I%§
Wie puzzelt mee
DB CIRC USB A R
Uitslag „Waar staat die klok?"
ZATERDAG 8 JANUARI 1955
DE I.EIDSE COURANT
DERDE BLAD - PAGINA 1
34. aai, 36. foei, 38. das, 39. Al va, ""KM
Nel, 41. nota, 43. pen, 44. es, 45. Jak,'
46. ets, 48. ne, 49. rag, 50 hel, 52. te-
nue, 54. Namen, 56. uil, 57. st., 58.'
on, 59. uit, 61. Ina, 62. te, 63. na, 64.
vet, 65. tapir. 67. aster, 70. Son, 71.
ion, 73. p.c.„ 75. ruw, 77. oud, 78. z.a.,
79. aam, 81. soda, 83. vee, 8o. lens, 86.
dop, 87. Aser, 89. via, 91. dra, 93. ge
ne, R.P., 95. o.a., 97*. Dordrecht, 100.
101. dl., 102. Napoleon, 105. eel,
106. noenmaal, 109. ernstig, 110.
wreed, 111. passage.
Verticaal: 1. eskader, 2. etgras, 3.
R.O., 4. boos, 5. arm, 6. An, 7. rib, 9.
rotan, 10. ach, 11. staal, 12. per, 13.
R.L., 14. och, 15. chef, 16. ei, 17. no
veen, 18. trainen, 20. Sara, 22. Main,
26. li, 27. sa, 31. es, 32. elk, 35. sté,
37. op, 39. Augustinus, 42. Athana-
sius, 45. Jan, 47. Sem, 49. relaas, 51.
Leuven, 52. tint, 53. eter, 54. nona,
55. nier, 58. ui, 60. t.t, 66. por, 68.
tod, 69. Spaarne, 72. Capelle, 74. Cas-
5.
Horizontaai: 1. diktongige hagedis,
vlecht, 10. tijdrekening, 11. vers
(afk.), 13. papegaai, 15. vaartuig, 17.
graveerstift, 20. stok, 22. water in 1
N.Brab„ 23. vette vloeistof, 24. voor-|
naamwoord, 25. reeks, 27. godin v.
d. maan, 29. stap, 30. voorzetsel, 32.
slede, 33. nieuw (Gr.), 35. vriend
(Maleis), 37. gothische kruisboog, 39.
kubieke nxetei*, 40. telwoord, 42. eei\|
43. atmosfeer (afk.), 45. Europeaan,
47. lichaamsdeel, 49. stad in Italië,
52. schijn, voorkomen, 54. railroad
(afk.), 55. dolheid, 56. heden, 57.
lichaamsdeel, 59. klaar, 61. figuur in
het kaartspel, 62. hoge priester te Si
lo, 64. afkorting van thallium, 65. bij
woord, 67. gem. in Z.H., 68. rivier in
Engeland en Schotland.
Verticaal: 2. draaiende kap boven
op een schoorsteen, 3. slede, 4. hoge
titel op Java, 6. knaagdier, 7. oude
rekening (afk.), 8. zot, 9. jonge koe,
11. landelijk gelegen herenhuis, 12.
lange rij, 14. gom. in N.H., 16. dier,
traagloper, 18. gesloten, 19. telwoord,
21% familielid, 26. oude NederL munt
ter waarde vai\ 12 cent, 27. strak
op één punt kijken, 28. vreemde taal,
29. uitgestrekte dorre grasvlakte in
Hongarije, 31. keUner*, 34. Ierland, 35.
stoomschip (afk.), 36. voorzetsel, 37.
orient express (afk.), 38. Free tra-
der (afk.), 41. dorp tussen Almelo en
Hengelo, 43. afzonderlijk, 44. platte
gebakken steen, 46. aaneensluiting
van ondernemers in hetzelfde bedrijf
48. vreemde munt, 50. vlaktemaat,
51. steensooi't, 53. meisjesnaam 58.
steen, 59. tweemaal (lat.), 60. stoot,
61. onheilaanbrengende godin, 63. de
lezer heil (afk. Lat.), 66. dat is (afk.
Lat).
Oplossingen tot en met Donderdag
aan het bureau van ons blad. Een
sigarettenkoker, een sieraad en een
boek zijn beschikbaar gesteld.
OPLOSSING NIEUWJAARS -
PUZZLE.
Horizontaal: 1. eerbaar, 8. frase,
12. procent, 19. stoornis, 21. Cct., 22.
Melchior, 23. kg., 24. om. 25. Baltha-
sar, 28. hé, 29. v.a., 30. Ares, 33. Ria,
paP;'76. wol, 77. ont, 78. Zondag, 80.
me,- 82. Avon, 83. vader, 84. edele,
85.'.Lahn, 86. de, 88. roos, 90. Ir, 92.
R.C., 93. gems, 96. alt, 97. dog, 98.
ree, 99. top, 100. ons, 103. pn, 104.
ei, <107. e.a., 108. Aa.
ije wens luidt: „DE REDACTIE
VAN ONS BLAD WENST U EEN
ZALIG NIEWJAAR".
Waarschijnlijk beïnvloed door de
dreigende nieuwe spelling in het
nieuwe jaar is de U uitgevallen.
De drie banketkransen weiden ge
wonnen door mevr. L. G. Luiten,
Corn. v. Eerdenstraat 14, Zoeter-
meer; P. Brandsma, Mar'nixstr. 25A,
Leiden en H. J. Schenk, Van de Vel-
destraat 45, Lisse; het sieraad is voor
mej. G. Hoffmann, Javastraat 32,
Osgstgeest en het boek voor S. van
Buel, Hugo de Vriesstraat 1, Leiden.
ca
„Ik moet m'n moedar bij het af
wassen helpen. Over twee mimi en
kom ik. Even een paar kopjes laten
vallen.
Eindelijk ,.Zeg speel jij tegen
woordig nooit piano meer?"
„Nee! Ik leende honderd gulden
van mijn buurman en hy vroeg het
sleuteltje van de piano als onder
pand!"
Boem „Wdt heb jij torh kromme
benen. Er kan wel een varken door!"
„Nou, ga je gang hoor!"
Mis Onderwijzer: „Wat ben jij
toch een smerige jongen. Je hebt je
vanmorgen niet gewassen. Ik kan
precies zien, dat je bij je ochtend-
boterham chocolademelk gedronken
hebt."
Jantje- „Mis meester! Die choco
lade is nog van gisteravond."
Vaktermen Kappersbediende:
♦,Ik b.ep wat laat, baas, maar ik heb
vandaag gezinsvermeerdering gekre
gen."
Patroon: Gefeliciteerd, kerel! Fn
wat is het: Permanenten of scheren?"
Kennismaking Uitgever: Hebt
U deze gedichten zelf gemaakt?"
Jongeman: „Ja zeker, mijnheer!"
Uitgever: „Dat is leuk, kerel. Ik
had nooit gedroomd, dat ik Vondel
nog eens zou ontmoeten."
De puzzle-redactie heeft heel wat tyd besteed aan liet selecte
ren van de 747 inzendingen. Na schifting bleven ruim 600 goede
oplossingen over.
En hier volgt dan de uitslag van de Oudejaarsprijsvraag „Waar
staat die klok."
Het lot heeft vervolgens als winnaar aangewezen:
MEJ. A. C. VAN ZUP, WITTE ROZENSTRAAT 5. LEIDEN
die per omgaand een mooi wekkerklokje krygt thuisbezorgd.
De tweede prijs, het boek „Dit is Leiden", gaat naar
DE HEER G. W. M. KALLENBERG, DA COSTASTR. 30, LELDEN
en de derde prijs (het sieraad) naar:
DE HEER H. C. LOOS,- SCHENKELWEG 18, ZOETERWOUDE
Vervolgens heeft de puzzle-redactie een nieuwe schifting ge
maakt, zodat allen, die de juiste oplossing van de route van de
fotograaf gegeven hebben (341 inzenders), een nieuwe kans zouden
krijgen. Als winnaar kwam toen uit de bus:
DE HEER F. J. BEKKBRJN, LOPSENSTRAAT 20, LEIDEN.
Hij ontvangt een detective-roman naar keuze.
OPLOSSING.
De oplossing luidt: 1. Rijnsburgerweg bij Acad. Ziekenhuis; 2.
Havenplein: 3. De Leidse Courant; 4. Perron Station; 5. Breestraat.
6. Noordeindsplein; 7. Morsweg bij spoorwegovergang; 8. Lage
y Rijndijk hoek Driftstraat; 9. Kort Rapenburg by Bostelbrug; 10.
y Haai-emmerstraat; 11. Rynsburgerweg hoek Houtlaan; 12. Zijlsin-
gel hoek Trompstraat; 13. Plein kruispunt Breestraat, Gangetje,
s Korvaarstraat etc.; 14. Stationsweg; 15. Wanmonderbrug (Rijns-
burger-Maresingel); 16. Hogewoerd.
y De routes van de fotograaf waren:
y 's Morgens: 1. Noordeindsplein. 2. Morsweg bij Spoorwegover-
gang; 3. Warmonderbruig; 4. Stationsweg; 5. Rijnsburger weg by
f Acad. Ziekenhuis: 6. Rijnsburgerweg hoek Houtlaan; 7. Perron
y Station; 8. Kort Rapenburg bij Bostelbrug; 9. Breestraat
f ^^4'ddags: 1. Plein kruispunt Breestraat etc.; 2. Hogewoerd; 3.
y Zijl gel hoek Trompstraat; 4. Lage Rijndijk hoek Driftstraat;
5. Havenplein; 6. Haarlemmerstraaa; 7. De Leidse Courant.
Twijv'achtig Oude heer: „Geef
me een nieuwe batterij voor mijn ge
hoorapparaat. Het bevalt me werke
lijk uitstekend. Ik kan zelfs horen,
wat er in de aangrenzende vertrek
ken wordt gezegd".
WinkeMer: Renze pretti»! Uw fa
milieleden zuilen er ook wel erg mee
ingenomen zijn?"
Oude heer: „Dat betwijfel ik Tk
heb nu al tweemaal mijn testament
veranderd".
In het vuurZij: „Vader wil,
dat ik met Hans de Wit trouw!"
Aanbidder (zuchtend): „Ach, hij
s riik en een ontzettend knappe kop".
Zij- „Wat heb ik aan een knappe
kop. Ik wil jou hebben".
Leuke opmerking Gastheer:
„Hebt U goed geslapen?"
Gast- „Als een os".
Gastheer: „Prettig als je zo'n na
tuurlij ke slaap hebt".
Misverstand Sociale werker:
„Hoorde je me niet roepen, toen je
gisteren dat café binnenging?"
Jansen: „Ja, maar ik had net geld
genoeg voor één borrel."
Compagnons „Lieve deugd, ik
heb vergeten de brandkast te slui
ten!"
„Nou ja, man, wat geeft dat? We
zijn toch geen van beiden op kan
toor."
De kinderen van de
„Hongerburcht"
Vervolgverhaal door Tineke
Voor we aan het verhaal beginnen
ginnen moet ik jullie aardrijkskundige
kennis even opfrissen.
De Rijn, die in Zwitserland op de Sint
Gothard ontspringt, stroomt als een
machtige stroom, tussen de bergen door,
door het westelijk deel van Duitsland,
om bij Lobith in ons land te komen. Tus
sen de bergketens door zoekt deze grote
rivier zich een weg naai* de lager lig
gende landen en wie eens een bootreis
op de Rijn gemaakt heeft, weet pas hoe
kronkelend en bochtig de loop van deze
rivier is al lijkt het op de landkaart dat
hij vanuit Bazel rechttoe-rechtaan naar
Keulen loopt. Vanaf Keulen zijn de
oevers laag maar het is tussen de ber
gen in de buurt van Koblenz dat het ver
haal 'zich afspeelt.
Al varende op de Rijn- zien we de top
pen van de niet zo hoge bergen naast el
kaar liggen en het valt ons op dat op
bijna elke top een ruïne, dit is een over
blijfsel van een oud kasteel, staat. Wie
de moeite neemt om de berg te beklim
men en het kasteel wil gaan bezichtigen
komt heel dikwijls teleurgesteld terug,
want veelal zyn het alleen brokstukken
van' poorten, muren en gewelven, die de
stormen van de eeuwen hebben over
leefd en er nu eenzaam en verbrokkeld
staan.
Iedere ruïne heeft zijn historie. Vroe
ger in de middeleeuwen hebben daar de
burchtgraven en hun familie gewoond.
De landerijen er rondom werden be
woond eo bewerkt door de onderhorigen.
De graven worden ook vaak roofrid
ders genoemd omdat zij hoofdzakelijk
leefden van de opbrengst van de roof
tochten.
In de vroegste tijden werd de Rijn al
gebruikt als verkeersweg. Denken we
even aan de Batavieren, die al in uitge
holde boomstammen de Rijn kwamen
afvaren naar onze streken. Later werden
de boomstammen vervangen door boten
én nu wordt de Rijn bevaren door grote
Rijnaken, dit zijn grote platte boten, die
volgeladen worden met de te vervoeren
goederen. Niet overal is de Rijn goed be
vaarbaar, zelfs de middenloop niet. Mid
den in de rivierbedding liggen op veel
plaatsen grote, enorm grote, keien, die
de rivier op die plaatsen onbevaarbaar
maken: maar naast die gevaarlijke plek
ken heeft de rivier zelf een geul uitge
slepen, die wel bevaarbaar is. De schip
pers moeten dan ook van de toestand
goed op de hoogte zijn want bij hoog
water zijn die keien en rotsen onzicht
baar en wie daar niet goed bekend is,
slaat met zijn schip te pletter op die ver
borgen rotspunten.
De roofridders, die zich, vlak bij die
gevaarlijke plaatsen een kasteel of een
burcht gebouwd hadden, profiteerden
van die omstandigheid door de schip
pers en kooplui met hun aandacht voor
eigen veil-'ghe'd. af te le;den, door be-
driegelijke middelen. Zo wordt verteld
van de Lorelei, ook een hoge steile top,
vlak bij zo'n rotspartij, dat daar op
stormachtige dagen boven op de top een
jonkvrouw gezeten was, met btnte»"-e-
woon lange goudblonde haren. Die jonk
vrouw zat daar om de aandacht van ue
schippers te trekken want ze was bui
tengewoon mooi en ze zong daarbij. Er
werd dan niet gelet op de veilige vaar
geul en het schip liep te pletter. Dan
stonden de vader van de jonkvrouw en
zijn helpers gereed de berg af te stor
men, de bemanning van het schip ge
vangen te nemen en zich meester te ma
ken van de inhoud van de boot. Nu be
grijpenjullie vanzelf waarom die rid
ders of kasteelheren, roofridders ge
noemd .worden.
De schippers werden in de vochtige en
donkere gewelven van de burcht gevan
gen gezet en meestal werden ze as vrij
gelaten als er een hoge losprijs was be
taald.
Bovenop de hoogste top
had een roofridder een kasteel laten
bouwen zó hecht en sterk dat het zeker
eeuwen en eeuwen de grootste stormen
zou kunnen weerstaan.
De bewoners waren: de graaf met de
gravin, hun twee kinderen Robert en
Hildegard en een oude vader van de
graaf. De oude graaf was vroeger kas
teelheer. geweest van een klein land
goed in midden Duitsland. Hij was ge
durende zijn leven buitengewoon goed
geweest voor zijn bedienden en onder
horigen. Wanneer er onder hen ziekte
of armoede héerste dan waren het de
graaf en de gravin zelf, die de helpende
hand uitstaken. Helaas stierf de gravin
aan een ernstige ziekte en de graaf bleef
met zijn drie kinderen, twee jongens en
een meisje bedroefd achter. De kinderen
moesten aan vreemden worden toever
trouwd en dat was des te érger omdat
het meisje blind was. Iedereen had me
delijden met de blinde Mechtildus, wan
neer ze zoekend en tastend met de stok
voetje voor voetje door de burchttuin
wandelde. Op de gevaarlijke plekken
had de graaf hekken laten maken want
de hof was tegen de berg aangelegen en
de tuinpaden liepen soms steil naar be
neden. Maar Mechtildus had er van
kinds af aan, a.n de hand van haar moe
der gewandeld en ze kende ieder plekje
uit haar hoofd. Ze had ook voldoende
afleiding in de dieren, zoals eekhoorn
tjes, herten, konijnen en niet te verge
ten haar lievelingshondje, die haar op
alle tochten vergezelde. Ondanks het ge
mis van een zorgende moeder was Mech
tildus opgegroeid tot een lief, zacht
meisje.
Heel anders was het met de broers. De
jongens gehoorzaamden niet aan de
dienstbode, die voor hen moest zorgen
en de graaf was soms verscheidene
maanden afwezig omdat hij de keizer in
de oorlog tegen zijn vijanden moest bij
staan. Als de graaf dan thuis kwam en
ging vertellen over de ove winning waar
aan hij meegeholpen had, dan luisterden
zijn beide zonen met oplettende belang
stelling en ze verlangden er reeds vroeg
naar om ook voor de keizer te kunnen
strijden want in die dagen gold de dap
perheid als de hoogste deugd.
De kleine Mechtildus huilde soms bit
tere tranen als ze hooide hoeveel schild
knapen, ridders en soldaten er gesneu
veld waren in de strijd. De jongens
lachten haar dan uit en plaagden haar
omdat ze maar een meisje was, dat nooit
mee zou mogen vechten. Dan zocht ze
haar toevlucht in het kleine kapelletje
dat aan de buitenkant van het kasteel
was aangebouwd. Daar stond een prach
tig Mariabeeld, dat de graaf op een van
zijn tochten in Noord-Italië had meege
bracht. Daar was ook het lievelingsplek
je van de gravin geweest en als er be
smettelijke ziekte heerste onder de be
volking dan werd het Maria-beeldje er
heen gedragen in plechtige processie.
Op een keer had Maria vanuit de hemel
de gebeden van de smetonden verhoord
en uit dankbaarheid kroonde de graaf
het beeldje met een zilveren kroontje en
de gravin bekleedde het met een da
mastzijden blauwe mantel met edel
stenen versierd. Van toen af aan kwa
men er geregeld mensen in nood of uit
dankbaarheid, in het kapelletje bidden,
maar de kleine Mechtildus was er gere
geld te vinden, niet om genezing te vra
gen want ze berustte blijmoedig in haar
lot, maar om te bidden voor anderen.
(Wordt vervolg)
OPLOSSING VAN DE KERST-
WEDSTSIJD
Voor do groten 1014 jaar
2. De appel valt niet ver van de boom.
Na loting kreeg de eerste prijs.
Ieder de tweede prijs: Harrle Hermans
Dr. Kuyperlaan 1, Voorhout. R!a van
Leeuwen, Zuidbuurt 50, Zoeterwoude.
Ieder de derde prijs: Mia Uphoff, Bea-
trixstraat 20, Sassenheim. Piet Moons,
Hoge Rijndijk 105, Zoeterwoude.
Ieder de vierde prijs: Siem Zandber
gen, Morsweg 25, Leiden. Sjaak van
Haastert, Stationsstraat 41, Zoetermeer.
Voor de kleinen 710 jaar
Vrede op aarde.
Ieder de derde prijs: Gerda Duindam,
Hoge Rijndijk, Leiden. Adrie Hijman,
Noordeinde 58, Aarlanderveen.
Ieder de vijfde prijs: Carla Bouter, v.
d. Waalstraat 60, Leiden. Corrie Weenlnk
Oudadeseweg 5, Rijpwèteririg;
Zesde prijs: Nellie Zandbergen, Haar
lemmerstraatweg 12, Oegstgeest.
Trees Blom uit Leiderdorp krijgt een
eervolle vermelding. Zij heeft de oplos
sing op rijm gemaakt.
Ik heet Trees Blom.
Draai dit blaadje maar eens dbl.
Ik woon in een dorp bij Leiden.
Bekijk het maar eens van alle zijden.
De N wordt een R zogezeid:
Dan hebt u mijn dorp in al zijn
waardigheid.
Ik woon op no. 19 van de Lindenlaan.
Om daar te wonen, is het wel gedaan.
II Jaar geleden werd ik in de wieg
géboren.
Toen was ik daar geboren zonder zorgen.
En nu de oplossing.
1. Dit spreekwoord is alom bekend.
Eén die de slaper zijn bed uit zendt.
(De morgenstond heeft goud in de mond)
2. Wie dat niet weet, is wl een boon.
Zo de vader, zo de zoon.
(De appel valt niet ver van de boom).
3. Als bij het werk „de baas is paraat"
Wordt er meest niet veel gepraat
(Het oog van de meester, maakt het
paard vet)
5. Beter iets in de hand,
dan veel voor de kijk.
Beter zelf niet arm,
dan een kennis heel rijk.
(Beter één vogel in de hand, dan 10 in
de lucht).
Correspondentie
Piet Wolvers, Zoeterwoude. Leuk Piet,
dat je nu voortaan met ons mee wil
doen. Hoe gaat het op school?
Nico Wolvers. Foei Nico, om zo lang
weg te blijven. Je doet nu zeker voort
aan samen met je broertje mee. Ook
Nellie heeft reuze haar best gedaan. Heb
je het verhaaltje nog bewaard?
Koos Lunenburg. Al heb je ook geen
briefje geschreven bij de oplossing, toch
moet ik je even vertellen, dat de teke
ningetjes heel aardig zijn.
Jan Teunus Zoet, Noordwtfk. Ook al
een nieuw neefje uit Noordwijk. Natuur
lijk vinden we het goed dat je met ons
mee doet. Aardige tekening. Jan Teun.
Koos v. d. Meer, R.Veen. De oplossing
heb je er kranig afgebracht. Je bent pas
7 jaar, dus je kunt nog heel wat jaartjes
met ons mee doen en Piet van 8 jaar,
hoop ik ook nog dikwijls terug te zien.
Ineke Kraan, Zoeterwoude. Die Ineke
verdient een pluim voor haar nette
schrift. Ze is nog geen 7 jaar. Bravo
meisje.
Ook Gerard Lovink, Leiden zijn brief
je mag er zijn. Keurig vent!
Hannie Goozen, Hazerswoude. Groeit
het kleine broertje al goed, Hannie. Hij
lacht zeker al een beetje. Het versje van
Hannie komt hier achter.
NAAR DE SPEELTUIN
Klein Jantje vroeg eens aan zijn moe:
„Wanneer gaan we naar de
speeltuin toe?"
Moeke zei niets en dacht stil:
Dat baasje heeft 't daar vast wel
naar zijn zin.
Daarom besloot zij:
Morgen, dan gaan wij.
Tegen tienen zaten ze in de trein.
Maar o wee, daar kreeg Jantje kiespijn.
Hij begon toen heel hard te huilen
En 'n poos daarna, zat hij nog te pruilen.
Moeder ging maar gauw naar huis.
Voortaan bleef zij liever thuis.
Lida Mank, Langeraar. Fijn zeg, d«t
je ook bij ons komt.
Joke Bakker, Voorschoten. Ook Joke
is hartelijk welkom. Ik hoop, dat je nog
dikwijls met een gezellig babbeltje komt.
Wat zal dat in de zomer fijn zijn, om
zo'n grote tuin te hebben. Als je zo
graag schooltje speelt, wordt je vast en
zeker later onderwijzeres. Doe maar
goed je best op school. Wie weet?
An'a van Zijp, Oude Singel, Lelden.
Wat heb jij mooi postpapier Anja! Krijg
ik daar nog dikwijls een briefje van?
Henk v. d. MeU. Lelden. Zeg Henk
was de inktpot zoek? Een jongen van 9
jaar kan toch best met inkt schrijven.
Of was je ziek?
Marianne v. d. Laan, Hazerswoade.
Heeft Tonnie het raadsel voor Marianne
opgeschreven? Jij kunt het toch zelf
wel meisje.
Jaap Zaal, Zoeterwoude. Zo Jaap. dat
is niet mis, om elke dag naar Leiden te
fietsen. Wat zal jij een flinkerd worden!
Hennic v. d. Voort, Sassenheim. Jij
maakt de kring weer groter, Hennie.
Hoe meer zieltjes hoe meer vreugd.
R'a de Groot, Leiden. Jij was dus met
St. Nicolaas één van de gelukkigen.
Vandaag zijn er weer een heleboel kin
deren blij. Zo zie je: ieder krijgt wel
eens een beurt. Dag Ria.
Ina Kraan, Koudekerk a. d. R(jn. Lang
heb ik naar de mooie tekeningen en de
uitgeknipte en opgeplakte plaatjes zitten
kijken. Wat heb jij geweldig je best ge
daan Ina. 't Is heus de moeite waard, zó
mooi. Jammer dat je een verhaaltje over
zo'n bekend onderwerp gemaakt hebt.
Veel kinderen schrijven over een auto
ongeluk en het is niet leuk om altijd
over hetzelfde te lezen. Je verhaaltje
komt dus niet in de krant, maar daarom
krijg je vandaag een extra lang briefje.
Nu is 't zeker ook goed hé meiskc?
De kinderen die ons met Nieuwjaar
een mooie kaart ge-tuurd hebben, bedan
ken we heel hartelijk.
Dag allemaal tot de volgende week.
TANTE JO EN OOM TOON
(53)