Wie puzzelt mee
In de Krantentuin
DESPOKENJAGE
Aetherklanken
IN EN OM HET
HEIDEHUIS
ZATERDAG 27 OKTOBER 1956
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 9
Horizontaal: 1. koorddanser, 7.
schuldbekentenis, orderbriefje, 14.
gemeenschappelijke weide, 16. braak
land, onbebouwde grond, 17. voorzet
sel, 19. keurig, 20. wereldtaal, 22.
lichaamsdeel, 23. lidwoord, 24. ver
legen, 26. voorzitter, 29. soort café,
30. tegenstelling van arm, 32. bier
soort, 33. priem, 34. bakje, 36. vast,
stevig, 38. statiekoets, 40. knaagdier,
42. spil van een wiel, 44. stuk hout,
?6. mens, 47. lipbloemige plant, 48.
water in Friesland, 49. verloren, weg,
50. pers. voornaamwoord, 51. muziek,
noot, 52. gem. in Drente, 53. oude
lengtemaat, 54. tevens, 56. tam, 58.
gesloten, 60. voornaamwoord, 61. wit
linnen speekseldoekje, 62. lengtemaat,
64. dromerig, 66. linie, 67. zoon van
Noë, 68. kever, 70. levensvocht in or
ganische lichamen, 72. heks, 73. sein
gever van een spoorwegbeamte, stok
met ronde schijf, 76. vod, 78. over
blijfsel bij verbranding, 79. aanwij
zend voornaamwoord, 80. pret, 81.
draaiende kap boven op een schoor
steen, 83. lidwoord (Fr.), 84. voor
werp om te malen, 86. koord met
nestel, 88. bevordering tot hogere
rang, 89. stad in Finland.
Verticaal: 1. meisjesnaam, 2. maan
stand, 3. eerste boek van Mozes (afk.),
4. sluw, 5. tussen (Fr.), 6. muzieknoot
(verouderd), 8. eerwaarde heer (afk.
Lat.), 9. staande vrouwenfiguur met
opgeheven armen biddende, 10. altijd
groene heester, 11. water in Utrecht,
12. stoomschip (afk.), 13. wild zwijn,
15. vaarwel, 18. schijn, voorkomen,
20. de leer en godsdienst van Mo
hammed, 21. concertzaal, 23. water
kering, 25. buis, 27. eikenschors, 28.
boom, 29. platvis, 31. hoenderachtige
vogel, 34. een soort van vledermuis,
35. kleine en mooie antilope, 37. mu
zieknoot, 39. smal tuin- of bloembed,
40. reeks, 41. krijgsmacht, 43. muziek,
noot, 45. niet harde slag, 47. voor
zetsel, 48. arbeidseenheid, 55. voeg
woord, 56. rivier in O. Pruisen, 57.
metalen vaatwerk, 59. rund, 61. hak-
werktuig, 62. maand van het jaar, 63,
cilindervormig voorwerp, 65. mode
pop, 66. katachtig roofdier, 67. hou
ten slagerspin, 69. voorschrift, 71.
stronkje, 72. in zee uitlopend geberg
te, 73. graanelevator, 74. kleefmiddel,
75. onbep. voornaamwoord, 77. land
schap op de o.-kust van Sumatra, 79.
traag van begrip, 82. steen, 84. soort
onderwijs (afk.), 85. afkorting van
nikkel, 86. votre excellence (afk.),
87. pauselijke encycliek (afk.).
Onder de inzenders van een goede
'oplossing, welke oplossingen tot en
met donderdag door de puzzleredak-
tie worden ingewacht, worden deze
week weer verloot een taart, een
sieraad en een boek.
OPLOSSING VAN VORIGE WEEK.
Horizontaal: 1. ore, 4. via, 6. alp,
8. Eest, 11. tobbe, 13. lel, 14. rente,
16. Ares, 16. item, 20. passer, 23.
iemand, 26. anti, 27. garen, 30. ende,
31. Oss, 33. pro, 34. Epe, 36. tamboer,
40. dra, 43. borrel, 45. noveen, 47.
open, 49. odol, 59. greep, 52/ido, 53.
sabel, 56. ets, 57. elk, 58. kat, 59. alk.
Verticaal: 1. Ot, 2. roman, 3. eb, 4.
Vere, 5. als, 6. Ali, 7. pree, 8. en, 9.
stand, 10. te, 12. basis, 15. emmer,
17. erg, 19. tin, 20. pa, 21. stoer, 22.
er, 24. anode, 25. de, 28. alm, 29. ego,
32. steppe, 33. proost, 34. eb, 35.
poort, 37. ale, 38. bij, 39. end, 41.
rebel, 42. An, 44. roe, 46. vla, 48. nik,
49. ook, 50. ge, 51. ba, 55. L.K.
Vrouwe Fortuna kwam deze week
op bezoek bij mej. Ria Houps, Banka-
straat 8 te Leiden, die een taart zal
ontvangen, bij mevr. J. Hij dra, Kerk-
pad 8 te Langeraar die een sieraad
zal toegestuurd krijgen. Ook mevrouw
S, H. J. Overdevest-la Rivière, de Sit-
terlaan 87 te Leiden behoort tot de
gelukkigen. Zij krijgt een boek.
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 NCRV. 8.30 IKOR. 9.30 KRO.
17 00 NCRV. 19.45—24.00 KRO.
8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Or-
gelconc. 8.30 Lutherse vroegdienst
9.30 Nieuws. 9.45 Gram. 9.55 Plech
tige hoogmis. 11.30 Pianomuz. 12.00
Instr. oct. 12.20 Apologie. 12.40 Instr.
trio. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws
en kath. nieuws. 13.10 Dansconcours
13.45 Boekbespr. 14.00 Voor de kin
deren. 14.30 Bariton en piano. 14.55
Gram. 1505 Forumuitz. 15.35 Con-
certgebouwork. 16.10 Gram. 16.15
Sport. 16.30 Vespers. 17.00 Doopsge
zinde kerkd. 18.30 Vocaal dubbel-
kwart. 19.00 Kerkelijk nieuws. 19.05
Gram. 19.25 De vlucht uit de verant
woordelijkheid, gesprek. 19-45 Nieuws
20.00 Gevar. progr. 20.30 Act. 20.45
Gram. 20.50 Cabaret. 21.20 U bent
toch ook van de partij?, caus. 21.30
Sprong in het Heelal, hoorsp. 22.10
Operamuz. 22.45 Avondgebed en lit.
kal. 23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Gram.
HILVERSUM II, 298 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.30 IKOR.
12.00 AVRO. 17.00 VPRO. 17.30 VARA
20.00—24.00 AVRO.
8.00 Nieuws. 8.18 Weer of geen
weer- 9.45 Geestelijk leven, caus.
10.00 Voor de jeugd. 10.30 Ned.
Evangelische kerkdienst. 11.30 Vra-
genbeantw. 12.00 Theaterork. en so
liste. 12.30 Sportspiegel. 12.35 Even
afrekenen, Heren! 12.45 Lichte muz.
13.00 Nieuws. 13.05 Meded. of gram.
13.10 Voor de strijdkrachten. 14.00
Boekbespr. 14.20 Radio Philharm.
ork. en solist. 15.10 De Olympische
Spelen in de oudheid, caus. 15.25
Spaanse liederen. 16.05 Dansmuz.
16.30 Sportrevue. 17.00 Gesprekken
met luisteraars. 17.15 Het platteand
nu. 17.30 Voor de jeugd. 17.50 Nieuws
en sportuitsl. 18.05 Sportjourn. 18.30
Strijkensembe. 19.00 Op de keper
beschouwd, discussie. 19.30 Gram.
19.40 Spaanse muz. 20.00 Nieuws. 20.05
Gevar. muz. 20.50 Paul Vlaanderen en
het Lawrence-mysterie, hoorsp. 21.30
Lichte muz. 21.50 Cabaret. 22.20
Gram. 22.50 Journ. 23.00 Nieuws.
23.15 Meded. en/of SOS-ber. 23.20—
23.55 Met de Franse sag.
MAANDAG.
HILVERSUM I, 402 m.
7.00—24.00 NCRV.
7.00 Nieuws en S.O.S.-ber. 7.10
Gewijde muz. 7.30 Gram. 7-45 Een
woord voor de dag. 8.00 Nieuws en
weerber. 8.15 Sportuitsl. 8.25 Gram.
9.00 Voor de zieken. 9.25 Voor de
vrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Quizprogr.
10-10 Gram. 10.30 Rondom het Woord,
causerieën. 11.10 Gram. 11.20 Gevar.
muz. 12.25 Voor boer en tuinder.
12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33
Lichte muz. 12.53 Gram. of act. 13.00
Nieuws. 13-15 Surinaamse muz. 13.40
Gram. 14.20 Lichte muz. 14.45 Voor
de vrouw. 15.15 Kamerkoor. 15.30
Gram. 16.00 Bijbeloverdenking. 16.30
Kamermuz. 17.00 Voor de kleuters.
17.15 Voor de jeugd. 17-30 Gram.
17.40 Beursber. 17.45 Regeringsuitz.:
Rijksdelen Overzee: R. A- Ferrier: In
vesteringen in Suriname. 18.00 Or
gelspel. 18.30 Sportoverz. 18.40 En
gelse les. 19.00 Nieuws. 19.10 Nederl.
volksliederen. 19.30 Parlementair
comm. 19.45 Beiaardspel. 20.00 Radio
krant. 20.20 Instr. septet. 20.40 De
gouden vuilnisman, hoorsp. 21.25
Gram. 22-00 Boekbespr. 22.10 Kamer-
ork. 22.45 Avondoverdenking. 23.00
Nieuws. 23.15 Gram. 23.40—24.00
„Zo heet u Meyer? Bent n een zoon
van Meyer Rebholz?"
„Nee, alleen van Meyer".
Economie. Moeder: „We moesten
Kareltje maar eens een fiets geven".
Vader: „Denk je dat hij zich dan
zal beteren?"
Moeder: „Nee, maar dan kan hij
zijn streken over een groter gebied
verdelen".
HILVERSUM II, 298 m.
7.00—24.00 AVRO.'
7.00 Nieuws. 7-10 Gym. 7.20 Gram.
8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 9.10 Voor de
vrouw. 9.15 Gram. 9.40 Morgenwij
ding. 10.00 Gram. 11.00 Hersengym.
11.20 Kamerork. 11-45 Voordr. 12.00
Amus. muz. 12.30 Land- en tuinb.
meded. 12.33 Voor het platteland.
12.43 Lichte muz. 13.00 Nieuws. 13.15
Meded. of gram. 13.20 Amus. muz-
13.55 Koersen. 14.00 Voor de vrouw.
14.45 Pianovoordr. 15.15 Kompels, de
mijn en „op hoog van zegen", caus.
15.30 Gram. 17.00 Zigeunermuz. 17.30
Voor de jeugd. 17-50 Mil. comm.
18.00 Nieuws. 18.15 Lichte muz. 18.50
Muz. caus. 19.05 Kamerkoor. 19.30
Orgelspel. 19.45 Regeringsuitz.: Land-
bouwrubr.: De bestrijding van mond
en klauwzeer. 20.00 Nieuws. 20.05
De Radioscoop. 22.45 Zang en piano.
23.00 Nieuws. 23.15 Koersen v. New
York. Daarna: Onze buitenlandse
correspondenten melden. 23.3023.55
Frontloge.
In de klas: Onderwijzer: „Wanneer
stierf Karei de Grote?"
Onderwijzer: „Kijk eens in de boek
jes. Daar staat toch Karei de Grote
800?" t.
Jantje: „Oh, ik dacht, dat het zijn
telefoonnummer was".
Verwaand. „Denkt u dat een
genie tevens een goed echtgenoot
kan zijn?"
„Dat moet u maar eens aan mijn
vtouw vragen".
Een troost. Hij: „Ik weet, dat
ik niet knap ben en ik hoop, dat het
je nooit gaat vervelen tegen mijn ge
zicht aan te kijken".
Zij: „Kom, dat zal wel meevallen.
Om te beginnen zit je al acht uur op
kantoor".
Aannemen. Mevrouw: „Mientje,
hoe durf je? Je hebt net zo'n hoed
gekocht als ik. Bestaat er dan geen
verschil meer tussen mevrouw en
dienstpersoneel?"
Mientje: „Ja zekér, mevrouw. De
mijne is betaald".
Stille wenk. Heer: „Daar kerel,
'n stuiver. Ik wil mezelf eens het ge
noegen verschaffen vrijgevig te zijn".
Bedelaar: „Zou u niet wat meer ge
noegen willen hebben?"
Verklaring. Een boer zat voor
de deur een kip te plukken. Een
knaapje, dat met zijn moeder langs
kwam vroeg: „Wat doet u daar?"
„Oh", zei de boer, „ik kleed die
kip uit. Ze moet naar bed".
(Vervolgverhaal)
Toen op een morgen de prijs voor Eric
gebracht werd door de post, was hij ook
weer op school. Oom Tenberge had het
pakje aangenomen. Nieuwsgierig betastte
hij het, schatte het gewicht, rammelde
er eens mee en dacht: „Nou dat is niet
mis! Maar de jongen heeft het wel ver
diend!" Oom zette het pak in de fietsen-
schuur, zodat Eric, als hij uit school
kwam, het dadelijk zou zien. En dat was
ook zo. Hard trappend tegen de wind
kwamen Sjaak en Eric thuis. Met veel
lawaai werd het tuinhekje opengegooid
en met nog veel meer lawaai werden
de fietsen in de schuur gezet. Nog voor
Eric z'n fiets in het rek had, stootte hij
een Indianenkreet uit en met een: „Ha ik
heb een prijs!" holde hij met het pak'
voor zich uit en gevolgd door een al
even blijde Sjaak naar de kamer, waar
oom en tante al zaten te wachten.
Midden op de tafel werd het uitgepakt
en toen ontsnapte uit vier monden tege
lijk de uitroep: „Oooo!" 't Was een
prachtige kist, juist zoals schilders ze
gebruiken. Er was een stevig koperen
handvat aan om hem mee naar buiten
te nemen. De inhoud was nog verras
sender. Er zaten letterlijk alle kleuren
verf in en een mooie verzameling pen
selen in allerlei dikten, 't Was een reuze
cadeau en het was dan ook geen won
der dat hij dansend om de tafel sprong.
„Wat zal vader er wel van zeggen?",
was zijn eerste gedachte. „Nog vanavond
ga ik er een brief over schrijven".
Sjaak keek wel wat jaloers. „Gos was
ik nu ook maar veertien jaar gewekt,
dan had ik ook een kans gehad", zei hij
een beetje spijtig.
„O, jongen, jouw tijd en kans komen
ook nog wel", vond vader, terwijl hij
het pakpapier er de touwtjes bij elkaar
pakte om de tafel leeg te maken, die
door moeder nu weer voor het eten ge
dekt moest worden. Toen Leni en Lia
thuis kwamen werd de kist nog eens
grondig bekeken en onder het eten werd
over haast niets anders gesproken, 't Was
dan ook wel de moeite waard. Natuur
lijk vroegen Leni en Lia wanneer hij
met het schilderen zou beginnen en de
nieuwe tuben zou gaan gebruiken. Eric
wilde echter de kist helemaal „nieuw"
laten tot zijn vader hem gezien had.
Voorlopig had hij toch nog de nodige
restjes om te „kladden" zoals hij het
noemde.
Nu de Sint Nicolaastijd steeds dich
terbij kwam had Eric geen tijd om te
tekenen en te schilderen. Sjaak en hij
liepen met grote plannen rond om de
familie te verrassen en daarvoor moes
ten ze elke avond na hun huiswerk hard
werken. Het poppenhuis vorderde al
goed. Soms was het een gezaag en ge
timmer. dat het beneden in de kamer
duidelijk te horen was endat mocht
eigenlijk niet want het moest een geheim
blijven De jongens droegen overdag de
sleutel van de kast in hun zak. Voor va
der en moeder moesten ze ook nog wat
verzinnen, zonder dat het veel geld
kostte.
De theemuts voor moeder, die Leni en
Lia aan het maken waren, was al bijna
af, alleen de dikke, wollige, warme vul
ling moesten ze nog hebben. Ze durfden
geen geld te vragen uit haar spaarpot,
want dan zou moeder 't immers merken.
Tenslotte vonden ze iets, dat helemaal
niets kostte en dat toch lekker warm
was. In de lappenkist op de zolder von
den ze eerst een lap voering en toen za
gen ze daar een heleboel wollen lapjes
van oude jurken. Ze knipten er kleine
repen van en pluisden die uit. Zo kregen
ze een grote berg wollen draadjes. Een
uitstekende vulling voor de muts. Voor
de jongens zouden ze maar foppakjes
maken. Telkens verzonnen ze wat anders
en hadden dan saampjes het grootste la
zier. Ook zij.liepen met de sleutel van
de kast in haar schooltas want moeder
mocht er niets van weten.
Hoe meer het tegen Sint Nicolaas liep,
hoe geheimzinniger het werd. Overal
sleepten de kinderen papier, plakband en
touvrtjes vandaan tot tenslotte alles al
een paar dagen tevoren kant en klaar
stond. Twee dagen vóór Sint Nicolaas
riep moeder de jongens bij zich.
„Eric en Sjaak, ik zou wel eens willen
dat jullie de kist openmaakten. Het ruikt
zó vies op jullie kamer en ik heb de hele
kamer nagezocht, maar niets gevonden,
maar in de buurt van jullie kast hangt
die nare lucht".
„Moeder over twee dagen, is 't uit met
die geheimzinnigheid en staat alles weer
open, maar nu kunnen we het heus niet
doen", legde Sjaak uit.
„Ja, maar als 't morgen erger wordt,
dan moet de kast oyen, ik wil zien wat
aan het bederven is", zei moeder beslist.
De jongens keken elkaar eens aan en
toen moeder weg was, kwam de sleutel
te voorschijn, ze deden de kast open en
daar golfde een afschuwelijke reuk hen
tegemoet. Wat was er aan de hand?
Ze hadden van een vriendje gehoord,
dat je een leuk foppakje kon maken van
een darm gevuld met nat zand en daar
een klein pakje in. 't Leek dan precies
een leverworst en die moest dan natuur
lijk aangesneden worden. Sjaak en Erie
hadden van plezier de handen op de
knieën geslagen. Dat zouden ze beslist
gaan maken en om vier uur gingen ze
dadelijk naar de slager om een darm
te vragen. Nat zand hadden ze genoeg
in de tuin. Zonder de darm schoon te
spoelen, vulden ze hem en de worst leek
precies op een leverworst.
Ze haalden een bord uit de keuken en
klaar was Kees. Maar ze hadden er niet
op gerekend dat de darm op den duur
ging bedreven en dat er zich overal vieze
plekken ging vertonen. Ze hadden de
surprise veel te vroeg klaargemaakt.
Deze had pas op de laatste dag gemaakt
moeten worden en dan was er niets ge
beurd. Maar nu verspreidde de worst een
ontzettende vieze lucht, 't Was zó erg
dat de hele kamer er naar rook. De jon
gens schrokken er nu zelf van en gooi
den van de schrik, het hele geval in de
vuilnisbak.
(Wordt vervolgd).
ONS KNUTSELHOEKJE.
We maken voor ons kleine zusje een
poppenledikanije.
Daartoe hebben we nodig een leeg siga
renkistje, waarvan we netjes de deksel
afgescheurd hebben. Verder hebben we
nodig vier lege garenklosjes. Jullie
begrijpen het al, deze klosjes dienen
als pootjes en moeten onder het kistje
gelijmd worden. Eerst goed laten drogen
en dan opverven. Wil je er nog een
gordijntje over hangen dan schroef je
aan de binnenkant van de korte kant
een latje waaraan van boven weer een
dwarslatje zit, juist haaks er op. Het
gordijntje wordt er nu los overheen ge-
Terwijl broer hieraan bezig is, heeft
grote zus al de maat genomen voor de
lakentjes en dekentjes en voor een klein
kussentje. Voor een paar centen uit
onze spaarpot mogen we missschien wel
een klein poppetje kopen.
Wie wil zijn kleine zus met z'n mooi
cadeau blij maken?
EEN VISSPEL.
We hebben nodig een reep karton 20
bij 80 cm. en daar vouwen we 4 vierkan
ten van. die elk 20 bij 20 cm. zijn. De
vierde kant plakken we met een bandje
dicht. We hebben nu een vijver. Wie het
mooi wil maken, plakt of tekent er aan
de buitenkant visjes en waterplanten op.
Op een ander stukje karton tekenen we 8
of 10 visjes en kleuren ze ook. Nu knip
pen we de visjes uit en steken door hun
bekje een flinke speld. Op ieder visje
schrijven we een cijfer beneden de 10.
Als we nu nog twee dunne stokjes en
een touwtje en twee magneetjes hebben,
dan hebben we twee hengeltjes cn het
spel is klaar.
De visjes worden in de vijver gelegd
en we gaan zó zitten, dat we de visjes
niet kunnen zien. Om de beurt mogen
we nu vissen. Soms haal Je er wel twee
tegelijk op en dan bof je, want wie het
hoogst aantal punten heeft, is de win-
CORRESPONDENTIE.
Beppie Aartman en Alle Warmenho-
ven, Noordwljkerbout. Twee nieuwe
nichtjes, die samen dikke vriendinnen
zijn. Ze hebben tenminste samen het
briefje geschreven. Ieder een stukje.
Beppie schrijft dat haar moeder naar
Lourdes geweest is, dan heeft moeder
er vast wel veel over verteld. Hoe is het
met de kleine poesjes?
Dag 'kinders, ik vond Jullie briefje erg
leuk.
Joke Droog-, Noordwijk. Onze Joke doet
ook voor het eerst mee. Vertel me eens
hoe oud je bent. Er was een klein fout
je in de oplossing, maar dat hindert voor
de eerste keer niet. De volgende keer
gaat het vast beter.
Mien van Rijn, Stompwijb. Je hebt je
best gedaan Mien. Wat een lang verhaal
over:
NAAR DE DIERENTUIN
't Was vakantie en op een morgen was
het zulk mooi weer dat moe zei:- „We
gaan vandaag naar de speeltuin". Gauw
de hele klub aangekleed en voor de bo
terhammen gezorgd. Eerst ging we een
heel eind met de bus en daarna nog een
klein eindje met de tram. Toen stonden
we vlak voor de dierentuin. Eerst moes
ten er kaartjes gekocht worden. Dat
deed moeder. Ze moest een hele tijd
wachten, want er stond een lange rij
te wachten. Eindelijk had moe
der de kaartjes. Het was er zó druk, dat
we moesten dringen om in de dierentuin
te komen. Eerst zagen we de papegaaien
die waren erg leuk. Daarna kwamen
de beren. Ze waren erg lui en lagen lek
ker in de zon te slapen. Ik vond ze wel
leuk maar toch was ik'blij dat ze er
niet konden. De zebra's hebben we ook
gezien; ik weet niet hoeveel maar zeker
wel een stuk of vier. De papegaaien
schreeuwden zfr hard, dat ze in de hele
tuin te horen waren, De leeuwen lagen
ook al te slapen in de zon nét als de
beren. Ze brulden niet eens. De olifanten
hebben we ook gezien. Als je iets in z'n
slurf deed. gooide hij het in zijn bek.
In een glazen hok lagen een heleboel
slangen; er was een hele grote bij. Deze
slang lag helemaal opgerold. Je kon niet
eens zijn bek zien De schildpadden lagen
doodstil in het zand. Sommige kinderen
raakten ze aan. Ik ga nu maar niet ver
der met alle dieren op te noemen, want
dan ben ik morgen nog niet klaar.
Ongeveer half één ging we eten. We
zaten op een bank recht over de vogels.
Er waren veel vogels, kleine en grote en
sommige waren heel mooi gekleurd. On
geveer een kwartier later waren we
klaar en ging we naar de speeltuin. Er
waseen boot die heen en weer schom
melde en daar hebben we dikwijls inge
zeten Ik heb ook nog in een molen ge
zeten die heen en weer ging maar die
was meer voor grote kinderen. We zijn
ook verschillende keren op de glijbaan
geweest Toen we genoeg gespeeld had
den, zijn we nog even naar de dierentuin
geweest om de rest te zien. We hebben
een hele tijd staan genieten bij de apen,
die speelden toch leuk. In het gras heb
ben we ons laatste brood opgegeten en
toen was het tijd om naar huis te gaan.
We waren allemaal moe en slaperig,
's Nachts droomden we nog van de apen.
Tini Bisschop, Leiden stuurde ons:
VOETBALLEN.
Jan is jarig. Het is acht uur. Jan springt
uit zijn bed en gaat naar het raam.
„Ha!", denkt Jan, „het is vandaag moo
weer.
Hij wast en kleedt zich vlug aan ei
gaat dan naar beneden waar een groo
cadeau op hem staat te wachten. Vade.
geeft het hem. Jan pakt het uit en ziet
daar een echte leren voetbal. Wat ls hij
blij.
„Jan, beloof me dat je niet op straat
gaat voetballen!", zegt vader.
„Ja pa", zegt Jan.
's Midc*ags gaan ze de bal proberen en
heel ongehoorzaam gaan ze op het plein
voetballen. De bakker, die bang is voor
zijn ruiten, belt de politie op en deze
komt opeens onverwacht de hoek om. Hij
pakt Jan bij z'n kraag en alle jongens
moeten mee naar het bureau.
Tineke Oostdam, Leiderdorp komt ook
fijn met ons meedoen en voor de eerste
keer stuurt ze ons meteen al een ver
haaltje over:
JAN WAS EEN DIEF.
Jantje was een ondeugend ventje. Op
een dag was hij met zijn vriendjes buiten
aan het spelen. Ze deden „tikkertje". Jan
liep stilletjes weg. Hij wist dat moeder
een schaal peren gekocht had. Hij deed
de keukendeur open en keek of moeder
in de keuken was. Nee. hij zag niets, dus
hij kon verder gaan. Hij liep nu naar de
kamer en keek voorzichtig naar binnen.
Moeder was daar ook niet. Hij pakte stie
kem een peer weg en toen dacht hij, ik
neem er ook nog een voor mijn vriendje.
Moeder had door een kiertje van de
gangdeur alles gezien en toen Jan weg
was ging moeder naar het raam on
zien wat Jan met de peren deed. Ze
dat Jan er een aan zijn vriendje gaf. De
fluit van de fabriek ging en toen moest
Jan naar huis om te eten. Moeder was
boos en zei de hele tijd niets.
Toen Jan klaar was met eten zei moe
der heel boos dat hij direct naar bed
moest. Toen Jan weg was ging moeder
kousen stoppen en vader de krant lezen.
Na een poosje vertelde moeder alles aan
vader en toen was vader ook boos. De
volgende dag mocht Jan voor stral niet
buiten spelen.
Rietje Zwart, Voorburg vertelt ons 'n
leuk verhaaltje over haar kleine broer
tjes.
VOOR HET EERST UIT VISSEN.
Iedere keer als mijn vader thuis kwam
van het vissen, keken mijn broertjes Leo
n Louis vol ontzag naar de grote vis-
;en, die hij meebracht. Soms was 't wel
tel
kens vroegen we dan:
mogen wij met u mee?"
„Jullie moeten nog een beetje groeien",
was steeds vaders antwoord en daarmee
moesten ze dan maar tevreden zijn.
Louis kreeg op zijn zesde verjaardag
een kleine hengel en natuurlijk moest hij
de eerste de beste vrije middag met
vader mee.
Leo, van vijf jaar, begon luid te hul
len en wilde ook mee, maar hij had getn
hengel. Om hem te bedaren sneed vader
een rechte dunne talc van een boompje,
deed daaraan een snoertje met haakje en
toen gingen ze met z'n drieën naar de
polder. Deeg was niet vergeten, de jon
gens hadden ieder een plak in hun war
me handjes. Met zorg koos vader een
goed plekje uit, zette de jongens in het
gras en ging zelf wat verder aan het vis
sen. Wat een vreugde was het, toen vader
de eerste vis uit het water haalde. Louis
mocht hem van het haakje halen, maar
dat drufde hij niet. waarop vader hem
hartelijk uitlachte, De tweede, de derde
en meerdere volgden, maar bij de jon
gens gebeurde niets. Vader keek eenn ot
het deeg er nog aan zat en ging er ten
slotte bij zitten.
„Jö", kijk naar je dobber, er zit er
een aan',, zei vader tegen de kleinste.
„Nou even stil cn danhup, om-
water. Bij Louis gebeurde maar niets,
tenslotte werd hij zó boos, dat hij met
z'n nieuwe hengel in het water ging
slaan. Nu was het helemaal mis. Vader
kalmeerde hem, deed ook voor hem
nog eens een nieuw deegje aan en na een
poosje doodstil turen kwam er ook in
zijn dobber beweging.
„Nu niet ongeduldig zijn", fluisterde
vader, die achter hem stond. Nog even
gewacht en toen: hoepla, onz.v Louis
had er ook een gevangen. Van pure
schrik liet hij de hengel cn visje weer in
het water vallen. Gelukkig redde vader
het zaakje en haalde het spartelende
visje eraf en deed het in een emmertje.
Vol trots toonden ze later aan moeder
hun eerste vangt en tot beloning bakte
moeder ze nog diezelfde avond voor bij
hun boterham.
(48)