televisie Leióen uit óe Lucht c,ec,Repen in 1578 HET ST. CATHARINAOASTHUIS AAN DE BREESTRAAT LlGT Voet Leidse universiteit protesteert tegen nieuwe verlichting Rapenburg Petitie aan de Kroon om het raads besluit te vernietigen FOTO Foto-ciné OPRUIMING Jan Wolfslag Géén „verboden toegang" voor toekomstige bewoners f f ZATERDAG 29 DECEMBER 1956 DE LEIDSE COURANT - PAGINA 4 DOVENSTAANDE reproductie van de kaart van Liefrinck wordt bijna geheel ingenomen door het St. Catharinagasthuis. De oude stad Leiden was, voordat de eerste uitbreiding van 1294 plaats had, verdeeld1 in 4 delen. Deze delen kwamen saimen bij de blauwe steen, die nog aanwezig is in. het midden van de Breestraat (op de hoogte van de Maarsmansteeg). Het vierendeel, waarin het St. Catharinagasthuis was gelegen, was genoemd het Gasthuis- vierendeel. Dit gasthuis aanvankelijk aan geduid als „gasthuijs in Sinte Pieters. prochie" herinnert aan de kerke lijke toestand in Leiden. In de 13e eeuw was er slechts één parochie, n.l. van St. Pieter, waarvan de Pieters kerk het middelpunt was. Het St. Catharinagasthuis is ge sticht vóór 1276; de 30e dec. van dat jaar werd de kapel gewijd door wij bisschop Petrus van Zuden. De 25e maart van dit jaar had paus Irmocen- tius V zijn goedkeuring gegeven om een kapelaan aan deze kapel te ver binden. Er zijn oude stukken, die ervoor pleiten, dat het gasthuis in oorsprong door particulier initiatief is ontstaan. De F aim. Van Steenvoorde zou hun huis en hof aan de grote straat Breestraat) daarvoor hebben afge staan. Bewezen is dit evenwel niet. Al heel vroeg berust het toezicht in handen van het stedelijk bestuur; in 1293 komen de „gasthuisberaders" later „gasthui smeesters" genoemd, voor. IN de acte van paus Innocentius V van 25 maart 1276 wordt gespro ken van „hospitale pauperum". In deze woorden is het doel van het gasthuis uitgedrukt, n.l. een onderdak geven aan arme zwervers, toenmaals de schrik voor boer en stedeling, want deze mensen zwierven als be delaars rond in groten getale op het platteland en in de stad. Een eerste poging van sociale zorg was deze mensen onderdak en voed sel te verlenen. Zij mochten slechts 1 a 2 nachten blijven en dan weer verder trekken. De sociale zorg werd door de Kerk zeer in de hand ge werkt. Een maatschappelijk belang werd gediend, omdat deze mensen 's nachts geen gevaar opleverden. Deze vorm van armenzorg heeft be staan, totdat de humanistische denk beelden in het begin van de 16e eeuw hierin verandering brachten. Van onderdak voor bedelaars is uit dit „hospitale pauperum" een zieken huis gegroeid. GANGETJE 12 Er was een grote ziekenzaal, die aan de Breestraat lag. Aan de wanden, achter tralie- of rasterwerk, waren bedsteden voor de zieken gemaakt. Voor de patiënten, die niet naar de mis, die in de aangrenzende kapel werd gecelebreerd, konden gaan, was een altaar in de ziekenzaal aanwezig. In de kapel waren twee altaren, één zeer kostbaar versierd altaar van O. L. Vrouw, een ander gewijd aan de H. Catharina. STEEDS meer uitbreidingen waren nodig, want behalve ziekenhuis, was het gasthuis vóór 1388 al prove niershuis. De naam zegt, dat men zich kon in kopen, om zijn leven er te slijten tot aan de laatste ademtocht. Bovendien heeft men een tijdlang wezen opgenomen, die wegens hun lichamelijke of geestelijke toestand niet in het bestaande weeshuis pas ten. Steeds groter uitbreidingen wa ren nodig geweest o:n de groeiende taak te kunnen vervullen.. In het begin van de 16e eeuw be sloeg het gasthuis een terrein, be grensd door Breestraat, Aalmarkt, Vrouwesteeg en Mandenmakersteeg, eertijds „Craensteeg" genoemd, om dat zij leidde naar der „Stede Craen", die zich onmiddellijk aan de N. Rijn bevond voor het uitladen of overla den van goederen, die per schip wer den aangevoerd. Dit terrein werd dus ingenomen door het gasthuis, de kapel en ook nog een kerkhof, dat in 1421 was ge wijd. Op het plaatje is dit kerkhof, dat aan de zijde van de Mandenmaker- steeg lag, reeds verdwenen. In 1779 verkeerde de financiën en dientengevolge de exploitatie van het gasthuis al in zeer slechte toe stand. De Administratieve Municipa- liteit van Leiden kwam bij besluit van 12 mei 1799 tot opheffing van deze eertijds zo nuttige instelling. De kapel (met vernieuwde voorgevel) is thans in gebruik als kerk van de Waalse gemeente. Mr. A. J. VERSPRILLE. Ditmaal staat niet het moderne gedeelte van Leiden uitbreidingsplan nen, woningbouw, e.d. in het centrum der belangstelling, doch een der oudste gedeelten van de stad, namelijk het Rapenburg. Een Frans ambas sadeur aan het Nederlandse hof heeft deze gracht eens een der schoonste singels van Europa genoemd, en reeds eeuwen geleden, toen de huisjes er nog klein en laag waren, toen de wallekanten nog waren begroeid met gras en rietkragen, was het „Raepenborch" reeds een plekje, waar het goed wonen en aangenaam wandelen was. dat deze gestroomlijnde en typisch moderne lamp volkomen uit de toon valt bij de merendeels oude behuizingen langs deze gracht. Nu is men zo onhandig of handig geweest, de proeflantaarn te plaat sen op een plek, die niet direct uitmunt door schoonheid uit ver gane eeuwen. Immers daar vlakbij bevindt zich o.m. het wel zeer moderne hofje Spronck van Hooghmade, waarbij de proeflantaarn het inderdaad niet zo slecht doet, doch wie over een klein beetje voorstellingsvermogen be schikt, zal zich kunnen indenken, dat een dergelijke 20ste eeuwse licht bron bijvoorbeeld bij het stok oude, vergrijsde academiegebouw al leen maar lelijk uit de toon valt. Universiteit protesteert. Een protest komt niet van de Ver eniging „Oud Leiden". Volgens deze vereniging kan zij zich slechts neer leggen bij een besluit, dat langs de mocratische wijze tot stand is geko men. De universiteit denkt daar anders over. Immers behoren tal van ge bouwen langs het Rapenburg niet direct of indirect tot de eerbiedwaar dige Alma Mater? Denken wij slechts aan het universiteitsgebouw, het Snouck Hurgronjehuis, de Biblio- theca Thyciana, het gebouw van de V.V.S.L., de Modderman-Stichting, de Universiteitsbibliotheek, het Oos ters Instituut, het Museum van Oud heden, het Prytaneum. En bijna alle bewoners van het Rapenburg een 175 stuks heb ben zich bij het protest aangesloten. Passende verlichting. Het Collegium van het Leidsch Stu denten Corps is verder gegaan, en is gaan uitzien naar een passender verbetering dan door de vroede va deren aangenomen. Het heeft zijn licht opgestoken in een andere oude universiteitsstad, namelijk Utrecht. Experiment met andere lantaarn Omstreeks 1200 lag het zich lang zaam ontwikkelende Leiden beslo ten binnen de veilige omarming van de Nieuwe Rijn enerzijds en de ves tinggracht Rapenburg-Steenschuur aan de andere kant. Dit romantische stukje van de Uni versiteitsstad, zo hoort men van ver schillende zijden, wordt bedreigd met ontluistering, met medewerking van hogerhand. En Leiden zou Leiden niet zijn, als het daartegen niet krach tig protesteerde. Begin dit jaar nam de gemeente raad van Leiden het besluit om de hedendaagse verlichting van het Rapenburg door een andere, een betere te vervangen, die meer zal voldoen aan de eisen van verkeer en rendabele verlichtingsexploita- toe. Besloten werd de oude gaslan taarns te vervangen door moderne re lichtmasten met TL-armaturen van Duits fabrikaat. Het materiaal is reeds besteld en, naar de directie van de Stedelijke Lichtfabrieken meedeelde, reeds on derweg. Begin januari hoopt men te beginnen met het aanbrengen van de nieuwe verlichting. Vernietiging raadsbesluit? Hoe zal deze nieuwe verlichting er uit zien? De gemeenteraad was er wel tevreden mee, maar in univer sitaire kringen denkt men daar an ders over. Daar betoogt men het vol gende: Men kan er enigszins idee van krij gen, wanneer men het proefexem plaar, dat sinds een jaar zijn licht doet schijnen vóór pand Rapenburg 131. En men behoeft waarlijk geen kunstenaar of kunsthistoricus te zijn, om aan te voelen, zo stelt men, Op de Oude Gracht aldaar het Utrechtse Rapenburg, zouden we kun nen zeggen, is eveneens een nieuwe, moderne verlichting aangebracht, doch deze, althans volgens het Colle gium, past geheel bij de sfeer van dit oude stadsgedeelte. En om de Lei- denaars te overtuigen dat een der gelijke verlichting het op het Rapen burg eveneens uitstekend zal doen, wordt volgende week woensdag een dergelijke lantaarn als proefexem plaar neergezet in-de tuin van de Universiteitsbibliotheek, Rapenburg 74, zodat een ieder met eigen ogen kan zien dat het anders kan dan de gemeente zich heeft voorgenomen. Daarnaast heeft men een petitie aan de koningin gericht, die bij dit artikel wordt afgedrukt. WOENSDAG 2 JANUARI A.S. 9 uur BREESTRAAT 123 t/o het Stadhuis. Voormalig NZH'kantoor Leiden wordt woonhuis Reizigers met de trams en bus sen van de N.Z.H. kennen zonder twijfel het kantoorgebouwtje, dr I gelegen is bij de remise aan d i Rijnsburgerweg te Leiden. Het kantoor is in onbruik geraakt, om dat de gehele administratie van de N.Z.H.V.M. naar het nieuwe ge bouw aan het Stationsplein is over gebracht. Men kan begrijpen, dat in deze tijd van woningnood de slopersha mer er nog niet aan te pas is geko men. De kwaliteit is nog prima en DE INHOUD VAN DE PETITIE Aan Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden geven met de meeste eerbied te kennen Prof. dr. P. A. H. de Boer, Rector Magnificus der Rijksuniversiteit te Leiden; Prof. jhr. mr. W. J. M. van Eysinga, voorzitter van de Universi teitsraad; Mr. E. E. Meuten, voorzitter van het Leidse Universiteits-Fonds; Mr. K. P. van der Mandele, Praeses der Reünisten van het Leidsch Stu denten Corps; het Leidsch Studenten Corps; de Vereeniging van Vrouwe lijke Studenten te Leiden; Dr. A. Kessen, Directeur-Bibliothecaris van de Rijksuniversiteit te Leiden; Mr. Ph. J. de Ruyter de Wildt, voorzitter van de 3 October Vereeniging; Mr. S. P. Baron Bentinck, voorzitter van de Bond Heemschut; C. J. Schaarden burg, Directeur Koninklijke Neder landse Touristen Bond A.N.W.B., ten deze domicilie kiezend Breestraat 48 te Leiflen, dat in de Vergadering van de Ge- ■>aeenteraad van Leiden, gehouden op dinsdag 7 augustus x956, een voorstel van Buigemeester en Wethouders is aangenomen om de openbare verlich ting vun het Rapenburg, het Steen- schuur en het Van der Werffpark, welke; een gasverlichting is, door een elektrische verlichting te vervangen (no. 2sM: Verbetering van de bestra ling van het Rapenburg westzijde, en van de verlichting van het Rapenburg en omgeving) met dien verstande, dat ook de lantaarnpalen zelf zullen worden verwisseld voor een daartoe speciaal ontworpen lantaarntype waarin z.g. TL-buizen zijn aange bracht; dat dit besluit ten zeerste wordt betreurd; dat, indien het besluit van de Ge meenteraad om lantaarnpalen van het gekozen ontwerp te plaatsen, uit gevoerd wordtde uitgesproken lelijk heid van het nieuwe type lantaarn paal de klassieke schoonheid van het Rapenburg zal bederven; 1 dat het uiterlijke aanzien van hei Rapenburg, waaraan onder meer de Rijksuniversiteit is gelegen, niet een j aangelegenheid is slechts van plaat selijk belang, hetgeen mede hier- uit blijkt, dat vanwege het Rijk en de Provincie aanzienlijke bedra gen worden verleend om de panden langs dit water in goede staat te brengen of te houden; dat het dan ook strijdig moet wor den geacht met het algemeen belang, indien ten aanzien van dit stuk uniek stadsschoon maatregelen worden ge nomen, die aan het karakter en de sfeer daarvan onherstelbare schade zullen berokkenen; dat hierbij gevoegd zijn de hand tekeningen van bewoners van het Rapenburg, die hiermede hun adhae- sie met deze petitie betuigen. Redenen waarom ondergetekenden Uwe Majesteit eerbiedig verzoeken het besluit tot vervanging van de thans bestaande verlichting te ver nietigen wegens strijd met het alge meen belang. Hetwelk doende, enz. (Volgen de hierboven genoemde namen en functies daarom heeft de directie van de N.Z.H. besloten om het kantoor .ls woonhuis in te richten. Twee woningen worden ingericht. De aannemer Leo Zitman te Leiden heeft in de voormalige kantoor ruimte enige muren aangebracht en het geheel zodanig veranderd, dat over twee weken waarschijnlijk de bewoners: twee chauffeurs van de maatschappij, die nog met hun toe komstige echtgenoten in het huwe lijksbootje moet stappen, het huis kunnen betrekken. Ruime woningen. Zij krijgen een woning, waar elk jong echtpaar van zou likkebaarden: een ruime kamer met prachtig uit zicht op de Rijnsburgerweg of het viaduct, twee slaapkamers, een keu ken een hall en de nodige hokjes, kasten en bergruimten, die voorts bij een huis horen. De ingang van de twee woningen zijn aan de vóór- en achterzijde. De foto laat zien hoe het opschrift: verboden toegang, op de deur die doorgang verleent, naar de keuken wordt verwijderd. Géén verboden toegang meer voor de gelukkige toe komstige bewoners. BEPERKTE DIENSTREGELING N.Z.H.V.M. Op Oudejaarsavond zal er op de trajecten HaarlemLeiden v.v., Lei denNoordwijkerhout v.v. en Lei denLeiderdorp na 9 uur een be perkte dienstregeling gelden. Op de aanplakbiljetten zijn de tijden aan gegeven. Diploma-zwemmen in „Overdekte" Voor het diploma-zwemmen in „De Overdekte" te Leiden zijn de volgen de leerlingen geslaagd: Meisjes A: Lieke de Jong; Greta Beintema; Loes Fontein; Jan ja Paauw. Lida Wylager; Paiulien Fontein; Dol ly Gaykema; Nelly v. d. Schinkel; Anneke Boijs. Meisjes B: Nelly Ravenslbergen; Jacquelien de Rooy; Dineke v. d. Han del; Henny Heemskerk. Freek Sta ver man. Jongens A: Leo v. Vuuren; Jan Karei Querido; Wim de Jong; Jozef Vink; Jan Ja'3p Weve. Jongens B: Johny Kempeneers; Rinus de Voogd der Straaten; Dolf die Voogd der Straaten; Ton v. Werk hoven; Rien Oudeman. Rob Jansen. de nieuwe lantaarn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 6