Materiele overwinningen maken de
eigenlijke overwinning onzichtbaar
Bezwaren tegen totaliseren van
arbeidersgroep als 'n soort kudde
Eerste herderlijk schrijven van mgr. Jansen
„De nood van deze tijd
moet onze nood zijn"
Overeenstemming in Horeca-bedrijf
ROMME CONTRA PREES
Grotere vacantie-spreiding en
kortere reisduur noodzakelijk
Tentoonstelling „Het Duitse Boek"
MAANDAG 14 MEI 1956
DE LE1DSE COl
DERDE BLAD - PAGINA 1
Gistermorgen heeft de pas-gewijde
bisschop van Rotterdam, mgr. M. A.
Jansen, zich met een herderlijk schrij
ven tot de gelovigen van zijn bisdom
gericht èn in dit eerste herderlijke
schrijven van mgr. Jansen beperkt hij
zich niet slechts tot de mogelijkheden
en noden, die in zijn bisdom aan
wezig zijn, doch tevens laat hij zijn
gedachten gaan over de vele grote
wereldproblemen, waarvan de meer
plaatselijke problemen een uitvloeisel
zijn.
In de opening van zijn brief om
schrijft mgr. Jansen de verhouding,
die bestaat tpt bisschop en gelovigen:
„Ik ben zelf mijn getuigschrift, ge
schreven in het verborgene'van mijn
hart, dat U allen in liefde moet om
sluiten", zo bepaalt mgr. Jansen zijn
eigen plaats in het bisdom, maar, zo
vervolgt hij, „ook gij zijt een brief
van Christus; gij zijt zijn wegwijzers
door uw schreden te richten naar
Hem en aldus naar uw geluk".
De gelovigen zijn de „brief van
Christus", geschreven door de bis
schop, ingevolge de opdracht van
Christus: Gaat dus heen en maakt
alle volkeren tot leerlingen en doopt
hen in de naam van de Vader en van
de Zoon en van de H. Geest".
Met de korte definitie: „Met de vol
heid van zijn Priesterschap is Christus
in uw bisschop en daardoor ook in
Zijn Kerk en in uw midden tegen
woordig", besloot mgr. Jansen de
inleiding van zijn herderlijk schrij
ven.
De bisschop is echter tevens de
opdracht gegeven zo vervolgde
mgr. Jansen om de nood van de
wereld practisch te kennen, met de
zelfde gezindheid en liefde, die in
Jezus Christus was, hetgeen de bis
schop van Rotterdam met het tweede
vers van het zevende hoofdstuk der
Filipensen-brief tot uitdrukking
bracht: Christus heeft de nood ge
kend van de mensen in Zijn tijd, om
dat hij de gestalte heeft aangenomen
van een slaaf.
TRAGISCH VERLANGEN
De noden van deze tijd zag mgr.
Jansen vooral op materieel terrein,
omdat daardoor de mens in zijn gees
telijk bestaan geraakt wordt. Niet al
leen de noden van Nederland bezag
mgr. Jansen maar ook de nood in de
„onder-ontwikkelde gebieden", in de
concentratie- en vluchtelingenkam
pen, en de nood in practisch alle lan
den veroorzaakt door het gebrek aan
woningen.
Boven al deze noden staat echter
Mr. Marchant f
Te 's-Gravenhage is zaterdagavond
in de ouderdom van 87 jaar over
leden mr. H. P. Marchant, oud-minis
ter van onderwijs, kunsten en weten
schappen. De ter aarde bestelling zal
geschieden aanstaande woensdag om
half twaalf op de begraafplaats Oud
Eik en Duinen te 's-Gravenhage.
Hendrik Pieter Marchant werd op
12 februari 1869 te Deventer geboren.
Na een gymnasiale opleiding in zijn
geboorteplaats, studeerde hij aan de
rijksuniversiteit te Leiden rechten. In
1904 promoveerde hij te Leiden op
een proefschrift „Begrip en gevolg
van belediging naar.burgerlijk recht".
Daarna vestigde hij zich als advocaat
en procureur te Deventer, waar hij
gemeenteraadslid en later wethouder
werd. Hij had zitting in de Tweede
Kamer voor de Vrijzinnig Democra
tische Partij. Toen hij in verband
hiermee naar Den Haag verhuisde,
werd hij al spoedig ook in Den Haag
raadslid en in 1931 wethouder.
1953 werd hij minister van onderwijs,
kunsten en wetenschappen. Als zo
danig voerde hij de vereenvoudigde
spelling de „spelling-Marchant" in.
In 1935 trad hij af als minister in
verband met zijn overgang naar de
R. K. Kerk.
Mr. Marchant was ridder in de
Orde van de Nederlandse Leeuw.
Reebok overreden
Geen schadevergoeding
Op de Apeldoornseweg te Ede is
gistermorgen een plotseling uit de
bossen langs de weg te voorschijn
springende grote reebok door een
personenauto gegrepen en gedood.
De automobilist liet het dier liggen
en informeerde op het politiebureau
te Ede aan wie hij de bij de botsing
opgelopen schade aan de wagen in re
kening kon brengen, maar hij moest
vernemen, dat zich op de openbare
weg bevindend wild niemands eigen
dom is en dat er van verhaal dus
niet veel kon komen.
Als een soort herstelbetaling mocht
hij zich wel de dode reebok toeëige-
nen, maar toen men deze op wilde
halen bleek een ander zich reeds
over het stuk wildbraad ontfermd te
hebben.
de nood naar God.
Een wandeling door Rotterdam had
mgr. Jansen geconfronteerd met de
technische macht, die de mens mo
menteel beheerst. De aantrekkings
kracht van techniek en cijfers is be
angstigend, omdat door haar aan
trekkingskracht de mens niet meer
tot zichzelf kan komen.
De wereld, waarin hij zich thuis
voelt en waarin hij triomphen viert,
is de wereld van techniek en cijfers.
„Daarom", zo concludeerde mgr. Jan
sen", is het niet te verwonderen, dat
hij onwennig staat tegenover een
werkelijkheid, die hij niet kan door
gronden of beheersen: de werkelijk
heid, die God is.
De tragiek van de huidige mens
heid is, dat zij roépt om God, zonder
dit zelf te beseffen; hierdoor kan zij
niet meer openstaan voor de bevrij
ding van Christus: hét Kindschap
Gods.
Dat deze verlossing de mens niets
meer zegt, is zo betoogt mgr. Jan
sen de nood van deze tijd.
GEMEENSCHAPPELIJKE TAAK
Dringend spoort de bisschop van
Rotterdam vervolgens de gelovigen
aan om zich onbesmet te bewaren
voor de geest der wereld. Wetenschap
en techniek zijn kostbare, ons door
God gegeven zaken, maar zij zijn
niet de kostbaarste.
Naast de zorg voor zichzelf, rust op
de gelovigen de plicht om anderen te
winnen voor het rijk van Christus:
„Wij moeten laten zien dat het rijk
van de wereld en het Rijk van Chris- I
tus een onverdeelde eenheid moet
worden.
Op de eerste plaats geldt deze op
dracht de priesters, maar met het
woord van de H. Petrus betrekt mgr.
Jansen ook alle gelovigen in deze op
dracht: „Gij zijt een uitverkoren ge
slacht, een koninklijk priesterdom,
een heilige natie, een aanverwórven
volk om te verkondigen de deugden
van Hem, die u riep uit de duisternis
tot Zijn wonderbaar licht".
„Samen", zo besluit het herderlijk
schrijven, „werfrend aan deze op
dracht, schuwen wij de moderne tijd
niet, maar spannen ons in om de
Blijde, de bevrijdende Boodschap van
Christus tot werkelijkheid te brengen
in onszelf en in allen met wie wij
leven".
Stuurloze ballon
Flauwe aardigheid
In de nacht van zaterdag op zóndag
hebben enkele ondernemende lieden
een reclameballón, gevuld met water
stofgas, die verankerd was aan de
Noord-Oostzijde te Lisse, losgesneden
van zijn kabel, zodat deze ballon,
die de vorm van een pakje sigaretten
had, het luchtruim koos. Daar het
gevaarte voor het luchtverkeer een
gróót gevaar kon betekenen en
tevens een ontploffing kon veroorza
ken, wanneer het zou landen, werd
direct "een onderzoek ingesteld. In
de morgenuren ontdekten boeren, die
onder de gemeente Brandwijk hun
koeien gingen melken, het gevaarte
op hun weiland. De ijlings gewaar
schuwde oolitie liet de ballon leeg
lopen en bracht het omhulsel bij de
eigenaars terug.
Onvoorzichtigheid
bracht heidebrand
Onvoorzichtigheid met vuur van
jongens, die in het veld dwaalden, is
oorzaak geworden van een vrij grote
bos- en heidebrand in het Leggeloer-
veld onder de gemeente Dwingelo.
De brandweer van Dwingelo kon de
vlammen pas blussen, nadat reeds
een tiental hectaren bos en heide
was zwart geblakerd. Tegelijkertijd
brak ook brand uit in het Wapserveld
onder Diever in een oppervlakte
heide van ongeveer vijf hectaren.
Deze oppervlakte ging geheel ver
loren. De brandweer moest uitruk
ken om verdere uitbreiding te voor
komen, hetgeen gelukte. De ver
brande óppervlakte heide lag vlak
tegen het bekende landgoed „De
Berkenheuvel" te Diever aan.
Over 3 pet. en verdere verruiming arbeidsvoorwaarden
Tussen de werknemersorganisaties
en de Federatie van Ondernemersor
ganisaties in het Horecabedrijf is vol
ledige overeenstemming bereikt over
de toepassing van de Regeringsbeslis-
singen van 19 september 1965 en 19
maart 1956.
De Federatie heeft de besturen van
de bij haar aangesloten organisaties
verzocht om haar leden aan te beve
len een uitkering ineens te verstrek
ken aan iedere werknemer, die in
1955 in dienst is geweest. De uitke
ring bedraagt 150% van het voor de
betrokken werknemer vastgesteld
weekloon of weekgarantie-inkomen,
indien de werknemer in 1955 gedu
rende 12 maanden in dienst is ge-
Altijd: de Staat,
de Staat, de Staat
Zaterdagmiddag gaf prof. Romme
in een rede. gehouden in de veiling
hallen te Breda voor de kring West-
Brabant antwoord op een opmer
king van min. Drees, waarin deze
zeide: „In de hoogconjunctuur gaat
er teveel naar te weinig".
Het zou me een lief ding waard
zijn, aldus prof. Romme, „wanneer
dat woord eerder was gesproken.
Wanneer het geleid had tot bespre
king in de boezem van het kabinet.
Wanneer men zich daar rekenschap
had gegeven van de oorzaken van
dit verschijnsel.
En wanneer men een krachtige en
tijdige poging had ondernomen om
de toenemende welvaart in ruimer
mate aan velen ten goede te doen ko
men, aan de velen die tot de wel
vaartstoeneming ook hun medewer
king hebben gegeven.
Dr. Drees had het oog op de ver
mogenswinsten van nu, en ik begrijp
zijri klacht dat daarvan teveel gaat
naar te weinigen.
Maar waarom dan niet eerder de
vrijere loonvorming gehanteerd,
waarop wij al drie jaar geleden met
klem hebben aangedrongen („ruwe
stoot-, noemde de deftige Nieuwe
Rotterdam dat toen), de vrijere loon
vorming die toch het enige middel is
om in beter renderende bedrijfstak
ken, in beter renderende onderne
mingen ook de arbeiders in die be
tere resultaten naar redelijkheid en
rechtvaardigheid te doen delen.
Waarom dan niet van overheids
wege de winstdeling met spaarrege
ling gestimuleerd en bevorderd.
Door daaraan belastingfaciliteiten
te verbinden voor arbeiders en voor
ondernemers, en zo, het in de rich
ting te sturen dat de vermogensre
sultaten van de hoogconjunctuur tot
bezitsvorming onder de velen zou
hebben geleid?
Zozeer als ik de klacht van dr
Drees, dat er in hoogconjunctuur te
veel gaat naar te weinig, zozeer als
ik die klacht begrijpt zo weinig
kan ik onderschrijven het middel dat
hij aanprijs en voor de komende pe
rioden op het oog schijnt te hebben:
het eeuwige middel van weer nieuwe
belasting.
In het verslag van zijn rede lees
ik: „Eerder moeten we nog een be
lasting hebben op de yermogenswin-
sten van nu dan dat we mogen luis
teren naar stemmen, die om verla
ging van de belastingen roepen".
De minister-president Drees heeft
het gelukkig anders gedaan, en wel
zijn medewerking verleend aan be
lasting-verlaging. In de afgelopen
periode tot tweemaal toe, en tot de
ronde som van 1 milliard gulden.
Maar is het niet een vergissing om
een arbeider of een middengroeper,
die geen vermogen hebben, vast te
spijkeren op hun inkomstenbelasting,
omdat de vermogenswinsten van nu,
waar zij part noch deel aan hebben,
niet belast zijn?
Of moet deze vergissing worden
begaan om van de aandelen onzer
ondernemingen een deel te leiden
naar de staat en zo een bron van
planmatige socialisatie aan te boren?
Eens en oneens.
Dr. Drees heeft in de R.A.I. ver
teld dat de ongelijkheid, die uit de
vermogenswinsten van nu voort
vloeit, verminderd moet worden. Ik
ben het volmaakt met hem eens,
maar ik ben het even volmaakt met
hem oneens, dat het middel zou zijn,
overheveling naar de_ staat. Daar
worden de weinigen sléchter en de
velen, aan wie de vermogenstoene
ming ook toekomt, niet beter van,
zoals ze beter ervan moeten worden.
Op die manier wordt het altijd de
Staat. De Staat, de Staat. Terwijl ex-
voor de arbeiders niets overblijft.
Terwijl het er toch juist om gaat
om de velen die in de ondernemin
gen meewerken aan het resultaat en
ook hen tot bezitters te maken.
Ik vraag mij af, of hier zelfs geen
vergissing in het spel is tegenover
het nieuwe «ocialistische program.
Met de collectivistische tendens, die
de P.v.d.A. ook in haar nieuwe pro
gram aan de bezitsvorming wil ge
ven ben ik het niet eens. In dat P.v.
d.A.-program staat: „bevordering van
het medebezit der gezamenlijke
werknemers in het nieuw gevormde
vermogen in de bedrijven waardoor
alle werknemers profiteren van de
winsten die in bepaalde bedrijfstak
ken en ondernemingen worden ge
maakt".
Tegen dat gezamenlijke, tegen dat
zonder enige rechtvaardiging tota
liseren van de arbeidersgroep als
een soort kudde heb ik bezwaar.
Maar het P.v.d.A.program spreekt
dan toch nog tenminste van* de werk
nemers. En nu wordt het in de mond
van dr Drees, althans volgens het
verslag, plotseling do staat. Waarom
Vadertje Staat zo vriendelijk zou
mogen zijn om zich zo maar in hun
plaats te stellen, de werknemers be
zitloos te laten en zichzelf tot de be
zitter te decreteren, ontgaat mij.
Dr. Drees heeft in diezelfde rede
een aardige uitdrukking gebruikt,
die mij, toen ik haar las, deugd heeft
gedaan.
Zich kerende tegen het verwijt
van dirigisme, zei hij: „Maar wat is
regeren anders dan dirigisme?" Zie
zo dacht ik, daar gaat het hele diri
gisme de pot in. Het wordt eenvou
dig teruggebracht tot regeren.
Maar ik was wat te vroeg want
dr Drees bleek toch wel een eigen
aardige dirigent op het oog te heb
ben, een dirigent, die je met alle eer
bied voor zijn bekwaamheden en ta
lenten toch af en toe in de kijkert
moet houden. Want af en toe, blijkt
die dirigent ook wat veel te voelen
voor andere talenten. Dr. Drees stel
de zijn publiek immers voor ogen,
een dirigent, die niet alleen het or
kest dirigeert, maar die ook de op
brengst van het concert naar zich toe
wil halen. Én dit lijkt mij toch waar
lijk evenmin de taak van een diri
gent als van een regeerder.
Ir. DEN HOLLANDER:
Grenzen moeten ruimer open!
Dr. ir. F. Q. den Holander, pre
sident-directeur van de Nederlandse
Spoorwegen, heeft zich zaterdagmid
dag in Amsterdam op de vijftigste
jaarvergadering van de Nederlandse
reisvereniging, waar hij sprak over
het toerisme in de toekomst, een
overtuigd voorstander verklaard van
bredere vacantiespreiding. Het is niet
meer mogelyk, zo zei hij, om met de
middelen, die het i-eizigersverkeer
tot zijn beschikking heeft, de vacan-
tie te doen zijn, wat zij naar zijn
aard behoort te zijn: rustige verpo
zing. Te veel mensen nemen vacantie
binnen een te beperkt tijdsbestek.
Verenigd Europa.
Ir. Den Hollander bepleitte voorts
een ruimer open stellen van de Euro
pese grenzen. Hij sprak de hoop uit
eens te kunnen spreken van de „Ver
enigde Staten" van Europa.
Het verkeer zal zich in de toe
komst, aldus de president-directeur,
moeten concentreren op bekorting
van de reistijd. De snelheden behoe
ven niet in de eerste plaats te wor
den opgevoerd maar op het ogenblik
gaat nog te veel tijd verloren aan het
afremmen van de voertuigen.
Trans-Europe-Express.
De spoorwegen hebben, evenals
het zee- en luchtverkeer, nog een
grote ontwikkeling voor de boeg. In
1957 zal een Trans-Europe-Express
in gebruik worden genomen, die tot
stand is gekomen door de samenwer
king van 7 verschillende Europese
spoorwegmaatschappijen. De snelheid
van deze express zal niet veel hoger
liggen dan die van de normale trei
nen. Het aantal stopplaatsen zal ech
ter tot een minimum worden be
perkt.
In de oudheid.
Voor dr. Den Hollander had prof.
R. Hoetink voor de deelnemers aan
de jubileumvergadering gesproken
over het toerisme in de oudheid. Hij
voerde zijn gehoor terug naar de
bloeitijd van het Romeinse rijk, en
schetste de reiziger van die dagen,
voorthobbelend in zijn reiswagen
langs overigens goedgebaande pu
blieke wegen, zijn verpozing zoekend
in een antiek „pocket boek", een
papyrus-rol, speciaal voor het reizen
ontworpen.
Nederlandse films
welkom in Rusland
Ciske in Motkou
De Nederlandse speelfilm „Ciske
de Rat", die op de biennale in Vene
tië werd bekroond en die daar ook
de aandacht van de Russische film
experts heeft getrokken, zal binnen
kort ook in de Sovjet Unie worden
uitgebracht. De film wordt dan in
het Russiscih nagesynchroniseerd,
omdat de in Nederland gebruikelijke
gedrukte tekst in de eigen taal, daar
onbekend is.
Men heeft bij de Russische deskun
digen grote interesse geconstateerd
niet alleen voor de speelfilm Ciske,
maar ook voor de korte documen
taires van Bert Haanstra, Herman
van der Horst en anderen die ook op
de biennale geen onbekenden zijn.
De heer Boekman, directeur van de
filmmij „Amsterdam", heeft de Ne
derlandse speelfilm in Moskou ver
toond en onderhandelingen gevoerd
over de verkoop. Voorts neeft hij de
Nederlandse poppenrolprent van
Joop Geesink „Kermesse Fantas-
tique" gedraaid, die door experts
van poppenfilms met een warm
applaus is beloond.
De heer Boekman heeft verder van
gedachten gewisseld over een door de
Russen voorgestelde culturele uit
wisseling, die is begonnen met een
tijdelijke ruiling van Rembrandt-
schilderljen, en die b.v. zou kunnen
worden voortgezet met het houden
van een Nederlandse filmdag in de
Sovjet Unie.
Nieuwe kippenziekte
Niet dodelijk, meer schadelijk
Do Nederlandse kippenstapel wordt
bedreigd door een nieuwe ziekte, de
„infectueuse bronchitis". Op tal van
plaatsen is deze ziekte geconstateerd,
maar het meest komt zij voor in
Oost-Brabant en in de Peel. Plaat
selijk is ze hier en daar sterk ver
spreid. De kippen kunnen tijdens het
ziekteproces moeilijk ademhalen en
staan te kuchen en te piepen.
Meestal sterven ze er echter niet
aan. Na een paar weken herstelllen
ze. Maar het grote nadeel ligt hierin
dat de dieren als ze tijdens de leg-
periode door bronchitis overvallen
worden, vrijwel volkomen van de leg
raken, en ook na het herstel komt de
produktie niet meer hoger dan rond
50%.
Het is niet met zekerheid te zeg
gen of het een geheel nieuwe ziekte
is, of dat men als gevolg van grotere
kennis het ziektebeeld scherper on
derscheiden kan. Vroeger kende men
b.v. ook de z.g. snotziekte" bij kip
pen, die wel veel weg heeft van deze
bronchitis, maar deskundigen menen
dat het toch weer een andere daarvan
afwijkende ziekte is. Men is bezig
met de ontwikkeling van een middel
tegen deze ziekte, maar die pogingen
verkeren nog in een experimenteel
stadium. De invloed van deze ziekte
op de aanvoer bij de grote verzamel
plaatsen is nog niet juist vast te stel
len, maar plaatselijk is de schade
soms zeer groot.
Utrechts burgemeester oefent critiek op
„zware" Duitse wetenschap
De burgemeester van Utrecht, jlir. - en Amerikanen in de oorlog onze
mr. C. J. A. de Ranitz, heeft zaterdag
middag in het gebouw Tivoli te
Utrecht de tentoonstelling „Het Duit
se Boek", die tot 18 mei wordt ge
houden, officieel geopend.
Na gememoreerd te hebben, dat de
Duitse legers en politietroepen in het
Nederlandse volksbestaan wonden
hebben geslagen, die volgens hem op
de duur alleen kunnen worden ge
heeld door het bevorderen van de
allerbeste culturele en economische
betrekkingen tussen beide landen,
constateerde jhr. de Ranitz in zijn
openingsrede een zekere gereser
veerdheid van het Nederlandse pu
bliek, met name ten aanzien van de
wetenschappelijke Duitse publikaties.
Burgemeester De Ranitz meent, dat
deze gereserveerdheid mede kan wor
den verklaard door de geestelijke in
stelling van het Nederlandse volk.
Niet enkel geografisch maar ook
cultureel gesproken ligt Nederland,
volgens burgemeester De Ranitz, tus
sen het Engelse en Duitse taalgebied
in. De Engelse taal heeft in Nederland
in de laatste tijd de plaats ingenomen,
welke vroeger de Duitse taal bezat,
terwijl op wetenschappelijk gebied
de invloed van de Engelse en Ameri
kaanse handboeken en tijdschriften
buitengewoon is gegroeid en nog
steeds groeiende is.
De omstandigheid, dat de Engelsen
bondgenoten zijn geweest, speelt
daarbij, volgens spreker, zéker êen
rol.
Nederland is zich ook geestelijk
meer naar het Westen gaan oriënte
ren.
Daarnaast zijn er, volgens jhr. de
Ranitz, ook diepere wezenlijke oor
zaken.
In dit verband wees hij erop, dat
de eenvoudige zakelijke structuur van
de Engelse en Amerikaanse weten
schappelijke publikaties, bij alle kri
tiek die men daarop kan hebben, de
gemiddelde Nederlandse weten
schapsman en student gemakkelijker
en zinvoller aanspreekt dan tal van
Duitse publikaties, die volgens de
Utrechtse burgervader, veelal geken
merkt zijn door een schrijf- en be
toogtrant, door een idioom, dat, naar
verhouding, de moderne Nederlandse
intellectueel minder ligt.
De verbreiding van het Duitse boek
in Nederland, is, zo besloot jhr. De
Ranitz, niet gediend met gelegen-
heidsphrasen, maar slechts met op
recht gemeende zo nodig kriti
sche uitspraken.
Nederland heeft zoveel te danken
aan de ontwikkeling van de weten
schap in Duitsland en de literatuur
van de klassieke Duitse schrijvers
en denkers, dat wij deze pöging tot
het voortzetten van een oude traditie
vveest. Is het dienstverband korter
dan 12 maanden geweest, dan dient
een evenredig gedeelte van de uit
kering uitbetaald te worden.
De uitbetaling van de uitkering
dient te geschieden vóór 4 juni 1956
en wel zoveel mogelijk in termijnen.
Volledigheidshalve wordt er op ge
wezen, dat de uitkering uit de winst
dient te geschieden en. niet tot prijs
verhoging aanleiding mag geven.
Reeds over 1955 verstrekte grati
ficaties kunnen in mindering worden
gebracht, voorzover zy meer bedra
gen dan over 1954 verstrekte gratifi
caties.
Naar aanleiding van het - verzoek
van de Federatie bevelen de besturen
van de drie ondernemersorganisaties
iedere werkgever aan om een uitke
ring ineens over 1955 met inachtne
ming van het bovenstaande uit te be
talen.
Voorts is tussen werkgevers- en
werknemersvertegenwoordigers vol
ledige overeenstemming bereikt over
de verdere toepassing van beide re
geringsbeslissingen.
Deze ovei*eenstemming houdt in,
dat in d-e af te sluiten C.A.O. het aan
tal vakantiedagen wordt verhoogd tot
15, de vakantie-toeslag wordt gesteld
op 2 weken loon c.q. garantie-inko
men, een bovenwettelijke ziekengeld
uitkering wordt ingevoerd, waarffïi
het ziekengeld wordt aangevuld tot
90% van het dagloon gedurende ten
hoogste 26 weken per jaar; tenslotte
zal in de C.A.O. aan de werkgever
de bevoegdheid worden gegeven om
jaarlijks een gratificatie te verstrek
ken ten bedrage van het vastgesteld
weekloon c.q. garantie-inkomen.
Eerste 6 procent in
houtnijverheid
De nieuwe C.A.O. bij de N. V.
Bruynzeel te Zaandam, die per 1 juli
a.s. ingaat, is dc eerste in de hout
nijverheid waarbij door het college
van rljksbemiddellaars goedkeuring
is verleend voor de zes procent loons
verhoging.
B(j de onderhandelingen tussen de
directie van de Bijenkorf te Amster
dam en de Handels- en Kantoor
bediendenorganisaties is de volgende
overeensteming bereikt: de drie pro
cent over 1955 wordt uitgekeerd, ook
aan diegenen die in de loop van 1955
in militaire dienst zijn gegaan en aan
de gepensioneerden. De vakantieduur
werd in het algemeen uitgebreid met
drie dagen. Bovendien wordt de
gratificatieregeling verbeterd.
Limburgse inbreker
maakte „overuren"
In de nacht van vrijdag op zaterdag
Is ingebroken in het kantoor van de
steenfabriek Canoy Herfskens te Te-
gelen.
De dader verschafte zich toegang
door de achterdeur te forceren. Uit
het kantoor waar hij alle» overhoop
haalde, nam hij enkele loonzakjes
van arbeiders, die \varen blijven lig
gen, in totaal met een inhoud van
ruim ƒ500,— mee.
Diezelfde nacht is ook ingebro
ken in het kantoor van de garage
Al Iers enkele honderden meters zui
delijker van het bovengenoemde
kantoor. De dader kon echter niets
van zijn gading vinden en verliet
onverrichter zake weer deze kantoor
ruimte. De politie in Tegelen ver
moedt, dat deze beide inbraken met
elkaar in verband staan en ook, dat
zij ip verband staan met 'n enkele we
ken geleden gepleegde inbraak in
een fabriekskantoor te Steijl onder
Tegelen, waar eveneens vergeefs
werd ingebroken, omdat alle waar
devolle zaken in een stalen kast wa
ren opgesloten, die de dader niet kon
forceren. Tevens werd zaterdagmor
gen ontdekt, dat in de parochiekerk
van St. Joseph te Tegelen de offer
blokken waren gelicht, waaruit naar
schatting een bedrag van 50,—
werd meegenomen.
DIRFX TEUR-HOOFDRKDACTE: 'R
HAARLEMS DAGBLAD
OVERLEDEN.
In de afgelopen nacht is in hét
Diaconessen ziekenhuis in Haarlem
op de leeftijd van 64 jaar overleden
de heer Robert W. P. Peereboom,
hoofdredacteur-directeur van het
Haarlems Dagblad/Oprechte Haar
lemse Courant, die een bekende fi
guur is geweest in journalistieke
kringen.
HERINNERING AAN HULP
VAN AMATEURS BIJ RAMP
Uit alle provincies van Nederland
waren zaterdagmorgen radioamateurs
bijeengekomen voor de bijwoning van
de onthulling van de gedenksteen in
de hal van het Zierikzeese stadhuis;
een wijnrode steen, die de hulp van
de zendamateurs in de rampdagen
1953 uitbeeldt.
De waarnemend commissaris van
de koningin in Zeeland, mr. dr. A. J.
J. M. Mes, verrichtte de onthulling,
waarna de voorzitter van de veron
(vereniging voor experimenteel
radio-onderzoek in Nederland) de
heer L. J. van der Tholcn het kunst
werk aan de goede zorgen van het
gemeentebestuur van Zierikzee over
droeg.
niet dan met sympathie en belang
stelling kunnen begroeten.
Bovendien is het volgens hem, een
van de vele noodzakelijke schakels
ini de geestelijke toenadering tussen
Duitsland en Nederland en in het
streven naar de verwezenlijking def
Europese gedachte.