Zichtzending van veel goeds, onder voorbehoud van betalingsmogelljkheid B. DE KONING REGERINGSVERKLARING VAN 4e KABINET-DREES 38 Doden bij treinramp in Japan DINSDAG 23 OKTOBER 1956 DE LEIDSE COURANT PAGINA 5 Prijspeil blijve gehandhaafd In de vergadering van de Tweede Kamer heeft de minister-president dr. W. Drees hedenmiddag een rege ringsverklaring afgelegd. Deze luidt als volgt: Het kabinet, dat in 1952 optrad, beschouwde de bestrijding der toe nemende werkloosheid als een cen traal punt in zijn binnenlands beleid. Thans is er niet alleen geen werkloos heid meer van enige omvang, maar treden grote spanningen op als ge volg van een tekort aan arbeids krachten, dat zich over vrijwel de gehele linie doet gevoelen. Voorts doen zich nieuwe proble men voor, omdat de geld- en kapi taalmarkt veel krapper is geworden en de monetaire reserves na gerui me tijd bevredigend te zijn gegroeid, thans na een periode van stilstand sinds verscheidene maanden afnemen. Ook de aan 1052 voorafgaande vier jaren gaven een sterke verschuiving te zien van de vraagstukken, waarte genover regering en volksvertegen woordigers zich gesteld zagen. Ik be hoef slechts te herinneren aan de gevolgen van de aanval op Zuid-Ko- rea voor onze buitenlandse en bin nenlandse politiek. Van deze ervaringen maak ik ge wag om te doen uitkomen, dat de omstandigheden, waarmede de rege ring rekening moet houden zich in betrekkelijk korte tijd sterk kunnen wijzigen, zodat haar beleid flexibel moet zijn en men niet met zekerheid kan zeggen, wat in de voor ons lig gende jaren verwezenlijkt kan wor den van de wensen, die men vervuld zou willen zien. Wat de regering als haar doeleinden in uitzicht stelt, zal in dit licht moeten worden bezien. In elk geval zal niet alles tegelijk tot stand kunnen worden gebracht Er zal met prioriteiten moeten worden gerekend. Ook op internationaal gebied doen zich verschuivingen in de problemen voor. De buitenlandse politiek De buitenlandse politiek der rege ring blijft intussen gericht op de al gemene doelstellingen, welke aan het beleid in vorige jaren ten grondslag' hebben gelegen. De regering zal blij ven streven naar handhaving van de internationale positie, waarop Neder land redht heeft, en vervulling van de taak, welke dit land heeft in de opbouw van een rechtvaardige en vreedzame wereld Bij die opbouw is het vraagstuk van het lage levenspeil van de bevolking van vele landen een centraal pro bleem. Aan de minder ontwikkelde landen moet op grote schaal techni sche bijstand worden verschaft. De regering is een voorstander van zo spoedig mogelijke oprichting van een internationaal fonds tot financiering van investeringen, zoals neergelegd in het plan tot oprichting van een speciaal economisch ontwikkelings fonds der Verenigde Naties (S.U.N. F.E.D.). Bij de hulpverlening dient geen ander doel voorop te staan dan de verhoging van het levenspeil van de minder ontwikkelde landen. Deze hulp zal bij voorkeur geleid moeten worden vanuit multilaterale organisa ties, waarin de ontvangende landen op voet van gelijkheid met de geven de landen zijn vertegenwoordigd. In Europees en Atlantisch verband zal de regering de ontwikkeling der reeds in gang gezette samenwerking zo krachtig mogelijk blijven bevor deren. In de Noordatlantische Verdrags organisatie (N.A.V.O.) zal nog meer dan tevoren de aandacht moeten worden gericht op het versterken der politieke samenwerking en het ver krijgen van een zoveel mogelijk eens gezind beleid voor de leden der N.A.V.O. Bij de kwestie van het Suezkanaal is deze wenselijkheid opnieuw gebleken. Naast de noodza kelijke verdieping van de politieke samenwerking stelt de regering zich voor naar vermogen te blijven bij dragen aan de vorming van de bond genootschappelijke strijdkrachten in het belang van het waarborgen van vrijheid en vrede Terwijl in de laatste jaren op de begroting uitgetrokken bedragen voor de defensie in verband met de stijging van lonen en prijzen ver hoogd zullen moeten worden, zullen de werkelijke uitgaven, waarvoor tot nog toe mede uit gelden van vorige dienstjaren werd geput, geleidelijk verlaging ondergaan. Zoals in de nota inzake de begrotingshoofdstukken van oorlog en van marine reeds werd medegedeeld, zal omtrent de redelijk te achten Nederlandse defensiebij- drage overleg met de N.A.V.O. wor den gepleegd. De Europese samenwerking. Het met betrekking tot het vraag stuk der europese integratie tot nog toe door Nederland gevoerde beleid zal consequent worden voortgezet. De regering zal, zoveel in haar ver mogen ligt, de totstandkoming be vorderen van de verdragen tot op richting van een Europese gemeen schappelijke markt en van een Euro pese organisatie voor de ontwikkeling der kernernergie (Euratom), waar over-thans te Brussel wordt onder handeld. Mede gelet op de ervarin gen met de Europese gemeenschap voor kolen en staal opgedaan, is zij van mening, dat een spoedige voltooi ing en inwerkingtreding dezer ver dragen voor Nederland en voor Euro pa van groot belang is. Het bovenstaande neemt niet weg dat de regering zich bewust is van de wenselijkheid de Europese samenwer king ook in ruimer verband dan de zes landen van de Europese gemeen schap voor kolen en staal met kracht te bevorderen. Zij denkt daarbij aan het versterken van de banden met het Verenigd Koninkrijk binnen de West-Europese Unie en, in ruimer kader, aan een nauwere aaneenslui ting van de vijftien landen van de Raad van Europa. De wijze, waarop de betrekking tus sen Nederland en de Duitse Bonds republiek zich hebben ontwikkeld, mede als gevolg van het gemeen schappelijk streven naar Europese eenwording, geeft de regering goede Bij het station Rokken, veertig kilometer ten zuiden van de Japanse stad Nagoya zijn twee reizigerstreinen met grote kracht op elkaar gebotst. Bij deze ramp, de ergste uit de geschiedenis van de Japanse spoorwegen sinds 1951, kwamen 38 personen, onder wie 33 studenten die een uitstapje maakten, om het leven en werden 35 anderen zwaar gewond. Deze luchtfoto geeft een beeld van de ravage die werd aangericht. In het midden ziet men een zware spoorkraan bezig met het opruimen van de wrakstukken. hoop, dat het zal gelukken de nog hangende kwesties tussen beide lan den tot een bevredigende oplossing te brengen. Indonesië De betrekkingen tussen ons land en de republiek Indonesië zijn in de loop van dit jaar zeer moeilijk ge worden. Wij staan voor het feit, dat Indonesië zich veroorlooft geldende internationale overeenkomsten, die tot stand zijn gekomen onder mede werking van een commissie van de Verenigde Naties, eenzijdig te verbre ken en verplichtingen te annuleren, terwijl bovendien bij ons volk ver ontwaardiging is gewekt door de rechteloosheid, waarvan verschillende onzer landgenoten daar te lande het slachtoffer zijn. Ook worden de nor male diplomatieke betrekkingen tus sen beide landen door Indonesië be lemmerd. Bij de stelling van Indonesië, dat deze maatregelen zijn gegrond op de omstandigheid, dat het vijf jaar lang vergeefs gepoogd heeft door overleg met Nederland een wijziging in de verdragsverhouding te bereiken, wordt verzwegen, dat in 1954 onder het bewind van het eerste kabinet- Ali Sastroamidjojo tussen beide lan den een protocol is gesloten het ligt nog bij deze Kamer ter goedkeu ring, mijnheer de voorzitter waar bij in belangrijke mate aan Indone sische wensen werd tegemoet geko men. Aan deze situatie, waarvoor in verschillende delen van de wereld belangstelling bestaat, zal door het kabinet nauwgezette aandacht wor den besteed. Eventuele aanwijzingen, welke er op zouden duiden, dat de Indonesische regering wezenlijk be reid is mede te werken aan herstel van de goede verstandhouding, zal de regering uiteraard niet verwaar lozen. De Benelux. De vorming van een gemeenschap pelijke markt binnen het kader ,van de Benelux vindt gestaag voortgang. Het feit, dat nog dit jaar Nederland, België en Luxemburg gemeenschap pelijk zullen optreden in handelsbe sprekingen met andere landen, moge in dit verband als een verblijdend symptoom worden genoemd. Het streven der regering is erop gericht binnen afzienbare tijd het verdrag inzake de economische unie, dat de losverbondenheid tussen Bel gië, Nederland en Luxemburg zal be- zegëlen, te doen tot stand komen. De regering zal met de Belgische regering in overlegd treden over de kwesties van het Kanaal van Terneu- zen naar Gent en de stop van Ter- naaien. Verschillende belangen van Weste lijk Noord-Brabant vereisen een spoedige regeringsbeslissing. Met het oog daarop is het noodzakelijk, dat op korte termijn een beslissing wordt genomen over de voorstellen van de heren Steenberghe en Van Cauwe- laert met betrekking tot de Schelde- Rijnverbinding. De regering zal zich ook hierover met de Belgische rege ring verstaan. Nieuw Guinea. Ten aanzien van Nieuw-Guinea zal Nederland op de basis van de be staande rechtsorde een zodanige ont wikkeling van dit gebied bevorderen, dat de mogelijkheid van toepassing van het beginsel van zelfbeschikking wordt bespoedigd. Voor de vervulling van deze taak zal worden gezocht naar nieuwe vor men, waarbij aan de decentralisatie- gedachte een ruime plaats wordt toe gekend en aan missie en zending, hun geestelijke en culturele taak ver vullende, de grootst mogelijke zelf standigheid wordt gelaten. De „West". De regering staat open voor overleg met de landsregeringen van de beide Rijksdelen omtrent de mogelijkheden energetisch gebied maakt het noodza kelijk te komen tot de opstelling van een meerjarig programma, waarbij bijzondere aandacht zal worden ge geven aan de bouw van kernenergie centrales ten behoeve van de elektri citeitsvoorziening. Voor de verwezen lijking van zulk een programma zul len zowel de Nederlandse wetenschap als de stichting reactorcentrum Ne derland, de elektriciteitsproducenten en de Nederlandse industrie een be langrijke taak kunnen vervullen. Daartoe is het noodzakelijk, dat de regering beschikt over bevoegdheden om recht te doen wedervaren aan de talrijke belangen die met de toepas sing der kernenergie zijn gemoeid. Een ontwerp-atoomwet wordt daar om voorbereid. Het economisch en sociaal beleid. Centrale doelstellingen van het binnenlands beleid der regering, mijnheer de voorzitter, zijn: 1. Handhaving van het monetaire .en budgetaire evenwicht. 2. Handhaving van een hoog ni veau van werkgelegenheid, vergro ting van produktie, uitvoer en natio naal inkomen. 3. Bevordering van een sociaal rechtvaardige verdeling van het na tionale inkomen. 4. Uitbreiding der culturele, so ciale en publieke voorzeiningen in overeenstemming met de stijgende behoeften, rekening houdende met de beschikbare middelen. Wij staan voor verschillende pro blemen ten aanzien van de verhou ding van structuurpolitiek en con- junctuurpolitiek. Daarbij moet in het algemeen het primaat van de struc tuurpolitiek worden aanvaard. Deze structuurpolitiek betekent ex pansie van de Nederlandse economie in de breedte en in de diepte. Een conj unctuurpolitieke correctie op de ze structuurpolitiek is gewenst, in dien er voorzover in de volkshuis houding de bestedingen de middelen dreigen te overtreffen en de expan sie in het bedrijfsleven tot te grote spanningen aanleiding geeft. Bij zulk een afremmen zullen alle bestedings categorieën onder het oog moeten worden gezien. De middelen van con junctuur- en structuurpolitiek moeten bij voorkeur van globale aard zijn; ciale en publieke voorzieningen in speciale gevallen mogen worden toe gepast. Dreigende overspanning. Ook het thans verstreken jaar werd op economisch terrein gekenmerkt door een hoog en nog steeds stijgend peil van werkgelegenheid, produktie en uitvoer, waardor het nationale in komen een nog niet bereikte hoogte verkreeg. In het komende jaar zal veel beleid worden gevraagd om te voorkomen, dat deze op zichzelf gun stige ontwikkeling wordt overspan nen en daardoor in haar tegendeel omslaat. Als een symptoom van deze drei gende overspanning valt in de eerste plaats te wijzen op het te verwachten tekort op de lopende rekening van de betalingsbalans als gevolg van de toe neming van de bestedingen. Dit baart te meer zorg omdat zeker onder de huidige omstandighe den enig overschot op de lopen de rekening wenselijk moet worden geacht. Inzake het vraagstuk van bedoel de bestedingen is intussen het advies van de Sociaal-Economische Raad gevraagd. De regering zal niet aarze len de in dit verband noodzakelijke maatregelen te treffen Het verloop van lonen en prijzen blijft grote aandacht vragen. Gege ven de recente loonsverhogingen en de aanpassing aan het loonniveau, die in 1957 moet worden verwacht, is uiterste waakzaamheid met betrek king tot ons prijspeil geboden. Het prijspeil van onze export is een van de belangrijkste factoren, welke be slissend zijn voor onze welvaart op van een verdere economische ontwik. lange termijn. Ook met het oog daar keling. De voor Suriname reeds over eengekomen plannen worden gelei delijk tot uitvoering gebracht. Voor de Antillen, waar de omstandighe den belangrijk verschillen, zal met de landsregering omtrent een verdere economische ontwikkeling overleg worden gepleegd, waarbij in de eer ste plaats aan het verlenen van tech nische bijstand wordt gedacht. De atoom-energie. Op het terrein van de kernenergie is de samenwerking, zowel bilateraal als multilateraal van het grootste ge wicht. In dit verband is het van belang, dat onlangs met de regering van de Verenigde Staten van Amerika een nieuwe bilaterale overeenkomst op atoomgebied is gesloten, welke bin nenkort aan de Saten-Generaal ter goedkeuring zal worden voorgelegd. Noors-Nederlandse relatie blijft een voornaam element van het be leid. Een hechte samenwerking met name in Europees verband, zoals nu- in de vorm van Euratom, waarover ik Met betrekking tot de andere uitga- reeds sprak, en in het kader van de yen. zal d® ««'riency en soberheid organisatie voor Europese Economi- 'n d? overheidsdienst krachtig wor- sche Samenwerking (O.E.E.S,). als- mede m de Europese Organisatie voor Eveneens met kracht zal worden voortgezet het kartelbeleid, hetwelk bij voortduring gericht zal zijn op het bevorderen van een gezonde eco nomische mededinging. Ook het financiële beleid zal wor den beheerst door de centrale doel stellingen, die ik reeds noemde. De vraag, welke concrete maatre gelen op het financiële en fiscale ter rein uit deze centrale doeleinden zullen voortvloeien, kan bij de alge mene financiële beschouwingen na der ter sprake komen. Afremmen nationale bestedingen. Tot een afremmen van de nationale bestedingen zal ook de overheid haar deel moeten bijdragen. De vraag of, en zo ja, welke overheidsinvesteringen in het kader van een evenwichtige afremming van alle bestedingscatego rieën kunnen worden verminderd of getemporiseerd, wordt onderzocht. periode van hoogconjunctuur, de to tale uitgaven van de staat minder zullen toenemen dan het nationale inkomen. Kerrnfysisch Onderzoek (C.E.R.N.) wordt nagestreefd, moet intussen als onontbeerlijk worden beschouwd om een doelftreffende bevordering van de toepassing der kernenergie in het economisch leven van ons land tot stand te brengen. De snelle ontwikkeling op kern- noodzakelijk, dat een inflatore finan- Tegengaan van inflatie. Uil", Hillegom, gespeeld. De utislagen ciering van de overheidshuishouding wordt vermeden, doch mede dat de overheidsfinanciering zonodig een tegendruk geeft tegen elders optre dende inflatore spanningen. In ver band met de huidige overspanning van de conjunctuur is het daarom niet voldoende, dat thans uitsluitend de lopende uitgaven van het rijk door normale inkomsten worden ge dekt. De regering zal er voorts naar streven de staatsschuld niet te doen toenemen, behoudens voor de finan ciering van redelijk renderende ob jecten. Een onderzoek zal worden inge steld naar de wenselijkheid en uit voerbaarheid van een belasting op rechstreekse vermogensvermeerde ringen, waarbij ook onderzocht zal worden in hoeverre hierbij rekening zal zijn te houden met vermogens- verliezen. De landbouw. De regering is zich er van bewust, dat de bedrijfsresultaten in de land bouw, ook afgezien van de slechte weersomstandigheden gedurende de laatste zomer, over het algemeen geen gunstig beeld vertonen. Haar streven blijft gericht op produktivi- teitsverhoging, waarbij speciale aan dacht zal worden gewijd aan die ge bieden, waar de voorwaarden voor de uitoefening van een rationele bijzonder moet door middel van cul tuur-technische werken en verbete ring van bedrijfsgebouwen door over heid en bedrijfsleven een structurele aanpassing van de landbouw aan de zich wijzigende omstandigheden wor den bevorderd. Voorts zal worden gestreefd naar de sanering van onrendabe kleine bedrijven door gebruikmaking van nieuw gewonnen grond of tot dit doel aangekochte gronden. Wettelijke maatregelen zullen wor den voorgesteld ter voorkoming van versnippering van bedrijven, herverkavelingen en saneringen heb ben plaats gevonden. Blijvende voor zieningen dienen te worden ge troffen tot prijsbeheersing der land bouwgronden. De regering zal een spoedige wet telijke regeling van het landbouwon derwijs, passend in het kader van de overige onderwijsvoorzieningen, be vorderen. Haar streven blijft verder gericht op behoorlijke bedrijfsuitkomsten op goed geleide, sociaal-economisch verantwoorde bedrijven. Te dien einde zullen de kostprijs berekeningen worden herzien en zal met name aandacht worden geschon ken aan de vraagstukken van de eigenaarslasten en de beloning van de arbeid van de boer. Prijsverhoging van enkele Iandbouwprodukten verhoging van het nadelig saldo van het landbouwegalisatiefonds of beide zullen hiervan het onvermijdelijke gevolg zijn. De regering overweegt nog, welke keuze uit de verschillen de mogelijkheden moet worden ge maakt, ook met het oog op de co: quenties voor prijs- en loonbeleid, in verband met de monetaire en bud gettaire situatie. Woningbouw. Ook het nieuwe opgetreden kabi net is van oordeel, dat aan de wo ningbouw een hoge prioriteit moet worden toegekend. Daarbij zal er voor moeten wor den gewaakt, dat de bouw van wo ningen voor arbeiders en kleine mid denstanders niet ?en te klein ge deelte van de woningproduktie gaat vormen. In verband hiermede zal aan de bouw van woningwetwoningen ten behoeve van deze categorieën der bevolking bijzondere aandacht wor den geschonken. Ter bevordering van de totstandko ming van een zo groot mogelijk aan tal woningen zal moeten worden ge streefd naar modernisering van het bouwapparaat en naar grotere conti nuïteit in de bouw. De regering zal daarom opdrachtgevers, aannemers en bouwondernemers blijven stimu leren om by voortduring in deze richting werkzaam te zijn. Zij zal initiatieven op dit gebied krachtig steunen o.a. door het ver lenen van medewerking aan grote woningbouwopdrachten De controle op de prijsvorming bij de woningbouw zal worden voort gezet en waar nodig en mogelijk worden uitgebreid. De regering zal streven naar voort zetting en uitbreiding van de coör dinatie van het beleid met betrek king tot de ruimtelijke ordening. Bij zondere aandacht zal in de komende jaren moeten worden besteed aan de problemen, welke worden veroor zaakt door de toenemende bevol kingsdichtheid in ons land. De huren. Een voorstel tot verhoging van de huren der vooroorlogse woningen met 25 zal op korte termijn bij de Staten-Generaal worden aanhangig gemaakt. Enkele categorieën van ge durende en na de oorlog gebouwde woningen, waarvan het huurpeil mo menteel op het niveau van de voor oorlogse woningen ligt, zullen mede in de huurverhoging worden betrok ken. Tegelijk met het voorstel tot huur verhoging zal een wetsontwerp wor den ingediend, krachtens hetwelk gedurende tien jaren 50 van die verhoging door de eigenaar van een verhuurde woning op een geblok keerde rekening moet worden ge stort. Naarmate de situatie op de ar beidsmarkt het mogelijk maakt om behalve aan de nieuwbouw, ook aan vernieuwing en verbetering van be staande woningen meer aandacht te schenken, zal deblokkering der in geschreven bedragen kunnen geschie- den naar rato van de bedragen, wel- ke de eigenaar voor vernieuwing en verbetering van de desbetreffende woningen heeft besteed. Op het gebied van de sociale poli tiek worden de volgende regelingen voorbereid. Een kinderbijslagTegeling als volks verzekering, van het derde kind af, Wii vün R1 maar wij begrU- Wl| Zl|n 01pen beat, wat de Olympiade voor de jonge (en oudere) mensen van vandaag betekent Daarom brengen wij in het kader van onze „verjaardagsviering" een speciale aan bieding van truien voor jongens (èn meisjes) met op de effen band over de borst de vijf Olymjplade-ringen Vijf ringen, één ring voor ieder werelddeel, dat is het symbool van de huidige samenwerking tussen de volken l Gééf Ufr kind zo'n trui Het is een moderne, grof-gebrelde trui in RAF-blue, gr(js en fiesgroen en te verkrijgen voor de leeftijden tussen vijf en vijftien jaar, vanaf, f 12,95 met een kleine prijsstijging per maat. Haarlemmerstraat hoek Donkersteeg - Leiden (Advertentie! met een aanvullende regeling voor de groepen, die tot dusverre al van het eerste kind af kinderbijslag ont vangen. Een wettelijke verzekering voor weduwen en wezen, eventueel voor afgegaan door een noodregeling. Herziening van de invaliditeitswet en de ongevallenwet. Voortzetting van unificatie, codifa- catie en vereenvoudiging der sociale verzekering. Wettelijke regeling van het zie kenfondswezen. Gehandhaafd zal worden de moge lijkheid tot loondifferentiatie met beheersing van de lonen binnen de grenzen gesteld door de centrale doeleinden van het sociaal-economi- misch beleid. Geleidelijke verwezenlijking van gelijke beloning van mannen- en vrouwenarbeid zal worden bevor derd. De verdere ontwikkeling van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie zal krachtig worden gestimuleerd, opdat deze binnen redelijke termijn over de gehele linie van het bedrijfs leven wordt verwerkelijkt. In de overheidssfeer van wetge ving en bestuur zal de nodige aan dacht worden geschonken aan het maatschappelijke zelfdoen. De bezitsvorming. Ter bevordering van de bezitsvor ming wordt gedacht o.a. aan reeds ingediende of voorbereide voorstellen inzake eigen woning, toekennen van premies aan jeugdige spaarders en een spaarregeling ten behoeve van het overheidspersoneel, bevordering van het bouwsparen overeenkomstig wetsontwerp 4273 (voorzieningen met betrekking tot werkgeversbijdragen aan bouwspaarfondsen) met uitbrei ding van de daarin voorziene maat regelen tot werkgeversbijdragen in andere nader aan te wijzen op duur zaam bezit gerichte werknemers- spaarfondsen. Voorts zal naar gelang van de erva ringen, met deze voorzieningen in de praktijk opgedaan, onderzocht worden of die gevolgd zullen wor den door andere maatregelen van soortgelijke strekking ook voor an dere groepen. Bevordering van winstdeling met spaarregeling, zowel voor de bezits vorming als ter vermijding van in flatoire spanningen zal worden over wogen. Vervanging van de armenwet door een wetgeving op de maatschappelij ke zorg en het maatschappelijk werk ligt in het voornemen. Hangende de voorbereiding hiervan zal op korte termijn een wetswijziging worden aanhangig gemaakt tot beperking van de verhaalsmogelijkheid. Bij de voortschrijdende ontwikke ling van het maatschappelijk werk zullen in het bijzonder de integratie bij het particulier initiatief en een juiste verhouding tussen de bemoei ingen van de plaatselijke, provincia le en rijksoverheid op het gebied van het maatschappelijk werk worden bevorderd. De middenstand. Op het gebied van de middenstand zal een onderzoek worden ingesteld naar de wenselijkheid ener wettelijke regeling ter bevordering van vrij willige sanering met medewerking van de overheid Wettelijke maatregelen tot groter bescherming van huurders van be drijfspanden zullen in overweging worden genomen. Middenstandsvoorlichting, ook be- drijfstakgewijze voorlichting door het georganiseerde bedrijfsleven, zal krachtig worden bevorderd. Medewerking zal worden verleend aan een raad voor midden- en klein bedrijf. Een wettelijke regeling van het middenstandsonderwijs wordt voor bereid. (Zie vervolg op pag. 6).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 5