DE IJZEREN SCHELVIS Wie puzzelt mee ZATERDAG 7 MEI 1955 DE LEIDSE COURANT VIERDE BLAD - PAGINA 2 Horizontaal: 1. deel van de H. Mis: 5. been, bot; 9. vogel; 10 maanstand (afk); 12. water in Friesland; 13. rijkstelefoon (afk.); 14. kilometer (afk.); 15. jong schaap; 17. rivier in Nederland; 19. jongensnaam; 20. vette vloeistof; 22. uitbraaksel van een vulkaan; 23. afnemend getij; 24. muzieknoot; 25. bijb. figuur; 28. klap; 31. dwaas; 32. eerste boek van Mozes (afk.); 34. water in Z.H.; 35. bill of sale (afk.); 36. vOorn.woord; 37 voor zetsel; 39. radio omroep (afk); 40. middelpunt; 42 gem. in Drente; 43. voetwarmer. Verticaal: 1. muziekinstrument; 2. voorzetsel; 3. lied; 4. in de richting naar omlaag; 5. boterton; 6. door weekt, vochtig: 7. oude rekening (afk.); 8. leesteken; 11. zeer grote pompoen; 14. gezouten steurkuit; 16. muzieknoot; 18. wèarmerk; 19. wel aan; 21. biersoort; 22. niet vast; 25. v/elriekende wasachtige stof; 26. oude lengtemaat; 27. voorzetsel; 29. mu zieknoot; 30. gleuf; 32. gindse; 33. bars: 36. waadplaats voor paarden; 38. in de grond gegraven diepte; 40. inhoudsmaat .(afk.); 4/1. soort onder wijs (afk.). Oplossingen tot en met Donderdag a.s. aan het bureau van ons blad. Op de enveloppe „Puzzle"' vermelden. Een sigarettenkoker, een sieraad en een boek zijn beschikbaar. OPLOSSING VORIGE WEEK Horizontaal: 1. Libel; 5. Trio; 9. IJdel; 11. Born; 12. Nr.; 14. Eeuw; 16. Bad; 17. Op; 19. Kies; 21. Ka; 22. Loog; 24. Teil; 26. Idool; 28. Kriek; 30. Saar; 32. Elis; 33. Hl; 35. Laar; 37. An; 38. Tel; 40. Gaas; 42. Dm; 44. Enig; 46. Raak; 48. Rasp; 49. Droes. Verticaal: 1. Lijn; 2. Bij; 3. Ede; 4. Leek; 5. Tb; 6. Rob; 7. Irak; 8. ón danks; 10. Luit; 13. Rood; 15. Week; 18. Poos; 20. Sire; 22. Lichter; 23. Goal; 25. Lila; 27. Laag; 29. Eind; 31. Raar; 34. Lena; 36. Raad; 39. Lis; 41. Sar; 43. Mus; 45. G.P. 47. Ko. De gelukkigen zijn deze week: mevr. A. v. Zijp-Saunier, Javastraat 40Ade taart; W. Hölscher, Zuidein de 132, R.A.'veen, het sieraad en M. E. v. d. Berg Keersemaker, Berg Amolaan 19, Voorhout, het boek. Aetherklanken ZONDAG. TELEVISIEPROGRAMMA'S NTS 16.58—17.45 Eurovisie: Rep. uit het vissersdorp Camogli. HILVERSUM I, 402 m. 8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR. 12.00 NCRV. 12.15 KRO. 17.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO. 8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 8.25 Hoog mis. 9.30 Nieuws en waterst. 9.45 Gram. 10.00 „De open deur". 10.30 Ned. Herv. Kerkdienst. 11.45 „De Kerk aan het werk". 12,00 Orgel concert. 12.15 Gram. 12.20 Apologie. 12.40 Gevar. liedjes. 12.55 Zonnewij zer. 13.00 Nieuws en Kath. nieuws. 13.10 Lichte muz. 13.40 Boekbespr. 13.55 Voor de jeugd. 14.30 Omr. ork. en solist. 15.30 „De Vliegende Hol lander", caus. 15.40 Gram. 16.10 Ka tholiek Thuisfront Overal! 16.15 Sportrep. 16.30 Vespers. 17.00 Geref. kerkdienst. 18.30 Gram. 13.45 Kerke lijk nieuws. 18.50 Boekbespr. 19.05 Omr. ork. 19.30 „Waarheid en ver beelding rondom het Nieuwe Testa ment", caus. 19.45 Nieuws. 20.00 Ca baret. 20.40 Rep. 20.55 Dc Gewone man. 21.00 Gevar. muz. 21.30 „Moe der brengt taartjes mee", hoorsp. 22.15 Strijkoctet. 22.40 „Het Getui genis over Christus", caus. 23.00 Nieuws. 23.1524.00 Gram. HILVERSUM II, 298 m. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA. 18.30 VPRO. 19.00 IKOR. 20.00—24.00 AVRO. 8.00 Nieuws, postduivenber. en gram. 8.18 Gram. 8.45 „Langs onge baande wegen" caus. 9.00 Postduiven ber. en sportmeded. 9.05 Gram. met comm. 9.45 „Geestelijk leven", caus. 10.00 Gram. 10.30 „Met en zonder omslag". 11.00 Carillonmuz. 11.10 Vacantietips. 11.25 Melodie en poë zie. 12.00 Sportspiegel en postdui venber. 12.05 Lichte muz. 12.35 „Even afrekenen, Heren!" 12.45 Gevar. mu ziek. 13.00 Nieuws. 13.05 Meded. of gram. 13.10 Voor de militairen. 14.00 Boekbespr. 14.20 Vocaal kwart. 14.50 „Schiller, dichter van de vrijheid", herdenkingsrede. 15.10 Gram. 15.30 Radiophilharm. ork. 16.30 Sportre- vue. 17.00 Gram. 17.30 Voor de jeugd. 17.50 Sportjourn. 18.15 Nieuws en sportuitsl. 18.30 Korte kerkdienst. 19.00 Voor de jeugd. 19.30 „Gesprek ken om de Bijbel". 20.00 Nieuws. 20.05 Act. 20.15 Gram. 20.45 „Spel met marionetten", hoorspel. 21.30 Gevar. muz. 22.10 Hersengym. 22.30 Gram. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram. 23.25—24.00 Gram. MAANDAG. TELEVISIEPROGRAMMA'S NTS 12.4313.45 Eurovisie: Rep. v. d. „Heilige Bloed Processie" te Brugge. 20.1521.50 De „Cup Final", film. HILVERSUM I, 402 m. 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws en S.O.S.-ber. 7.10 Ge wijde muz. 7.30 Gram. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weer- ber. 8.15 Sportuitsl. 8.25 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.45 Waterst. 9.40 Mastklimmen. 10.05 Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00 Gram. 11.20 Gevar. muz. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuin- bouwmeded. 12.33 Gram. 12.53 Gram. en act. 13.00 Nieuws. 13.15 Weense muz. 13.45 Gram. 14.05 Schoolradio. 14.30 Gram. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Strijktrio. 15.38 Gram. 16.00 Bijbellezing. 16.30 Strijkkwart. 16.55 Gram. 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Voor de jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursbei*. 17.45 Regeringsuitz.: Rijks delen Overzee: dr. G. J. Kuyer: „So ciologische verkenningen van de bo venwindse eilanden der Nederland se Antillen". 13.00 Chr. Zangkoor. 18.20 Sport. 18.30 Gram. 18.40 Engel se les. 19.00 Nieuws en weerber. 19.10 Orgelconc. 19.30 „Volk en Staat", caus. 19.45 Vocaal ens. 20.00 Radio krant. 20.20 Koorzang. 20.40 „Dossier 333", hoorsp. 21.50 Gram. 22.00 Strijk- ork. en soliste. 22.45 Avondoverden king. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram. 23.40 24.00 Evangelisatie uitzending. HILVERSUM II, 298 m. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram. 7.33 Orgelspel. 7.50 Quatre mains. 8.00 Nieuws en gram. 8.30 Strijkork. en solist. 9.00 Gym. v. de vrouw. 9.10 Gram. 10.00 Voor de oude dag. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Voor de zieken. 11.15 Pianorecital. 11.40 Voordr. 12.00 Accordeonork. en so list. 12.30 Meded. 12.33 Voor het plpat- teland. 12.38 Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 Voor de middenstand. 13.20 Hammondorgel en zang. 13.50 Gram. 14.00 Voor de vrouw. 14.15 Kamer muziek. 14.40 Gram. 15.00 „Hokus pokus", hoorsp. 16.15 Gemengde zangver. 17.15 Gram. 17.50 Millitair comm. 18.00 Nieuws en comm. 18.20 Vraaggesprek. 18.25 Gitaarens. 18.40 Pari. overz. 18.55 Voor de jeugd. 19.05 Strijkkwart. 19.45 Regeringsuitz.: Landbouw rubriek: Vraaggesprek over „de problemen bij de productie van slacht-pluimvee". 2. Nabeschou wing over de Vierde Internationale Landbouwbeurs. 3. Gevaren voor onze bijen. 20.00 Nieuws. 20.05 „Dc familie Doorsnee", hoorsp. met muz. 20.35 Aetherforum. 21.10 Dansmuz. 21.45 „Dat gebeurde tien jaar gele den", documentaire. 22.05 Radiophil harm. ork. 23.00 Nieuws. 23.15 Gram. 23.35—24.00 Filmmuziek. Verkwister. Filiaalhouder: „Wat zegt U? Ber» ik verkwistend?" Directeur: „Ja, U gooit geld weg! Neem dat brandblusapparaat! Twee jaar geleden hebt U dat gekocht en we hebben er nog nooit wat aan ge had!". Denk erom. Bulderende ser geant: „En denk er om, recruten, dat je vanavond naar de les voor alge mene ontwikkeling gaat! Er wordt ge sproken over Aafjes. En knoop dat in je oren: Wie me morgén niet kan ver tellen, wat een Aafje voor een ding is, breek ik de benen!" Nuchter. Kantoorbediende (erg zenuwachtig): „Meneer, ik heb een heel beroerde boodschap voor U. De boekhouder is er met Uw dochter vandoor!" Directeur: „Oh, dat geeft niets, ke rel. Ik was toch van plan, om hem volgende maand te ontslaan!" Mislukt. Goochelaar: „En nu mijne dames en heren, komt de gro te toer. In deze zakdoek heb ik het horloge van meneer. Hoort U het tik ken? Bent U tevreden meneer?" Heer: „Ik ben dubbel en dwars te vreden. Het ding heeft al meer dan een jaar niet gelopen". Krant. De verslaggever was voor een interview naar de burgemeester gestuurd. Toen hij terugkwam vroeg de chef-redacteur: „En wat heeft hij gezegd?" „Niets", antwoordde de verslagge ver. „Nou", zei de chef-redacteur, „maak er dan maar een half kolom metje van". Iets beter Een man, die geloofde, dat hij Ludwig de XII was, werd be handeld door een bekend psychiater. Na enkele weken vroeg iemand aan de psychiater, hoe het met de pa tiënt ging. „Iets beter", luidde het antwoord, „hij denkt nu, dat hij Ludwig XI is". Welwillend Twee acteurs debat teerden na een Shakespeare-voorstel- ling over de vraag, of het stuk wer kelijk door Shakespeare geschreven zou zijn of door Bacon. „Nou", zei de een, „als ik in de hemel kom zal ik het aan William vragen" „Maar als hij nu niet in de hemel is?", vroeg de ander. „Dan vraag jij het hem maar", luidde het antwoord. Ziek? De dokter werd midden in de nacht ontboden in een vrijge- zellenflat. „Wij maken ons vreselijk bezorgd over Kees", zei de jongeman, die dc deur voor hem opende. „We zijn naar een fuif geweest...." „En nu ziet hi.j zeker spoken?", informeerde de dokter. „Nee, dat is het juist", antwoordde de jongeman. „Het hele huis zit vol spoken, maar hjj ziet ze niet". „Eindelijk, na zes jaar zoeken een stuk goud". „Stommeling, dat is de gouden kies, die ik gisteren verloren heb". De kinderen van de „Hongerburcht" (Vervolgverhaal door Tineke) Onder het varen was Ivo zijn boze bui al spoedig vergeten. Met een prettig vaartje gleed de boot, met de stroom mee, de rivier af. Met zijn mopie volle mannenstem zette Ivo een bekend liedje in en de kinderen zongen dadelijk flink mee. Iedere keer wanneer ze een boot tegenkwamen was het een wuiven en groeten van jewelste en van pure pret jodelde Ivo zijn mooiste wijsje. Maar ook van het zingen werden ze tenslotte moe en Hildegard snuffelde eens in de mand naar wat lekkers. Nou dat viel mee! Juf had er heerlijke verse knap pende koeken bijgedaan en weldra zat ons drietal opgewekt te peuzelen. Ro bert vroeg intussen honderd uit over de kastelen waar ze langs voeren en Ivo kende ze allemaal op zijn duimpje. Hij wist precies de familienamen van de burchtheren en hun geschiedenis. Daar naderde Bingen, een grote stad vlak aan de Rijn gelegen. In de verte zagen ze al de muizentoren staan, mid den in de Rijn: een groot gemetseld bouwwerk, in de vorm van een ronde toren. Met hun boot gingen ze er vlak langs en toen moest Ivo natuurlijk de le gende van de Muizentoren vertellen. In de buurt van Bingen woonde heel vroeger een rijke graaf op een groot kasteel. Hij was een gierig en hardvoch tig man en bovendien zeer streng voor zijn onderdanen. Geen vriendelijk woord kwam ooit over zijn lippen. Op de om liggende landerijen werd koren ver bouwd en als het zomers oogsttijd was, dan was de graaf er zelf bij om te zien of de knechten wel hard genoeg werk ten en ook om een oogje in het zeil te houden of er niets gestolen werd. De graaf had grote schuren laten bouwen ven toe te eigenen. Zo gebeurde het dat er een zomer kwam zó koud en nat dat de gehele oogst zo goed als mislukt was. Dat was voor de graaf niet zo heel erg. Hij was im mers eigenaar van onmetelijke stukken land. Hij zou toch wel voldoende koren in de schuur krijgen om te kunnen eten die winter; maar.met de arme boeren was het erger gesteld. Hun klein stukje grond leverde zo goed als niets op en voor hen stond die winter de bittere ar moede voor de deur. De gierige graaf liet de wachten bij zijn gevulde schuren verdubbelen, bang als hij was, dat er een van de knechten wat graan zou stelen. De winter, die op de onvruchtba re zomer volgde, was dit keer ook nog bijzonder streng. De arme boeren hadden hun beetje graan al gauw opgebruikt en noodgedwongen gingen ze met hun zui nig gespaarde geld naar hun landheer om wat koren te kopen, wilden ze hun kinderen niet van honger zien sterven. De gierige graaf liet de arme mensen als honden van de kasteelpoort wegja gen en zelf at hij met zijn gezin elke dag vers brood. Op zekere dag, het liep tegen Kerstmis, kwam het volk in groot aantal voor de kasteelpoort bijeen om tenminste voor de grote feestdagen wat eten in huis te krijgen. Ze begonnen luid te vragen en te roepen om eten. Eerst wilde de graaf er niets van horen maar tenslotte kwam hij op het plein en ver zocht stilte. Het volk slaakte een zucht van verlichting. Deze keer zouden ze ze ker met gevulde .zakken thuis komen. „Ga allen naai* de schuur aan het eind van deze laan. dan zal mijn rentmeester wel zeggen wat u moet doen", beval de graaf. Opgetogen liepen ze naar de aan geduide plaats, hun zakken alvast gereed houdend. Menige boer had nu spijt dat hij zo dikwijls iets onvriendelijks over de graaf gezegd had. Nu bleek immers dat hij in werkelijkheid zo slecht niet Terwijl het volk samendroomde voor de schuur had de graaf in de haast zijn paard gezadeld en reed langs een ander naar het huis waar de rentmeester woon de. Deze was al even gierig als zijn heer. „Het volk is weer ontevreden. Ik heb meer dan genoeg van dat gebedel iedere dag. Ze laten me nooit met rust. 't Is al tijd weer hetzelfde liedje: „Geef ons ko ren". Ik heb dat gepeupel naar de grote schuur gestuurd. Je opent de deuren, laat het volk er in en als iedereen bin nen is. dan sluit je de deuren stevig aan de buitenkant. Wat je verder doen moet, vertel ik je straks. Ga er nu dadelijk heen". De rentmeester wist niet hoe hij het had. maar gehoorzaamde zijn meester en reed onmidellijk naar het eind van de laan. Het volk maakte eerbiedig plaats voor de rentmeester want ieder wist hoeveel invloed hij bij de graaf bezat. De deur werd ontsloten en voor de ogen van de saamgestroomde menigte ver toonde zich de bijna half gevulde schuur met graan. De rentmeester beval hun allen binnen te gaan en toen zij allemaal in de schuur waren deed hij de deuren dicht en sloot ze zorgvuldig van buiten af. Nog wisten de arme boeren niet wat met hun gebeuren zou en vol verwach ting keken ze naar het opgetaste graan. Wordt vervolgd. NIEUWE RAADSELS I. Eenmaal a, d, m en e Tweemaal r en tweemaal t Daarbij nog eenmaal o Welke Hollandse stad heet zo? II. Wie kan 10 met drie gelijke cijfers schrijven? III. Van voren gelezen Als sneeuw zo wit. En van achteren af Zo zwart als git. Deze keer de oplossingen niet insturen. Kijk maar eens achteraan en draai de krant dan ondersteboven, dan kun je zelf zien of je de raadsels goed hebt op gelost. Correspondentie Gerda en Tineke Duindam, Leiden. Hebben jullie een fijne vacantie gehad? I Is dat heus waar van die fiets? Of is het EEN HEITJE VOOR EEN KARWEITJE Het liep al tegen Pasen en dan kwam het weer: „Een heitje voor een karwei tje". Wat deden we ons best om veel te verdienen. Het ging heus niet zo gemak kelijk, maar je moet er wat voor over hebben. „Weet je wat", dacht ik, „wij gaan eerst naar onze oude klanten van verle den jaar en die waren zeker nog wel te vreden over ons, want we mochten te rug komen. Toen ons werk was afgelo pen, hadden we nog een paar dagen over om van onze vacantie te genieten. U moet weten dat zolang wij op school zijn, aan het sparen zijn voor een fiets. Toen wij deze keer met onze rapporten thuis kwamen waren papa en mama erg tevreden want we waren allebei voor uitgegaan. We kregen weer wat in onze spaarpot en toen hebben zij het ontbre kende geld er bijgelegd. We beloofden natuurlijk ons best te blijven doen. %ls het nu maar mooi weer wordt kunnen we fijn fietsen. Ria de Groot, Leiden. Flink gezocht Ria. 70 woordjes is mooi! Rita van Dijk, Roelofarendsve.cn. Wel kom nieuw nichtje. We vinden het fijn dat je er ook bijkomt Alleen moet ik jc teleurstellen. Je verhaaltje over ijs. plaats ik niet meer. We hebben al zoveel over sneeuw en ijs gehoord en gelezen dat we nu veel liever aan bloemen en mooi weer gaan denken. Joke de Jong. Leiden Hier is je ver haaltje Joke. Was jij dat kleine meisje zelf? We gingen die Zaterdagmiddag vóór 1 Mei met ons vijfjes op stap. Onze grote zus Ineke moest er voor zorgen dat we heelhuids en zonder nat pak weer thuis zouden komen, want we gingen naar buiten om bloemen te plukken en die groeien meestal langs de waterkant. De twee broertjes Tonnie en Adrie liepen al gauw vooruit te hollen en tot grote schrik van mijn zus zaten ze weldra hoog in een boom, waar toch heus geen bloemen te vinden waren. Nadat ze ge dreigd had alles aan papa te vertellen kwamen ze naar omlaag en wilden toen proberen over de sloot te springen omdat in het weiland veel meer bloemen groei den dan langs de kanten. Het werd een stoeipartij toen Ineke ze alle twee bij de arm pakte om hen tegen te houden. Ge lukkig was er een eindje verder een dam zodat we op een veiliger manier, door over het hek te klimmen op het land kwamen. Hier was het geen kunst om een dikke bos bloemen te plukken; er groeiden madeliefjes, boterbloemen en pinksterbloemen in overvloed. Kleine Joke plukte met haar kleine vingertjes alleen de topjes van de bloemen en liet de steeltjes staan maar Tilly mijn andere zusjes hielp haar zodat ook zij een mooi ruikertje bloemen had. Op de terugweg haden de jongens er gauw genoeg van om de bloemen te dragen, ze gaven ze aan mijn grote zus en gingen toen steen tjes keilen over het water en later lie pen ze om beurten een grote steen voort te schoppen. Mama had in de keuken al wat jam potjes en vaasjes klaar gezet maar lang niet genoeg, want we hadden heel wat geplukt. Na veel geharrewar en gemors stond de aanrecht boordevol potjes bloe men. Ieder zocht er de zijne uit en heel geheimzinnig werden ze naar boven ge bracht want we mochten zelf het Maria- beeldje versieren zo mooi we maar wil den. Als het klaar was zouden vader en moeder komen kijken wie het 't mooist had gedaan. De kleine Joke - wilde, op een stoel staande, ook alles zelf bedisse len. De jongens waren aan het poetsen en boenen want er was natuurlijk weer behoorlijk gemorst. Na een half uurtje was het hele stel beneden met kleuren van opwinding. Wie zou het wel het mooiste hebben? In optocht gingen we, vader en moeder voorop, de kamertjes langs en je zou het vast niet geloven, maar de jongens kregen de eerste prijs. Ze hadden van de grootste blokken uit hun bouwdoos een altaartje gebouwd en daarover zilver papier gevouwen en daar overheen (mama schrok wel een beetje) haar mooiste witte kanten kleedje ge legd. Het kleine Mariabeeldje troonde er boven op, temidden van de kleine vaasjes en kandelaartjes, 't Was prachtig! We kreg en allemaal een dikke toffee en toen was het uit met de pret want het was Zaterdag en we moesten in het bad. DE PAASHAAS In het kippenhok was het een lawaai, want de paashaas was geweest en die had gezegd dat hij na een week zelf de eieren zou komen ophalen. Dat vonden alle kippen goed, alleen Zwartpen vond het niet goed en deed het niet. Maar op eens dacht hij: „Weet je wat, ik ga alle stenen eieren van de kippen uit de buurt ophalen en geef die aan de paashaas. Na een week kwam de paashaas terug en de kippen gaven hun eieren ook Zwart pen. Nog had Zwartpen geen zin om eieren te leggen en weet je wat hij nu deed? Hij maakte eieren van zand en plakte er een wit papier om. Na twee dagen kwam de paashaas weer om de eieren op te halen maar toen hij de eieren van Zwartpen oppakte, kneep hij ze fijn. De andere kippen die dit zaggen werden zó kwaad op Zwartpen, dat ze hem met z'rv alleen het hok uitgooiden en hij mocht er nooit meer terug komen. Marian Smits. Leiden. Leuk Marian die tekening van de paashaas met een karretje. Met de woordjes ook goed je best gedaan. Jopie Mulder, Leiden. Weer een nieuw nichtje met een pracht van een gekleur de paastekening en 57 woordjes. Fijn hoor. Zo'n flinkerd hebben we er graag bij- Tonny Warnau, Leiden. Ik geloof dat jullie allemaal heel graag de woordjes gezocht hebben. Ik zal daarom nog eens gauw zo'n woord opgeven. Wat een lang verhaal Tonny. Hier komt het: DE EIGENWIJZE ANEMOMEN Onder een oude beuk groeiden elke len te anemonen. Eerst toen op 17 Maart de zon scheen dachten ze dat het lente was en ze staken hun kopjes boven de grond Maar in de buurt vloog een vogeltje rond Hij zag hoe eigenwijs de anemonen wa ren en waarschuwde hen, dat het nog veel te vroeg was. Maar de bloempjes luisterden niet. „Wacht tot de spreeu wen en de ooievaars er zijn", had hij gezegd. Daar opeens streken er koude windvlagen over hun tere hoofdjes. Ze riepen luid om hulp. Een paar dagen la ter waren de spreeuwen en de ooievaars present. Het vogeltje waarschuwde weer: „De spreeuwen zijn er wel. maar het is nog geen lente". De tere bloempjes wa ren voorzichtig geworden en kwam niet te voorschijn, 's Middags werd het koud en de spreeuwen zaten zich warm te vechten. De volgende dag was de zon al vroeg wakker. De heetst gebakerde anamonen wierpen hun deksels af en lachten in het lekker zonlicht. Ze dachten dat het nu eindelijk lente was. Ze dronken 't water uii de grond en zongen uit volle borst. O. wat was die zon toch heerlijk en wat waren ze blij dat ze hun deksels afge gooid hadden. De andere anemonen waren voorzichtiger en zeiden dat de voorjaarsvorst nog moest komen. Het zonnetje bleef schijnen tot het avond werd. "s Nachts echter stak er een hevige wind op, die erg koud was. De eigenwijze anemonen riepen: „O. wat is het koud. Ze vroren helemaal dicht en op het laatst hingen alle bloempjes slap. Ze waren dood gevroren. Toen 's morgens de anemonen wakker werden zagen ze dat de eigenwijze ana monen dood waren. Ze waren er alle maal bedroefd om, alleen de spreeuwen, mussen en ooievaars lachten de dode anemonen fijntjes uit. Clara en Nellie v. d. Aart, Lisse. Zeg Nellie ik ben blij dat je er ook een briefje bij gedaan hebt. Jc zit pas in de tweede klas. dus ik hoop je nog veel jaartjes als mijn nichtje te zien. Clara heeft haar verhaaltje aardig bedacht en ze mag het aan de anderen vertellen. EEN SPOOK Er slaat een klok. het is al tien uur. An slaapt al. Plof. wat is dat? Er springt iets op het bed. An schrikt. Zo kan niet meer slapen. Ze voelt wat. Het stapt op haar been. Het is groot en zwaar. Wat wordt ze bang! „Moe. moe!!" roept ze. Moe hoort het. Ze loopt vlug de trap op en doet het licht aan. „Wat is er An?" „Een spook moe. het zit op mijn been". „Wel nee An. het is geen spook, 't Is poes maar. Zie je wel!" An lacht alweer. Moe gaat weg met poes en An slaapt weer in. De anderen moeten heus nog een beet je geduld hebben maar.t antwoordje komt zeker. Dag allemaal. TANTE .10 EN OOM TOON I. Rotterdam. II. 9 9/9 III. room moor.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1955 | | pagina 11