Guidici, de beroemde Italiaanse ar
chitect, restaureerde en /ergrootte
de kerk tot wat thans de St. Lode-
wijkskerk is.
Zo werden de woorden van Berk-
hey een van de vele dichters die
door dit dramatisch gebeuren wer
den aangeblazen bewaarheid:
Het is met mij nog niet gedaan,
ik zal herbouwd nog blijven
staan.
Mijn klingeling en klokkespel,
Zal benglen: 't ga mijn Leyden
wel...
misschien wordt ik een Christen
kerk.
De verschrikking van de ramp op
het moment van de ontploffing.
Het Rapenburg in
de avond na de
ramp.
Koning Lodewijk
Napoleon nam zelf
de leiding over het
reddingswerk;
u ziet hem rechts
op de gravure.
14 januari.
Wij leven allen en zijn niet gebles
seerd en hebben dus wel reden om
dankbaar te zijn. 't Ziet er hier aller
ellendigst uit: de hele stad geruïneerd
en de beste vrienden zijn dood of
vermistwelk een situatie, O God!
18 januari.
Mijn huis is geruïfieerd en onbe
woonbaar. Mijn oudste meisje was in
de zijkamer en viel op het ogenblik
op de grond; zij is aan haaf linkeroog
gekwetst Ik betreur hartelijk
mijn lieve vriendin Bennet, die mede
onder de slachtoffers is.
W. J. van Noort aan P. v. Winter:
Mijn vrouw is ernstig aan het
hoofd gekwetst en ik ben getroffen
bij het rechteroog. De ruïne van mijn
huis heb ik voor f 6000 aan een sloper
verkocht.
25 januari.
Muntendam is gered na min
stens vijf uren onder het puin gelegen
te hebben; doch er is bij ons geen
twijfel, dat ons kind met de gevel
niet ogenblikkelijk haare natuurlijke
overgang zoude hebben ondergaan.
Ons jongste kind Ceesje was schuins
over de woning op school bij de heer
Verburg, die met zijn vrouw en ten
minste vier kinderen onder de gehele
instorting van zijn huis de dood vond.
Het was speeltijd en ons kind was
met een ander in de binnenkamer bij
een kachel; zij gloeiden de pook om
in een houtje een gaatje te branden.
De slag en het instorten was op het
ogenblik, dat hij de pook op het
houtje zette. Zij werden beiden naar
binnen de schoorsteen op elkander
geslagen. Zij kwamen Godlof bij
kennis en het kermen horend zeide
het makkertje: Och mijn God, nu ben
ik de oorzaak dat alle mensen sterven,
denkend het geval door de gloeiende
pook veroorzaakt te hebben.
IN EEN JAAR...
hééft Ucjemiddeld^A
6,5millioen woorden
qesproken
(Wit)
heeft U totaal ca 122 5
dagen geslapen
h^^^^^^en^es-
talie geleverd gelijk aan
de^rachf van 205 loco-
hel schoonmaken van
haar huis totaal een
klein dorp ^ereiniod
heeft Uw bloed totaal
een afstand afgelegd
gelijkaan 2,5* om de
aarde
in
haarhuis ca.8000-
10.000 km. afgelegd
heeft Uw lichaam tolaa
een hoeveelheid warmte
afgegeven voldoende om
ca. 9000 liter water
aan de kook te bre noen
dagen dekrant geleze»