Regering moet maatregelen nemen
om onrecht aan de kaak te stellen
Tekorten voorafgaande jaren rechtvaardigen
geleidelijke loonsverhoging van 3 procent
Het is niet verstandig thans
loonniveau te verhogen
WERKGEVERS MENEN:
Bezwaren van landbouw tegen
uitbreiding differentiatie
Eventueel later een offer
DINSDAG 6 MAART 1956
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
De werkgeversorganisaties menen dat het met het oog op de grote sociale
voorzieningen, die in 1957 moeten worden ingevoerd (oudedagsvoorziening
en huurverhoging) niet verstandig is om het algemeen loonniveau in Neder
land thans reeds te verhogen. Verhoging van de algemene richtlijnen wordt
dan ook afgewezen, in het bijzonder met het oog op de noodzakelijke prijs-
stabilisatie.
Bij de beoordeling van het werkgeversvoorstel om de differentiatie
mogelijkheid uit te breiden tot 3 procent, moet niet uit het oog worden
verloren, dat de loonsom in 1956 gemiddeld reeds met 5 procent zal stijgen
door de verhoging van de secundaire arbeidsvoorwaarden (vakantie
faciliteiten), die 2 a 3 procent loonsverhoging vertegenwoordigt, en door
de autonome stijging van de lonen via de collectieve arbeidsovereenkomsten
die op twee en een half procent loonsverhoging wordt geschat.
Landbouw kent géén
hoogconjunctuur
Deze 5 procent gevoegd bij de jong
ste voorstellen van de werkgevers
organisaties, doen de loonsom in 1956
met 7 en een half procent stijgen.
Aangezien de uitkering ineens voor
1955 ook op het jaar 1956 drukt, be
tekenen de werkgeversvoorstellen in
de praktijk een aanbod van 10 en een
half procent loonsverhoging. De
werkgeversorganisaties zijn van de
redelijkheid van hun voorstellen ten
volle overtuigd
Tijdens de persconferentie, waar
vertegenwoordigers van de werkge
versorganisaties hun standpunt uit
eenzetten, werd van de zijde van de
landbouworganisaties verklaard, dat
zg in het algemeen akkoord gaan met
de voorstellen van de werkgevers
verbonden, doch dat zij daarbij een
reserve maken ten aanzien van de
voorgestelde uitbreiding van de dif
ferentiatiemogelijkheid van 2 op 3
procent. Zij houden vast aan 2 pro
cent, omdat in de landbouw, met
name in de akkerbouw en de veehou
derij, van hoogconjunctuur geen
sprake is.
Buiten beschouwing.
Betreurd wordt dat het ruimte-ad
vies van de Sociaal Economische
Raad dit aspect van de economische
situatie buiten beschouwing laat. De
cijfers van het Landbouw-Economisch
Instituut tonen aan dat de laatste
jaren de prijzen dalen en de kosten
stijgen. De kosten van de oogst zijn
sinds het basisjaar 19491950 (100)
in het jaar 19541955 gestegen tot
138, medé ten gevolge van de diverse
loonstijgingen, die zijn opgetreden.
De prijzen daarentegen stegen in die
periode slechts tot 117. De kosten in
de landbouw zijn dus veel sterker
gestegen dan de prijzen.
VAKANTIE BOUWVAKKEN
Geen doorberekening
Vertegenwoordigers van de orga
nisaties van aannemers en bouwvak
patroons hebben gisteren een onder
houd gehad met de ministers Witte,
Zijlstera en Suurhoff over de even
tuele doorberekening in de prijzen
van de verbetering der z.g. secun
daire arbeidsvoorwaarden met 3
procent. De regering heeft tijdens
dit onderhoud te kennen gegeven,
dat zij het verzoek tot doorbereke
ning niet kan inwilligen.
Verleden week hebben de Ned.
Chr. Aannemers- en Bouwvakpa
troonsbond en de neutrale aanne
mersorganisatie besloten, dat de
verbetering der secundaire arbeids
voorwaarden alleen kan doorgaan
indien deze kostenstijging doorbere
kend mag worden in de prijzen. Al
leen de r.k. organisatie was bereid
de kostenstijging niet door te bere
kenen.
As. woensdag zal de neutrale
aannemersbond opnieuw in beraad
gaan over de than.» ontstane situatie.
Vermoedelijk zal daarna het oVerleg
met de bouwarbeidersorganisaties
worden heropend.
Voorzichtig.
De economische situatie en de bij
zondere moeilijkheden in de land
bouw ten aanzien van de arbeids
voorzieningen maken, het dringend
noodzakelijk met het uitbreiden van
de differentiatiemogelijkheid uiterst
voorzichtig te zijn. Bovendien zijn de
lonen in de landbouw per 13 febr.
reeds verhoogd.
De landbouworganisaties kunnen
een herziening van de richtlijnen niet
vrijwillig aanvaarden, onder het mo
tief dat de landbouw bij de regering
zou kunnen aankloppen om verho
ging van de garantieprijzen, waar
door een stijging van de lonen zou
kunnen worden doorberekend in de
prijzen. Met het oog op de noodzake
lijke handhaving van de stabilisatie
der prijzen, wordt een dergelijke ge-
dachtengang afgewezen.
Herziening.
Bij verdeling van de welvaart hoort
naar de mening van de landbouwor
ganisaties een herziening van het
pachtprijsbeleid eerst bekeken te
worden. De noodzakelijke verhoging
van de pachtprijzen kan vergeleken
worden met dezelfde noodzaak om de
huurprijzen te verhogen. Dat is van
belang voor de gehele landbouw, om
dat de toestand waarin b.v. de be
drijfsgebouwen verkeren, zorgelijk is.
In kringen van landbouworgani
saties wordt eraan getwijfeld of het
toekennen van een uitkering ineens
voor 1955 met name in de akkerbouw
en de veehouderij mogelijk. Dit wordt
ten aanzien van andere sectoren b.v.
in de tuinbouw, sierteelt en bloemen
teelt niet onmogelijk geacht.
Conflict tussen
aannemer en gemeente
Bij het aanleggen van een indu
strieweg en het ophogen van het eer
ste gedeelte van een industrieterrein
te Hoogeveen is tussen het gemeente
bestuur van Hoogeveen en de N.V.
Aannemingsmaatschappij v/h H. W.
te Pas te Enschede een conflict ge-
Deze aannemer heeft tijdens de uit
voering van het werk, in nov. 1954,
bij de gemeente ingediend een nota,
groot bijna 102.000 wegens volgens
eigen opgaaf door hem gemaakte
extra kosten, omdat het werk zijns
inziens niet volgens het bestek kon
worden uitgevoerd. Zuigen en spui
ten van het nodige zand zou niet
mogelijk zijn gebleken.
In antwoord daarop is aan de aan
nemer medegedeeld, dat deze aan
spraak op grond van het bestek niet
in overweging kon worden genomen,
omdat volgens het bestek de methode
van zandwinning uit de beschikbaar
gestelde zandwinplaats en de wijze
van verwerking van dit zand ter keu
ze van de aannemer zijn.
Thans is deze aangelegenheid door
de aannemer voorgelegd aan de raad
van arbitrage voor de bouwbedrijven
in Nederland.
Het arbitrageverzoek heeft mede
betrekking op enkele boeten en kot-
tingen, tot een totaal bedrag van on
geveer 6500, die de aannnemer in
rekening zijn gebracht.
B. en w. en de raad zullen zich
tegen deze vordering verweren.
Aanslag op eigen vrouw
Een 35-jarige Hilversummer, die
zaterdagavond „in kennelijke staat"
verkeerde, wilde op bezoek gaan bij
een vrouwelijk kennis van hem, doch
toen hij de betreffend- woning na
derde, zag hij plotseling zijn vrouw
met haar fiets op de stoep staan,
kennelijk op onderzoek uit.
De man, die op een motor reed,
geraakte in woede en reed met zijn
rrotor op zijn vrouw in. Deze sprong
het trottoir op, maar de man dreef
zijn motor ook over de stoeprand,
zodat de vrouw zich slechts redden
kon door in een der tuintjes te vluch
ten.
Gisteren is de ontrouwe, woeste
echtgenoot door de politie gearres-
teerd.
Protest-vergadering proces-Jungschlager
Beveiliging voor andere Nederlanders geëist
„Dit is een politiek proces, niet al
leen een proces met een politieke
achtergrond, maar met een politiek
doel, het creëeren van zondebokken".
Aldus de heer J. E. van Buuren, ma
joor b.d. van het K.NJ.L. en getuige
a décharge in de zaak-Jungschlager,
op een protestvergadering, die de af
deling 's-Gravenhage van het Vete
ranen legioen Nederland had georga
niseerd naar aanleiding van de gang
van zaken in het proces-Jungschlager.
Deze bijeenkomst werd gehouden in
de geheel gevulde zaal van de Haagse
Dierentuin, waarin spandoeken wer
den aangebracht met o.a. de woorden
„Helpt Jungschlager" en „Beschermt
mevrouw Bouman".
Onder luide bijval van de aanwe
zigen werd besloten namens de ver
gadering telegrammen aan de minis
ter-president, dr. W. Drees en de mi
nister zonder portefeuille, mr. J. M.
A. H. Luns, te zenden, waarin van
de Nederlandse regering wordt geëist
onverwijld de zaak-Jiingscshlager c.s.
op de meest krachtige wijze voor te
brengen bij de UNCI, de V.N. en ver
volgens haar voorlichtingsapparaat
in de gehele wereld opdracht te ge
ven, zo veel mogelijk de onderhavige
aangelegenheid in de belangstelling
van de gehele wereldbevolking te
brengen".
Voorts wordt geëist, „dat de repu-
blik Zuid-Molukken wordt erkend en
alle hulp wordt verleend, die erken
ning door andere landen bevordert".
Verzocht wordt „de grote Neder
landse vrouw, mevrouw M. Bouman
van der Berg een diplomatieke status
te verlenen en „ten sterkste wordt
aangedrongen om naar aanleiding van
de toenemende anti-Nederlandse het
ze in Indonesië, de nodige maatrege
len te nemen, waardoor snelle eva
cuatie van de Nederlandse bevol
kingsgroep in Indonesië kan worden
verkregen".
Verklaring der drie vakcentralen
Beslissing Centrale Raad van Beroep
Ontslag stakers was gewettigd
De Centrale Raad van Beroep te
Utrecht heeft de uitspraak van het
gemeentelijk scheidsgerecht te Am
sterdam tegen de vijf deelnemers aan
de staking in maartapril 1955 be
vestigd.
Het betrof hier de zaken van de
amlbtsnaren op weeksalaris W. Bosch,
L. Wardenaar. P. Versteeg, T. Twigt
De Centrale Raad is met het
scheidsgerecht van mening, dat deze
staking een zodanige misdraging was,
dat daardoor reeas het gegeven ont
slag is gerechtvaardigd.
In ae overwegingen van het von
nis van de raad wordt gezegd, dat de
gemeente Amsterdam het algemeen
belang, i.e. het gemeentebelang, te
recht heeft laten prevaleren. Hoewel
de gemeente van oordeel was, dat alle
stakers ontslagen konden worden,
zijn er slechts enkele tientallen ont
slagen om stremming van de open
bare diensten te voorkomen.
De Centrale Raad van Beroep
meent in dit opzicht, dat het aan het
beleid van de gemeente A'dam moest
worden overgelaten, wie zij juist
in het algemeen belang in dienst wil
de houden.
De drie vakcentralen hebben vannacht de volgende verklaring afgelegd:
De besturen der drie vakcentralen, het N.V.V., de K.A.B. .en het C.N.V.
hebben zich heden, zowel elk in eigen kring, als gemeenschappelijk beraden
over het opnieuw afbreken van het overleg in de Stichting van den Arbeid.
Voorts hebben zij aandacht geschonken aan de wijze, waarop de Centrale
Werkgeversorganisaties gemeend hebben de pers te moeten informeren
over de betekenis van de wederzijdse voorstellen.
Zoals bekend heeft het overleg opnieuw een aanvang genomen op woens
dag 29 februari jl. Na een algemene gedachtenwisseling werd overeenge
komen, zich voor de verdere besprekingen te baseren over de „Stichtings
aanbeveling" van juli 1955. Dit betekende, dat de verschillende grondslagen
van het S.E.R.-rapport, alsmede de verschillen daartussen met inbegrip van
de zogenaamde vertragingsfactor nader diende te worden bezien. Daartoe
werd een kleine technische commissie benoemd, die zo spoedig mogelijk een
eensluidend advies moest trachten op te stellen, d^t zou kunnen fungeren
als cijfermatig uitgangspunt voor de te voeren onderhandelingen.
De technische commissie slaagde er in, een compromis tot stand te bren
gen. Dit compromis hield in, dat overeenkomstig de in de S.E.R. gevolgde
methode de volgende percentages van de achterstand werden vastgesteld:
1955 is 6 1956 is 4.2 en 1957 is 1 of 2
2.2 pet. en 1957 is of 2 pet. Het zijn
deze cijfers, die de centrale werkge-
versorgansaties in hun voorlichting
aan de pers hebben gehanteerd en
wel op een zodanige wijze, dat de
niet-ingewijde lezer de indruk moet
krijgen, dat over 1955 slechts een uit
kering ineens van 2.5 pet. mogelijk is
en over 1956 slechts een verhoging
der lonen van 2.2 pet. (inclusief de
differentiatie) mogelijk zou zijn. Deze
indruk is echter geheel onjuist. Het
begrip „mogelijke verhoging op jaar
basis" betekent namelijk iets geheel
anders dan het in het SER-rapport
gehanteerde begrip „achterstand".
Wat niet meetelt.
De uitkering ineens over 1955 zal
niet v/orden verstrekt over de totale
Nederlandse loonsom. Zij zal bijvoor
beeld niet worden uitgekeerd over
belangrijke delen van die loonsom:
overwerk, vakantietoeslag en derge
lijke, en voorts zal helaas niet iedere
werknemer voor deze extra-uitkering
in aanmerking komen. Men is dan
ook aan de veilige kant, wanneer men
aanneemt, dat de uitkering ineens
over 1955 slechts op 2/3 van de totale
Nederlandse loonsom betrekking zal
hebben. Wanneer derhalve de vak
centralen twee weken loon of onge
veer 4 pet. over 1955 vragen, bete
kent dat in de praktijk nauwelijks
2.5 pet. van de totale loonsom.
Wat 1956 betreft, herinnerde de
vakcentralen er aan, dat bij de vast
stelling van de „ruimte" voor 1956
reeds rekening was gehouden met de
uitbreiding van de secundaire ar
beidsvoorwaarden, alsmede een zeke
re autonome loonstijging en enige
differentiatie. De Stichting van den
Arbeid was dus unaniem van oor
deel, dat boven deze uitbreiding van
de secundaire arbeidsvoorwaarden,
de autonome loonstijging en de dif
ferentiatie, nog 2.2 pet. ruimte be
staat voor verdere loonmaatregelen.
Gelet op dit cyfer is de optrékking
van de loonrichtlijn met 3 pet. alles
zins verantwoord. Immers niet elke
bedrijfstak zal zioh onmiddellijk op
deze gewijzigde richting kunnen be
roepen. Dat zal slechts het geval zijn,
wanneer de lopende CAO afloopt, ter-
VERTRAGING.
Het inlopen van deze achterstand
van de loon- en salaristrekkenden
kan echter in de praktijk slechts met
een zekere vertraging tot stand wor
den gebracht. Zo werd bijvoorbeeld
de destijds door de SER geconstateer
de achterstand over het jaar 1954 pas
door een maatregel per 1 oktober van
dat jaar opgeheven. Ook thans moet
met een zekere vertraging rekening
worden gehouden. Wanneer men
daarom de invloed van de vertra
gingsfactor in aanmerking .neemt en
de mogelijk geachte loonsverhogin
gen herleid tot jaarbasis, zijn de vol
gende verhogingen van de totale loon
som mogelijk: 1955 is 2.5 pet.; 1956 is
Straf.
De overige tijdens de zitting door
de raadsleden ter discussie aangevoer
de argumenten hebben de raad even
min kunnen overtuigen, dat er on
evenredigheid zou hebben bestaan
tussen de gepleegde overtreding en de
opgelegde straf.
Al zouden de te berde gebrachte
omstandigheden ieder op zichzelf ge
heel of gedeeltelijk juist zijn, meent de
raad in zijn uitspraak niettemin van
oordeel te zijn, dat de ambtenaar, die
zich, om welke reden dan ook, soli
dair verklaart met een massale sta
king, waardoor de belangen van de
Amsterdamse burgerij in het bijzon
der en die van de gemeenschap in
het algemeen, zijn aangerand waar
door de betrokkenen aan hun mede
ambtenaren in den lande een uiter
mate slecht voorbeeld hebben gege
ven van de wijze, waarop een goed
ambtenaar onder alle omstandighe
den zijn plicht behoort te vervul
len, een zo ernstige misdraging heeft
begaan, dat de straf van ontslag daar
aan volkomen evenredig is.
wijl voor langlopende CAO-en, als
mede voor bindende loonregelingen
pas per 1 september a.s. een beroep
op de nieuwe richtlijn gedaan kan
worden.
Ten onrechte wordt dit deel van de
werknemersvoorstellen gekwalifi
ceerd als een algemene loonronde. In
het voorstel der vakcentralen is na
melijk geen sprake van een alge
mene en gelijktijdige verhoging der
rechtens geldende lonen, doch slechts
van een optrekking van de richtlijn,
waaraan de uitvoering bovendien in
de tijd gespreid is.
Ongeveer 1 pet. stijging.
Bij aanvaarding van de werkne
mersvoorstellen zal daarom de totale
loonsom over 1956 als gevolg van de
verlegging der richtlijn met slechts
ongeveer 1 pet. stijgen. Ook na deze
verhoging van de richtlijn zal er
daarom een niet onbelangrijke ach
terstand over 1956 blijven bestaan.
Vandaar, dat de vakcentralen van
oordeel zijn, dat er over 1956 voldoen
de ruimte overblijft voor een verant
woorde differentiatie. De vakcentra
len hebben gemeend, voor deze dif
ferentiatie geen cijfer te moeten noe
men, zulks in verband met de daar
van te vrezen „magneetwerking".
De besturen der drie vakcentralen
zijn voorts van mening, dat door aan
vaarding van hun voorstellen de voor
1957 voorziene maatregelen als de in
voering van de wettelijke ouderdoms-
verzekering en de huurverhoging in
gen enkel opzioht in gevaar worden
gebracht.
In hun voorstellen blijft namelijk
voldoende ruimte voor de invoering
dezer maatregelen, waarbij de vak
centralen er nog nadrukkelijk op wij
zen, dat bij de berekening van de res
terende ruimte in 1957 onder andere
vrijwel geen rekening is gehouden
met de verdere stijging van het na
tionale inkomen in dit jaar.
Toekomstig beleid.
Ofschoon de vakcentralen dus van
oordeelt zijn, dat er voor vrees te dezen
opzichte geen enkele grond bestaat,
hebben zij te allen overvloede in de
Stichting van den Arbeid de categori
sche verklaring afgelegd, dat indien
zulks onverhoopt en tegen de stellige
verwachting der vakcentralen in uit
hoofde van de economische ontwikke
ling noodzakelijk mocht blijken,
bereid zijn tegenover de leden hun
ner organisaties te verdedigen, dat
voor invoering der ouderdomsverze
kering een offer moet worden ge
bracht in de vorm van een niet-vol-
ledige compensatie van de premie.
Zelfs na deze verklaring handhaaf
den de werkgeversorganisaties hun
nader voorstel. Er bleef toen de
werknemersorganisaties niets anders
over, dan te constateren, dat met de
centrale werkgeversverbonden geen
overeenstemming viel te bereiken.
In hun heden gevoerde beraad heb
ben de besturen van de drie vakcen
tralen derhalve besloten hun stand
punt onverkort te handhaven", aldus
de verklaring van de vakcentralen.
Een collecte in de pauze bracht
ruim 803.op.
Misdadige partijdigheid.
De heer Van Buuren noemde het
proces-Jungschlager een „prachtig
voorbeeld van misdadige partijdig
heid". Hij zei het zijn plicht te achten
eraan mede te werken, het Neder
landse volk tot het besef te brengen,
„dat dit een schijnproces is met een
monsterachtige opzet, dat men alleen
vindt aan de andere kant van het
ijzeren gordijn; met dit verschil echter,
dat de beschuldigden in Djakarta
hardnekkig weigeren te bekennen".
De getuigen a charge legden bij het
vooronderzoek een opmerkelijk goed
geheugen aan de dag, zo ging hij
voort, doch tijdens de zittingen uitten
zij zich steeds vager en legden zij ge
heel afwijkende verklaringen af.
Nooit heeft de rechter de getuigen
daarop geattendeerd, aldus de heer
Van Buuren. Hij zei voorts, dat er
stukken ter tafel verschenen, die de
verdedigster niet ter inzage kreeg.
Het requisitoir is enkel en alleen ge
baseerd op de verklaringen van de
kroongetuigen.
De getuigen a décharge worden on
betrouwbaar geacht. De gang van za
ken wekt de indruk, dat de be
klaagden schuldig moeten worden
bevonden. Jungschlagers tragiek was,
dat hij zich na twee of drie waarschu
wingen liet overhalen te blijven, om
dat hij zich niets te verwijten had.
Spreker zei, dat er een dodelijke haat
bestond tegen alles wat Nefis (Ned.
Inlichtingendienst) was: „Natuurlijk
werd Jungschlager, die hoofd van de
Nefis was, uitgekozen om de rancu
neuze gevoelens te botvieren". Be
klaagde Schmidt had het ongeluk de
zelfde naam te hebben als een Neder
lander, die zich aansloot bij de Darul
Islam.
Eresaluut.
Over de verdedigster zei hij, dat
het past een eresaluut te brengen aan
het werk van één Nederlandse vrouw,
die een verbeten „trijd voert.
ting van gisteren wederom intensief
bezig gehouden met de zaak-Jung
schlager. Alle aspecten van deze
kwestie zijn daarbij in overweging
l genomen.
Katholiek protest.
Aan de K.V.P. is zaterdag het vol
gend telegram gezonden: De Raad
van Overleg der katholieke sociale
organisaties, de Algemene Katholieke
Werkgeversvereniging, de Neder
landse Katholieke Arbeidersbeweging,
de Katholieke Nederlandse Boeren-
en Tuindersbond, de Nederlandse Ka
tholieke Middenstandsbond, de St.
Adelbertvereniging en de Katholieke
Standsorganisatie voor de Werkne-
mend Middenstand, met grote be
zorgdheid kennis genomen hebbende
van de gang van zaken in het proces-
Jungschlager, verontrust door de
wijze waarop dit proces wordt ge
voerd en beïnvloed, begaan met het
lot van hun landgenoot, die ,'t slacht
offer dreigt te worden van ons land
vijandige groeperingen, beseffend, dat
het voorkomen van dit onrecht een
aangelegenheid is van politieke acti
viteit, doet een dringend beroep op
het bestuur van de Katholieke Volks
partij om al haar invloed aan te wen
den om in dit proces een aan alge
meen aa.nvaarde normen van rede
lijkheid en rechtvaardigheid voldoen
de rechtpleging te verkrijgen.
Het telegram was ondertekend
voorzitter.
ARBITRAGE GEVRAAGD.
Het onderstaande manifest is heden
publiek gemaakt:
„De berichten over de in Djakarta
aanhangige processen tegen Jung
schlager en Schmidt, en de gevangen
houding van andere Nederlanders
wekken bij ondergetekenden de in
druk dat de fundamentele rechten
van de mens zoals deze zijn aanvaard
door de Verenigde Naties, daarbij niet
naar behoren worden geëerbiedigd.
Nu, naar hun is gebleken, deze in
druk niet slechts bij henzelf doch ook
bij anderen in- en buiten Nederland
is ontstaan, hechten zij er aan, de
Nederlandse regering met de grootste
nadruk de vraag voor te leggen, of
het, afgezien van wat zij overigens
ten deze reeds heeft gedaan, geen
plicht is de desbetreffende kwestie
voor een internationaal forum te
brengen en hiertoe onverwijld alle
voorbereidingen te treffen.
Daartoe richte de regering zich dan
de bevoegde organen der Ver-
De heer Brendgen eiste hierna in i enigde Naties en make zij deze zaken
een kort woord „gerechtelijke vervol-J °P de daartoe mogelijke wijze aan
ging van diegenen, die door opzette-' bangig bij het Lïternationaal Ge
lijke onwetendheid hebben meege- j rechtshof, opdat, met hoor en weder-
werkt. aan de chaos in Indonesië". i hoor en onderzoek van alle aange-
tv* i I roerde controleerbare feiten, door een
d^egeri d?e tot Lden jee?enP| 0n^rt"di^ en -bevooroordeelde
kelfSlMe verkild ril achter worde nagegaan, of inderdaad
onze zo zwaar beproefde landgenoten
niet volkomen onschuldig zijn.
De initiatiefnemers vertrouwen dat
kele officiële verklarin de wereld
instuurde na het requisitoir van Su-
nario, maar wel protesteerde over het
beëindigen van de financieel-econo-
mische betrekkingen door Indonesië".
Een beroep werd gedaan op de aan.
wezigen om overal de kwestie-Jung-
schlager en de bedreiging van het
leven van anderen onder de aandacht
van het Nederlandse volk te brengen
en elke actie te steunen om hun le
ven te redden.
De aanwezigen, die het betoog van
de sprekers onderbraken om hun in
stemming te betuigen, besloten de
bijeenkomst met het zingen van het
Wilhelmus.
In ministerraad.
Naar wij vernemen heeft de Neder
het Nederlandse volk in al zijn gele
dingen uitdrukkelijk van zijri instem
ming met dit streven zal doen blij
ken".
G. Ch. Aalders (voorzitter Ned.
Veren. v. ex-politieke gevangenen).
R. P. Cleveringt (hoogleraar te
Leiden).
F. J. Goedhart (lid van de Tweede
Kamer).
Leonhard Huizinga (auteur).
Gezina H. J. v. d. Molen (hoogle
raar aan de Vrije Universiteit te Am
sterdam).
K. van Rijckevorsel (lid van de
Tweede Kamer).
A. Goekoop (Catshuis Sorghvliet,
landse ministerraad zich in zijn zit-|Adriaan Goekooplaan 10 Den .Haag).
Kind speelde met vuur
in kleerkast
f 1.000,schade
Scholier op het
slechte pad
Zaterdagmiddag werd in een der
warenhuizen te 's-Gravenhage een
On de eerste étaPP van een ner- s^her door het personeel op "he-
2* eels*? p;f,f L terdaad betrapt toen hij 2 zakagen-
ceel aan het Paul Krugerplein te da.s gtal De jonge man heeft aan de
s-Gravenhage, speelde het 5-jarige J politie verkli,ai.S de afgelopen we
zentje met lucifers en had 73 gramofoonplaten een paar
by in een kleerkast begeven. Het ge- volleybalschoenen en een spel ta-
volg was brand en een schade van feitennis te hebben gestolen, waar-
1000.—, die door verzekering wordt van de gezamelijke waarde 400.—
gedekt.
MAGAZIJNBEDIENDE
GEARRESTEERD.
De Maastrichtse politie heeft dezer
dagen gearresteerd een 28-jarige
Maastrichtenaar, werkzaam als maga
zijnbediende in de garage van een
service-station aan de Meerssener-
weg te Maastricht, verdacht van dief
stal van een groot aantal motoronder
delen. Gedurende enkele maanden
heeft de man 's avonds de auto-onder
delen, zoals complete stellen bus met
zuiger, nieuwe autobanden, motor-
onderdelen enz. in zijn auto mee naar
huis genomen en daarna verkocht. Na
huiszoeking werd de man in de ga
rage op heterdaad betrapt De totale
waarde van de gestolen goederen
wordt geraamd op 2500.
bedroeg.
De groepscommandant der rijkspo
litie te Wezep maakt bekend, dat gis
teren te 5.40 uur te Oldenbroek op
de Rijksstraatweg een verkeersonge
val is gebeurd waarbij een rtjotorrij-
der ernstig werd gewond.
Vermoedelijk is een motorrijtuig na
het ongeval in botsing gekomen met
het motorrijwiel.
De groepscommandant verzoekt de
bestuurder van het desbetreffende
motorrijtuig en eventuele andere ge
tuigen zich voor het geven van in
lichtingen te melden bij de groeps
commandant der Rijkspolitie te We
zep 05207227 of bij de postcomman-
daiit der Rijkspolitie te Oldenbroek
onder O 5253262 of 244.