Zichtzending van veel goeds, onder
voorbehoud van betalingsmogelljkheid
B. DE KONING
REGERINGSVERKLARING VAN 4e KABINET-DREES
38 Doden bij treinramp in Japan
DINSDAG 23 OKTOBER 1956
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 5
Prijspeil blijve
gehandhaafd
In de vergadering van de Tweede
Kamer heeft de minister-president
dr. W. Drees hedenmiddag een rege
ringsverklaring afgelegd. Deze luidt
als volgt:
Het kabinet, dat in 1952 optrad,
beschouwde de bestrijding der toe
nemende werkloosheid als een cen
traal punt in zijn binnenlands beleid.
Thans is er niet alleen geen werkloos
heid meer van enige omvang, maar
treden grote spanningen op als ge
volg van een tekort aan arbeids
krachten, dat zich over vrijwel de
gehele linie doet gevoelen.
Voorts doen zich nieuwe proble
men voor, omdat de geld- en kapi
taalmarkt veel krapper is geworden
en de monetaire reserves na gerui
me tijd bevredigend te zijn gegroeid,
thans na een periode van stilstand
sinds verscheidene maanden afnemen.
Ook de aan 1052 voorafgaande vier
jaren gaven een sterke verschuiving
te zien van de vraagstukken, waarte
genover regering en volksvertegen
woordigers zich gesteld zagen. Ik be
hoef slechts te herinneren aan de
gevolgen van de aanval op Zuid-Ko-
rea voor onze buitenlandse en bin
nenlandse politiek.
Van deze ervaringen maak ik ge
wag om te doen uitkomen, dat de
omstandigheden, waarmede de rege
ring rekening moet houden zich in
betrekkelijk korte tijd sterk kunnen
wijzigen, zodat haar beleid flexibel
moet zijn en men niet met zekerheid
kan zeggen, wat in de voor ons lig
gende jaren verwezenlijkt kan wor
den van de wensen, die men vervuld
zou willen zien. Wat de regering als
haar doeleinden in uitzicht stelt, zal
in dit licht moeten worden bezien.
In elk geval zal niet alles tegelijk
tot stand kunnen worden gebracht Er
zal met prioriteiten moeten worden
gerekend.
Ook op internationaal gebied doen
zich verschuivingen in de problemen
voor.
De buitenlandse politiek
De buitenlandse politiek der rege
ring blijft intussen gericht op de al
gemene doelstellingen, welke aan het
beleid in vorige jaren ten grondslag'
hebben gelegen. De regering zal blij
ven streven naar handhaving van de
internationale positie, waarop Neder
land redht heeft, en vervulling van
de taak, welke dit land heeft in de
opbouw van een rechtvaardige en
vreedzame wereld
Bij die opbouw is het vraagstuk van
het lage levenspeil van de bevolking
van vele landen een centraal pro
bleem. Aan de minder ontwikkelde
landen moet op grote schaal techni
sche bijstand worden verschaft. De
regering is een voorstander van zo
spoedig mogelijke oprichting van een
internationaal fonds tot financiering
van investeringen, zoals neergelegd
in het plan tot oprichting van een
speciaal economisch ontwikkelings
fonds der Verenigde Naties (S.U.N.
F.E.D.). Bij de hulpverlening dient
geen ander doel voorop te staan dan
de verhoging van het levenspeil van
de minder ontwikkelde landen. Deze
hulp zal bij voorkeur geleid moeten
worden vanuit multilaterale organisa
ties, waarin de ontvangende landen
op voet van gelijkheid met de geven
de landen zijn vertegenwoordigd.
In Europees en Atlantisch verband
zal de regering de ontwikkeling der
reeds in gang gezette samenwerking
zo krachtig mogelijk blijven bevor
deren.
In de Noordatlantische Verdrags
organisatie (N.A.V.O.) zal nog meer
dan tevoren de aandacht moeten
worden gericht op het versterken der
politieke samenwerking en het ver
krijgen van een zoveel mogelijk eens
gezind beleid voor de leden der
N.A.V.O. Bij de kwestie van het
Suezkanaal is deze wenselijkheid
opnieuw gebleken. Naast de noodza
kelijke verdieping van de politieke
samenwerking stelt de regering zich
voor naar vermogen te blijven bij
dragen aan de vorming van de bond
genootschappelijke strijdkrachten in
het belang van het waarborgen van
vrijheid en vrede
Terwijl in de laatste jaren op de
begroting uitgetrokken bedragen
voor de defensie in verband met de
stijging van lonen en prijzen ver
hoogd zullen moeten worden, zullen
de werkelijke uitgaven, waarvoor tot
nog toe mede uit gelden van vorige
dienstjaren werd geput, geleidelijk
verlaging ondergaan. Zoals in de nota
inzake de begrotingshoofdstukken
van oorlog en van marine reeds werd
medegedeeld, zal omtrent de redelijk
te achten Nederlandse defensiebij-
drage overleg met de N.A.V.O. wor
den gepleegd.
De Europese samenwerking.
Het met betrekking tot het vraag
stuk der europese integratie tot nog
toe door Nederland gevoerde beleid
zal consequent worden voortgezet.
De regering zal, zoveel in haar ver
mogen ligt, de totstandkoming be
vorderen van de verdragen tot op
richting van een Europese gemeen
schappelijke markt en van een Euro
pese organisatie voor de ontwikkeling
der kernernergie (Euratom), waar
over-thans te Brussel wordt onder
handeld. Mede gelet op de ervarin
gen met de Europese gemeenschap
voor kolen en staal opgedaan, is zij
van mening, dat een spoedige voltooi
ing en inwerkingtreding dezer ver
dragen voor Nederland en voor Euro
pa van groot belang is.
Het bovenstaande neemt niet weg
dat de regering zich bewust is van de
wenselijkheid de Europese samenwer
king ook in ruimer verband dan de
zes landen van de Europese gemeen
schap voor kolen en staal met kracht
te bevorderen. Zij denkt daarbij aan
het versterken van de banden met
het Verenigd Koninkrijk binnen de
West-Europese Unie en, in ruimer
kader, aan een nauwere aaneenslui
ting van de vijftien landen van de
Raad van Europa.
De wijze, waarop de betrekking tus
sen Nederland en de Duitse Bonds
republiek zich hebben ontwikkeld,
mede als gevolg van het gemeen
schappelijk streven naar Europese
eenwording, geeft de regering goede
Bij het station Rokken, veertig kilometer ten zuiden van de Japanse
stad Nagoya zijn twee reizigerstreinen met grote kracht op elkaar gebotst.
Bij deze ramp, de ergste uit de geschiedenis van de Japanse spoorwegen
sinds 1951, kwamen 38 personen, onder wie 33 studenten die een uitstapje
maakten, om het leven en werden 35 anderen zwaar gewond. Deze luchtfoto
geeft een beeld van de ravage die werd aangericht. In het midden ziet men
een zware spoorkraan bezig met het opruimen van de wrakstukken.
hoop, dat het zal gelukken de nog
hangende kwesties tussen beide lan
den tot een bevredigende oplossing
te brengen.
Indonesië
De betrekkingen tussen ons land
en de republiek Indonesië zijn in de
loop van dit jaar zeer moeilijk ge
worden. Wij staan voor het feit, dat
Indonesië zich veroorlooft geldende
internationale overeenkomsten, die
tot stand zijn gekomen onder mede
werking van een commissie van de
Verenigde Naties, eenzijdig te verbre
ken en verplichtingen te annuleren,
terwijl bovendien bij ons volk ver
ontwaardiging is gewekt door de
rechteloosheid, waarvan verschillende
onzer landgenoten daar te lande het
slachtoffer zijn. Ook worden de nor
male diplomatieke betrekkingen tus
sen beide landen door Indonesië be
lemmerd.
Bij de stelling van Indonesië, dat
deze maatregelen zijn gegrond op de
omstandigheid, dat het vijf jaar lang
vergeefs gepoogd heeft door overleg
met Nederland een wijziging in de
verdragsverhouding te bereiken,
wordt verzwegen, dat in 1954 onder
het bewind van het eerste kabinet-
Ali Sastroamidjojo tussen beide lan
den een protocol is gesloten het
ligt nog bij deze Kamer ter goedkeu
ring, mijnheer de voorzitter waar
bij in belangrijke mate aan Indone
sische wensen werd tegemoet geko
men.
Aan deze situatie, waarvoor in
verschillende delen van de wereld
belangstelling bestaat, zal door het
kabinet nauwgezette aandacht wor
den besteed. Eventuele aanwijzingen,
welke er op zouden duiden, dat de
Indonesische regering wezenlijk be
reid is mede te werken aan herstel
van de goede verstandhouding, zal
de regering uiteraard niet verwaar
lozen.
De Benelux.
De vorming van een gemeenschap
pelijke markt binnen het kader ,van
de Benelux vindt gestaag voortgang.
Het feit, dat nog dit jaar Nederland,
België en Luxemburg gemeenschap
pelijk zullen optreden in handelsbe
sprekingen met andere landen, moge
in dit verband als een verblijdend
symptoom worden genoemd.
Het streven der regering is erop
gericht binnen afzienbare tijd het
verdrag inzake de economische unie,
dat de losverbondenheid tussen Bel
gië, Nederland en Luxemburg zal be-
zegëlen, te doen tot stand komen.
De regering zal met de Belgische
regering in overlegd treden over de
kwesties van het Kanaal van Terneu-
zen naar Gent en de stop van Ter-
naaien.
Verschillende belangen van Weste
lijk Noord-Brabant vereisen een
spoedige regeringsbeslissing. Met het
oog daarop is het noodzakelijk, dat
op korte termijn een beslissing wordt
genomen over de voorstellen van de
heren Steenberghe en Van Cauwe-
laert met betrekking tot de Schelde-
Rijnverbinding. De regering zal zich
ook hierover met de Belgische rege
ring verstaan.
Nieuw Guinea.
Ten aanzien van Nieuw-Guinea zal
Nederland op de basis van de be
staande rechtsorde een zodanige ont
wikkeling van dit gebied bevorderen,
dat de mogelijkheid van toepassing
van het beginsel van zelfbeschikking
wordt bespoedigd.
Voor de vervulling van deze taak
zal worden gezocht naar nieuwe vor
men, waarbij aan de decentralisatie-
gedachte een ruime plaats wordt toe
gekend en aan missie en zending,
hun geestelijke en culturele taak ver
vullende, de grootst mogelijke zelf
standigheid wordt gelaten.
De „West".
De regering staat open voor overleg
met de landsregeringen van de beide
Rijksdelen omtrent de mogelijkheden
energetisch gebied maakt het noodza
kelijk te komen tot de opstelling van
een meerjarig programma, waarbij
bijzondere aandacht zal worden ge
geven aan de bouw van kernenergie
centrales ten behoeve van de elektri
citeitsvoorziening. Voor de verwezen
lijking van zulk een programma zul
len zowel de Nederlandse wetenschap
als de stichting reactorcentrum Ne
derland, de elektriciteitsproducenten
en de Nederlandse industrie een be
langrijke taak kunnen vervullen.
Daartoe is het noodzakelijk, dat de
regering beschikt over bevoegdheden
om recht te doen wedervaren aan de
talrijke belangen die met de toepas
sing der kernenergie zijn gemoeid.
Een ontwerp-atoomwet wordt daar
om voorbereid.
Het economisch en sociaal
beleid.
Centrale doelstellingen van het
binnenlands beleid der regering,
mijnheer de voorzitter, zijn:
1. Handhaving van het monetaire
.en budgetaire evenwicht.
2. Handhaving van een hoog ni
veau van werkgelegenheid, vergro
ting van produktie, uitvoer en natio
naal inkomen.
3. Bevordering van een sociaal
rechtvaardige verdeling van het na
tionale inkomen.
4. Uitbreiding der culturele, so
ciale en publieke voorzeiningen in
overeenstemming met de stijgende
behoeften, rekening houdende met de
beschikbare middelen.
Wij staan voor verschillende pro
blemen ten aanzien van de verhou
ding van structuurpolitiek en con-
junctuurpolitiek. Daarbij moet in het
algemeen het primaat van de struc
tuurpolitiek worden aanvaard.
Deze structuurpolitiek betekent ex
pansie van de Nederlandse economie
in de breedte en in de diepte. Een
conj unctuurpolitieke correctie op de
ze structuurpolitiek is gewenst, in
dien er voorzover in de volkshuis
houding de bestedingen de middelen
dreigen te overtreffen en de expan
sie in het bedrijfsleven tot te grote
spanningen aanleiding geeft. Bij zulk
een afremmen zullen alle bestedings
categorieën onder het oog moeten
worden gezien. De middelen van con
junctuur- en structuurpolitiek moeten
bij voorkeur van globale aard zijn;
ciale en publieke voorzieningen in
speciale gevallen mogen worden toe
gepast.
Dreigende overspanning.
Ook het thans verstreken jaar werd
op economisch terrein gekenmerkt
door een hoog en nog steeds stijgend
peil van werkgelegenheid, produktie
en uitvoer, waardor het nationale in
komen een nog niet bereikte hoogte
verkreeg. In het komende jaar zal
veel beleid worden gevraagd om te
voorkomen, dat deze op zichzelf gun
stige ontwikkeling wordt overspan
nen en daardoor in haar tegendeel
omslaat.
Als een symptoom van deze drei
gende overspanning valt in de eerste
plaats te wijzen op het te verwachten
tekort op de lopende rekening van de
betalingsbalans als gevolg van de toe
neming van de bestedingen.
Dit baart te meer zorg omdat
zeker onder de huidige omstandighe
den enig overschot op de lopen
de rekening wenselijk moet worden
geacht.
Inzake het vraagstuk van bedoel
de bestedingen is intussen het advies
van de Sociaal-Economische Raad
gevraagd. De regering zal niet aarze
len de in dit verband noodzakelijke
maatregelen te treffen
Het verloop van lonen en prijzen
blijft grote aandacht vragen. Gege
ven de recente loonsverhogingen en
de aanpassing aan het loonniveau,
die in 1957 moet worden verwacht, is
uiterste waakzaamheid met betrek
king tot ons prijspeil geboden. Het
prijspeil van onze export is een van
de belangrijkste factoren, welke be
slissend zijn voor onze welvaart op
van een verdere economische ontwik. lange termijn. Ook met het oog daar
keling. De voor Suriname reeds over
eengekomen plannen worden gelei
delijk tot uitvoering gebracht. Voor
de Antillen, waar de omstandighe
den belangrijk verschillen, zal met de
landsregering omtrent een verdere
economische ontwikkeling overleg
worden gepleegd, waarbij in de eer
ste plaats aan het verlenen van tech
nische bijstand wordt gedacht.
De atoom-energie.
Op het terrein van de kernenergie
is de samenwerking, zowel bilateraal
als multilateraal van het grootste ge
wicht.
In dit verband is het van belang,
dat onlangs met de regering van de
Verenigde Staten van Amerika een
nieuwe bilaterale overeenkomst op
atoomgebied is gesloten, welke bin
nenkort aan de Saten-Generaal ter
goedkeuring zal worden voorgelegd.
Noors-Nederlandse relatie blijft
een voornaam element van het be
leid. Een hechte samenwerking met
name in Europees verband, zoals nu-
in de vorm van Euratom, waarover ik Met betrekking tot de andere uitga-
reeds sprak, en in het kader van de yen. zal d® ««'riency en soberheid
organisatie voor Europese Economi- 'n d? overheidsdienst krachtig wor-
sche Samenwerking (O.E.E.S,). als-
mede m de Europese Organisatie voor
Eveneens met kracht zal worden
voortgezet het kartelbeleid, hetwelk
bij voortduring gericht zal zijn op
het bevorderen van een gezonde eco
nomische mededinging.
Ook het financiële beleid zal wor
den beheerst door de centrale doel
stellingen, die ik reeds noemde.
De vraag, welke concrete maatre
gelen op het financiële en fiscale ter
rein uit deze centrale doeleinden
zullen voortvloeien, kan bij de alge
mene financiële beschouwingen na
der ter sprake komen.
Afremmen nationale bestedingen.
Tot een afremmen van de nationale
bestedingen zal ook de overheid haar
deel moeten bijdragen. De vraag of,
en zo ja, welke overheidsinvesteringen
in het kader van een evenwichtige
afremming van alle bestedingscatego
rieën kunnen worden verminderd of
getemporiseerd, wordt onderzocht.
periode van hoogconjunctuur, de to
tale uitgaven van de staat minder
zullen toenemen dan het nationale
inkomen.
Kerrnfysisch Onderzoek (C.E.R.N.)
wordt nagestreefd, moet intussen als
onontbeerlijk worden beschouwd om
een doelftreffende bevordering van
de toepassing der kernenergie in het
economisch leven van ons land tot
stand te brengen.
De snelle ontwikkeling op kern- noodzakelijk, dat een inflatore finan-
Tegengaan van inflatie.
Uil", Hillegom, gespeeld. De utislagen
ciering van de overheidshuishouding
wordt vermeden, doch mede dat de
overheidsfinanciering zonodig een
tegendruk geeft tegen elders optre
dende inflatore spanningen. In ver
band met de huidige overspanning
van de conjunctuur is het daarom
niet voldoende, dat thans uitsluitend
de lopende uitgaven van het rijk
door normale inkomsten worden ge
dekt. De regering zal er voorts naar
streven de staatsschuld niet te doen
toenemen, behoudens voor de finan
ciering van redelijk renderende ob
jecten.
Een onderzoek zal worden inge
steld naar de wenselijkheid en uit
voerbaarheid van een belasting op
rechstreekse vermogensvermeerde
ringen, waarbij ook onderzocht zal
worden in hoeverre hierbij rekening
zal zijn te houden met vermogens-
verliezen.
De landbouw.
De regering is zich er van bewust,
dat de bedrijfsresultaten in de land
bouw, ook afgezien van de slechte
weersomstandigheden gedurende de
laatste zomer, over het algemeen
geen gunstig beeld vertonen. Haar
streven blijft gericht op produktivi-
teitsverhoging, waarbij speciale aan
dacht zal worden gewijd aan die ge
bieden, waar de voorwaarden voor
de uitoefening van een rationele
bijzonder moet door middel van cul
tuur-technische werken en verbete
ring van bedrijfsgebouwen door over
heid en bedrijfsleven een structurele
aanpassing van de landbouw aan de
zich wijzigende omstandigheden wor
den bevorderd.
Voorts zal worden gestreefd naar
de sanering van onrendabe kleine
bedrijven door gebruikmaking van
nieuw gewonnen grond of tot dit doel
aangekochte gronden.
Wettelijke maatregelen zullen wor
den voorgesteld ter voorkoming van
versnippering van bedrijven,
herverkavelingen en saneringen heb
ben plaats gevonden. Blijvende voor
zieningen dienen te worden ge
troffen tot prijsbeheersing der land
bouwgronden.
De regering zal een spoedige wet
telijke regeling van het landbouwon
derwijs, passend in het kader van de
overige onderwijsvoorzieningen, be
vorderen.
Haar streven blijft verder gericht
op behoorlijke bedrijfsuitkomsten op
goed geleide, sociaal-economisch
verantwoorde bedrijven.
Te dien einde zullen de kostprijs
berekeningen worden herzien en zal
met name aandacht worden geschon
ken aan de vraagstukken van de
eigenaarslasten en de beloning van
de arbeid van de boer. Prijsverhoging
van enkele Iandbouwprodukten
verhoging van het nadelig saldo van
het landbouwegalisatiefonds of beide
zullen hiervan het onvermijdelijke
gevolg zijn. De regering overweegt
nog, welke keuze uit de verschillen
de mogelijkheden moet worden ge
maakt, ook met het oog op de co:
quenties voor prijs- en loonbeleid, in
verband met de monetaire en bud
gettaire situatie.
Woningbouw.
Ook het nieuwe opgetreden kabi
net is van oordeel, dat aan de wo
ningbouw een hoge prioriteit moet
worden toegekend.
Daarbij zal er voor moeten wor
den gewaakt, dat de bouw van wo
ningen voor arbeiders en kleine mid
denstanders niet ?en te klein ge
deelte van de woningproduktie gaat
vormen. In verband hiermede zal aan
de bouw van woningwetwoningen ten
behoeve van deze categorieën der
bevolking bijzondere aandacht wor
den geschonken.
Ter bevordering van de totstandko
ming van een zo groot mogelijk aan
tal woningen zal moeten worden ge
streefd naar modernisering van het
bouwapparaat en naar grotere conti
nuïteit in de bouw. De regering zal
daarom opdrachtgevers, aannemers
en bouwondernemers blijven stimu
leren om by voortduring in deze
richting werkzaam te zijn.
Zij zal initiatieven op dit gebied
krachtig steunen o.a. door het ver
lenen van medewerking aan grote
woningbouwopdrachten
De controle op de prijsvorming bij
de woningbouw zal worden voort
gezet en waar nodig en mogelijk
worden uitgebreid.
De regering zal streven naar voort
zetting en uitbreiding van de coör
dinatie van het beleid met betrek
king tot de ruimtelijke ordening. Bij
zondere aandacht zal in de komende
jaren moeten worden besteed aan de
problemen, welke worden veroor
zaakt door de toenemende bevol
kingsdichtheid in ons land.
De huren.
Een voorstel tot verhoging van de
huren der vooroorlogse woningen
met 25 zal op korte termijn bij de
Staten-Generaal worden aanhangig
gemaakt. Enkele categorieën van ge
durende en na de oorlog gebouwde
woningen, waarvan het huurpeil mo
menteel op het niveau van de voor
oorlogse woningen ligt, zullen mede
in de huurverhoging worden betrok
ken.
Tegelijk met het voorstel tot huur
verhoging zal een wetsontwerp wor
den ingediend, krachtens hetwelk
gedurende tien jaren 50 van die
verhoging door de eigenaar van een
verhuurde woning op een geblok
keerde rekening moet worden ge
stort. Naarmate de situatie op de ar
beidsmarkt het mogelijk maakt om
behalve aan de nieuwbouw, ook aan
vernieuwing en verbetering van be
staande woningen meer aandacht te
schenken, zal deblokkering der in
geschreven bedragen kunnen geschie-
den naar rato van de bedragen, wel-
ke de eigenaar voor vernieuwing en
verbetering van de desbetreffende
woningen heeft besteed.
Op het gebied van de sociale poli
tiek worden de volgende regelingen
voorbereid.
Een kinderbijslagTegeling als volks
verzekering, van het derde kind af,
Wii vün R1 maar wij begrU-
Wl| Zl|n 01pen beat, wat de
Olympiade voor de jonge (en oudere)
mensen van vandaag betekent Daarom
brengen wij in het kader van onze
„verjaardagsviering" een speciale aan
bieding van truien voor jongens (èn
meisjes) met op de effen band over de
borst de vijf Olymjplade-ringen Vijf
ringen, één ring voor ieder werelddeel,
dat is het symbool van de huidige
samenwerking tussen de volken l
Gééf Ufr kind zo'n trui
Het is een moderne, grof-gebrelde trui
in RAF-blue, gr(js en fiesgroen en te
verkrijgen voor de leeftijden tussen vijf
en vijftien jaar,
vanaf, f 12,95
met een kleine prijsstijging per maat.
Haarlemmerstraat
hoek Donkersteeg - Leiden
(Advertentie!
met een aanvullende regeling voor
de groepen, die tot dusverre al van
het eerste kind af kinderbijslag ont
vangen.
Een wettelijke verzekering voor
weduwen en wezen, eventueel voor
afgegaan door een noodregeling.
Herziening van de invaliditeitswet
en de ongevallenwet.
Voortzetting van unificatie, codifa-
catie en vereenvoudiging der sociale
verzekering.
Wettelijke regeling van het zie
kenfondswezen.
Gehandhaafd zal worden de moge
lijkheid tot loondifferentiatie met
beheersing van de lonen binnen de
grenzen gesteld door de centrale
doeleinden van het sociaal-economi-
misch beleid.
Geleidelijke verwezenlijking van
gelijke beloning van mannen- en
vrouwenarbeid zal worden bevor
derd.
De verdere ontwikkeling van de
publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie
zal krachtig worden gestimuleerd,
opdat deze binnen redelijke termijn
over de gehele linie van het bedrijfs
leven wordt verwerkelijkt.
In de overheidssfeer van wetge
ving en bestuur zal de nodige aan
dacht worden geschonken aan het
maatschappelijke zelfdoen.
De bezitsvorming.
Ter bevordering van de bezitsvor
ming wordt gedacht o.a. aan reeds
ingediende of voorbereide voorstellen
inzake eigen woning, toekennen van
premies aan jeugdige spaarders en
een spaarregeling ten behoeve van
het overheidspersoneel, bevordering
van het bouwsparen overeenkomstig
wetsontwerp 4273 (voorzieningen met
betrekking tot werkgeversbijdragen
aan bouwspaarfondsen) met uitbrei
ding van de daarin voorziene maat
regelen tot werkgeversbijdragen in
andere nader aan te wijzen op duur
zaam bezit gerichte werknemers-
spaarfondsen.
Voorts zal naar gelang van de erva
ringen, met deze voorzieningen in
de praktijk opgedaan, onderzocht
worden of die gevolgd zullen wor
den door andere maatregelen van
soortgelijke strekking ook voor an
dere groepen.
Bevordering van winstdeling met
spaarregeling, zowel voor de bezits
vorming als ter vermijding van in
flatoire spanningen zal worden over
wogen.
Vervanging van de armenwet door
een wetgeving op de maatschappelij
ke zorg en het maatschappelijk werk
ligt in het voornemen. Hangende de
voorbereiding hiervan zal op korte
termijn een wetswijziging worden
aanhangig gemaakt tot beperking
van de verhaalsmogelijkheid.
Bij de voortschrijdende ontwikke
ling van het maatschappelijk werk
zullen in het bijzonder de integratie
bij het particulier initiatief en een
juiste verhouding tussen de bemoei
ingen van de plaatselijke, provincia
le en rijksoverheid op het gebied van
het maatschappelijk werk worden
bevorderd.
De middenstand.
Op het gebied van de middenstand
zal een onderzoek worden ingesteld
naar de wenselijkheid ener wettelijke
regeling ter bevordering van vrij
willige sanering met medewerking
van de overheid
Wettelijke maatregelen tot groter
bescherming van huurders van be
drijfspanden zullen in overweging
worden genomen.
Middenstandsvoorlichting, ook be-
drijfstakgewijze voorlichting door
het georganiseerde bedrijfsleven, zal
krachtig worden bevorderd.
Medewerking zal worden verleend
aan een raad voor midden- en klein
bedrijf.
Een wettelijke regeling van het
middenstandsonderwijs wordt voor
bereid.
(Zie vervolg op pag. 6).