Woningbouw is ook thans
economisch aantrekkelijk
1
iL liü
met melk meer mans
I DE
I STENEN
I SPREKEN
I DE VORIGE WEEK
Atieuui óilhouet in ïDuitóe luinttwiode
Interessant en apart ensemble
ZATERDAG 5 NOVEMBER 1955
DE LEIDSE COURANT:
VIERDE BLAD PAGINA 1
Nieuwe huurverhoging
niettemin noodzakelijk
„Het lage huurpeil van het voor
oorlogse woningbezit belemmert de
nieuwbouw niet. Dank zij de over
heidssubsidies is de bouw van nieuwe
woningen nog steeds aantrekelijk.
Dat blijkt uit het aantal subsidie-aan
vragen, dat veel groter is dan het
aantal dat met het oog op de span
ning op de arbeidsmarkt kan worden
toegewezen". Met dit argument ver
weerde de minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting, ir. Witte, zich
gistermorgen te Den Haag op de jaar
vergadering van de vereniging van
bestuurders van instellingen tot ex
ploitatie van onroerend goed tegen
de radiopraatjes van de heren Mook
en Philips, die gezegd hébben, dat
een huurprijs gebaseerd op de werke
lijke woonkosten een ogenblikkelijke
stijging van de woningproductie tot
gevolg zou hebben. De minister wees
er op ,dat er ten departémente nog
13000 premie-aanvragen liggen en
dat binnen 1 maand na de afkondi
ging van de halve premieregeling er
14000 aanvragen binnen waren. De
feiten weerleggen, aldus de minister,
de stelling, dat de woningbouw thans
economisch niet aantrekelijk is. Hij
gaf toe, dat op den duur gestreefd
moet worden naar afschaffing van de
subsidies. Daarom zal in de toekomst
een nieuwe huurverhoging niet ach
terwege kunnen blijven. Alle bona
fide politiafce groeperingen zijn het
daarover eens. Wat de geesten scheidt
is de vraag of die verhoging geheel
of slechts ten dele in de zakken der
huiseigenaren moet vloeien. Voor een
huurverhoging zijn vele gezonde ar
gumenten aan te voeren. Daarom, zo
zeide de minister, moet men er zich
voor hoeden, onjuiste argumenten in
het spel te brengen. Z. i. hadden de
heren Mook en Philips zich hieraan
schuldig gemaakt.
De minister drong voorts aan op
een betere documentatie, welke in
zicht kan verschaffen in de grote di-
versaliteit van het woningbezit. Sa-
Woningnood in
R'dam toegenomen
In de gisteren verschenen memorie
van beantwoording van het centraal
rapport uit de gemeenteraad over de
begroting voor de dienst 1956 delen
B. en W. van Rotterdam mede, dat de
vraag, met welk aantal de woning
nood sedert 1945 is afgenomen, moei
lijk te beantwoorden is. Enig inzicht
kan worden verkregen, zeggen zij,
door opgave van het aantal samen-
woningen, dat als een globale indica
tie van de woningnood kan dienen.
Op 1 Januari 1946 bedroeg het aan
tal samenwoningen 13.386 oi 8,3 pet.
van de woningvoorraad; dit steeg
toen geleidelijk tot op 1 Januari 1950
het getal 29.263 werd bereikt, het
geen neerkwam op 17,6 pet. van de
woningvoorraad. Daarna volgde er
een gedeeltelijke daling en op 1 Oc
tober 1955 was er nog sprake van
26.645 samenwoningen, of 14,3 pet.
van een beperking van het aantal,
waarmee de woningnood is afgeno
men, kan derhalve nauwelijks ge
sproken worden.
Snipverkouden
Straks hebt U
griep!
Neem een AKKERTJE
...dat helpt direct!
(Advertentie.)
menwerking tussen de exploitaten on
derling enerzijds en tussen hen en
de overheid anderzijds achtte hij
dringend noodzakelijk. Hij pleitte
voor het aankweken van een gemeen-
schajppelijk verantwoordelijkheids
besef, dat tot gestalte zou moeten
komen in een grote organisatie van
belanghebbenden, welke een publiek
rechtelijke status zou moeten verkrij
gen.
Publiek niet tevreden
over woningbouw
Alle inspanningen om meer hui
zen te bouwen ten spijt vinden nu,
blijkens de uitslag van een onderzoek
van het Nederlands Instituut voor de
publieke opinie, 30 op de 100 man
nen dat de woningnood erger wordt.
In 1953 waren dat er 17 op de hon
derd dus bijna een verdubbeling in
twee jaar tijds.
Van tijd tot tijd stelt het N.I.P.O.
de volgende vraag: „wat vindt u,
wordt de woningnood erger of minder
erg?"
Deze ontevredenheid met de oplos
sing van de woningnood vindt men
vooral in de lage welstandsklassen,
in de gemeenten met 20.090 tot 50.000
inwoners en onder mannen met gezin
nen van 3-Ui personen.
Het percentage mensen dat zegt
persoonlijke moeilijkheden te onder
vinden door het gebrek aan woon
ruimte is in de laatste twee jaar bijna
niet veranderd: in 1953 was dat 21
procens en nu in October 1955: 22
procent en nu in October 1953: 22
vond in 1953 79 procent en in 1955:
78 procent.
JEUGD KAALHEIDE MET
BUSSEN NAAR SCHOLEN
ELDERS.
Door de brand, die in de meisjes
school te Kaalheide heeft gewoed,
zal het schoolgebouw voorlopig niet
meer te gebruiken zijn. De burge
meester van Kerkrade heeft daar
om de gemeenteraad voor een spoed
vergadering gisteren opgeroepen om
een bedrag beschikbaar te stellen
voor het vervoer van de leerlingen
van Kaalheide naar scholen elders
in de gemeente. Het ligt in de be
doeling de jongens onder te brengen
in een schoolgebouw in Kerkrade
centrum, terwijl de meisjes onderwijs
zullen gaan genieten te Spekholzer-
heide.
Met het oog op de onvoldoende vei
ligheid op de weg naar de scholen is
het ook naar de mening van de in
specteur van het lager onderwijs
gewenst, dat de leerlingen met bus
sen vervoerd worden. De gemeente
zal de kosten van het vervoer voor
haar rekening nemen. De Limburgse
Tramweg Maatschappij zal vijf dagen
per week met vier bussen het vervoer
verzorgen.
DIEFSTAL BIJ KENNISSEN.
Een werkloze schilder uit Venlo
wist tijdens afwezigheid van kennis
sen, waar hij meermalen op bezoek
kwam, 't huis binnen te dringen. Hij
was waarschijnlijk op de hoogte van
het feit, dat zijn kennissen de ge
woonte haden de sleutel van het huis
op de vensterbank van het WC-
raampje te leggen.
Toen de dochter des huizes op ge
geven moment onverwacht binnen
kwam, zei de man met een effen ge
zicht, dat hij op haar vader wachtte.
Pas 's avonds bleek, dat het huis was
onderzocht. Een bedrag van 78 werd
vermist. De politie had voldoende
aanwijzigen om de dader, die inmid
dels bekend heeft, op te sporen.
PERSSPIEGEL
Zaak Anneke Beekman
Uit de Haagse Post:
De houding van de Justitie in de
affaire van het verdwenen Joodse
oorlogspleegkind Anneke Beek
man volgen wij al geruime tijd met
verbijstering.
Laten wij wèl zijn: er zijn m^ar
enkele Joodse pleegkinderen niet
ter beschikking van ouders of ver
zorgers gesteld. Er is in ons land
geen sprake van een massale kin
derroof, die justitieel ingrijpen zou
wettigen. Het gaat eigenlijk alleen
om het ene meisje Beekman en
het is wel een testimonium pauper -
tatis van de Nederlandse recherche
dat dit enorme apparaat dat ene
meisje nu niet kan terugvinden
zelfs als hébben de verzorgers de
onderduiktechniek in de beaetting
blijkbaar goed geleerd.
Nu richt het justitiële appa
raat zich tegen de befaamde tante
Gé, die natuurlijk de wet heeft
overtreden én. schuldig is. Wie ech
ter met het onderbrengen van
Joodse kinderen in de bezettingstijd
zelf te maken heeft gehad, denkt
over tante Gé toch iets anders dan
de Justitie. Er stonden nu niet zo
verschrikkelijk veel Nederlanders
van ongeduld te trappelen om Jo
den en vooral Joodse kinderen, te
verbergen. Menigeen heeft zich in
die tijd met angst in het hart arge-
vraagd waar hij nog Joodse kinde
ren kon onderbrengen. Als geld de
taak niet verzoette of er nog plaats
was bij Christenen van de daad,
dan moest men voor kinderen
meestal aankloppen bij vrouwen
wie het moederschap ontzegd was
en die zich misschien juist daarom
met heftige begeerte op het bezit
van een kind stortten. Men moest
in die tijd gebruik maken van haar
gebrek.
Welnu, een nobele Justitie mag
naar onze mening zulke vrouwen
nooit vervolgen. In grote nood-heeft
men ter beveiliging van kindele
vens geprofiteerd van haar instinct
en haar gebrek. Als dat zelfde in
stinct en dat zelfde gebrek haar
nadien de wet doen overtreden, laat
een goede Justitie genade voor
recht gelden.
Als zij dat ene meisje niet kan
opsporen, dan faalt zij schromelijk.
Daar, bij die opsporing ligt haar
taak. Op tante Gé mag iedere druk
worden uitgeoefend. Men mag er de
wereldlijke en geestelijke hoog
waardigheidsbekleders voor inscha
kelen, al zou het de Paus zelf zijn,
maar zulk een vrouw werpt men
niet in de gevangenis.
In de bezettingstijd trouwens had
den wij meer aan onze tante Gé's,
dan aan onze Justitie.
Ito
Pubfirofle Nederlondi Zulvelburaou, Grorenhog» j"' '3P
ARRESTANT ONTVLUCHT
Omstreeks half vier is gistermiddag
uit het Paleis van Justitie te Maas
tricht de 24-jarige J. J. de B. uit
Heerlen aan zijn bewakers ontsnapt.
De arrestant was door de Heerlense
politie voorgeleid voor de officier van
van Justitie. Toen hij uit diens ka
binet werd overgebracht naar de ge
lijkvloerse étage van het gebouw om
te worden gehoord door de rechter
commissaris heeft hij kans gezien
door de voordeur het Paleis van Ju
stitie te verlaten.
In de drukte van de Tongerse straat
is hij verdwenen. De politie heeft on
middellijk de achtervolging ingezet,
maar zij slaagde er niet in de voort
vluchtige te arresteren.
BIJ OVERSTEKEN AANGEREDEN.
De 72-jarige A. W. van der R. is
gisteravond bij het oversteken van de
Westzeedijk te Rotterdam door een
auto aangereden. Het gebeurde om
streeks kwart voor vijf. Een uur la
ter is hij in het Westerziekenhuis
overleden.
x
X In het spinsel van de Leidse straten en
X stegen zoeken wtf met de camera gewa-
X pend altijd graag naar de smalle straatjes
V die zo schilderachtig op een foto kunnen
y uitvallen. Maar al zijn zij nog zo pitto-
resk, geen stedebouwkundige zal dur-
X ven beweren, dat de bouwvallige huizen
X in deze staat zullen moeten blijven
V voortbestaan. Kinderen spelen overal.
V maar liever zien wij ze draven door
y brede straten waar zon en licht vol-
X doende gelegenheid krijgen tot het hart
X van de bevolking door te dringen.
Het grote getal inzendingen heeft ons
de overtuiging gegeven, dat onze lezers
graag hun speurders-talenten wilden ge
bruiken.
De betonmolen moet voor velen een
aanknopingspunt geweest zijn, maar zelfs
al wisten zij waar zij het ongeveer moes
ten zoeken, toch zal het nog wel even
geduurd hebben voor de „Sherlock Hol
mes "-in-de-dop dit smalle poortje ont
dekte. Hij moet het gevonden hebben in
de Pieterskerkstraat of in de Langebrug
en hij moet tot de ontdekking zijn ge
komen, dat dit steegje deze twee straten
in het centrum verbindt. Het steegje is
zoals gemeld naamloos.
Na loting werd als winnares van deze puzzle-redactie van
week aangewezen: r
Mej. B. Nagtegaal,
Langebrug 33a, Lelden.
Wat U moet doen
Adresseer een kaart, brief oi
de Leidse Courant, Papengracht
32, Leiden.
Schryt onder het motto: „De
stenen spreken".
De foto stelt voor
De inzendingen worden inge
wacht tot en met Donderdag a.s.
Onder de goede oplossers wordt
een waardebon van f 5.verloot.
De Duitse wintermode 1955—
1956 heeft beslist een eigen ka
rakter. Er werd een geheel nieuw
silhouet geboren. De Duitse
vrouw heeft niet meer het uit
gesproken „Gretchen-type". Zij
moet heel slank en lang lijken.
De Duitse ontwerpers willen
haar meer „sophisticated" maken,
of althans doen lijken. A- en H-
lijn zijn vrijwel uit de Duitse col
lectie verdwenen. Een enkele
ontwerper houdt nog vast aan de
swaeterlijn, doch het merendeel
kwam uit met een geheel nieuw
silhouet.
De cocktailjapon bijvoorbeeld,
heeft het veld moeten ruimen
voor de meer geklede namiddag
japon. Deze maakt de vrouw n.l.
wat meer „sophisticated", dan de
soms wat al te jeugdig aandoen
de cocktailjurk.
De wintenmantelcostuums heb
ben lange, tot over de heupen
vallende schootjes gekregen. De
japonnen kregen een Empire-
lijn. De casaque keert weer te
rug, naast de tuniek, die wat
langer is.
Lijn en stijl van de costuuims
zijn ingewikkeld en zeer elegant.
De mantels zijn simpel van lijn.
De costuums werden rijkelijk
van bont voorzien, de mantels
hebben klassieke kragen en re
vers, zijn recht van lijn en heb
ben geen enkele garnering, het
geen de mooie wollen mantel
stoffen het best tot hun recht
doet komen.
Gehringer Glupp tonen een
gevarieerde collectie, waarin de
casaque de meeste aandacht
vraagt. De costuums uit dit Huis
hébben lange, enigszins klokken
de schootjes, die men de casaque-
lijn pleegt te noemen. Voor de
namiddag garneert men met per-
sianer. Het materiaal van dit cos-
tuuim is donker-lila gekleurde
barathea.
Horn is gespecialiseerd op het
gebied van sport- en reiskleding.
Rechtvallende mantels, doelmatig
voor elk uur van de dag. Double-
face, pied-depoüle en camelhair,
zijn de materialen, welke door
Horn verwerkt werden. Hij is
een van de weinigen, die nog
vast houdt aan de sweateriijn,
of A-lijn voor zijn japonnen of
mantelcostuuins.
Staebe-Seger brengt ook vele
casaque-modellen, zoals voor
tailleurs ais voor japonnen. Daar
naast vinden we hier ook de tu
niek, zoals vele Franse en Engel
se ontwerpers die brengen. Ja
ponnen kregen een Empire-lijn,
die, zoals in Engeland, onder de
borst wordt ingenomen. Een
kleine plooi of draperie (zoals
de tekening duidelijk laat zien)
kan dan geen kwaad om de lijn
min of meer te breken. Met deze
japon, gecompleteerd met een
jacket, wil Staebe-Seger de cock
tailjurk verdringen. Ongetwij
feld zal de vrouw dit waarderen.
Dit ensemble werd vervaardigd
van Engels laken en gegarneerd
me persianer.
Schwichtenberg brengt Over
wegend zeer nauw-aansluitende
rokken, zowel voor de japonnen
als voor de costuums. Zijn cos-
tuuimsj asjes variëren nogal eens
van lengte. De meest echter zijn
lang, zoals de casaque-lijn dit
eist.
Er zijn weinig knop en-garne
ringen, maar wel vele naden, die
duidelijk 'het lichaam volgen en
dit op flatteuze wijze accentue
ren. Dikwijls ook vinden we bij
Schwichtenberg een rand laatg-
aangezette plooien, die onder de
knieën begint. Wollen flamimé is
hier de stof voor de geklede na
middag-japon. Daarnaast ver
werkte Schwichtenberg ook vele
soorten tweed, cheviot en Shet
land.
Steaber-Seger nog een Staebe-
Seger model. Dit model werd ge
maakt van anthraciet-kleurig
flanel. Het opvallende van het
jasje is, dat het aan de voorzijde
niet bijzonder lang is, maar ach
ter rond werd gesneden en daar
vér over de heupen valt.
OTEEDS WEER TRACHTEN de
couturiers iets aparts en
nieuws te creëren. Daarbij ko
men zij soms tot heel aardige
ontwerpen, zoals op bijgaande
illustratie de creatie van de be
kende modeontwerper Basta be
wijst. Het betreft een mantel
pakje in een wollen stof met
een dessin van kleine ruitjes in
negerbruin en zwart.
Wij zien hieraan verschillen
de belangrijke en in 'het oog
springende details, zoals het lan
ge jasje, sterk getailleerd met ge
prononceerde heupen. Voorts de
smalle schouderlijn, de garnering
met zwart astrakan en de zakjes
met klep, waarbij de rechterzijde
over een extra klein zakje be
schikt, dat boven de andere is
aangebracht.
Opvallend is wel de rok, die
aam de voorzijde overslaat en met
een rij knopen, dezelfde als die
op het jasje, gesloten wordt.
Op deze wijze ontwierp de be
roemde couturier een zeer inte
ressant ensemble, dat blijk geeft
van klasse en vooral in het na
jaar in trek zal zijn bij de dames.
OIIOMOIIOMOIlOIIOllOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOlOO >11 Oil OII O II C I! O Ir O ..Oi