Wie puzzelt mee In de Krantentuin DESPOKENJAGE Aetherklanken IN EN OM HET HEIDEHUIS ZATERDAG 27 OKTOBER 1956 DE LEIDSE COURANT PAGINA 9 Horizontaal: 1. koorddanser, 7. schuldbekentenis, orderbriefje, 14. gemeenschappelijke weide, 16. braak land, onbebouwde grond, 17. voorzet sel, 19. keurig, 20. wereldtaal, 22. lichaamsdeel, 23. lidwoord, 24. ver legen, 26. voorzitter, 29. soort café, 30. tegenstelling van arm, 32. bier soort, 33. priem, 34. bakje, 36. vast, stevig, 38. statiekoets, 40. knaagdier, 42. spil van een wiel, 44. stuk hout, ?6. mens, 47. lipbloemige plant, 48. water in Friesland, 49. verloren, weg, 50. pers. voornaamwoord, 51. muziek, noot, 52. gem. in Drente, 53. oude lengtemaat, 54. tevens, 56. tam, 58. gesloten, 60. voornaamwoord, 61. wit linnen speekseldoekje, 62. lengtemaat, 64. dromerig, 66. linie, 67. zoon van Noë, 68. kever, 70. levensvocht in or ganische lichamen, 72. heks, 73. sein gever van een spoorwegbeamte, stok met ronde schijf, 76. vod, 78. over blijfsel bij verbranding, 79. aanwij zend voornaamwoord, 80. pret, 81. draaiende kap boven op een schoor steen, 83. lidwoord (Fr.), 84. voor werp om te malen, 86. koord met nestel, 88. bevordering tot hogere rang, 89. stad in Finland. Verticaal: 1. meisjesnaam, 2. maan stand, 3. eerste boek van Mozes (afk.), 4. sluw, 5. tussen (Fr.), 6. muzieknoot (verouderd), 8. eerwaarde heer (afk. Lat.), 9. staande vrouwenfiguur met opgeheven armen biddende, 10. altijd groene heester, 11. water in Utrecht, 12. stoomschip (afk.), 13. wild zwijn, 15. vaarwel, 18. schijn, voorkomen, 20. de leer en godsdienst van Mo hammed, 21. concertzaal, 23. water kering, 25. buis, 27. eikenschors, 28. boom, 29. platvis, 31. hoenderachtige vogel, 34. een soort van vledermuis, 35. kleine en mooie antilope, 37. mu zieknoot, 39. smal tuin- of bloembed, 40. reeks, 41. krijgsmacht, 43. muziek, noot, 45. niet harde slag, 47. voor zetsel, 48. arbeidseenheid, 55. voeg woord, 56. rivier in O. Pruisen, 57. metalen vaatwerk, 59. rund, 61. hak- werktuig, 62. maand van het jaar, 63, cilindervormig voorwerp, 65. mode pop, 66. katachtig roofdier, 67. hou ten slagerspin, 69. voorschrift, 71. stronkje, 72. in zee uitlopend geberg te, 73. graanelevator, 74. kleefmiddel, 75. onbep. voornaamwoord, 77. land schap op de o.-kust van Sumatra, 79. traag van begrip, 82. steen, 84. soort onderwijs (afk.), 85. afkorting van nikkel, 86. votre excellence (afk.), 87. pauselijke encycliek (afk.). Onder de inzenders van een goede 'oplossing, welke oplossingen tot en met donderdag door de puzzleredak- tie worden ingewacht, worden deze week weer verloot een taart, een sieraad en een boek. OPLOSSING VAN VORIGE WEEK. Horizontaal: 1. ore, 4. via, 6. alp, 8. Eest, 11. tobbe, 13. lel, 14. rente, 16. Ares, 16. item, 20. passer, 23. iemand, 26. anti, 27. garen, 30. ende, 31. Oss, 33. pro, 34. Epe, 36. tamboer, 40. dra, 43. borrel, 45. noveen, 47. open, 49. odol, 59. greep, 52/ido, 53. sabel, 56. ets, 57. elk, 58. kat, 59. alk. Verticaal: 1. Ot, 2. roman, 3. eb, 4. Vere, 5. als, 6. Ali, 7. pree, 8. en, 9. stand, 10. te, 12. basis, 15. emmer, 17. erg, 19. tin, 20. pa, 21. stoer, 22. er, 24. anode, 25. de, 28. alm, 29. ego, 32. steppe, 33. proost, 34. eb, 35. poort, 37. ale, 38. bij, 39. end, 41. rebel, 42. An, 44. roe, 46. vla, 48. nik, 49. ook, 50. ge, 51. ba, 55. L.K. Vrouwe Fortuna kwam deze week op bezoek bij mej. Ria Houps, Banka- straat 8 te Leiden, die een taart zal ontvangen, bij mevr. J. Hij dra, Kerk- pad 8 te Langeraar die een sieraad zal toegestuurd krijgen. Ook mevrouw S, H. J. Overdevest-la Rivière, de Sit- terlaan 87 te Leiden behoort tot de gelukkigen. Zij krijgt een boek. HILVERSUM I, 402 m. 8.00 NCRV. 8.30 IKOR. 9.30 KRO. 17 00 NCRV. 19.45—24.00 KRO. 8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Or- gelconc. 8.30 Lutherse vroegdienst 9.30 Nieuws. 9.45 Gram. 9.55 Plech tige hoogmis. 11.30 Pianomuz. 12.00 Instr. oct. 12.20 Apologie. 12.40 Instr. trio. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en kath. nieuws. 13.10 Dansconcours 13.45 Boekbespr. 14.00 Voor de kin deren. 14.30 Bariton en piano. 14.55 Gram. 1505 Forumuitz. 15.35 Con- certgebouwork. 16.10 Gram. 16.15 Sport. 16.30 Vespers. 17.00 Doopsge zinde kerkd. 18.30 Vocaal dubbel- kwart. 19.00 Kerkelijk nieuws. 19.05 Gram. 19.25 De vlucht uit de verant woordelijkheid, gesprek. 19-45 Nieuws 20.00 Gevar. progr. 20.30 Act. 20.45 Gram. 20.50 Cabaret. 21.20 U bent toch ook van de partij?, caus. 21.30 Sprong in het Heelal, hoorsp. 22.10 Operamuz. 22.45 Avondgebed en lit. kal. 23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Gram. HILVERSUM II, 298 m. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.30 IKOR. 12.00 AVRO. 17.00 VPRO. 17.30 VARA 20.00—24.00 AVRO. 8.00 Nieuws. 8.18 Weer of geen weer- 9.45 Geestelijk leven, caus. 10.00 Voor de jeugd. 10.30 Ned. Evangelische kerkdienst. 11.30 Vra- genbeantw. 12.00 Theaterork. en so liste. 12.30 Sportspiegel. 12.35 Even afrekenen, Heren! 12.45 Lichte muz. 13.00 Nieuws. 13.05 Meded. of gram. 13.10 Voor de strijdkrachten. 14.00 Boekbespr. 14.20 Radio Philharm. ork. en solist. 15.10 De Olympische Spelen in de oudheid, caus. 15.25 Spaanse liederen. 16.05 Dansmuz. 16.30 Sportrevue. 17.00 Gesprekken met luisteraars. 17.15 Het platteand nu. 17.30 Voor de jeugd. 17.50 Nieuws en sportuitsl. 18.05 Sportjourn. 18.30 Strijkensembe. 19.00 Op de keper beschouwd, discussie. 19.30 Gram. 19.40 Spaanse muz. 20.00 Nieuws. 20.05 Gevar. muz. 20.50 Paul Vlaanderen en het Lawrence-mysterie, hoorsp. 21.30 Lichte muz. 21.50 Cabaret. 22.20 Gram. 22.50 Journ. 23.00 Nieuws. 23.15 Meded. en/of SOS-ber. 23.20— 23.55 Met de Franse sag. MAANDAG. HILVERSUM I, 402 m. 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws en S.O.S.-ber. 7.10 Gewijde muz. 7.30 Gram. 7-45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Sportuitsl. 8.25 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.25 Voor de vrouw. 9.35 Waterst. 9.40 Quizprogr. 10-10 Gram. 10.30 Rondom het Woord, causerieën. 11.10 Gram. 11.20 Gevar. muz. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Lichte muz. 12.53 Gram. of act. 13.00 Nieuws. 13-15 Surinaamse muz. 13.40 Gram. 14.20 Lichte muz. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Kamerkoor. 15.30 Gram. 16.00 Bijbeloverdenking. 16.30 Kamermuz. 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Voor de jeugd. 17-30 Gram. 17.40 Beursber. 17.45 Regeringsuitz.: Rijksdelen Overzee: R. A- Ferrier: In vesteringen in Suriname. 18.00 Or gelspel. 18.30 Sportoverz. 18.40 En gelse les. 19.00 Nieuws. 19.10 Nederl. volksliederen. 19.30 Parlementair comm. 19.45 Beiaardspel. 20.00 Radio krant. 20.20 Instr. septet. 20.40 De gouden vuilnisman, hoorsp. 21.25 Gram. 22-00 Boekbespr. 22.10 Kamer- ork. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram. 23.40—24.00 „Zo heet u Meyer? Bent n een zoon van Meyer Rebholz?" „Nee, alleen van Meyer". Economie. Moeder: „We moesten Kareltje maar eens een fiets geven". Vader: „Denk je dat hij zich dan zal beteren?" Moeder: „Nee, maar dan kan hij zijn streken over een groter gebied verdelen". HILVERSUM II, 298 m. 7.00—24.00 AVRO.' 7.00 Nieuws. 7-10 Gym. 7.20 Gram. 8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 9.10 Voor de vrouw. 9.15 Gram. 9.40 Morgenwij ding. 10.00 Gram. 11.00 Hersengym. 11.20 Kamerork. 11-45 Voordr. 12.00 Amus. muz. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Voor het platteland. 12.43 Lichte muz. 13.00 Nieuws. 13.15 Meded. of gram. 13.20 Amus. muz- 13.55 Koersen. 14.00 Voor de vrouw. 14.45 Pianovoordr. 15.15 Kompels, de mijn en „op hoog van zegen", caus. 15.30 Gram. 17.00 Zigeunermuz. 17.30 Voor de jeugd. 17-50 Mil. comm. 18.00 Nieuws. 18.15 Lichte muz. 18.50 Muz. caus. 19.05 Kamerkoor. 19.30 Orgelspel. 19.45 Regeringsuitz.: Land- bouwrubr.: De bestrijding van mond en klauwzeer. 20.00 Nieuws. 20.05 De Radioscoop. 22.45 Zang en piano. 23.00 Nieuws. 23.15 Koersen v. New York. Daarna: Onze buitenlandse correspondenten melden. 23.3023.55 Frontloge. In de klas: Onderwijzer: „Wanneer stierf Karei de Grote?" Onderwijzer: „Kijk eens in de boek jes. Daar staat toch Karei de Grote 800?" t. Jantje: „Oh, ik dacht, dat het zijn telefoonnummer was". Verwaand. „Denkt u dat een genie tevens een goed echtgenoot kan zijn?" „Dat moet u maar eens aan mijn vtouw vragen". Een troost. Hij: „Ik weet, dat ik niet knap ben en ik hoop, dat het je nooit gaat vervelen tegen mijn ge zicht aan te kijken". Zij: „Kom, dat zal wel meevallen. Om te beginnen zit je al acht uur op kantoor". Aannemen. Mevrouw: „Mientje, hoe durf je? Je hebt net zo'n hoed gekocht als ik. Bestaat er dan geen verschil meer tussen mevrouw en dienstpersoneel?" Mientje: „Ja zekér, mevrouw. De mijne is betaald". Stille wenk. Heer: „Daar kerel, 'n stuiver. Ik wil mezelf eens het ge noegen verschaffen vrijgevig te zijn". Bedelaar: „Zou u niet wat meer ge noegen willen hebben?" Verklaring. Een boer zat voor de deur een kip te plukken. Een knaapje, dat met zijn moeder langs kwam vroeg: „Wat doet u daar?" „Oh", zei de boer, „ik kleed die kip uit. Ze moet naar bed". (Vervolgverhaal) Toen op een morgen de prijs voor Eric gebracht werd door de post, was hij ook weer op school. Oom Tenberge had het pakje aangenomen. Nieuwsgierig betastte hij het, schatte het gewicht, rammelde er eens mee en dacht: „Nou dat is niet mis! Maar de jongen heeft het wel ver diend!" Oom zette het pak in de fietsen- schuur, zodat Eric, als hij uit school kwam, het dadelijk zou zien. En dat was ook zo. Hard trappend tegen de wind kwamen Sjaak en Eric thuis. Met veel lawaai werd het tuinhekje opengegooid en met nog veel meer lawaai werden de fietsen in de schuur gezet. Nog voor Eric z'n fiets in het rek had, stootte hij een Indianenkreet uit en met een: „Ha ik heb een prijs!" holde hij met het pak' voor zich uit en gevolgd door een al even blijde Sjaak naar de kamer, waar oom en tante al zaten te wachten. Midden op de tafel werd het uitgepakt en toen ontsnapte uit vier monden tege lijk de uitroep: „Oooo!" 't Was een prachtige kist, juist zoals schilders ze gebruiken. Er was een stevig koperen handvat aan om hem mee naar buiten te nemen. De inhoud was nog verras sender. Er zaten letterlijk alle kleuren verf in en een mooie verzameling pen selen in allerlei dikten, 't Was een reuze cadeau en het was dan ook geen won der dat hij dansend om de tafel sprong. „Wat zal vader er wel van zeggen?", was zijn eerste gedachte. „Nog vanavond ga ik er een brief over schrijven". Sjaak keek wel wat jaloers. „Gos was ik nu ook maar veertien jaar gewekt, dan had ik ook een kans gehad", zei hij een beetje spijtig. „O, jongen, jouw tijd en kans komen ook nog wel", vond vader, terwijl hij het pakpapier er de touwtjes bij elkaar pakte om de tafel leeg te maken, die door moeder nu weer voor het eten ge dekt moest worden. Toen Leni en Lia thuis kwamen werd de kist nog eens grondig bekeken en onder het eten werd over haast niets anders gesproken, 't Was dan ook wel de moeite waard. Natuur lijk vroegen Leni en Lia wanneer hij met het schilderen zou beginnen en de nieuwe tuben zou gaan gebruiken. Eric wilde echter de kist helemaal „nieuw" laten tot zijn vader hem gezien had. Voorlopig had hij toch nog de nodige restjes om te „kladden" zoals hij het noemde. Nu de Sint Nicolaastijd steeds dich terbij kwam had Eric geen tijd om te tekenen en te schilderen. Sjaak en hij liepen met grote plannen rond om de familie te verrassen en daarvoor moes ten ze elke avond na hun huiswerk hard werken. Het poppenhuis vorderde al goed. Soms was het een gezaag en ge timmer. dat het beneden in de kamer duidelijk te horen was endat mocht eigenlijk niet want het moest een geheim blijven De jongens droegen overdag de sleutel van de kast in hun zak. Voor va der en moeder moesten ze ook nog wat verzinnen, zonder dat het veel geld kostte. De theemuts voor moeder, die Leni en Lia aan het maken waren, was al bijna af, alleen de dikke, wollige, warme vul ling moesten ze nog hebben. Ze durfden geen geld te vragen uit haar spaarpot, want dan zou moeder 't immers merken. Tenslotte vonden ze iets, dat helemaal niets kostte en dat toch lekker warm was. In de lappenkist op de zolder von den ze eerst een lap voering en toen za gen ze daar een heleboel wollen lapjes van oude jurken. Ze knipten er kleine repen van en pluisden die uit. Zo kregen ze een grote berg wollen draadjes. Een uitstekende vulling voor de muts. Voor de jongens zouden ze maar foppakjes maken. Telkens verzonnen ze wat anders en hadden dan saampjes het grootste la zier. Ook zij.liepen met de sleutel van de kast in haar schooltas want moeder mocht er niets van weten. Hoe meer het tegen Sint Nicolaas liep, hoe geheimzinniger het werd. Overal sleepten de kinderen papier, plakband en touvrtjes vandaan tot tenslotte alles al een paar dagen tevoren kant en klaar stond. Twee dagen vóór Sint Nicolaas riep moeder de jongens bij zich. „Eric en Sjaak, ik zou wel eens willen dat jullie de kist openmaakten. Het ruikt zó vies op jullie kamer en ik heb de hele kamer nagezocht, maar niets gevonden, maar in de buurt van jullie kast hangt die nare lucht". „Moeder over twee dagen, is 't uit met die geheimzinnigheid en staat alles weer open, maar nu kunnen we het heus niet doen", legde Sjaak uit. „Ja, maar als 't morgen erger wordt, dan moet de kast oyen, ik wil zien wat aan het bederven is", zei moeder beslist. De jongens keken elkaar eens aan en toen moeder weg was, kwam de sleutel te voorschijn, ze deden de kast open en daar golfde een afschuwelijke reuk hen tegemoet. Wat was er aan de hand? Ze hadden van een vriendje gehoord, dat je een leuk foppakje kon maken van een darm gevuld met nat zand en daar een klein pakje in. 't Leek dan precies een leverworst en die moest dan natuur lijk aangesneden worden. Sjaak en Erie hadden van plezier de handen op de knieën geslagen. Dat zouden ze beslist gaan maken en om vier uur gingen ze dadelijk naar de slager om een darm te vragen. Nat zand hadden ze genoeg in de tuin. Zonder de darm schoon te spoelen, vulden ze hem en de worst leek precies op een leverworst. Ze haalden een bord uit de keuken en klaar was Kees. Maar ze hadden er niet op gerekend dat de darm op den duur ging bedreven en dat er zich overal vieze plekken ging vertonen. Ze hadden de surprise veel te vroeg klaargemaakt. Deze had pas op de laatste dag gemaakt moeten worden en dan was er niets ge beurd. Maar nu verspreidde de worst een ontzettende vieze lucht, 't Was zó erg dat de hele kamer er naar rook. De jon gens schrokken er nu zelf van en gooi den van de schrik, het hele geval in de vuilnisbak. (Wordt vervolgd). ONS KNUTSELHOEKJE. We maken voor ons kleine zusje een poppenledikanije. Daartoe hebben we nodig een leeg siga renkistje, waarvan we netjes de deksel afgescheurd hebben. Verder hebben we nodig vier lege garenklosjes. Jullie begrijpen het al, deze klosjes dienen als pootjes en moeten onder het kistje gelijmd worden. Eerst goed laten drogen en dan opverven. Wil je er nog een gordijntje over hangen dan schroef je aan de binnenkant van de korte kant een latje waaraan van boven weer een dwarslatje zit, juist haaks er op. Het gordijntje wordt er nu los overheen ge- Terwijl broer hieraan bezig is, heeft grote zus al de maat genomen voor de lakentjes en dekentjes en voor een klein kussentje. Voor een paar centen uit onze spaarpot mogen we missschien wel een klein poppetje kopen. Wie wil zijn kleine zus met z'n mooi cadeau blij maken? EEN VISSPEL. We hebben nodig een reep karton 20 bij 80 cm. en daar vouwen we 4 vierkan ten van. die elk 20 bij 20 cm. zijn. De vierde kant plakken we met een bandje dicht. We hebben nu een vijver. Wie het mooi wil maken, plakt of tekent er aan de buitenkant visjes en waterplanten op. Op een ander stukje karton tekenen we 8 of 10 visjes en kleuren ze ook. Nu knip pen we de visjes uit en steken door hun bekje een flinke speld. Op ieder visje schrijven we een cijfer beneden de 10. Als we nu nog twee dunne stokjes en een touwtje en twee magneetjes hebben, dan hebben we twee hengeltjes cn het spel is klaar. De visjes worden in de vijver gelegd en we gaan zó zitten, dat we de visjes niet kunnen zien. Om de beurt mogen we nu vissen. Soms haal Je er wel twee tegelijk op en dan bof je, want wie het hoogst aantal punten heeft, is de win- CORRESPONDENTIE. Beppie Aartman en Alle Warmenho- ven, Noordwljkerbout. Twee nieuwe nichtjes, die samen dikke vriendinnen zijn. Ze hebben tenminste samen het briefje geschreven. Ieder een stukje. Beppie schrijft dat haar moeder naar Lourdes geweest is, dan heeft moeder er vast wel veel over verteld. Hoe is het met de kleine poesjes? Dag 'kinders, ik vond Jullie briefje erg leuk. Joke Droog-, Noordwijk. Onze Joke doet ook voor het eerst mee. Vertel me eens hoe oud je bent. Er was een klein fout je in de oplossing, maar dat hindert voor de eerste keer niet. De volgende keer gaat het vast beter. Mien van Rijn, Stompwijb. Je hebt je best gedaan Mien. Wat een lang verhaal over: NAAR DE DIERENTUIN 't Was vakantie en op een morgen was het zulk mooi weer dat moe zei:- „We gaan vandaag naar de speeltuin". Gauw de hele klub aangekleed en voor de bo terhammen gezorgd. Eerst ging we een heel eind met de bus en daarna nog een klein eindje met de tram. Toen stonden we vlak voor de dierentuin. Eerst moes ten er kaartjes gekocht worden. Dat deed moeder. Ze moest een hele tijd wachten, want er stond een lange rij te wachten. Eindelijk had moe der de kaartjes. Het was er zó druk, dat we moesten dringen om in de dierentuin te komen. Eerst zagen we de papegaaien die waren erg leuk. Daarna kwamen de beren. Ze waren erg lui en lagen lek ker in de zon te slapen. Ik vond ze wel leuk maar toch was ik'blij dat ze er niet konden. De zebra's hebben we ook gezien; ik weet niet hoeveel maar zeker wel een stuk of vier. De papegaaien schreeuwden zfr hard, dat ze in de hele tuin te horen waren, De leeuwen lagen ook al te slapen in de zon nét als de beren. Ze brulden niet eens. De olifanten hebben we ook gezien. Als je iets in z'n slurf deed. gooide hij het in zijn bek. In een glazen hok lagen een heleboel slangen; er was een hele grote bij. Deze slang lag helemaal opgerold. Je kon niet eens zijn bek zien De schildpadden lagen doodstil in het zand. Sommige kinderen raakten ze aan. Ik ga nu maar niet ver der met alle dieren op te noemen, want dan ben ik morgen nog niet klaar. Ongeveer half één ging we eten. We zaten op een bank recht over de vogels. Er waren veel vogels, kleine en grote en sommige waren heel mooi gekleurd. On geveer een kwartier later waren we klaar en ging we naar de speeltuin. Er waseen boot die heen en weer schom melde en daar hebben we dikwijls inge zeten Ik heb ook nog in een molen ge zeten die heen en weer ging maar die was meer voor grote kinderen. We zijn ook verschillende keren op de glijbaan geweest Toen we genoeg gespeeld had den, zijn we nog even naar de dierentuin geweest om de rest te zien. We hebben een hele tijd staan genieten bij de apen, die speelden toch leuk. In het gras heb ben we ons laatste brood opgegeten en toen was het tijd om naar huis te gaan. We waren allemaal moe en slaperig, 's Nachts droomden we nog van de apen. Tini Bisschop, Leiden stuurde ons: VOETBALLEN. Jan is jarig. Het is acht uur. Jan springt uit zijn bed en gaat naar het raam. „Ha!", denkt Jan, „het is vandaag moo weer. Hij wast en kleedt zich vlug aan ei gaat dan naar beneden waar een groo cadeau op hem staat te wachten. Vade. geeft het hem. Jan pakt het uit en ziet daar een echte leren voetbal. Wat ls hij blij. „Jan, beloof me dat je niet op straat gaat voetballen!", zegt vader. „Ja pa", zegt Jan. 's Midc*ags gaan ze de bal proberen en heel ongehoorzaam gaan ze op het plein voetballen. De bakker, die bang is voor zijn ruiten, belt de politie op en deze komt opeens onverwacht de hoek om. Hij pakt Jan bij z'n kraag en alle jongens moeten mee naar het bureau. Tineke Oostdam, Leiderdorp komt ook fijn met ons meedoen en voor de eerste keer stuurt ze ons meteen al een ver haaltje over: JAN WAS EEN DIEF. Jantje was een ondeugend ventje. Op een dag was hij met zijn vriendjes buiten aan het spelen. Ze deden „tikkertje". Jan liep stilletjes weg. Hij wist dat moeder een schaal peren gekocht had. Hij deed de keukendeur open en keek of moeder in de keuken was. Nee. hij zag niets, dus hij kon verder gaan. Hij liep nu naar de kamer en keek voorzichtig naar binnen. Moeder was daar ook niet. Hij pakte stie kem een peer weg en toen dacht hij, ik neem er ook nog een voor mijn vriendje. Moeder had door een kiertje van de gangdeur alles gezien en toen Jan weg was ging moeder naar het raam on zien wat Jan met de peren deed. Ze dat Jan er een aan zijn vriendje gaf. De fluit van de fabriek ging en toen moest Jan naar huis om te eten. Moeder was boos en zei de hele tijd niets. Toen Jan klaar was met eten zei moe der heel boos dat hij direct naar bed moest. Toen Jan weg was ging moeder kousen stoppen en vader de krant lezen. Na een poosje vertelde moeder alles aan vader en toen was vader ook boos. De volgende dag mocht Jan voor stral niet buiten spelen. Rietje Zwart, Voorburg vertelt ons 'n leuk verhaaltje over haar kleine broer tjes. VOOR HET EERST UIT VISSEN. Iedere keer als mijn vader thuis kwam van het vissen, keken mijn broertjes Leo n Louis vol ontzag naar de grote vis- ;en, die hij meebracht. Soms was 't wel tel kens vroegen we dan: mogen wij met u mee?" „Jullie moeten nog een beetje groeien", was steeds vaders antwoord en daarmee moesten ze dan maar tevreden zijn. Louis kreeg op zijn zesde verjaardag een kleine hengel en natuurlijk moest hij de eerste de beste vrije middag met vader mee. Leo, van vijf jaar, begon luid te hul len en wilde ook mee, maar hij had getn hengel. Om hem te bedaren sneed vader een rechte dunne talc van een boompje, deed daaraan een snoertje met haakje en toen gingen ze met z'n drieën naar de polder. Deeg was niet vergeten, de jon gens hadden ieder een plak in hun war me handjes. Met zorg koos vader een goed plekje uit, zette de jongens in het gras en ging zelf wat verder aan het vis sen. Wat een vreugde was het, toen vader de eerste vis uit het water haalde. Louis mocht hem van het haakje halen, maar dat drufde hij niet. waarop vader hem hartelijk uitlachte, De tweede, de derde en meerdere volgden, maar bij de jon gens gebeurde niets. Vader keek eenn ot het deeg er nog aan zat en ging er ten slotte bij zitten. „Jö", kijk naar je dobber, er zit er een aan',, zei vader tegen de kleinste. „Nou even stil cn danhup, om- water. Bij Louis gebeurde maar niets, tenslotte werd hij zó boos, dat hij met z'n nieuwe hengel in het water ging slaan. Nu was het helemaal mis. Vader kalmeerde hem, deed ook voor hem nog eens een nieuw deegje aan en na een poosje doodstil turen kwam er ook in zijn dobber beweging. „Nu niet ongeduldig zijn", fluisterde vader, die achter hem stond. Nog even gewacht en toen: hoepla, onz.v Louis had er ook een gevangen. Van pure schrik liet hij de hengel cn visje weer in het water vallen. Gelukkig redde vader het zaakje en haalde het spartelende visje eraf en deed het in een emmertje. Vol trots toonden ze later aan moeder hun eerste vangt en tot beloning bakte moeder ze nog diezelfde avond voor bij hun boterham. (48)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 11