Hoe gaat het met de schatting
van gronden in ruilverkavelingen
DE BRULLENDE BERG
LENTE Z WATER
Kernpunten van de procedure
Strijd van Giessendam e*o. is
naar Tweede Kamer verplaatst
VRIJDAG 27 APRIL 1956
DE LEIDSE COURANT
DERDE BLAD - PAGINA 2
De schatting; van de gronden in een Gelet op het vorenstaande zal in
blok van ruilverkaveling is één van het algemeen met de volgende aftrek-
de kernpunten van de ruilverkave- -®1---* - -
lingsprocedure. De toedeling der ka-
a. Factoren van zuiver bodem-
kundige aard, zoals onegale lig
ging en storende lagen in het pro
fiel. Voor de in het kader van de
ruilverkaveling uit te voeren ont
ginningen en herontginningen zul
len derhalve aftrekken moeten
worden toegepast.
b. Factoren met betrekking
tot de waterbeheersing. Hierbij
dieiit rekening te worden gehou
den met de maatregelen, welke
noodzakelijk kunnen zijn voor de
waterbeheersing in hoofdzaak (het
graven van hoofdwaterlossingen,
het stichten van bemalingsinstalla
ties enz.) en de maatregelen voor
v/at betreft het in_orde maken van
de watenhuishoudkundige toestand
binnen de percelen (drainage, be-
-greppeling en infiltratie).
c. Factoren met betrekking tot
de ontsluiting. De wijze, waarop
de percelen bereikbaar zijn, zal
door het al of niet toekennen van
een evenredige aftrek worden ge
waardeerd. In het kader van de
ruilverkaveling zullen immers
nieuwe wegen worden aangelegd
en bestaande zand- of kleiwegen
worden verhard
veis geschiedt immers later op basis
van ingebrachte optimale agrarische
waarde en de als gevolg van de ruil
verkaveling ontstane wijzigingen in
de veranderlijke productie-omstan
digheden zoals waterbeheersing, ont
sluiting, verkaveling, herontginnings-
behoefte en dergelijke, zijn bepalend
voor de kostenverdeling.
Onder optimale waarde wordt ver-
staan de waarde, die wordt verkre
gen onder optimale productie-om
standigheden, zoals deze door de ruil
verkaveling zal kunnen worden ver
wezenlijkt. Voor de waardebepa
ling van de gronden benoemt de met
de uitvoering van de ruilverkaveling
belaste plaatselijke commissie, een
commissie van schatters, die samen
gesteld wordt uit praktische land
bouwers uit de streek.
Eerste schatting.
Nadat het besluit tot ruilverkave
ling op de stemmingsvergadering is
genomen, vindt zo spoedig mogelijk
de eerste schatting plaats, waarvan
de werkzaamheden kunnen worden
onderscheiden in: 1. de zogenaamde
proefschatting en 2. de eigenlijke
schatting.
1. Proefschatting.
Bij het schatten der gronden is het
van belang een zekere eenheid na
te streven; daarom wordt onder
rechtstreekse leiding van de Centrale
Cultuurtechnische Commissie een
stelsel van classificatie ontworpen
en vastgesteld, waarin voor elke
klasse de optimale agrarische waar
de per hectare wordt bepaald.
Hiertoe wordt ter plaatse van de
ruilverkaveling onder leiding van een
vertegenwoordiger van de Centrale
Commissie een bijeenkomst gehou
den, waarbij aanwezig zijn alle leden
der plaatselijke commissie, de schat
ters, de landmeter, het hoofd van de
provinciale directie van de Cultuur
technische Dienst en eventueel de
andere deskundigen.
Nadat de vorzitter het doel en de
aard der schatting heeft uiteengezet,
wordt een rondgang over het terrein
gemaakt en wordt de grond onder
zocht door het maken van proefgaten
(gewoonlijk 0.501.00 m. diep). De
proefgaten worden zodanig gemaakt,
dat, de bovengroep op de eneen de
ondergrond op de andere kant van de
proefkuil wordt geworpen. In het
blok woren eerst de beste en vervol
gens de slechtse gronden beoordeeld
en voor beide de optimale waarde,
.uitgedrukt in geld per hectare vast
gesteld. Daarna wordt het aantal
overgangsklassen bepaald, tussen de
beste en de slechtste grond en voor
iedere vergangsklasse de optimale
waarde per h.a. De. klassen hebben
veelal een waardeverschil van 100
tot 200. Van deze verrichtingen
wordt een proces-verbaal opgemaakt
dat door alle aanwezigen wordt on
dertekend.
Bij het vaststellen van het aantal
klassen wordt gelet op de grondsoort
(klei, zand, veen, leem, enz.), de sa
menstelling van de bovengrond
(meer of minder humus, loodzand,
structuur), de samenstelling van de
ondergrond (grof- of fijnkorrelig,
bankvorming, doorlatendheid). In
het algemeen worden de gronden
van verschillende gebruiksbestem-
ming gescheiden gehouden; naar de
bestemming worden b.v. aangetroffen
bouwland, grasland, tuingrond, er
ven, boomgaarden, houtopstanden,
kunstwerken en gebouwen, kaden,
wegens, water, enz.
In het procesverbaal worden voor
de verschillende variabele en veran
derlijke factoren, voorzover deze
niet optimaal zijn, aftrekken opge
nomen, waarmede de optimale
waarde maximaal kan worden ver
minderd. Opgemerkt zij, dat alle fac
toren die het produktie-vermogen
van de grond beperken en die dooi
de ruilverkaveling worden verbe
terd bij de schatting dienen te wor
den betrokken. Uiteraard zal daarbij
volstaan moeten worden met die fac
toren, die kunnen worden gewaar
deerd in een veelvoud van 100
desnoods van 50 per h.a.
d. Andere factoren, .waartoe on
der andere wordt gerekend scha
duw- en wortelschade-effecten
van bomen, cultuurtoestand en het
voorkomen van schadelijke onkrui
den, dienen eveneens voor aftrek
in aanmerking te komen.
Het is vanzelfsprekend, dat even
eens aan factoren- als de perceels-
vorm en -grootte, de versnippering
en de afstand der percelen tot de be
drijfsgebouwen tijdens de ruilverka
velingsprocedure kunnen door di
verse oorzaken zoals verkoop, verer
ving enz. ten aanzien van laatstge
noemde factoren herhaadelijk veran
deringen optreden In verband hier
mede is het niet wenselijk, dat deze
aftrek-factoren reeds in de eerste
schatting worden betrokken. Aange
zien deze productie-omstandighe
den ongetwijfeld roede bepalend zijn
voor de kostenverdeling, zullen deze
factoren in de hierna te behandelen
tweede schatting worden gewaar
deerd.
Zowel bij de vaststelling der opti
male waarde als bij de bepaling van
het bedrag, waarmede deze moet
worden verminderd, dient steeds de
juiste verhouding tussen de hieruit
resulterende waarden in het oog te
worden gehouden.
2. Eigenlijke schatting.
De eigenlijke schatting heeft on
der leiding van de plaatselijke com
missie plaats in samenwerking met
het hoofd van de provinciale directie
van de Cultuurtechnische Dienst en
de betrokken landmeter. Hierbij de
len de groepen schatters van een on
even aantal personen (3). aan de
hand van gegraven profielkuilen en
hun plaatselijke kennis de gronden
van het gehele blok in de door de
Centrale Commissie vastgestelde
prijsklassen in en bepalen net be
drag, waarmee ingevolge de cultuur
toestand de optimale waarde van een
perceel moet worden verminderd.
Volledigheidshalve zij medegedeeld,
dat het meermalen zal voorkomen,
dat een kadastraal perceel in ver
schillende klassen valt. De opper
vlakte van e^k dier delen, vermenig
vuldigd met de toegekende optimale
waarde voor de klasse, waarin zij
vallen, geeft de optimale waarde van
het perceel aan De klasse-grenzen
worden op het terrein door de schat
ters opgezocht; waar zij óp het oog
niet nauwKeurig genoeg zijn te be
palen, moeten zij door het graven van
gaten en het boren in de grond wor
den opgespoord. De door de schat
ters te vormen klasse-grenzen wor
den door de landmeter in kaart ge
bracht.
Het bepalen van de bedragen,
waarmede de optimale waarde van
het perceel moet worden vermin
derd, als gevolg van het niet opti
maal zijn der variabele factoren, is
i eveneens opgedragen aan de schat
ters.
Het benoort tot de taak van de land
meter om de diverse berekeningen
en metingen te verrichten, hetgeen
tenslotte resulteert in het register
van de schattingsuitkomsten.
Indien andere dan agrarische fac
toren de waarde van de grond mede
bepalen, moeten deze afzonderlijk
worden geschat. Deze factoren im
mers beïnvloeden niet het produce
rend vermogen van de grona en be
horen dus niet in de schattings
waarde te worden verdisconteerd.
Wel echter behoren zij aanleiding te
geven tot geldelijke verrekeningen.
Als voorbeeld kan worden genoemd
de factor bouwterreinwaarde, welke
wordt geschat met het oog op de gel
delijke verrekeningen voor het niet
agrarische doel der waarde.
Tweede schatting.
De Ruilverkavelingswet voorziet
in een tweede schatting van de gron
den naar de toestand en produktie-
omstandigheden, waarin deze door
de uitgevoerde ruilverkaveling zijp
komen te verkeren. Op overeen
komstige wijze als bij de eerste,
schatting worden na de verkaveling
aftrekken toegepast door meerge
noemde variabele produktie-facto-
ren voorzover déze door de ruilverka
velingswerkzaamheden niet geheel
zijn opgeheven. Het schatten van deze
waardeveranderingen, waartoe de
plaatselijke commissie na de verkave
ling aan dezelfde taxateurs als voor
de eerste schatting opdraoht geeft,
heeft dernalve betrekking op gehele
of gedeeltelijke opheffing van de
bij de eerste schatting toegepaste
aftrekken.
De schatters voeren bedoelde werk
zaamheden uit met in achtneming
van de door de Centrale Cultuur
technische Commissie verstrekte
aanwijzingen, welke ,in een proces
verbaal worden vastgelegd.
Kostenomslag.
Op bovenstaande wijze wordt de
mogelijkheid geschapen het verschil
te berekenen in de agrarische waar
de van de door een eigenaar inge
brachte en de aan hem toegedeelde
kavels. Door deze methode kan het
totale voordeel van het gehele blok
worden verrekend.
Aldus wordt een maatstaf verkre
gen voor de verdeling der kosten op
basis van het genoten voordeel. Hei
principe is derhalve bijdrage naar
verbetering. Uitdrukkelijk zij er op ge
wezen, dat de aftrekken verhoudings
getallen zijn. Bij de financiële afsluit
ting van de ruilverklaveling zou kun
nen blijken, dat het totaal van de nièt^
door subsidie gedekte uitvoerings
kosten afwijkt van het verschil tus
sen de totale sommen der toegepaste
aftrekken bij de eerste en bij de"
tweede schatting. In dat geval zal dit
verschil door vermenigvuldiging met
een factor herleid moeten worden tot
de definitieve kostenomslag. Het is
daarom van belang, dat bij de vast
stelling van de aftrekfactoren wordt
uitgegaan van het in stemming ge
brachte plan, de bijbehorende kosten-
begroting en de aan de hand van de
geschatte waarde-vermeerdering be
rekende subsidie.
Onderscheidings
toelagen
per 1 jan. '55 verdubbeld
De toelagen, welke jaarlijks aan de
ridders der miltaire Willemsorde en
de broeders verbonden aan de Orde
van de Nederlandse Leeuw uitbetaald
worden en die resp. voor het laatst
vastgesteld werden in 1940 en 1815,
zijn met ingang van 1 januari 1955
verdubbeld, aldus heeft gisteren de
Tweede Kamer zonder hoofdelijke
stemming besloten.
De toelagen zullen nu bedragen:
voor onderluitenant, adjudant en
daarmede gelijk te stellen rangen
650.per jaar; voor sergeant-ma
joors en daarmede gelijk te stellen
rangen 540.voor overigen 400.
Voor de tweede onderscheiding be
draagt de toelage /40O.waarvan
in geval van overlijden de helft voor
de weduwe behouden blijft.
Aan het slot der vergadering van
de Tweede Kamer heeft de voorzit
ter gistermiddag medegedeeld, dat
de vaste commissie voor binnenland
se zaken hem heeft doen weten, dat
zij nog niet gereed is gekomen met
haar verslag nopens de nota naar
aanleiding van de publikaties in ver
schillende bladen betreffende de bur
gemeester van 's-Gravenhage.
Op haar verzoek wordt de termijn
voor het uitbrengen van dit verslag
verlengd tot 1 juni a.s.
Gedurende de maand februari 1956
hebben tengevolge van branden vijf
I personen het leven verloren. Gewond
werden 74 personen, waarvan 28 le
ien van het brandweerpersoneel.
De directe schade als gevolg van
brand wordt geraamd op /7.61-5.198
(in januari 1956 2.631.130 en in fe
bruari 1955 2.327.820).
In de maand februari 1956 hebben
zich 65 grote branden voorgedaan,
waarby de schade ƒ20.000 of meer
bedroeg. Hieronder waren 27 bran
den in boerderijen of gebouwen van
landbouw- of veeteeltbedrijven. De
directe schade hiervan wordt ge
raamd op 1.284.000 (in januari 1956
waren het 11 boerderijen met een
totale directe schade van 597.500 eri
in februari 1955 waren het 10 boerde
rijen met een schade van 365.630.
Woensdagmiddag vijf uur is op
een onbewaakte overweg tussen Ge-
leen-Lutterade èn Beek-Elloo een
trein in aanrijding gekomen met een
zandauto. Er deden zich geen per
soonlijke ongevallen voor. De auto
werd zwaar beschadigd. Ook de
trein werd enigszins beschadigd. En
kele volgende treinen kregen enige
vertraging.
In de donderdag te Utrecht gehou
den jaarvergadering van de r.k. Ne
derlandse boekhandelaren en "uitge
versvereniging „St. Jan" is de Brand-
Van Gent-prijs 1956 uitgereikt aan
prof. dr F. van der Meer te Nijme
gen voor diens in 1950 verschenen
boek „Keerpunt der Middeleeuwen".
VELE BEZWAREN
Gistermiddag heeft de Tweede Ka
mer in behandeling genomen het
wetsontwerp tot herziening van de
grenzen der gemeenten Giessendam,
Gissen-Nieuwkerk, Hardinxveld,
Peursum, Schelluinen en Sliedrecht.
Het wetsontwerp beoogt vereniging
van gedeelten van de gemeenten
Giessendam en Hardinxveld tot een
nieuwe gemeente Hardinxveld-Gies-
sendam; toevoeging van een gedeelte
van de gemeente Giessendam aan de
gemeente Sliedrecht; toevoeging van
een gedeelte van de gemeente Har
dinxveld aan de gemeente Schellui
nen; vereniging van de gemeente
Giessen-Nieuwkerk, de gemeente
Peursum en de overblijvende gedeel
ten van de gemeenten Giesendam en
Hardinxveld tot een nieuwe gemeen
te Giessenburg.
De veranderingen worden voorge
steld per 1 januari 1957.
De heer BEERNINK (C.H.) ver
klaarde te kunnen instemmen met de
vorming van de gemeente Herdinx-
veld-Giessendam. De nieuwe gemeen
te Giessenburg zou hij slechts willen
doen bestaan uit Ie gemeenten Gies
sen-Nieuwkerk, de gemeente Peur
sum en de overblijvende gedeelten
van de gemeente Hardinxveld, Gies-
sen-Oudekerk moet z.i. geen deel
gaan uitmaken van Giessenburg,
maar van de nieuw te vormen ge
meente Hardinxveld-Giessendam.
De heer RITMEESTER (V.V.D.)
wees op de -zeer afwijkende houding
van de bevolking van Giessen-Oude-
kerk tegenover afscheiding van Gies.
sendam.
De heer VERKERK (A.R.) ontwik,
kelde eveneens bezwaren tegen af
scheiding van Giessen-Oudekerk van
Giessendam.
De heer SCHEPS (Arb.) gaf zijn
instemming aan het ontwerp; de ac
ties, die men tegen de grenswijziging
heeft gevoerd, hadden hem niet over
tuigd.
De heer VAN DIS (S.G.) had zeer
grote bezwaren omdat het plan in
gaat tegen het verlangen der bevol
king. In Giessen-Oudekerk heeft men
ernstig bezwaar tegen afscheiding
van Giessendam.
Wat de samenvoeging van Giessen
dam en Hardinxveld aangaat, herin
nerde hij er aan, dat de raad van
Giessendam zich met 1 tegen 4 stem-
STREMMING
IN TREINVERKEER.
Op zaterdag 28 april zal het trein
verkeer tussen Den Haag H.S. en
Leidschendam/Voorburg van 21 uur
tot aan het ëinde van de reizigers-
dienst zijn gestremd in verband met
werkzaamheden aan een viaduct bij
Leidschendam/Voorburg. De treinen
worden vervangen door autobussen.
men tegen samenvoeging heeft uit
gesproken; ook in Hardinxveld is de
tegenstand groter geworden.
De heer VAN KOEVERDEN (K.V.
P.) was van oordeel, dat ópheffing
van Giessendam niet is te voorkomen.
De vorming van een nieuwe gemeen
te Giessenburg beschouwde hij als
een .winstpunt.
De heer GORTZAK (C.P.N.) be
twijfelde of het ontwerp de gewens
te oplossing zal brengen. Hij deelde
mede niet voor te zullen stemmen.
Vandaag zal minister BEEL de Ka
mer van antwoord diehon.
RUZIE OP KATENDRECHT
Surinamer schopte
dronken Fin dood
2 Jaar geëist
„De negers hebben de laatste tijd
een slechte reputatie op Katendrecht;
ze treden nogal agressief op. Met
mijn eis houd ik ook rekening met de
algemene preventie". Aldus gister
middag de officier van justitie bij de
rechtbank te Rotterdam in een zaak
tegen een 26-jarige Surinaamse zee
man, wegens mishandeling de dood
tengevolge hebbend eiste de officier
tegen hem twee jaar gevangenisstraf
met aftrek.
De man zou op 28 februari j.ï. te
Katendrecht tijdens een vechtpartij
de op de grond liggende 19-jarige
Finse zeeman M. Kanervikko tegen
bet hoofd geschopt hebben, waardoor
deze zou zijn overleden aan een sche
delbreuk en hersenbloeding.
Getuigen hadden gezien, dat de Su
rinamer de Fin tegen het hoofd ge
schopt had, maar volgens hem had
de Fin met nog een landgenoot de
vechtpartij uitgelokt; de Finnen wa
ren behoorlijk dronken, en de Suri
namer niet. De Surinamer zou door
de Finnen in 'n café zijn aangevallen
en naderhand trof hij de Finnen bui
ten de deur aan. Ze zouden hem
weer zijn aangevallen, tijdens welke
ruzie het slachtoffer gevallen is en
de Surinamer de noodlottigen schop
pen gaf.
„Ik wilde hem alleen maar buiten
gevecht stellen", zei hij gisteren.
De officier zag het geval ook als
een impulseive handeling, zonder dat
deze de bedoeling had de Fin te do
den. Maar men schopt iemand niet
die op de grond ligt, zei hij. „Deze
uiterst onaangename vechtpartij zal
z'n gevolgen op Katendrecht nog wel
hebben".
De raadsman deed een beroep op
noodweer; ook meende hij, dat het
rassenverschil hier wel een rol ge
speeld heeft. De Surinamer zou vol
gens hem bekend staan als een rusti
ge figuur; de verdediger vroeg ont
slag van rechtsvervolging.
Uitspraak over veertien dagen.
door JEANNE BOUWMAN
34)
Op aandringen van Tecla ging Anne
op de laagste rij zitplaatsen zitten,
waar de stoom waaraan zij nog
niet gewend was nog niet zó dicht
was dat zij het niet zou kunnen uit
houden. Tecla kon onmogelijk weten,
dat zij zich voelde alsof haar de adem
was afgeknepen. Sharlie in de wagen
van Rob Crocker, in de arm van Rob
Crocker. Wat had dat te beduiden?
Het water siste op de gloeiende
stenen. De stoom dampte in wolken
omhoog. De anderen zongen een Fins
lied en Lissa sloeg de maat met een
bundel cedertwijgen, waarvan zich de
scherpe geur door het vertrek ver
spreidde.
Rob Crocker had Anne liefgehad.
Nu had hij Sharlie Farnsworth lief.
Anne ging rechtop zitten. Het was
maar het beste de waarheid onder
de ogen te zien. Crocker had in wer
kelijkheid noch Anne noch Sharlie
lief; hij hield alleen maar van de
macht, die voorvloeide uit een huwe
lijk met haar. Nu Lee aan het hoofd
stond van de Farnsworth's visconser-
venfabriek, zocht hij een prestige, dat
op hem afstraalde door diens dochter
Sharlie.
„Het is tijd voor de douche", kon
digde Tecla aan.
Anne huiverde, toen van omhoog
ijskoude druppels op haar neerhagel-
den. Ze kon de anderen in hun cel
len horen lachen en elkaar in het Fins
<£er de lage schotjes heen toeroepen,
maar het leek allemaal zo onwezen
lijk.
Tecla verscheen voor de deur van
haar douche met een laken. „De
handdoek is voor je haar", verklaarde
zij. „wikkel je hier in".
„Maar ik ben nat!'
„Je huid zal als fluweel zijn als ze
vanzelf gedroogd is", beloofde Tecla.
En ze ging Anne die, in haar laken
gedrapeerd, zich voelde als een Ro
meinse senator, voor naar een kleine
kamer, waar houten kooien langs de
wanden stonden.
Ze ging op een ervan liggen. De
spieren die pijn gedaan hadden, voel
de zij niet meer. De knagende pijn,
die het zien van Crocker haar ver
oorzaakt had. verdween. Anne legde
haar hoofd lekker in een kussen. Een
gevoel van grote voldoening kwam
over haar, dat de anderen er ten
minste niet van bewust geweest wa
ren, dat zij Rob en Sharlie zag; dat
zij hêhzelf niet meer behoefde te zien
in de veilige vluchthaven, waarin
zij zich nu bevond.
„Lekker gedut?"
Anne deed de ogen open. De an
deren stonden reeds geheel gekleed
voor haar kooi te lachen. Lissa's haar-
knoedel, rechtop en glanzend van het
flinke borstelen, scheen deel aan de
vreugde te hebben.
„Heb ik geslapen?", vroeg ze ver
baasd.
Ze lachten nog toen ze het bad
huis uitgingen en om zich heen hoor
de Anne aan alle kanten gedempt
lachen met Finse woorden doorspekt
Als een troep schoolmeisjes trokr
ken zij naar een café, dat over het
water heen gebouwd was. Ze zaten
daar op hoge stoelen voor een toon
bank, dronken er koppen kokend
hete koffie en aten er gesuikerde
koek.
Daar troffen de jongens hen. Met
een stel vrienden stapten zij daar
triomfantelijk binnen.
„We hebben haar", kondigde Orva.
„Ze wordt ingeschreven als de C. F.
54, maar we noemen haar Nikki".
„En maandag gaan wij met haar
naar buiten voor 'een proeftocht",
verzekerde George.
„Ze bedoelen de boot", lichtte John
Neumann toe, die bij het zien van
Anne's verbijstering op haar afkwam.
„Denk je dat het een goede boot
is?", vroeg Tecla ernstig.
„Een prachtsohuit", verklaarde
voldoening, waarom Anne moest
Neumann en Tecla knikte met een
lachen; er bleek zulk een volstrekt
vertrouwen in John's woord uit.
De volgende morgen werd het huis
in orde gemaakt, hoewel het Anne
voorkwam, dat het meer op een af
breken leek. Op verzoek der anderen
nam John de leiding en toen Anne
hjj gadesloeg, begreep ze waarom.
Hij was een geboren leider. Op zijn
bevel splitsten de werkers zich in
ploegen. De ene ploeg brak de wand
tu&sen de beide kamers aan de voor
zijde weg; een andere verving ze
tegelijkertijd door boogvormige steu
nen. De afbraak werd opgeruimd,
gaten met pleister gedicht en in de
achterkamers het bejiang van de
wanden gescheurd. Gaten en scheu
ren werden gedicht, betimmeringen
geschraapt.
In de tuin werkte weer een ander
ploegje, dat het onkruid opruimde,
paden weer te voorschijn bracht, de
lange trap repareerde, posten en
paaltjes in de afrastering herstelde.
Inmiddels bereidden de vrouwen in
de keuken der Sorki's grote pannen
met vispudding, groenten, vierkante
bessenvlaaien en ketels kofie Zij zei
den, dat het een Juhla, een feest was.
Anne kreeg er schik in en hoewel ze
maar weinig verstond van wat er
gezegd werd, werkte het lachen aan
stekelijk op haar en nam zij deel aan
de pret.
John, die een vragende blik op haar
gezicht. zag, kwam bij haar en ver
klaarde haar hun grappen en ook de
liederen, die zij zongen.
„Ik zal je een paar boeken bren
gen", beloofde hij, „een woorden
boek en vertalingen. Ik zal een Finse
van je maken".
Bij het ontwaken de volgende mor
gen dacht Anne aan deze opmerking
en aan John. Hij zou hen op de proef
tocht vergezellen, maar ze was er
zeker van, dat dit niets te maken
had met de moeite, welke zij. zich gaf
om in haar koffer eén donkerrode
trui en èen idem alpino te vinden, die
zo goed pasten bij haar matrozen -
broek. Want deed ze niet evenveel
moeite om de verrukte Miina een
blauwe uitrusting te bezorgen?
Het was een frisse dag en er stond
een stijve bries, die witte koppen op
de golven maakte en de schapen
wolken aan de horizon tot een don
zige witte massa samenjoeg.
Bij de werf gekomen zag Anne daar
een groep mannen samengeschoold,
die druk gesticuleerden. Toornige
stemmen klonken, door de wind ge
dragen, tot haar door. John sprong
op een hoop balken en dwong hen
tot luisteren door hen met nadi'uk,
met vuur en overredend toe te spre
ken.
„Orva, wat is er aan de hand?",
vroeg ze.
„Tja", zei hij ontwijkend, „de lui
hebben het land in. Ze willen vech
ten ik bedoel wel, ze, willen
vechten ergens om en John
probeert ze in te tomen en ze een be
roep op de wet te laten doen".
(Wordt vervolgd).