DE IJZEREN SCHELVIS
Wie puzzelt mee
ZATERDAG 7 MEI 1955
DE LEIDSE COURANT
VIERDE BLAD - PAGINA 2
Horizontaal: 1. deel van de H. Mis:
5. been, bot; 9. vogel; 10 maanstand
(afk); 12. water in Friesland; 13.
rijkstelefoon (afk.); 14. kilometer
(afk.); 15. jong schaap; 17. rivier in
Nederland; 19. jongensnaam; 20.
vette vloeistof; 22. uitbraaksel van
een vulkaan; 23. afnemend getij; 24.
muzieknoot; 25. bijb. figuur; 28. klap;
31. dwaas; 32. eerste boek van Mozes
(afk.); 34. water in Z.H.; 35. bill of
sale (afk.); 36. vOorn.woord; 37 voor
zetsel; 39. radio omroep (afk); 40.
middelpunt; 42 gem. in Drente; 43.
voetwarmer.
Verticaal: 1. muziekinstrument; 2.
voorzetsel; 3. lied; 4. in de richting
naar omlaag; 5. boterton; 6. door
weekt, vochtig: 7. oude rekening
(afk.); 8. leesteken; 11. zeer grote
pompoen; 14. gezouten steurkuit; 16.
muzieknoot; 18. wèarmerk; 19. wel
aan; 21. biersoort; 22. niet vast; 25.
v/elriekende wasachtige stof; 26. oude
lengtemaat; 27. voorzetsel; 29. mu
zieknoot; 30. gleuf; 32. gindse; 33.
bars: 36. waadplaats voor paarden;
38. in de grond gegraven diepte; 40.
inhoudsmaat .(afk.); 4/1. soort onder
wijs (afk.).
Oplossingen tot en met Donderdag
a.s. aan het bureau van ons blad. Op
de enveloppe „Puzzle"' vermelden.
Een sigarettenkoker, een sieraad
en een boek zijn beschikbaar.
OPLOSSING VORIGE WEEK
Horizontaal: 1. Libel; 5. Trio; 9.
IJdel; 11. Born; 12. Nr.; 14. Eeuw;
16. Bad; 17. Op; 19. Kies; 21. Ka; 22.
Loog; 24. Teil; 26. Idool; 28. Kriek;
30. Saar; 32. Elis; 33. Hl; 35. Laar;
37. An; 38. Tel; 40. Gaas; 42. Dm; 44.
Enig; 46. Raak; 48. Rasp; 49. Droes.
Verticaal: 1. Lijn; 2. Bij; 3. Ede;
4. Leek; 5. Tb; 6. Rob; 7. Irak; 8. ón
danks; 10. Luit; 13. Rood; 15. Week;
18. Poos; 20. Sire; 22. Lichter; 23.
Goal; 25. Lila; 27. Laag; 29. Eind; 31.
Raar; 34. Lena; 36. Raad; 39. Lis; 41.
Sar; 43. Mus; 45. G.P. 47. Ko.
De gelukkigen zijn deze week:
mevr. A. v. Zijp-Saunier, Javastraat
40Ade taart; W. Hölscher, Zuidein
de 132, R.A.'veen, het sieraad en M.
E. v. d. Berg Keersemaker, Berg
Amolaan 19, Voorhout, het boek.
Aetherklanken
ZONDAG.
TELEVISIEPROGRAMMA'S NTS
16.58—17.45 Eurovisie: Rep. uit het
vissersdorp Camogli.
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR.
12.00 NCRV. 12.15 KRO.
17.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO.
8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 8.25 Hoog
mis. 9.30 Nieuws en waterst. 9.45
Gram. 10.00 „De open deur". 10.30
Ned. Herv. Kerkdienst. 11.45 „De
Kerk aan het werk". 12,00 Orgel
concert. 12.15 Gram. 12.20 Apologie.
12.40 Gevar. liedjes. 12.55 Zonnewij
zer. 13.00 Nieuws en Kath. nieuws.
13.10 Lichte muz. 13.40 Boekbespr.
13.55 Voor de jeugd. 14.30 Omr. ork.
en solist. 15.30 „De Vliegende Hol
lander", caus. 15.40 Gram. 16.10 Ka
tholiek Thuisfront Overal! 16.15
Sportrep. 16.30 Vespers. 17.00 Geref.
kerkdienst. 18.30 Gram. 13.45 Kerke
lijk nieuws. 18.50 Boekbespr. 19.05
Omr. ork. 19.30 „Waarheid en ver
beelding rondom het Nieuwe Testa
ment", caus. 19.45 Nieuws. 20.00 Ca
baret. 20.40 Rep. 20.55 Dc Gewone
man. 21.00 Gevar. muz. 21.30 „Moe
der brengt taartjes mee", hoorsp.
22.15 Strijkoctet. 22.40 „Het Getui
genis over Christus", caus. 23.00
Nieuws. 23.1524.00 Gram.
HILVERSUM II, 298 m.
8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA.
18.30 VPRO. 19.00 IKOR.
20.00—24.00 AVRO.
8.00 Nieuws, postduivenber. en
gram. 8.18 Gram. 8.45 „Langs onge
baande wegen" caus. 9.00 Postduiven
ber. en sportmeded. 9.05 Gram. met
comm. 9.45 „Geestelijk leven", caus.
10.00 Gram. 10.30 „Met en zonder
omslag". 11.00 Carillonmuz. 11.10
Vacantietips. 11.25 Melodie en poë
zie. 12.00 Sportspiegel en postdui
venber. 12.05 Lichte muz. 12.35 „Even
afrekenen, Heren!" 12.45 Gevar. mu
ziek. 13.00 Nieuws. 13.05 Meded. of
gram. 13.10 Voor de militairen. 14.00
Boekbespr. 14.20 Vocaal kwart. 14.50
„Schiller, dichter van de vrijheid",
herdenkingsrede. 15.10 Gram. 15.30
Radiophilharm. ork. 16.30 Sportre-
vue. 17.00 Gram. 17.30 Voor de jeugd.
17.50 Sportjourn. 18.15 Nieuws en
sportuitsl. 18.30 Korte kerkdienst.
19.00 Voor de jeugd. 19.30 „Gesprek
ken om de Bijbel". 20.00 Nieuws.
20.05 Act. 20.15 Gram. 20.45 „Spel
met marionetten", hoorspel. 21.30
Gevar. muz. 22.10 Hersengym. 22.30
Gram. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram.
23.25—24.00 Gram.
MAANDAG.
TELEVISIEPROGRAMMA'S NTS
12.4313.45 Eurovisie: Rep. v. d.
„Heilige Bloed Processie" te Brugge.
20.1521.50 De „Cup Final", film.
HILVERSUM I, 402 m.
7.00—24.00 NCRV.
7.00 Nieuws en S.O.S.-ber. 7.10 Ge
wijde muz. 7.30 Gram. 7.45 Een woord
voor de dag. 8.00 Nieuws en weer-
ber. 8.15 Sportuitsl. 8.25 Gram. 9.00
Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw.
9.45 Waterst. 9.40 Mastklimmen. 10.05
Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00
Gram. 11.20 Gevar. muz. 12.25 Voor
boer en tuinder. 12.30 Land- en tuin-
bouwmeded. 12.33 Gram. 12.53 Gram.
en act. 13.00 Nieuws. 13.15 Weense
muz. 13.45 Gram. 14.05 Schoolradio.
14.30 Gram. 14.45 Voor de vrouw.
15.15 Strijktrio. 15.38 Gram. 16.00
Bijbellezing. 16.30 Strijkkwart. 16.55
Gram. 17.00 Voor de kleuters. 17.15
Voor de jeugd. 17.30 Gram. 17.40
Beursbei*. 17.45 Regeringsuitz.: Rijks
delen Overzee: dr. G. J. Kuyer: „So
ciologische verkenningen van de bo
venwindse eilanden der Nederland
se Antillen". 13.00 Chr. Zangkoor.
18.20 Sport. 18.30 Gram. 18.40 Engel
se les. 19.00 Nieuws en weerber. 19.10
Orgelconc. 19.30 „Volk en Staat",
caus. 19.45 Vocaal ens. 20.00 Radio
krant. 20.20 Koorzang. 20.40 „Dossier
333", hoorsp. 21.50 Gram. 22.00 Strijk-
ork. en soliste. 22.45 Avondoverden
king. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram. 23.40
24.00 Evangelisatie uitzending.
HILVERSUM II, 298 m.
7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym.
7.30 Gram. 7.33 Orgelspel. 7.50 Quatre
mains. 8.00 Nieuws en gram. 8.30
Strijkork. en solist. 9.00 Gym. v. de
vrouw. 9.10 Gram. 10.00 Voor de oude
dag. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Voor
de zieken. 11.15 Pianorecital. 11.40
Voordr. 12.00 Accordeonork. en so
list. 12.30 Meded. 12.33 Voor het plpat-
teland. 12.38 Gram. 13.00 Nieuws.
13.15 Voor de middenstand. 13.20
Hammondorgel en zang. 13.50 Gram.
14.00 Voor de vrouw. 14.15 Kamer
muziek. 14.40 Gram. 15.00 „Hokus
pokus", hoorsp. 16.15 Gemengde
zangver. 17.15 Gram. 17.50 Millitair
comm. 18.00 Nieuws en comm. 18.20
Vraaggesprek. 18.25 Gitaarens. 18.40
Pari. overz. 18.55 Voor de jeugd. 19.05
Strijkkwart. 19.45 Regeringsuitz.:
Landbouw rubriek: Vraaggesprek
over „de problemen bij de productie
van slacht-pluimvee". 2. Nabeschou
wing over de Vierde Internationale
Landbouwbeurs. 3. Gevaren voor
onze bijen. 20.00 Nieuws. 20.05 „Dc
familie Doorsnee", hoorsp. met muz.
20.35 Aetherforum. 21.10 Dansmuz.
21.45 „Dat gebeurde tien jaar gele
den", documentaire. 22.05 Radiophil
harm. ork. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram.
23.35—24.00 Filmmuziek.
Verkwister. Filiaalhouder: „Wat
zegt U? Ber» ik verkwistend?"
Directeur: „Ja, U gooit geld weg!
Neem dat brandblusapparaat! Twee
jaar geleden hebt U dat gekocht en
we hebben er nog nooit wat aan ge
had!".
Denk erom. Bulderende ser
geant: „En denk er om, recruten, dat
je vanavond naar de les voor alge
mene ontwikkeling gaat! Er wordt ge
sproken over Aafjes. En knoop dat in
je oren: Wie me morgén niet kan ver
tellen, wat een Aafje voor een ding
is, breek ik de benen!"
Nuchter. Kantoorbediende (erg
zenuwachtig): „Meneer, ik heb een
heel beroerde boodschap voor U. De
boekhouder is er met Uw dochter
vandoor!"
Directeur: „Oh, dat geeft niets, ke
rel. Ik was toch van plan, om hem
volgende maand te ontslaan!"
Mislukt. Goochelaar: „En nu
mijne dames en heren, komt de gro
te toer. In deze zakdoek heb ik het
horloge van meneer. Hoort U het tik
ken? Bent U tevreden meneer?"
Heer: „Ik ben dubbel en dwars te
vreden. Het ding heeft al meer dan
een jaar niet gelopen".
Krant. De verslaggever was voor
een interview naar de burgemeester
gestuurd. Toen hij terugkwam vroeg
de chef-redacteur: „En wat heeft hij
gezegd?"
„Niets", antwoordde de verslagge
ver.
„Nou", zei de chef-redacteur,
„maak er dan maar een half kolom
metje van".
Iets beter Een man, die geloofde,
dat hij Ludwig de XII was, werd be
handeld door een bekend psychiater.
Na enkele weken vroeg iemand aan
de psychiater, hoe het met de pa
tiënt ging.
„Iets beter", luidde het antwoord,
„hij denkt nu, dat hij Ludwig XI is".
Welwillend Twee acteurs debat
teerden na een Shakespeare-voorstel-
ling over de vraag, of het stuk wer
kelijk door Shakespeare geschreven
zou zijn of door Bacon.
„Nou", zei de een, „als ik in de
hemel kom zal ik het aan William
vragen"
„Maar als hij nu niet in de hemel
is?", vroeg de ander.
„Dan vraag jij het hem maar",
luidde het antwoord.
Ziek? De dokter werd midden
in de nacht ontboden in een vrijge-
zellenflat.
„Wij maken ons vreselijk bezorgd
over Kees", zei de jongeman, die dc
deur voor hem opende. „We zijn naar
een fuif geweest...."
„En nu ziet hi.j zeker spoken?",
informeerde de dokter.
„Nee, dat is het juist", antwoordde
de jongeman. „Het hele huis zit vol
spoken, maar hjj ziet ze niet".
„Eindelijk, na zes jaar zoeken een
stuk goud".
„Stommeling, dat is de gouden
kies, die ik gisteren verloren heb".
De kinderen van de
„Hongerburcht"
(Vervolgverhaal door Tineke)
Onder het varen was Ivo zijn boze bui
al spoedig vergeten. Met een prettig
vaartje gleed de boot, met de stroom
mee, de rivier af. Met zijn mopie volle
mannenstem zette Ivo een bekend liedje
in en de kinderen zongen dadelijk flink
mee. Iedere keer wanneer ze een boot
tegenkwamen was het een wuiven en
groeten van jewelste en van pure pret
jodelde Ivo zijn mooiste wijsje. Maar
ook van het zingen werden ze tenslotte
moe en Hildegard snuffelde eens in de
mand naar wat lekkers. Nou dat viel
mee! Juf had er heerlijke verse knap
pende koeken bijgedaan en weldra zat
ons drietal opgewekt te peuzelen. Ro
bert vroeg intussen honderd uit over de
kastelen waar ze langs voeren en Ivo
kende ze allemaal op zijn duimpje. Hij
wist precies de familienamen van de
burchtheren en hun geschiedenis.
Daar naderde Bingen, een grote stad
vlak aan de Rijn gelegen. In de verte
zagen ze al de muizentoren staan, mid
den in de Rijn: een groot gemetseld
bouwwerk, in de vorm van een ronde
toren. Met hun boot gingen ze er vlak
langs en toen moest Ivo natuurlijk de le
gende van de Muizentoren vertellen.
In de buurt van Bingen woonde heel
vroeger een rijke graaf op een groot
kasteel. Hij was een gierig en hardvoch
tig man en bovendien zeer streng voor
zijn onderdanen. Geen vriendelijk woord
kwam ooit over zijn lippen. Op de om
liggende landerijen werd koren ver
bouwd en als het zomers oogsttijd was,
dan was de graaf er zelf bij om te zien
of de knechten wel hard genoeg werk
ten en ook om een oogje in het zeil te
houden of er niets gestolen werd. De
graaf had grote schuren laten bouwen
ven toe te eigenen.
Zo gebeurde het dat er een zomer
kwam zó koud en nat dat de gehele oogst
zo goed als mislukt was. Dat was voor
de graaf niet zo heel erg. Hij was im
mers eigenaar van onmetelijke stukken
land. Hij zou toch wel voldoende koren
in de schuur krijgen om te kunnen eten
die winter; maar.met de arme boeren
was het erger gesteld. Hun klein stukje
grond leverde zo goed als niets op en
voor hen stond die winter de bittere ar
moede voor de deur. De gierige graaf
liet de wachten bij zijn gevulde schuren
verdubbelen, bang als hij was, dat er
een van de knechten wat graan zou
stelen. De winter, die op de onvruchtba
re zomer volgde, was dit keer ook nog
bijzonder streng. De arme boeren hadden
hun beetje graan al gauw opgebruikt en
noodgedwongen gingen ze met hun zui
nig gespaarde geld naar hun landheer
om wat koren te kopen, wilden ze hun
kinderen niet van honger zien sterven.
De gierige graaf liet de arme mensen
als honden van de kasteelpoort wegja
gen en zelf at hij met zijn gezin elke
dag vers brood. Op zekere dag, het liep
tegen Kerstmis, kwam het volk in groot
aantal voor de kasteelpoort bijeen om
tenminste voor de grote feestdagen wat
eten in huis te krijgen. Ze begonnen luid
te vragen en te roepen om eten. Eerst
wilde de graaf er niets van horen maar
tenslotte kwam hij op het plein en ver
zocht stilte. Het volk slaakte een zucht
van verlichting. Deze keer zouden ze ze
ker met gevulde .zakken thuis komen.
„Ga allen naai* de schuur aan het eind
van deze laan. dan zal mijn rentmeester
wel zeggen wat u moet doen", beval de
graaf. Opgetogen liepen ze naar de aan
geduide plaats, hun zakken alvast gereed
houdend. Menige boer had nu spijt dat
hij zo dikwijls iets onvriendelijks over
de graaf gezegd had. Nu bleek immers
dat hij in werkelijkheid zo slecht niet
Terwijl het volk samendroomde voor
de schuur had de graaf in de haast zijn
paard gezadeld en reed langs een ander
naar het huis waar de rentmeester woon
de. Deze was al even gierig als zijn heer.
„Het volk is weer ontevreden. Ik heb
meer dan genoeg van dat gebedel iedere
dag. Ze laten me nooit met rust. 't Is al
tijd weer hetzelfde liedje: „Geef ons ko
ren". Ik heb dat gepeupel naar de grote
schuur gestuurd. Je opent de deuren,
laat het volk er in en als iedereen bin
nen is. dan sluit je de deuren stevig aan
de buitenkant. Wat je verder doen moet,
vertel ik je straks. Ga er nu dadelijk
heen".
De rentmeester wist niet hoe hij het
had. maar gehoorzaamde zijn meester en
reed onmidellijk naar het eind van de
laan. Het volk maakte eerbiedig plaats
voor de rentmeester want ieder wist
hoeveel invloed hij bij de graaf bezat.
De deur werd ontsloten en voor de ogen
van de saamgestroomde menigte ver
toonde zich de bijna half gevulde schuur
met graan. De rentmeester beval hun
allen binnen te gaan en toen zij allemaal
in de schuur waren deed hij de deuren
dicht en sloot ze zorgvuldig van buiten
af. Nog wisten de arme boeren niet wat
met hun gebeuren zou en vol verwach
ting keken ze naar het opgetaste graan.
Wordt vervolgd.
NIEUWE RAADSELS
I. Eenmaal a, d, m en e
Tweemaal r en tweemaal t
Daarbij nog eenmaal o
Welke Hollandse stad heet zo?
II. Wie kan 10 met drie gelijke cijfers
schrijven?
III. Van voren gelezen
Als sneeuw zo wit.
En van achteren af
Zo zwart als git.
Deze keer de oplossingen niet insturen.
Kijk maar eens achteraan en draai de
krant dan ondersteboven, dan kun je
zelf zien of je de raadsels goed hebt op
gelost.
Correspondentie
Gerda en Tineke Duindam, Leiden.
Hebben jullie een fijne vacantie gehad?
I Is dat heus waar van die fiets? Of is het
EEN HEITJE VOOR EEN KARWEITJE
Het liep al tegen Pasen en dan kwam
het weer: „Een heitje voor een karwei
tje". Wat deden we ons best om veel te
verdienen. Het ging heus niet zo gemak
kelijk, maar je moet er wat voor over
hebben.
„Weet je wat", dacht ik, „wij gaan
eerst naar onze oude klanten van verle
den jaar en die waren zeker nog wel te
vreden over ons, want we mochten te
rug komen. Toen ons werk was afgelo
pen, hadden we nog een paar dagen over
om van onze vacantie te genieten. U
moet weten dat zolang wij op school
zijn, aan het sparen zijn voor een fiets.
Toen wij deze keer met onze rapporten
thuis kwamen waren papa en mama erg
tevreden want we waren allebei voor
uitgegaan. We kregen weer wat in onze
spaarpot en toen hebben zij het ontbre
kende geld er bijgelegd. We beloofden
natuurlijk ons best te blijven doen. %ls
het nu maar mooi weer wordt kunnen
we fijn fietsen.
Ria de Groot, Leiden. Flink gezocht
Ria. 70 woordjes is mooi!
Rita van Dijk, Roelofarendsve.cn. Wel
kom nieuw nichtje. We vinden het fijn
dat je er ook bijkomt Alleen moet ik jc
teleurstellen. Je verhaaltje over ijs.
plaats ik niet meer. We hebben al zoveel
over sneeuw en ijs gehoord en gelezen
dat we nu veel liever aan bloemen en
mooi weer gaan denken.
Joke de Jong. Leiden Hier is je ver
haaltje Joke. Was jij dat kleine meisje
zelf?
We gingen die Zaterdagmiddag vóór 1
Mei met ons vijfjes op stap. Onze grote
zus Ineke moest er voor zorgen dat we
heelhuids en zonder nat pak weer thuis
zouden komen, want we gingen naar
buiten om bloemen te plukken en die
groeien meestal langs de waterkant. De
twee broertjes Tonnie en Adrie liepen
al gauw vooruit te hollen en tot grote
schrik van mijn zus zaten ze weldra
hoog in een boom, waar toch heus geen
bloemen te vinden waren. Nadat ze ge
dreigd had alles aan papa te vertellen
kwamen ze naar omlaag en wilden toen
proberen over de sloot te springen omdat
in het weiland veel meer bloemen groei
den dan langs de kanten. Het werd een
stoeipartij toen Ineke ze alle twee bij de
arm pakte om hen tegen te houden. Ge
lukkig was er een eindje verder een dam
zodat we op een veiliger manier, door
over het hek te klimmen op het land
kwamen. Hier was het geen kunst om
een dikke bos bloemen te plukken; er
groeiden madeliefjes, boterbloemen en
pinksterbloemen in overvloed. Kleine
Joke plukte met haar kleine vingertjes
alleen de topjes van de bloemen en liet
de steeltjes staan maar Tilly mijn andere
zusjes hielp haar zodat ook zij een mooi
ruikertje bloemen had. Op de terugweg
haden de jongens er gauw genoeg van
om de bloemen te dragen, ze gaven ze
aan mijn grote zus en gingen toen steen
tjes keilen over het water en later lie
pen ze om beurten een grote steen voort
te schoppen.
Mama had in de keuken al wat jam
potjes en vaasjes klaar gezet maar lang
niet genoeg, want we hadden heel wat
geplukt. Na veel geharrewar en gemors
stond de aanrecht boordevol potjes bloe
men. Ieder zocht er de zijne uit en heel
geheimzinnig werden ze naar boven ge
bracht want we mochten zelf het Maria-
beeldje versieren zo mooi we maar wil
den. Als het klaar was zouden vader en
moeder komen kijken wie het 't mooist
had gedaan. De kleine Joke - wilde, op
een stoel staande, ook alles zelf bedisse
len. De jongens waren aan het poetsen
en boenen want er was natuurlijk weer
behoorlijk gemorst. Na een half uurtje
was het hele stel beneden met kleuren
van opwinding. Wie zou het wel het
mooiste hebben? In optocht gingen we,
vader en moeder voorop, de kamertjes
langs en je zou het vast niet geloven,
maar de jongens kregen de eerste prijs.
Ze hadden van de grootste blokken uit
hun bouwdoos een altaartje gebouwd en
daarover zilver papier gevouwen en daar
overheen (mama schrok wel een beetje)
haar mooiste witte kanten kleedje ge
legd. Het kleine Mariabeeldje troonde
er boven op, temidden van de kleine
vaasjes en kandelaartjes, 't Was prachtig!
We kreg en allemaal een dikke toffee en
toen was het uit met de pret want het
was Zaterdag en we moesten in het bad.
DE PAASHAAS
In het kippenhok was het een lawaai,
want de paashaas was geweest en die
had gezegd dat hij na een week zelf de
eieren zou komen ophalen. Dat vonden
alle kippen goed, alleen Zwartpen vond
het niet goed en deed het niet. Maar op
eens dacht hij: „Weet je wat, ik ga alle
stenen eieren van de kippen uit de buurt
ophalen en geef die aan de paashaas. Na
een week kwam de paashaas terug en
de kippen gaven hun eieren ook Zwart
pen.
Nog had Zwartpen geen zin om eieren
te leggen en weet je wat hij nu deed?
Hij maakte eieren van zand en plakte
er een wit papier om. Na twee dagen
kwam de paashaas weer om de eieren
op te halen maar toen hij de eieren van
Zwartpen oppakte, kneep hij ze fijn. De
andere kippen die dit zaggen werden zó
kwaad op Zwartpen, dat ze hem met z'rv
alleen het hok uitgooiden en hij mocht er
nooit meer terug komen.
Marian Smits. Leiden. Leuk Marian
die tekening van de paashaas met een
karretje. Met de woordjes ook goed je
best gedaan.
Jopie Mulder, Leiden. Weer een nieuw
nichtje met een pracht van een gekleur
de paastekening en 57 woordjes. Fijn
hoor. Zo'n flinkerd hebben we er graag
bij-
Tonny Warnau, Leiden. Ik geloof dat
jullie allemaal heel graag de woordjes
gezocht hebben. Ik zal daarom nog eens
gauw zo'n woord opgeven. Wat een lang
verhaal Tonny. Hier komt het:
DE EIGENWIJZE ANEMOMEN
Onder een oude beuk groeiden elke len
te anemonen. Eerst toen op 17 Maart de
zon scheen dachten ze dat het lente was
en ze staken hun kopjes boven de grond
Maar in de buurt vloog een vogeltje rond
Hij zag hoe eigenwijs de anemonen wa
ren en waarschuwde hen, dat het nog
veel te vroeg was. Maar de bloempjes
luisterden niet. „Wacht tot de spreeu
wen en de ooievaars er zijn", had hij
gezegd. Daar opeens streken er koude
windvlagen over hun tere hoofdjes. Ze
riepen luid om hulp. Een paar dagen la
ter waren de spreeuwen en de ooievaars
present. Het vogeltje waarschuwde weer:
„De spreeuwen zijn er wel. maar het is
nog geen lente". De tere bloempjes wa
ren voorzichtig geworden en kwam niet
te voorschijn, 's Middags werd het koud
en de spreeuwen zaten zich warm te
vechten.
De volgende dag was de zon al vroeg
wakker. De heetst gebakerde anamonen
wierpen hun deksels af en lachten in het
lekker zonlicht. Ze dachten dat het nu
eindelijk lente was. Ze dronken 't water
uii de grond en zongen uit volle borst.
O. wat was die zon toch heerlijk en wat
waren ze blij dat ze hun deksels afge
gooid hadden. De andere anemonen
waren voorzichtiger en zeiden dat de
voorjaarsvorst nog moest komen.
Het zonnetje bleef schijnen tot het
avond werd. "s Nachts echter stak er een
hevige wind op, die erg koud was. De
eigenwijze anemonen riepen: „O. wat is
het koud. Ze vroren helemaal dicht en
op het laatst hingen alle bloempjes slap.
Ze waren dood gevroren.
Toen 's morgens de anemonen wakker
werden zagen ze dat de eigenwijze ana
monen dood waren. Ze waren er alle
maal bedroefd om, alleen de spreeuwen,
mussen en ooievaars lachten de dode
anemonen fijntjes uit.
Clara en Nellie v. d. Aart, Lisse. Zeg
Nellie ik ben blij dat je er ook een
briefje bij gedaan hebt. Jc zit pas in de
tweede klas. dus ik hoop je nog veel
jaartjes als mijn nichtje te zien. Clara
heeft haar verhaaltje aardig bedacht en
ze mag het aan de anderen vertellen.
EEN SPOOK
Er slaat een klok. het is al tien uur.
An slaapt al. Plof. wat is dat? Er springt
iets op het bed. An schrikt. Zo kan niet
meer slapen. Ze voelt wat. Het stapt op
haar been. Het is groot en zwaar. Wat
wordt ze bang!
„Moe. moe!!" roept ze.
Moe hoort het. Ze loopt vlug de trap
op en doet het licht aan.
„Wat is er An?"
„Een spook moe. het zit op mijn been".
„Wel nee An. het is geen spook, 't Is
poes maar. Zie je wel!"
An lacht alweer. Moe gaat weg met
poes en An slaapt weer in.
De anderen moeten heus nog een beet
je geduld hebben maar.t antwoordje
komt zeker.
Dag allemaal.
TANTE .10 EN OOM TOON
I. Rotterdam.
II. 9 9/9
III. room moor.