Materiele overwinningen maken de eigenlijke overwinning onzichtbaar Bezwaren tegen totaliseren van arbeidersgroep als 'n soort kudde Eerste herderlijk schrijven van mgr. Jansen „De nood van deze tijd moet onze nood zijn" Overeenstemming in Horeca-bedrijf ROMME CONTRA PREES Grotere vacantie-spreiding en kortere reisduur noodzakelijk Tentoonstelling „Het Duitse Boek" MAANDAG 14 MEI 1956 DE LE1DSE COl DERDE BLAD - PAGINA 1 Gistermorgen heeft de pas-gewijde bisschop van Rotterdam, mgr. M. A. Jansen, zich met een herderlijk schrij ven tot de gelovigen van zijn bisdom gericht èn in dit eerste herderlijke schrijven van mgr. Jansen beperkt hij zich niet slechts tot de mogelijkheden en noden, die in zijn bisdom aan wezig zijn, doch tevens laat hij zijn gedachten gaan over de vele grote wereldproblemen, waarvan de meer plaatselijke problemen een uitvloeisel zijn. In de opening van zijn brief om schrijft mgr. Jansen de verhouding, die bestaat tpt bisschop en gelovigen: „Ik ben zelf mijn getuigschrift, ge schreven in het verborgene'van mijn hart, dat U allen in liefde moet om sluiten", zo bepaalt mgr. Jansen zijn eigen plaats in het bisdom, maar, zo vervolgt hij, „ook gij zijt een brief van Christus; gij zijt zijn wegwijzers door uw schreden te richten naar Hem en aldus naar uw geluk". De gelovigen zijn de „brief van Christus", geschreven door de bis schop, ingevolge de opdracht van Christus: Gaat dus heen en maakt alle volkeren tot leerlingen en doopt hen in de naam van de Vader en van de Zoon en van de H. Geest". Met de korte definitie: „Met de vol heid van zijn Priesterschap is Christus in uw bisschop en daardoor ook in Zijn Kerk en in uw midden tegen woordig", besloot mgr. Jansen de inleiding van zijn herderlijk schrij ven. De bisschop is echter tevens de opdracht gegeven zo vervolgde mgr. Jansen om de nood van de wereld practisch te kennen, met de zelfde gezindheid en liefde, die in Jezus Christus was, hetgeen de bis schop van Rotterdam met het tweede vers van het zevende hoofdstuk der Filipensen-brief tot uitdrukking bracht: Christus heeft de nood ge kend van de mensen in Zijn tijd, om dat hij de gestalte heeft aangenomen van een slaaf. TRAGISCH VERLANGEN De noden van deze tijd zag mgr. Jansen vooral op materieel terrein, omdat daardoor de mens in zijn gees telijk bestaan geraakt wordt. Niet al leen de noden van Nederland bezag mgr. Jansen maar ook de nood in de „onder-ontwikkelde gebieden", in de concentratie- en vluchtelingenkam pen, en de nood in practisch alle lan den veroorzaakt door het gebrek aan woningen. Boven al deze noden staat echter Mr. Marchant f Te 's-Gravenhage is zaterdagavond in de ouderdom van 87 jaar over leden mr. H. P. Marchant, oud-minis ter van onderwijs, kunsten en weten schappen. De ter aarde bestelling zal geschieden aanstaande woensdag om half twaalf op de begraafplaats Oud Eik en Duinen te 's-Gravenhage. Hendrik Pieter Marchant werd op 12 februari 1869 te Deventer geboren. Na een gymnasiale opleiding in zijn geboorteplaats, studeerde hij aan de rijksuniversiteit te Leiden rechten. In 1904 promoveerde hij te Leiden op een proefschrift „Begrip en gevolg van belediging naar.burgerlijk recht". Daarna vestigde hij zich als advocaat en procureur te Deventer, waar hij gemeenteraadslid en later wethouder werd. Hij had zitting in de Tweede Kamer voor de Vrijzinnig Democra tische Partij. Toen hij in verband hiermee naar Den Haag verhuisde, werd hij al spoedig ook in Den Haag raadslid en in 1931 wethouder. 1953 werd hij minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen. Als zo danig voerde hij de vereenvoudigde spelling de „spelling-Marchant" in. In 1935 trad hij af als minister in verband met zijn overgang naar de R. K. Kerk. Mr. Marchant was ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Reebok overreden Geen schadevergoeding Op de Apeldoornseweg te Ede is gistermorgen een plotseling uit de bossen langs de weg te voorschijn springende grote reebok door een personenauto gegrepen en gedood. De automobilist liet het dier liggen en informeerde op het politiebureau te Ede aan wie hij de bij de botsing opgelopen schade aan de wagen in re kening kon brengen, maar hij moest vernemen, dat zich op de openbare weg bevindend wild niemands eigen dom is en dat er van verhaal dus niet veel kon komen. Als een soort herstelbetaling mocht hij zich wel de dode reebok toeëige- nen, maar toen men deze op wilde halen bleek een ander zich reeds over het stuk wildbraad ontfermd te hebben. de nood naar God. Een wandeling door Rotterdam had mgr. Jansen geconfronteerd met de technische macht, die de mens mo menteel beheerst. De aantrekkings kracht van techniek en cijfers is be angstigend, omdat door haar aan trekkingskracht de mens niet meer tot zichzelf kan komen. De wereld, waarin hij zich thuis voelt en waarin hij triomphen viert, is de wereld van techniek en cijfers. „Daarom", zo concludeerde mgr. Jan sen", is het niet te verwonderen, dat hij onwennig staat tegenover een werkelijkheid, die hij niet kan door gronden of beheersen: de werkelijk heid, die God is. De tragiek van de huidige mens heid is, dat zij roépt om God, zonder dit zelf te beseffen; hierdoor kan zij niet meer openstaan voor de bevrij ding van Christus: hét Kindschap Gods. Dat deze verlossing de mens niets meer zegt, is zo betoogt mgr. Jan sen de nood van deze tijd. GEMEENSCHAPPELIJKE TAAK Dringend spoort de bisschop van Rotterdam vervolgens de gelovigen aan om zich onbesmet te bewaren voor de geest der wereld. Wetenschap en techniek zijn kostbare, ons door God gegeven zaken, maar zij zijn niet de kostbaarste. Naast de zorg voor zichzelf, rust op de gelovigen de plicht om anderen te winnen voor het rijk van Christus: „Wij moeten laten zien dat het rijk van de wereld en het Rijk van Chris- I tus een onverdeelde eenheid moet worden. Op de eerste plaats geldt deze op dracht de priesters, maar met het woord van de H. Petrus betrekt mgr. Jansen ook alle gelovigen in deze op dracht: „Gij zijt een uitverkoren ge slacht, een koninklijk priesterdom, een heilige natie, een aanverwórven volk om te verkondigen de deugden van Hem, die u riep uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht". „Samen", zo besluit het herderlijk schrijven, „werfrend aan deze op dracht, schuwen wij de moderne tijd niet, maar spannen ons in om de Blijde, de bevrijdende Boodschap van Christus tot werkelijkheid te brengen in onszelf en in allen met wie wij leven". Stuurloze ballon Flauwe aardigheid In de nacht van zaterdag op zóndag hebben enkele ondernemende lieden een reclameballón, gevuld met water stofgas, die verankerd was aan de Noord-Oostzijde te Lisse, losgesneden van zijn kabel, zodat deze ballon, die de vorm van een pakje sigaretten had, het luchtruim koos. Daar het gevaarte voor het luchtverkeer een gróót gevaar kon betekenen en tevens een ontploffing kon veroorza ken, wanneer het zou landen, werd direct "een onderzoek ingesteld. In de morgenuren ontdekten boeren, die onder de gemeente Brandwijk hun koeien gingen melken, het gevaarte op hun weiland. De ijlings gewaar schuwde oolitie liet de ballon leeg lopen en bracht het omhulsel bij de eigenaars terug. Onvoorzichtigheid bracht heidebrand Onvoorzichtigheid met vuur van jongens, die in het veld dwaalden, is oorzaak geworden van een vrij grote bos- en heidebrand in het Leggeloer- veld onder de gemeente Dwingelo. De brandweer van Dwingelo kon de vlammen pas blussen, nadat reeds een tiental hectaren bos en heide was zwart geblakerd. Tegelijkertijd brak ook brand uit in het Wapserveld onder Diever in een oppervlakte heide van ongeveer vijf hectaren. Deze oppervlakte ging geheel ver loren. De brandweer moest uitruk ken om verdere uitbreiding te voor komen, hetgeen gelukte. De ver brande óppervlakte heide lag vlak tegen het bekende landgoed „De Berkenheuvel" te Diever aan. Over 3 pet. en verdere verruiming arbeidsvoorwaarden Tussen de werknemersorganisaties en de Federatie van Ondernemersor ganisaties in het Horecabedrijf is vol ledige overeenstemming bereikt over de toepassing van de Regeringsbeslis- singen van 19 september 1965 en 19 maart 1956. De Federatie heeft de besturen van de bij haar aangesloten organisaties verzocht om haar leden aan te beve len een uitkering ineens te verstrek ken aan iedere werknemer, die in 1955 in dienst is geweest. De uitke ring bedraagt 150% van het voor de betrokken werknemer vastgesteld weekloon of weekgarantie-inkomen, indien de werknemer in 1955 gedu rende 12 maanden in dienst is ge- Altijd: de Staat, de Staat, de Staat Zaterdagmiddag gaf prof. Romme in een rede. gehouden in de veiling hallen te Breda voor de kring West- Brabant antwoord op een opmer king van min. Drees, waarin deze zeide: „In de hoogconjunctuur gaat er teveel naar te weinig". Het zou me een lief ding waard zijn, aldus prof. Romme, „wanneer dat woord eerder was gesproken. Wanneer het geleid had tot bespre king in de boezem van het kabinet. Wanneer men zich daar rekenschap had gegeven van de oorzaken van dit verschijnsel. En wanneer men een krachtige en tijdige poging had ondernomen om de toenemende welvaart in ruimer mate aan velen ten goede te doen ko men, aan de velen die tot de wel vaartstoeneming ook hun medewer king hebben gegeven. Dr. Drees had het oog op de ver mogenswinsten van nu, en ik begrijp zijri klacht dat daarvan teveel gaat naar te weinigen. Maar waarom dan niet eerder de vrijere loonvorming gehanteerd, waarop wij al drie jaar geleden met klem hebben aangedrongen („ruwe stoot-, noemde de deftige Nieuwe Rotterdam dat toen), de vrijere loon vorming die toch het enige middel is om in beter renderende bedrijfstak ken, in beter renderende onderne mingen ook de arbeiders in die be tere resultaten naar redelijkheid en rechtvaardigheid te doen delen. Waarom dan niet van overheids wege de winstdeling met spaarrege ling gestimuleerd en bevorderd. Door daaraan belastingfaciliteiten te verbinden voor arbeiders en voor ondernemers, en zo, het in de rich ting te sturen dat de vermogensre sultaten van de hoogconjunctuur tot bezitsvorming onder de velen zou hebben geleid? Zozeer als ik de klacht van dr Drees, dat er in hoogconjunctuur te veel gaat naar te weinig, zozeer als ik die klacht begrijpt zo weinig kan ik onderschrijven het middel dat hij aanprijs en voor de komende pe rioden op het oog schijnt te hebben: het eeuwige middel van weer nieuwe belasting. In het verslag van zijn rede lees ik: „Eerder moeten we nog een be lasting hebben op de yermogenswin- sten van nu dan dat we mogen luis teren naar stemmen, die om verla ging van de belastingen roepen". De minister-president Drees heeft het gelukkig anders gedaan, en wel zijn medewerking verleend aan be lasting-verlaging. In de afgelopen periode tot tweemaal toe, en tot de ronde som van 1 milliard gulden. Maar is het niet een vergissing om een arbeider of een middengroeper, die geen vermogen hebben, vast te spijkeren op hun inkomstenbelasting, omdat de vermogenswinsten van nu, waar zij part noch deel aan hebben, niet belast zijn? Of moet deze vergissing worden begaan om van de aandelen onzer ondernemingen een deel te leiden naar de staat en zo een bron van planmatige socialisatie aan te boren? Eens en oneens. Dr. Drees heeft in de R.A.I. ver teld dat de ongelijkheid, die uit de vermogenswinsten van nu voort vloeit, verminderd moet worden. Ik ben het volmaakt met hem eens, maar ik ben het even volmaakt met hem oneens, dat het middel zou zijn, overheveling naar de_ staat. Daar worden de weinigen sléchter en de velen, aan wie de vermogenstoene ming ook toekomt, niet beter van, zoals ze beter ervan moeten worden. Op die manier wordt het altijd de Staat. De Staat, de Staat. Terwijl ex- voor de arbeiders niets overblijft. Terwijl het er toch juist om gaat om de velen die in de ondernemin gen meewerken aan het resultaat en ook hen tot bezitters te maken. Ik vraag mij af, of hier zelfs geen vergissing in het spel is tegenover het nieuwe «ocialistische program. Met de collectivistische tendens, die de P.v.d.A. ook in haar nieuwe pro gram aan de bezitsvorming wil ge ven ben ik het niet eens. In dat P.v. d.A.-program staat: „bevordering van het medebezit der gezamenlijke werknemers in het nieuw gevormde vermogen in de bedrijven waardoor alle werknemers profiteren van de winsten die in bepaalde bedrijfstak ken en ondernemingen worden ge maakt". Tegen dat gezamenlijke, tegen dat zonder enige rechtvaardiging tota liseren van de arbeidersgroep als een soort kudde heb ik bezwaar. Maar het P.v.d.A.program spreekt dan toch nog tenminste van* de werk nemers. En nu wordt het in de mond van dr Drees, althans volgens het verslag, plotseling do staat. Waarom Vadertje Staat zo vriendelijk zou mogen zijn om zich zo maar in hun plaats te stellen, de werknemers be zitloos te laten en zichzelf tot de be zitter te decreteren, ontgaat mij. Dr. Drees heeft in diezelfde rede een aardige uitdrukking gebruikt, die mij, toen ik haar las, deugd heeft gedaan. Zich kerende tegen het verwijt van dirigisme, zei hij: „Maar wat is regeren anders dan dirigisme?" Zie zo dacht ik, daar gaat het hele diri gisme de pot in. Het wordt eenvou dig teruggebracht tot regeren. Maar ik was wat te vroeg want dr Drees bleek toch wel een eigen aardige dirigent op het oog te heb ben, een dirigent, die je met alle eer bied voor zijn bekwaamheden en ta lenten toch af en toe in de kijkert moet houden. Want af en toe, blijkt die dirigent ook wat veel te voelen voor andere talenten. Dr. Drees stel de zijn publiek immers voor ogen, een dirigent, die niet alleen het or kest dirigeert, maar die ook de op brengst van het concert naar zich toe wil halen. Én dit lijkt mij toch waar lijk evenmin de taak van een diri gent als van een regeerder. Ir. DEN HOLLANDER: Grenzen moeten ruimer open! Dr. ir. F. Q. den Holander, pre sident-directeur van de Nederlandse Spoorwegen, heeft zich zaterdagmid dag in Amsterdam op de vijftigste jaarvergadering van de Nederlandse reisvereniging, waar hij sprak over het toerisme in de toekomst, een overtuigd voorstander verklaard van bredere vacantiespreiding. Het is niet meer mogelyk, zo zei hij, om met de middelen, die het i-eizigersverkeer tot zijn beschikking heeft, de vacan- tie te doen zijn, wat zij naar zijn aard behoort te zijn: rustige verpo zing. Te veel mensen nemen vacantie binnen een te beperkt tijdsbestek. Verenigd Europa. Ir. Den Hollander bepleitte voorts een ruimer open stellen van de Euro pese grenzen. Hij sprak de hoop uit eens te kunnen spreken van de „Ver enigde Staten" van Europa. Het verkeer zal zich in de toe komst, aldus de president-directeur, moeten concentreren op bekorting van de reistijd. De snelheden behoe ven niet in de eerste plaats te wor den opgevoerd maar op het ogenblik gaat nog te veel tijd verloren aan het afremmen van de voertuigen. Trans-Europe-Express. De spoorwegen hebben, evenals het zee- en luchtverkeer, nog een grote ontwikkeling voor de boeg. In 1957 zal een Trans-Europe-Express in gebruik worden genomen, die tot stand is gekomen door de samenwer king van 7 verschillende Europese spoorwegmaatschappijen. De snelheid van deze express zal niet veel hoger liggen dan die van de normale trei nen. Het aantal stopplaatsen zal ech ter tot een minimum worden be perkt. In de oudheid. Voor dr. Den Hollander had prof. R. Hoetink voor de deelnemers aan de jubileumvergadering gesproken over het toerisme in de oudheid. Hij voerde zijn gehoor terug naar de bloeitijd van het Romeinse rijk, en schetste de reiziger van die dagen, voorthobbelend in zijn reiswagen langs overigens goedgebaande pu blieke wegen, zijn verpozing zoekend in een antiek „pocket boek", een papyrus-rol, speciaal voor het reizen ontworpen. Nederlandse films welkom in Rusland Ciske in Motkou De Nederlandse speelfilm „Ciske de Rat", die op de biennale in Vene tië werd bekroond en die daar ook de aandacht van de Russische film experts heeft getrokken, zal binnen kort ook in de Sovjet Unie worden uitgebracht. De film wordt dan in het Russiscih nagesynchroniseerd, omdat de in Nederland gebruikelijke gedrukte tekst in de eigen taal, daar onbekend is. Men heeft bij de Russische deskun digen grote interesse geconstateerd niet alleen voor de speelfilm Ciske, maar ook voor de korte documen taires van Bert Haanstra, Herman van der Horst en anderen die ook op de biennale geen onbekenden zijn. De heer Boekman, directeur van de filmmij „Amsterdam", heeft de Ne derlandse speelfilm in Moskou ver toond en onderhandelingen gevoerd over de verkoop. Voorts neeft hij de Nederlandse poppenrolprent van Joop Geesink „Kermesse Fantas- tique" gedraaid, die door experts van poppenfilms met een warm applaus is beloond. De heer Boekman heeft verder van gedachten gewisseld over een door de Russen voorgestelde culturele uit wisseling, die is begonnen met een tijdelijke ruiling van Rembrandt- schilderljen, en die b.v. zou kunnen worden voortgezet met het houden van een Nederlandse filmdag in de Sovjet Unie. Nieuwe kippenziekte Niet dodelijk, meer schadelijk Do Nederlandse kippenstapel wordt bedreigd door een nieuwe ziekte, de „infectueuse bronchitis". Op tal van plaatsen is deze ziekte geconstateerd, maar het meest komt zij voor in Oost-Brabant en in de Peel. Plaat selijk is ze hier en daar sterk ver spreid. De kippen kunnen tijdens het ziekteproces moeilijk ademhalen en staan te kuchen en te piepen. Meestal sterven ze er echter niet aan. Na een paar weken herstelllen ze. Maar het grote nadeel ligt hierin dat de dieren als ze tijdens de leg- periode door bronchitis overvallen worden, vrijwel volkomen van de leg raken, en ook na het herstel komt de produktie niet meer hoger dan rond 50%. Het is niet met zekerheid te zeg gen of het een geheel nieuwe ziekte is, of dat men als gevolg van grotere kennis het ziektebeeld scherper on derscheiden kan. Vroeger kende men b.v. ook de z.g. snotziekte" bij kip pen, die wel veel weg heeft van deze bronchitis, maar deskundigen menen dat het toch weer een andere daarvan afwijkende ziekte is. Men is bezig met de ontwikkeling van een middel tegen deze ziekte, maar die pogingen verkeren nog in een experimenteel stadium. De invloed van deze ziekte op de aanvoer bij de grote verzamel plaatsen is nog niet juist vast te stel len, maar plaatselijk is de schade soms zeer groot. Utrechts burgemeester oefent critiek op „zware" Duitse wetenschap De burgemeester van Utrecht, jlir. - en Amerikanen in de oorlog onze mr. C. J. A. de Ranitz, heeft zaterdag middag in het gebouw Tivoli te Utrecht de tentoonstelling „Het Duit se Boek", die tot 18 mei wordt ge houden, officieel geopend. Na gememoreerd te hebben, dat de Duitse legers en politietroepen in het Nederlandse volksbestaan wonden hebben geslagen, die volgens hem op de duur alleen kunnen worden ge heeld door het bevorderen van de allerbeste culturele en economische betrekkingen tussen beide landen, constateerde jhr. de Ranitz in zijn openingsrede een zekere gereser veerdheid van het Nederlandse pu bliek, met name ten aanzien van de wetenschappelijke Duitse publikaties. Burgemeester De Ranitz meent, dat deze gereserveerdheid mede kan wor den verklaard door de geestelijke in stelling van het Nederlandse volk. Niet enkel geografisch maar ook cultureel gesproken ligt Nederland, volgens burgemeester De Ranitz, tus sen het Engelse en Duitse taalgebied in. De Engelse taal heeft in Nederland in de laatste tijd de plaats ingenomen, welke vroeger de Duitse taal bezat, terwijl op wetenschappelijk gebied de invloed van de Engelse en Ameri kaanse handboeken en tijdschriften buitengewoon is gegroeid en nog steeds groeiende is. De omstandigheid, dat de Engelsen bondgenoten zijn geweest, speelt daarbij, volgens spreker, zéker êen rol. Nederland is zich ook geestelijk meer naar het Westen gaan oriënte ren. Daarnaast zijn er, volgens jhr. de Ranitz, ook diepere wezenlijke oor zaken. In dit verband wees hij erop, dat de eenvoudige zakelijke structuur van de Engelse en Amerikaanse weten schappelijke publikaties, bij alle kri tiek die men daarop kan hebben, de gemiddelde Nederlandse weten schapsman en student gemakkelijker en zinvoller aanspreekt dan tal van Duitse publikaties, die volgens de Utrechtse burgervader, veelal geken merkt zijn door een schrijf- en be toogtrant, door een idioom, dat, naar verhouding, de moderne Nederlandse intellectueel minder ligt. De verbreiding van het Duitse boek in Nederland, is, zo besloot jhr. De Ranitz, niet gediend met gelegen- heidsphrasen, maar slechts met op recht gemeende zo nodig kriti sche uitspraken. Nederland heeft zoveel te danken aan de ontwikkeling van de weten schap in Duitsland en de literatuur van de klassieke Duitse schrijvers en denkers, dat wij deze pöging tot het voortzetten van een oude traditie vveest. Is het dienstverband korter dan 12 maanden geweest, dan dient een evenredig gedeelte van de uit kering uitbetaald te worden. De uitbetaling van de uitkering dient te geschieden vóór 4 juni 1956 en wel zoveel mogelijk in termijnen. Volledigheidshalve wordt er op ge wezen, dat de uitkering uit de winst dient te geschieden en. niet tot prijs verhoging aanleiding mag geven. Reeds over 1955 verstrekte grati ficaties kunnen in mindering worden gebracht, voorzover zy meer bedra gen dan over 1954 verstrekte gratifi caties. Naar aanleiding van het - verzoek van de Federatie bevelen de besturen van de drie ondernemersorganisaties iedere werkgever aan om een uitke ring ineens over 1955 met inachtne ming van het bovenstaande uit te be talen. Voorts is tussen werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers vol ledige overeenstemming bereikt over de verdere toepassing van beide re geringsbeslissingen. Deze ovei*eenstemming houdt in, dat in d-e af te sluiten C.A.O. het aan tal vakantiedagen wordt verhoogd tot 15, de vakantie-toeslag wordt gesteld op 2 weken loon c.q. garantie-inko men, een bovenwettelijke ziekengeld uitkering wordt ingevoerd, waarffïi het ziekengeld wordt aangevuld tot 90% van het dagloon gedurende ten hoogste 26 weken per jaar; tenslotte zal in de C.A.O. aan de werkgever de bevoegdheid worden gegeven om jaarlijks een gratificatie te verstrek ken ten bedrage van het vastgesteld weekloon c.q. garantie-inkomen. Eerste 6 procent in houtnijverheid De nieuwe C.A.O. bij de N. V. Bruynzeel te Zaandam, die per 1 juli a.s. ingaat, is dc eerste in de hout nijverheid waarbij door het college van rljksbemiddellaars goedkeuring is verleend voor de zes procent loons verhoging. B(j de onderhandelingen tussen de directie van de Bijenkorf te Amster dam en de Handels- en Kantoor bediendenorganisaties is de volgende overeensteming bereikt: de drie pro cent over 1955 wordt uitgekeerd, ook aan diegenen die in de loop van 1955 in militaire dienst zijn gegaan en aan de gepensioneerden. De vakantieduur werd in het algemeen uitgebreid met drie dagen. Bovendien wordt de gratificatieregeling verbeterd. Limburgse inbreker maakte „overuren" In de nacht van vrijdag op zaterdag Is ingebroken in het kantoor van de steenfabriek Canoy Herfskens te Te- gelen. De dader verschafte zich toegang door de achterdeur te forceren. Uit het kantoor waar hij alle» overhoop haalde, nam hij enkele loonzakjes van arbeiders, die \varen blijven lig gen, in totaal met een inhoud van ruim ƒ500,— mee. Diezelfde nacht is ook ingebro ken in het kantoor van de garage Al Iers enkele honderden meters zui delijker van het bovengenoemde kantoor. De dader kon echter niets van zijn gading vinden en verliet onverrichter zake weer deze kantoor ruimte. De politie in Tegelen ver moedt, dat deze beide inbraken met elkaar in verband staan en ook, dat zij ip verband staan met 'n enkele we ken geleden gepleegde inbraak in een fabriekskantoor te Steijl onder Tegelen, waar eveneens vergeefs werd ingebroken, omdat alle waar devolle zaken in een stalen kast wa ren opgesloten, die de dader niet kon forceren. Tevens werd zaterdagmor gen ontdekt, dat in de parochiekerk van St. Joseph te Tegelen de offer blokken waren gelicht, waaruit naar schatting een bedrag van 50,— werd meegenomen. DIRFX TEUR-HOOFDRKDACTE: 'R HAARLEMS DAGBLAD OVERLEDEN. In de afgelopen nacht is in hét Diaconessen ziekenhuis in Haarlem op de leeftijd van 64 jaar overleden de heer Robert W. P. Peereboom, hoofdredacteur-directeur van het Haarlems Dagblad/Oprechte Haar lemse Courant, die een bekende fi guur is geweest in journalistieke kringen. HERINNERING AAN HULP VAN AMATEURS BIJ RAMP Uit alle provincies van Nederland waren zaterdagmorgen radioamateurs bijeengekomen voor de bijwoning van de onthulling van de gedenksteen in de hal van het Zierikzeese stadhuis; een wijnrode steen, die de hulp van de zendamateurs in de rampdagen 1953 uitbeeldt. De waarnemend commissaris van de koningin in Zeeland, mr. dr. A. J. J. M. Mes, verrichtte de onthulling, waarna de voorzitter van de veron (vereniging voor experimenteel radio-onderzoek in Nederland) de heer L. J. van der Tholcn het kunst werk aan de goede zorgen van het gemeentebestuur van Zierikzee over droeg. niet dan met sympathie en belang stelling kunnen begroeten. Bovendien is het volgens hem, een van de vele noodzakelijke schakels ini de geestelijke toenadering tussen Duitsland en Nederland en in het streven naar de verwezenlijking def Europese gedachte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 9