I%§ Wie puzzelt mee DB CIRC USB A R Uitslag „Waar staat die klok?" ZATERDAG 8 JANUARI 1955 DE I.EIDSE COURANT DERDE BLAD - PAGINA 1 34. aai, 36. foei, 38. das, 39. Al va, ""KM Nel, 41. nota, 43. pen, 44. es, 45. Jak,' 46. ets, 48. ne, 49. rag, 50 hel, 52. te- nue, 54. Namen, 56. uil, 57. st., 58.' on, 59. uit, 61. Ina, 62. te, 63. na, 64. vet, 65. tapir. 67. aster, 70. Son, 71. ion, 73. p.c.„ 75. ruw, 77. oud, 78. z.a., 79. aam, 81. soda, 83. vee, 8o. lens, 86. dop, 87. Aser, 89. via, 91. dra, 93. ge ne, R.P., 95. o.a., 97*. Dordrecht, 100. 101. dl., 102. Napoleon, 105. eel, 106. noenmaal, 109. ernstig, 110. wreed, 111. passage. Verticaal: 1. eskader, 2. etgras, 3. R.O., 4. boos, 5. arm, 6. An, 7. rib, 9. rotan, 10. ach, 11. staal, 12. per, 13. R.L., 14. och, 15. chef, 16. ei, 17. no veen, 18. trainen, 20. Sara, 22. Main, 26. li, 27. sa, 31. es, 32. elk, 35. sté, 37. op, 39. Augustinus, 42. Athana- sius, 45. Jan, 47. Sem, 49. relaas, 51. Leuven, 52. tint, 53. eter, 54. nona, 55. nier, 58. ui, 60. t.t, 66. por, 68. tod, 69. Spaarne, 72. Capelle, 74. Cas- 5. Horizontaai: 1. diktongige hagedis, vlecht, 10. tijdrekening, 11. vers (afk.), 13. papegaai, 15. vaartuig, 17. graveerstift, 20. stok, 22. water in 1 N.Brab„ 23. vette vloeistof, 24. voor-| naamwoord, 25. reeks, 27. godin v. d. maan, 29. stap, 30. voorzetsel, 32. slede, 33. nieuw (Gr.), 35. vriend (Maleis), 37. gothische kruisboog, 39. kubieke nxetei*, 40. telwoord, 42. eei\| 43. atmosfeer (afk.), 45. Europeaan, 47. lichaamsdeel, 49. stad in Italië, 52. schijn, voorkomen, 54. railroad (afk.), 55. dolheid, 56. heden, 57. lichaamsdeel, 59. klaar, 61. figuur in het kaartspel, 62. hoge priester te Si lo, 64. afkorting van thallium, 65. bij woord, 67. gem. in Z.H., 68. rivier in Engeland en Schotland. Verticaal: 2. draaiende kap boven op een schoorsteen, 3. slede, 4. hoge titel op Java, 6. knaagdier, 7. oude rekening (afk.), 8. zot, 9. jonge koe, 11. landelijk gelegen herenhuis, 12. lange rij, 14. gom. in N.H., 16. dier, traagloper, 18. gesloten, 19. telwoord, 21% familielid, 26. oude NederL munt ter waarde vai\ 12 cent, 27. strak op één punt kijken, 28. vreemde taal, 29. uitgestrekte dorre grasvlakte in Hongarije, 31. keUner*, 34. Ierland, 35. stoomschip (afk.), 36. voorzetsel, 37. orient express (afk.), 38. Free tra- der (afk.), 41. dorp tussen Almelo en Hengelo, 43. afzonderlijk, 44. platte gebakken steen, 46. aaneensluiting van ondernemers in hetzelfde bedrijf 48. vreemde munt, 50. vlaktemaat, 51. steensooi't, 53. meisjesnaam 58. steen, 59. tweemaal (lat.), 60. stoot, 61. onheilaanbrengende godin, 63. de lezer heil (afk. Lat.), 66. dat is (afk. Lat). Oplossingen tot en met Donderdag aan het bureau van ons blad. Een sigarettenkoker, een sieraad en een boek zijn beschikbaar gesteld. OPLOSSING NIEUWJAARS - PUZZLE. Horizontaal: 1. eerbaar, 8. frase, 12. procent, 19. stoornis, 21. Cct., 22. Melchior, 23. kg., 24. om. 25. Baltha- sar, 28. hé, 29. v.a., 30. Ares, 33. Ria, paP;'76. wol, 77. ont, 78. Zondag, 80. me,- 82. Avon, 83. vader, 84. edele, 85.'.Lahn, 86. de, 88. roos, 90. Ir, 92. R.C., 93. gems, 96. alt, 97. dog, 98. ree, 99. top, 100. ons, 103. pn, 104. ei, <107. e.a., 108. Aa. ije wens luidt: „DE REDACTIE VAN ONS BLAD WENST U EEN ZALIG NIEWJAAR". Waarschijnlijk beïnvloed door de dreigende nieuwe spelling in het nieuwe jaar is de U uitgevallen. De drie banketkransen weiden ge wonnen door mevr. L. G. Luiten, Corn. v. Eerdenstraat 14, Zoeter- meer; P. Brandsma, Mar'nixstr. 25A, Leiden en H. J. Schenk, Van de Vel- destraat 45, Lisse; het sieraad is voor mej. G. Hoffmann, Javastraat 32, Osgstgeest en het boek voor S. van Buel, Hugo de Vriesstraat 1, Leiden. ca „Ik moet m'n moedar bij het af wassen helpen. Over twee mimi en kom ik. Even een paar kopjes laten vallen. Eindelijk ,.Zeg speel jij tegen woordig nooit piano meer?" „Nee! Ik leende honderd gulden van mijn buurman en hy vroeg het sleuteltje van de piano als onder pand!" Boem „Wdt heb jij torh kromme benen. Er kan wel een varken door!" „Nou, ga je gang hoor!" Mis Onderwijzer: „Wat ben jij toch een smerige jongen. Je hebt je vanmorgen niet gewassen. Ik kan precies zien, dat je bij je ochtend- boterham chocolademelk gedronken hebt." Jantje- „Mis meester! Die choco lade is nog van gisteravond." Vaktermen Kappersbediende: ♦,Ik b.ep wat laat, baas, maar ik heb vandaag gezinsvermeerdering gekre gen." Patroon: Gefeliciteerd, kerel! Fn wat is het: Permanenten of scheren?" Kennismaking Uitgever: Hebt U deze gedichten zelf gemaakt?" Jongeman: „Ja zeker, mijnheer!" Uitgever: „Dat is leuk, kerel. Ik had nooit gedroomd, dat ik Vondel nog eens zou ontmoeten." De puzzle-redactie heeft heel wat tyd besteed aan liet selecte ren van de 747 inzendingen. Na schifting bleven ruim 600 goede oplossingen over. En hier volgt dan de uitslag van de Oudejaarsprijsvraag „Waar staat die klok." Het lot heeft vervolgens als winnaar aangewezen: MEJ. A. C. VAN ZUP, WITTE ROZENSTRAAT 5. LEIDEN die per omgaand een mooi wekkerklokje krygt thuisbezorgd. De tweede prijs, het boek „Dit is Leiden", gaat naar DE HEER G. W. M. KALLENBERG, DA COSTASTR. 30, LELDEN en de derde prijs (het sieraad) naar: DE HEER H. C. LOOS,- SCHENKELWEG 18, ZOETERWOUDE Vervolgens heeft de puzzle-redactie een nieuwe schifting ge maakt, zodat allen, die de juiste oplossing van de route van de fotograaf gegeven hebben (341 inzenders), een nieuwe kans zouden krijgen. Als winnaar kwam toen uit de bus: DE HEER F. J. BEKKBRJN, LOPSENSTRAAT 20, LEIDEN. Hij ontvangt een detective-roman naar keuze. OPLOSSING. De oplossing luidt: 1. Rijnsburgerweg bij Acad. Ziekenhuis; 2. Havenplein: 3. De Leidse Courant; 4. Perron Station; 5. Breestraat. 6. Noordeindsplein; 7. Morsweg bij spoorwegovergang; 8. Lage y Rijndijk hoek Driftstraat; 9. Kort Rapenburg by Bostelbrug; 10. y Haai-emmerstraat; 11. Rynsburgerweg hoek Houtlaan; 12. Zijlsin- gel hoek Trompstraat; 13. Plein kruispunt Breestraat, Gangetje, s Korvaarstraat etc.; 14. Stationsweg; 15. Wanmonderbrug (Rijns- burger-Maresingel); 16. Hogewoerd. y De routes van de fotograaf waren: y 's Morgens: 1. Noordeindsplein. 2. Morsweg bij Spoorwegover- gang; 3. Warmonderbruig; 4. Stationsweg; 5. Rijnsburger weg by f Acad. Ziekenhuis: 6. Rijnsburgerweg hoek Houtlaan; 7. Perron y Station; 8. Kort Rapenburg bij Bostelbrug; 9. Breestraat f ^^4'ddags: 1. Plein kruispunt Breestraat etc.; 2. Hogewoerd; 3. y Zijl gel hoek Trompstraat; 4. Lage Rijndijk hoek Driftstraat; 5. Havenplein; 6. Haarlemmerstraaa; 7. De Leidse Courant. Twijv'achtig Oude heer: „Geef me een nieuwe batterij voor mijn ge hoorapparaat. Het bevalt me werke lijk uitstekend. Ik kan zelfs horen, wat er in de aangrenzende vertrek ken wordt gezegd". WinkeMer: Renze pretti»! Uw fa milieleden zuilen er ook wel erg mee ingenomen zijn?" Oude heer: „Dat betwijfel ik Tk heb nu al tweemaal mijn testament veranderd". In het vuurZij: „Vader wil, dat ik met Hans de Wit trouw!" Aanbidder (zuchtend): „Ach, hij s riik en een ontzettend knappe kop". Zij- „Wat heb ik aan een knappe kop. Ik wil jou hebben". Leuke opmerking Gastheer: „Hebt U goed geslapen?" Gast- „Als een os". Gastheer: „Prettig als je zo'n na tuurlij ke slaap hebt". Misverstand Sociale werker: „Hoorde je me niet roepen, toen je gisteren dat café binnenging?" Jansen: „Ja, maar ik had net geld genoeg voor één borrel." Compagnons „Lieve deugd, ik heb vergeten de brandkast te slui ten!" „Nou ja, man, wat geeft dat? We zijn toch geen van beiden op kan toor." De kinderen van de „Hongerburcht" Vervolgverhaal door Tineke Voor we aan het verhaal beginnen ginnen moet ik jullie aardrijkskundige kennis even opfrissen. De Rijn, die in Zwitserland op de Sint Gothard ontspringt, stroomt als een machtige stroom, tussen de bergen door, door het westelijk deel van Duitsland, om bij Lobith in ons land te komen. Tus sen de bergketens door zoekt deze grote rivier zich een weg naai* de lager lig gende landen en wie eens een bootreis op de Rijn gemaakt heeft, weet pas hoe kronkelend en bochtig de loop van deze rivier is al lijkt het op de landkaart dat hij vanuit Bazel rechttoe-rechtaan naar Keulen loopt. Vanaf Keulen zijn de oevers laag maar het is tussen de ber gen in de buurt van Koblenz dat het ver haal 'zich afspeelt. Al varende op de Rijn- zien we de top pen van de niet zo hoge bergen naast el kaar liggen en het valt ons op dat op bijna elke top een ruïne, dit is een over blijfsel van een oud kasteel, staat. Wie de moeite neemt om de berg te beklim men en het kasteel wil gaan bezichtigen komt heel dikwijls teleurgesteld terug, want veelal zyn het alleen brokstukken van' poorten, muren en gewelven, die de stormen van de eeuwen hebben over leefd en er nu eenzaam en verbrokkeld staan. Iedere ruïne heeft zijn historie. Vroe ger in de middeleeuwen hebben daar de burchtgraven en hun familie gewoond. De landerijen er rondom werden be woond eo bewerkt door de onderhorigen. De graven worden ook vaak roofrid ders genoemd omdat zij hoofdzakelijk leefden van de opbrengst van de roof tochten. In de vroegste tijden werd de Rijn al gebruikt als verkeersweg. Denken we even aan de Batavieren, die al in uitge holde boomstammen de Rijn kwamen afvaren naar onze streken. Later werden de boomstammen vervangen door boten én nu wordt de Rijn bevaren door grote Rijnaken, dit zijn grote platte boten, die volgeladen worden met de te vervoeren goederen. Niet overal is de Rijn goed be vaarbaar, zelfs de middenloop niet. Mid den in de rivierbedding liggen op veel plaatsen grote, enorm grote, keien, die de rivier op die plaatsen onbevaarbaar maken: maar naast die gevaarlijke plek ken heeft de rivier zelf een geul uitge slepen, die wel bevaarbaar is. De schip pers moeten dan ook van de toestand goed op de hoogte zijn want bij hoog water zijn die keien en rotsen onzicht baar en wie daar niet goed bekend is, slaat met zijn schip te pletter op die ver borgen rotspunten. De roofridders, die zich, vlak bij die gevaarlijke plaatsen een kasteel of een burcht gebouwd hadden, profiteerden van die omstandigheid door de schip pers en kooplui met hun aandacht voor eigen veil-'ghe'd. af te le;den, door be- driegelijke middelen. Zo wordt verteld van de Lorelei, ook een hoge steile top, vlak bij zo'n rotspartij, dat daar op stormachtige dagen boven op de top een jonkvrouw gezeten was, met btnte»"-e- woon lange goudblonde haren. Die jonk vrouw zat daar om de aandacht van ue schippers te trekken want ze was bui tengewoon mooi en ze zong daarbij. Er werd dan niet gelet op de veilige vaar geul en het schip liep te pletter. Dan stonden de vader van de jonkvrouw en zijn helpers gereed de berg af te stor men, de bemanning van het schip ge vangen te nemen en zich meester te ma ken van de inhoud van de boot. Nu be grijpenjullie vanzelf waarom die rid ders of kasteelheren, roofridders ge noemd .worden. De schippers werden in de vochtige en donkere gewelven van de burcht gevan gen gezet en meestal werden ze as vrij gelaten als er een hoge losprijs was be taald. Bovenop de hoogste top had een roofridder een kasteel laten bouwen zó hecht en sterk dat het zeker eeuwen en eeuwen de grootste stormen zou kunnen weerstaan. De bewoners waren: de graaf met de gravin, hun twee kinderen Robert en Hildegard en een oude vader van de graaf. De oude graaf was vroeger kas teelheer. geweest van een klein land goed in midden Duitsland. Hij was ge durende zijn leven buitengewoon goed geweest voor zijn bedienden en onder horigen. Wanneer er onder hen ziekte of armoede héerste dan waren het de graaf en de gravin zelf, die de helpende hand uitstaken. Helaas stierf de gravin aan een ernstige ziekte en de graaf bleef met zijn drie kinderen, twee jongens en een meisje bedroefd achter. De kinderen moesten aan vreemden worden toever trouwd en dat was des te érger omdat het meisje blind was. Iedereen had me delijden met de blinde Mechtildus, wan neer ze zoekend en tastend met de stok voetje voor voetje door de burchttuin wandelde. Op de gevaarlijke plekken had de graaf hekken laten maken want de hof was tegen de berg aangelegen en de tuinpaden liepen soms steil naar be neden. Maar Mechtildus had er van kinds af aan, a.n de hand van haar moe der gewandeld en ze kende ieder plekje uit haar hoofd. Ze had ook voldoende afleiding in de dieren, zoals eekhoorn tjes, herten, konijnen en niet te verge ten haar lievelingshondje, die haar op alle tochten vergezelde. Ondanks het ge mis van een zorgende moeder was Mech tildus opgegroeid tot een lief, zacht meisje. Heel anders was het met de broers. De jongens gehoorzaamden niet aan de dienstbode, die voor hen moest zorgen en de graaf was soms verscheidene maanden afwezig omdat hij de keizer in de oorlog tegen zijn vijanden moest bij staan. Als de graaf dan thuis kwam en ging vertellen over de ove winning waar aan hij meegeholpen had, dan luisterden zijn beide zonen met oplettende belang stelling en ze verlangden er reeds vroeg naar om ook voor de keizer te kunnen strijden want in die dagen gold de dap perheid als de hoogste deugd. De kleine Mechtildus huilde soms bit tere tranen als ze hooide hoeveel schild knapen, ridders en soldaten er gesneu veld waren in de strijd. De jongens lachten haar dan uit en plaagden haar omdat ze maar een meisje was, dat nooit mee zou mogen vechten. Dan zocht ze haar toevlucht in het kleine kapelletje dat aan de buitenkant van het kasteel was aangebouwd. Daar stond een prach tig Mariabeeld, dat de graaf op een van zijn tochten in Noord-Italië had meege bracht. Daar was ook het lievelingsplek je van de gravin geweest en als er be smettelijke ziekte heerste onder de be volking dan werd het Maria-beeldje er heen gedragen in plechtige processie. Op een keer had Maria vanuit de hemel de gebeden van de smetonden verhoord en uit dankbaarheid kroonde de graaf het beeldje met een zilveren kroontje en de gravin bekleedde het met een da mastzijden blauwe mantel met edel stenen versierd. Van toen af aan kwa men er geregeld mensen in nood of uit dankbaarheid, in het kapelletje bidden, maar de kleine Mechtildus was er gere geld te vinden, niet om genezing te vra gen want ze berustte blijmoedig in haar lot, maar om te bidden voor anderen. (Wordt vervolg) OPLOSSING VAN DE KERST- WEDSTSIJD Voor do groten 1014 jaar 2. De appel valt niet ver van de boom. Na loting kreeg de eerste prijs. Ieder de tweede prijs: Harrle Hermans Dr. Kuyperlaan 1, Voorhout. R!a van Leeuwen, Zuidbuurt 50, Zoeterwoude. Ieder de derde prijs: Mia Uphoff, Bea- trixstraat 20, Sassenheim. Piet Moons, Hoge Rijndijk 105, Zoeterwoude. Ieder de vierde prijs: Siem Zandber gen, Morsweg 25, Leiden. Sjaak van Haastert, Stationsstraat 41, Zoetermeer. Voor de kleinen 710 jaar Vrede op aarde. Ieder de derde prijs: Gerda Duindam, Hoge Rijndijk, Leiden. Adrie Hijman, Noordeinde 58, Aarlanderveen. Ieder de vijfde prijs: Carla Bouter, v. d. Waalstraat 60, Leiden. Corrie Weenlnk Oudadeseweg 5, Rijpwèteririg; Zesde prijs: Nellie Zandbergen, Haar lemmerstraatweg 12, Oegstgeest. Trees Blom uit Leiderdorp krijgt een eervolle vermelding. Zij heeft de oplos sing op rijm gemaakt. Ik heet Trees Blom. Draai dit blaadje maar eens dbl. Ik woon in een dorp bij Leiden. Bekijk het maar eens van alle zijden. De N wordt een R zogezeid: Dan hebt u mijn dorp in al zijn waardigheid. Ik woon op no. 19 van de Lindenlaan. Om daar te wonen, is het wel gedaan. II Jaar geleden werd ik in de wieg géboren. Toen was ik daar geboren zonder zorgen. En nu de oplossing. 1. Dit spreekwoord is alom bekend. Eén die de slaper zijn bed uit zendt. (De morgenstond heeft goud in de mond) 2. Wie dat niet weet, is wl een boon. Zo de vader, zo de zoon. (De appel valt niet ver van de boom). 3. Als bij het werk „de baas is paraat" Wordt er meest niet veel gepraat (Het oog van de meester, maakt het paard vet) 5. Beter iets in de hand, dan veel voor de kijk. Beter zelf niet arm, dan een kennis heel rijk. (Beter één vogel in de hand, dan 10 in de lucht). Correspondentie Piet Wolvers, Zoeterwoude. Leuk Piet, dat je nu voortaan met ons mee wil doen. Hoe gaat het op school? Nico Wolvers. Foei Nico, om zo lang weg te blijven. Je doet nu zeker voort aan samen met je broertje mee. Ook Nellie heeft reuze haar best gedaan. Heb je het verhaaltje nog bewaard? Koos Lunenburg. Al heb je ook geen briefje geschreven bij de oplossing, toch moet ik je even vertellen, dat de teke ningetjes heel aardig zijn. Jan Teunus Zoet, Noordwtfk. Ook al een nieuw neefje uit Noordwijk. Natuur lijk vinden we het goed dat je met ons mee doet. Aardige tekening. Jan Teun. Koos v. d. Meer, R.Veen. De oplossing heb je er kranig afgebracht. Je bent pas 7 jaar, dus je kunt nog heel wat jaartjes met ons mee doen en Piet van 8 jaar, hoop ik ook nog dikwijls terug te zien. Ineke Kraan, Zoeterwoude. Die Ineke verdient een pluim voor haar nette schrift. Ze is nog geen 7 jaar. Bravo meisje. Ook Gerard Lovink, Leiden zijn brief je mag er zijn. Keurig vent! Hannie Goozen, Hazerswoude. Groeit het kleine broertje al goed, Hannie. Hij lacht zeker al een beetje. Het versje van Hannie komt hier achter. NAAR DE SPEELTUIN Klein Jantje vroeg eens aan zijn moe: „Wanneer gaan we naar de speeltuin toe?" Moeke zei niets en dacht stil: Dat baasje heeft 't daar vast wel naar zijn zin. Daarom besloot zij: Morgen, dan gaan wij. Tegen tienen zaten ze in de trein. Maar o wee, daar kreeg Jantje kiespijn. Hij begon toen heel hard te huilen En 'n poos daarna, zat hij nog te pruilen. Moeder ging maar gauw naar huis. Voortaan bleef zij liever thuis. Lida Mank, Langeraar. Fijn zeg, d«t je ook bij ons komt. Joke Bakker, Voorschoten. Ook Joke is hartelijk welkom. Ik hoop, dat je nog dikwijls met een gezellig babbeltje komt. Wat zal dat in de zomer fijn zijn, om zo'n grote tuin te hebben. Als je zo graag schooltje speelt, wordt je vast en zeker later onderwijzeres. Doe maar goed je best op school. Wie weet? An'a van Zijp, Oude Singel, Lelden. Wat heb jij mooi postpapier Anja! Krijg ik daar nog dikwijls een briefje van? Henk v. d. MeU. Lelden. Zeg Henk was de inktpot zoek? Een jongen van 9 jaar kan toch best met inkt schrijven. Of was je ziek? Marianne v. d. Laan, Hazerswoade. Heeft Tonnie het raadsel voor Marianne opgeschreven? Jij kunt het toch zelf wel meisje. Jaap Zaal, Zoeterwoude. Zo Jaap. dat is niet mis, om elke dag naar Leiden te fietsen. Wat zal jij een flinkerd worden! Hennic v. d. Voort, Sassenheim. Jij maakt de kring weer groter, Hennie. Hoe meer zieltjes hoe meer vreugd. R'a de Groot, Leiden. Jij was dus met St. Nicolaas één van de gelukkigen. Vandaag zijn er weer een heleboel kin deren blij. Zo zie je: ieder krijgt wel eens een beurt. Dag Ria. Ina Kraan, Koudekerk a. d. R(jn. Lang heb ik naar de mooie tekeningen en de uitgeknipte en opgeplakte plaatjes zitten kijken. Wat heb jij geweldig je best ge daan Ina. 't Is heus de moeite waard, zó mooi. Jammer dat je een verhaaltje over zo'n bekend onderwerp gemaakt hebt. Veel kinderen schrijven over een auto ongeluk en het is niet leuk om altijd over hetzelfde te lezen. Je verhaaltje komt dus niet in de krant, maar daarom krijg je vandaag een extra lang briefje. Nu is 't zeker ook goed hé meiskc? De kinderen die ons met Nieuwjaar een mooie kaart ge-tuurd hebben, bedan ken we heel hartelijk. Dag allemaal tot de volgende week. TANTE JO EN OOM TOON (53)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1955 | | pagina 9