ru ET HUIS DINSDAG, WOENSDAG EN DONDERDAG I Slechts 3 dagen kunt U profiteren van deze bijzondere aanbieding: Hoogst modieuze wintermantels, mantels die uitzonderlijk zijn door hun model, kleur, en kwaliteit VROOM a DREESMAAA MAANDAG 10 DECEMBER 1956 DE LEIDSE COURANT door ALAN SULLIVAN. 44). Hij keek om zich heen. Bunny lach te met Sir Joshua, ze schenen dikke vrienden, Anthea neuriede tegen haan* beminde de jeugd sprak niet de jeugd. Wat kan hun Absalom sche len dacht Dimitri dof. Hij zag zich zelf wegglijden steeds sneller. „Hetis té vreselijk. Ze moeten toestemmen. En jij, Sara jij ver keert in hetzelfde geval Ze antwoordde niet dadelijk, en hij zag haar naar Sir Joshua kijken met een uitdrukking, die hij nog nimmer in haar ogen gezien had. Hij begon te begrijpen. Deze vrouw beminde en wist zich bemind. Dimitri voelde zich hulpeloos. Hij hoorde haar zachie atem: „Ik ben tevreden. Och Paul, ik ben het moe om in leven gehouden te Mrorden". „Weet Absalom het al?", stamelde hy. „Hij wacht nog op hun antwoord". „Dan ga ik naar Monk's Mount te rug om met hem te spreken". „Nutteloos, Paul, zoals je heel goed weet. Ik zou willen, dat je de zaak van mijn standpunt bezag. Morgen of overmorgen zal Anthea weigeren te trouwen, omdat ze te veel van de jongen houdt om hem onder die voor waarden te nemen. Ze heeft hem al verzocht heen te gaan, maar hij wei gerde. Ze wil Absalom paaien met het aanbod, een andere man te trou wen, die hij mag uitzoeken, en dat is het offer dat ze jou en mij en de an deren brengt. Maar Absalom zal niet toestemmen; hij houdt niet van een compromis en zal eenvoudig ophou den iemand te helpen". Ze zei het kalm. Dimitri keek weer naar Sir Joshua en begon zijn eigen jaloezie tijdens het diner te begrijpen. Die man had niets te vrezen. Hij keek de weelderige kamer rond. Hij genoot van mooie dingen, hield van goede muziek, uitgaan en de ge noeglijke routine, waaruit het leven van heel rijke en heel ontwikkelde mensen bestaat. Hij vond die dingen aantrekkelijker dan lastige idealen en zelfsdicipline. Nu was hij in staat zich in het onvermijdelijke te schik ken. „Meer kun je me dus niet zeggen?", vroeg hij moeizaam. „Nee, Paul, en het was hard je dit te moeten vertellen; maar ik kon je niet naar Boekarest laten teruggaan in de overtuiging „Dat de zon hoog aan de hemel stond, terwijl ze op het punt is onder te gaan?" „Zo iets. Wil je nu een heldendaad doen en vierde man zijn?" De donkere ogen glansden plotseling trots en uitdagend. Hij richtte zich fier op en ze zag op zijn gelaat de aangeboren moed van zijn voorouders weerspiegeld. „Sara, er is geen tweede vrouw zo als jij. Laten we bridge spelen en ik zal zien", voegde hij met een glim lach eraan toe, „dat ik vanavond al thans het spel win". Ze lachte tegen, hem en weldra vormde zich een groepje om de haard. Hector praatte met Sir Joshua, toen de butler verscheen en zijn meeste res vragend aankeek. „Telefoonbericht voor mr. Court, mevrouw." Hector keek verbaasd op: „Voor mb'?" „Complimenten van meneer Absa lom, meneer, en of u en juffrouw Dar- vill meteen per auto thuiskomt". EiLFDE HOOFDSTUK ABSALOM VERNEEMT HET ANTWOORD. Heb je het wel goed verstaan, Jer- vis?'V vroeg mrs. Baxter onvast. „Zeker, mevrouw. Meneer is nog aan de telefoon". „Ik ik zal hem zeggen, dat we dadelijk komen", zei Anthea met een zwak stemmetje en verdween. Wël- dra kwam ze terug erin slagend om alleen maar teleurgesteld te kjjken. „Wat jammer", zei ze. „Ik vroeg hem om nog één dag, maar hij wilde er niet van horen. Ik vrees, dat ik een strenge stiefvader heb", glimlachte ze tegen Sir Joshua. De rest zweeg. Het was alsof Ab salom wist wat er gebeurde en uit Monk's Mount een kille hand uit strekte om te kennen te geven, dat hij zich niet op zij liet schuiven. Bunny viel het op, dat niemand aan weigeren scheen te denken. Zelfs Hector was gedwee. Dimitri keek even verbaasd als de rest, maar te vens ietwat voldaan. Wat had dit te betekenen? Eén ding wist Bunny ze ker; deze oproep was het onmiddellijk gevolg van zijn eigen bezoek aan Monk's Mount. Mrs Baxter was met Anthea ver dwenen; hij volgde Hector de kamer uit. „Hoor eens, Hec, het zijn mijn za ken niet in aanmerking genomen wat je gister gezegd hebt maar kan ik je niet in iets helpen?" Hector, zijn bagage in de koffer proppend, schudde het hoofd. „Nee, dank je, jongen, dat zou het slechts erger maken. Zij en ik moeten het alleen afdoen". Bunny voelde zich erg schuldig maar achtte het beter, zijn mond te houden, Hector moest in staat zijn te zweren, dat hij niets van de indrin ger afwist. „Zal ik je met mijn wagen bren gen?" „Nee, dank je". Dimitri leek opgewonden en mrs. Baxter, die wist wat het tweetal wachtte, bedwong zich slechts met moeite. „Het spijt me, dat jullie wegmoeten. Kom een volgende keer wat langer". Ze kuste Anthea, drukte Hector de hand. „Veel geluk. Rijd over Barnet net zoals we gekomen zijn". „En denk aan je belofte Boe karest!", zei Dimitri. Hector wierp hem een vreemde blik toe. „Ik zal het niet vergeten, graaf". De auto gleed weg. Mrs. Baxter zuchtte. „Zullen we een partijtje brid ge spelen, Paul?" „Het spijt me erg, moeder B.", zei Bunny haastig, „maar ik kan niet langer blijven. Ik heb nog een af spraak". Hij wierp haar een veelbe tekenende blik toe. Ze begreep niet, wat hij bedoelde, maar glimlachte goedhartig. „Jongelui zijn in Londen tegen woordig zo gezocht, Paul, dat ze hun avonden moeten verdelen. Goed, hoor Bunny, ik zal niet vragen hoe ze heet". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 10