EEN SINT NICOLA AS-PUZZLE,
In de Krantentuin
DE CIRCUSBARON
waarbij U een boterletter kunt overhouden
MAANDAG 6 DECEMBER 1954
DE LEIDSE COURANT
VIERDE BLAD PAGINA 2
Horizontaal: 1. plaats voor schepen
in een haven, 8. vis, 15. gem. in
Utrecht, 16. graveur, 20. eenden-
groen, 21. pers. voornaamwoord, 23.
jongensnaam. 25. bergweide, 27. hou
ten vat, 28. dam langs een water, 29.
karpet, 31. eenjarige kalebasachtige
vrucht, 35. spijker, 37. telwoord, 38.
partijgenoot, helper, 40. sportterm,
41. vaartuig, 42. stap, 43. gem. in Gel-
derl., 45. wig, 47. algemeen kiesrecht
(afk.), 48. bruto (afk,). 49. afnemend
getij, 51, afkorting van neon, 52. vlak
temaat, 53. rivier in Nederland, 55.
strook land langs de kust, 58, inboor
ling v. h. Amerikaanse Noordpool
land, Groenland, enz., 60 familielid,
61. tijdelijk er mede eindigen. 62.
zoon van Noë, 63. gewicht, 64. boom,
66. deel van een ontkenning (fr.), 67.
staatsbedrijf (afk.), 68. voorzetsel, 69.
bekend gebouw in Amsterdam, 71.
broedplaats van vogels, 75. deel van
het gebit, 73. hoenderachtige vogel, 79
ijzeren kogel met springlading, 81.
gem. in Z.-Holl., 87. blad papier, 88.
klein soort van rijpaard, 90. dorps
vertelling; ook herdersdicht of mu
ziekstuk over het landleven, 91. op
schrift of naam van een boek, 93.
telwoord, 94. lijk vaas, 96. familielid,
97. niet dik, 98. deel van de mast,
99. stenen opstap voor een huis, 101.
algemeen nieuws- en telegraafagent-
schap (afk 103. nobele, 105, gem. in
N.-Holl., 106. herstelling.
Verticaal: 1. stad in België, 2. af
korting van gadalinium, 3. in de
grond zetten, 4. metaalsoort, 5.
lichaamsdeel, 6. meisjesnaam, 7. af
korting van selenium, 8. munt in
Zweden, 9. brandkraan (afk.), 10.
bolrond vruchtje (spreektaal), 11.
salaris, 12. zat in de walvis, 13. spil
van een wiel, 14. rivier in Nederland,
17. vast rantsoen, 18. kasteel, 19.
meisjesnaam, 22. schrijver op een
kantoor, 24. boodschapper, 26. sme
kend woord, 28. ketting, 30 eiken
schors, 31. meisjesnaam, 32. voor
naamwoord, 33. afkorting van man
gaan, 34. gerucht, 36. dwaas, 38 aca
demische titel (afk.), 39. munt in
Portugal (afk.), 41. gem. in N. Holl.,
42. aangroeien, ook erger worden
(van een ziekte), 44. dadelijk, 46.
niet vrij, bezet, 48. rauw vlees be
reiden op een heet vuur, 50. bijna,
52. oorlogsgod, 54. niets (spreektaal),
56. meisjesnaam, 57. academische ti
tel (afk.), 58. boom, 59. voornaam
woord, 65. zwart in de wapenkunde,
68. kweker, 70. electrisch geladen
atoom, 72. Ezechiël (afk.), 73. zeep
water, 74. partij spelers, 75. bloem,
76. vaarwel, 77. als 66 hor., 78. lid
woord, 80. aantal honden voor de
jacht, 82. tasto solo (afk.), 83. plaats
in Engeland met een bekend college,
84. stad in Italië, 85. eeltachtige uit
was, huidknobbeltje, 86. bekende af
korting, 87. landelijk gelegen heren
huis, 88. weerklinkend geluid, 89. cy-
lindervormig slaginstrument, 91.
zwak, 92. bergplaats, 95. spitse bek
van een vogel, 97. meisjesnaam, 99.
sine dubio (afk.), 100 meervoud (afk.
Lat.), 101. als 47 hor., 102. slede, 103.
en personne (afk.), 104. voegwoord
(fr.).
Bij juiste oplossing leest men' op de
cijfers:
7. 21. 35. 56. 83. 34. 31. 4. 41. 102.
73, 88, 98, 58, 15, 78, 64, 70 11, 97, 46.
105. 52. 71. 74. 84. 49. 8. 12. 43. 9.
37. 65. 75. 104. 17. 6. 24. 79. 19. 39. 42.
101. 13. 54. twee regels van een oud
Sinterklaasvers j e.
Prijzen zijn een Kerstkrans, een
sieraad en een boek.
OPLOSSING.
Horizontaal: 1. terreur, 7. Dinsdag,
13. Oerle, 14. edele, 15. rage, 17. mez
zo, 19. Alva, 21. alg, 23. koe, 25. tin,
26 smerig, 29. bijkans, 31. étui, 32.
rite, 33. tunnel, 37. Keulen, 41. Ria,
42. kaf, 44. aga, 45. Otto, 47. tegel,
49. stoa, 50. ionen, 52. rente, 54. pre
sent, 55. minaret.
Verticaal: 1. tiras, 2. rogge, 3. ree,
4 er, 5. Ulm, 6. reek, 7. deze, 8. ido,
9. ne, 10. sla, 11. delta, 12. glans, 16.
soooooooooxxxoxttarooooococixoocc:
Sinterklaasavond
Vanavond aal mijn jongste zoon
als de lantarens glimmen,
in vrees en beven naast mij staan
en op mijn knieën klimmen.
Hij heeft wel dagen lan-g gezegd
al weet hij niet het rechte
voor Pieten ben ik heus niet bang,
dat zijn tóch niet de echte
maar nu vanavond rukt de wind
veel harder aan de ramen;
hü bidt voor Piet een Wees Gegroet
en zegt eerbiedig: Amen!
Dan zingt zijn kleine kinderstem
juist iets te hard een liedje;
hij zingt zijn kleine angsten weg
tezamen met Marietje.
Er slaat een deur, er kraakt een slot
en telkens schrikt hij even,
hij klemt zich dichter aan mij vast
en zit van angst te beven
De Sint is een goedheilig man,
die rijdt in pracht en luister,
maar 't haardvuur laat zijn vonken los
in 't heim'lijk schemerduister.
En Piet kent de geheimen van
de ramen en hun sloten,
maar 't raam gaat plots'ling open en
het regent pepernoten.
Vanavond zal mijn jongste zoon
als de lantarens glimmen,
in vrees en beven naast mij staan
en op mijn knieën klimmen.
)-Q^7X»vyyY-/yY>yvvriy«fmmmmm)acO»3«OW080000000O>XOKeiX0OX00aXOW00(10C':'XM00MCIVfl>
alm, 18. zon, 20. vin, 22. liter, 24.
mijter, 27. ren, 28. gul, 29. bik, 30.
keu, 33. troep, 34. uit, 35. natie, 36.
dag, 38. later, 39. ego, 40. naast, 42.
Kent, 43. ferm, 46. Oos, 47. ten, 48. lei,
49. sta, 51. Ne, 53. nn.
De gelukkigen van deze week
ziju: H. van Berkel, Coornhert-
straat No. 7, Leiden: de siga
rettenkoker; het sieraad: J. C. van
Rooyen, Heereweg 405, Lisse; en het
boek Joh. Hagen, Steenbakkerslaan 2,
Leiderdorp.
OPIOSSIH® VfiM SE
SINT NICOUAS-WEBSTRIJD
Voor de groten 1014 jaar
Si
pet
eend
krent
ulevel
leuning
arreslee
aardappel
stoomketel
De voorste letters vormen het woord
spekulaas.
Voor de kleinen 710 jaar
De ontbrekende woordjes waren:
mijter, staf, mantel, paard, ring, pluim
of veer, zak, kinderen, schoorsteen of
deur.
De woordjes van het verlanglijstje wa
ren:
bal, pop, pakhuis, trein, fiets.
En nu de gelukkige winnaars van dc
mooie prijzen. Ja, dat weten alleen Sint
Nicola as en Zwarte Piet en zij bezorgen
de prijzen als een echte verrassing bij
jullie thuis. De volgende week komen de
namen in de krant. Dag kinderen, we
wensen jullie allemaal een fijne strooi-
avond en een prettig Sint Nicolaasfeest.
Wie van jullie weet er een arm kindje
te wonen, dat misschien door Sint Nico-
laas vergeten is? Toe pak dan gauw wat
van je lekkers of speelgoed bij elkaar,
doe dat in een pakje en breng het daar
even. Er zijn dan twee kinderen blij, jij
en dat andere kind.
KINDEREN VERTELLEN OVER HET
SINT NICOLAAS-FEEST
Ellle Hoogenboom, Rijpwetering, ver
telt ons het eerst over.
SINT NICOLAAS
Ans, Kees en Piet zaten met vader en
moeder in de kamer Sint Nicolaasliedjes
te zingen. Om de beurt mochten ze een
liedje kiezen en ze begonnen bij de jong
ste. .Kleine Pietje was dus het eerst aan
de beurt. Hij riep luid door de kamer:
„Sintekaas op witte paad". en meteen
begonnen ze allemaal te zingen van Sin
terklaas op het witte paard. Toen het
liedje uit was. was Kees aan de beurt.
Hij was niet zo'n schreeuwerd als Pietje
en zei heel kalm: „Hoor de wind waait
door de bomen," waarna ze allemaal
meezongen.
Toen Ans aan de beurt was. zei ze ook
zo kalm als Kees: „O, kom er eens kij
ken, wat ik in mijn schoentje vind" en
allemaal zongen ze mee. Toen ze halver
wege het lied waren, ging de deur open
een heel klein eindje maar, en moeder,
die vlak bij de deur zat. kreeg twee zak
ken pepernoten tegen haar hoofd. De
kinderen schaterden van de pret. Pietje
was dadelijk opgesprongen en pakte de
zakken van de grond.
„Ha, jó, ik heb lekke zak hepak" riep
hij. Allen lachten om die malle Pietje.
„Zo, zo, het is al kwart over acht" zei
moeder, toen ze op de klok keek.
„Oooooo!" jammerden de kinderen.
„Ja, de tijd gaat vlug om".
„Ja, het is jammer" zuchtte Ans.
„Maar, morgen is het pakjesavond", ju
belde Kees, „en dan neem ik een trein
en een mecanodoos en een bimbam en 'n
zand-hijskraan, en een wals en een krui
wagen en een timmerspel".
„En wat neem je nog meer?" vroeg
Ans nieuwsgierig, toen Kees eindelijk op
hield.
„Niks meer", zei Kees.
„En ik neem een beero en een sep en
een paadje op wiewetjes" riep Pietje.
„Zo, zo" zei .vader „en wat neem jij
Ans?"
„Ik neem een pop en een tasje en een
naaimachientje."
„Weten jullie, wat is neem?" vroeg
vader lachend. „Ik neem een hond, een
echte levende."
„En ik een ligstoel en een vaas", zei
moeder. „En nu naar bed. Uit is de pret".
Doortjc Koot uit Rtfpwetering vertelt
ons een klein verhaaltje:
VAN EEN JONGETJE EN EEN MEISJE
Er waren eens twee kinderen. Het jon-
.getje was dikwijls stout en het meisje"
erg lief. Het liep t$gen het Sint Nico
laasfeest en Toosje deed haar best. Toen
het strooiavond was kwam Sint Nicolaas
op bezoek. Toosje mocht het eerst bij
hem komen en zij kreeg een mooie pop.
Maar toen Jantje mocht komen kreeg hij
niets, omdat hij zo dikwijls stout was ge
weest. Toen begon hij te huilen en be
loofde voortaan beter zijn best te zullen
doen en een lieve jongen te zullen zijn.
Piet zei, dat hij maar zijn klompje bij
de schoorsteen zou zetten en Sint Nico
laas heeft er die nacht toch nog wat in
gedaan.
Lla Bakker, Rijpwetering krijgt ook
een beurt met haar verhaaltje over
SINT NICOLAAS
Kees, Bep en Greet zaten 's avonds om
6 uur te zingen allerlei liedjes van Sint
Nicolaas. Toen opeens, wat schrokken ze
daar, werd hard op de deur gebonsd. Ze
durfden haast niet te gaan kijken. Greet
de oudste stond eindelijk op en deed de
deur op een kiertje open. Wat zag ze
daar? Daar stond zwarte Piet en die
gooide een handvol pepernoten in haar
gezicht. Wat lachten ze allemaal.
EIHe van Werkhoven, Noordw(jk komt
met een verhaaltje over:
HET VERLANGLIJSTJE VAN FRANS
Het was een koude wintermorgen in
December en bij Sint Nicolaas. Frans
vroeg aan moeder of hij een verlang
lijstje mocht maken.
„Ja hoor", zei moeder. „Begin maar
gauw. Hier is een mooi velletje papier cn
een pen".
Frans dacht even na en begon: een
trein, een doosje kleurpotloden en .een
rekenschrift". Ook schreef hij er nog bij
dat hij op school en thuis goed zijn best
had gedaan.
Toen hij klaar was, liet hij het aan
Mama lezen.
„Leg het vanavond maar op de schoor
steen Frans of in je schoen". Dat deed
Frans en toen hij 's morgens ging kijken
was het briefje weg. Op de morgen van
het feest had Sint Nicolaas alles op de
tafel klaar gelegd, alle cadeautjes die
Frans gevraagd had en nog snoep ook.
Frans had een fijne Sinterklaas.
Annie Juffermans. Leiden komt ook
niet uitgepraat over Sint Nicolaas en
vertelt:
Het was de avond vóór Sinterklaas.
Kleine Jannie was bang. Ze dacht: „Zou
ik in het stoute boek staan van zwarte
Piet?"
Ze dacht meer steeds: ik ben wel eens
stout geweest maar toch ook dikwijls
braaf.
Ze ging naar moeder en vroeg: „Moe
der ben ik altijd lief geweest?"
Moeder zei: „Dat enkele keertje stout
zal Piet wel vergeten zijn".
„Gelukkig" zei Jannie met een zucht
van verlichting.
Eindelijk was het zover gekomen dat
ze liedjes begonnen te zingen:
Zie ginds komt de stoomboot.
Uit Spanje weer aan enz. enz.
Jannie kende dat versje wel en zong
het hardste mee.
Ja, hoor daar klonk opeens: „boem,
boem", op de deur, en daar kwamen de
Sint en zijn knecht binnen. Piet strooide
pepernoten.
„O, wat zwart" riep Jannie.
Sint Nicolaas ging op de versierde
stoel zitten en nam het dikke boek, dat
Piet hem gaf.
„Jannie is dikwijls lief geweest", las hij
hardop.
„Maar ook een keertje stout" zei Piet.
Toen begon Jannie te huilen.
Sint nam haar bij de hand en zei:
„Zoet maar meisje, kom maar even op
mijn knie zitten"
Jannie deed het. De tranen stonden nog
in haar ogen.
„Piet zoek eens gauw een mooi ca
deautje voor haar op".
Piet zocht in de zak en gaf haar een
heel mooie pop. „Dank u wel Piet", zei
Jannie nu blij.
Ze kregen nu allemaal wat uit de zak.
Voor moeder was er een Delfts' blauw
vaasje, en voor vader een portemonnaie.
Piet strooide nog een keer en toen gin
gen ze weg. Het was een fijne avond ge
weest.
Riet van Goozen. Haxerswoude stuur
de ons een tekening van zwarte Piet op
een dak en ook nog een verhaaltje. Hier
komt het:
SINT NICOLAAS-AVOND
Daar wordt aan de deur geklopt
Hard geklopt, zacht geklopt,
en tegelijk hoorden we allemaal bonzen
op de deur. Vader stond al op om de
deur te gaan open maken maar daar stap
ten Sint Nicolaas en zwarte Piet al naar
binnen.
Vader zette gauw een stoel klaar bij
de tafel en daar ging de Sint op zitten
Dadelijk nam hij al het grote boek en
ging er in bladeren, Ha, daar had hij het
al gevonden.
„Jullie hebben allemaal je best gedaan
dit jaar", zei Sint Nicolaas heel tevre
den. „Als jullie vannacht je schoenen
klaar zetten bij de schoorsteen, dan zal
ik er een verrassing in leggen. Zullen
jullie ook om het paard denken? Een
sneetje oud brood of een wortel, daar
is het dol op".
Daarna zongen ze allemaal nog een
paar liedjes en de Sint ging met zijn
knecht weer naar andere kinderen.
's Morgens waren ze allemaal vroeg
wakker. Ze gingen uit bed en renden
naar hun schoen.
Wat waren ze blij. Voor ieder stond er
wat. Voor Corrie: een kam-étuitje; voor
Rinie: een spel; voor Riet: een pop; voor
Hannie: een schoolpakket; voor Lenie:
een étui; voor Gerard: een trein; voor
Hennie: een bal; voor Theo: een spaar
pot. Voor allemaal lag er op de tafel
snoep, zoals: speculaas, taai-taai, suiker
goed, chocolade en marsepein.
Wat waren ze blij. Ze zongen nu van
„Dank u Sinterklaasje" en hadden een
prettige feestdag.
CORRESPONDENTIE
Jeannctte Oudshoorn. Rijpwetering
heeft een versje gemaakt over de herfst
en voordat de winter begint op 21 De
cember komt het nog in de krant.
HERFST
Door het hoge beukenbos
Liepen Sjaan en Ria,
Gele blaadjes lieten los.
Zweefden neer, op 't dikke mos.
Eèn op hun baret je.
Beukenootjes, bruin en glad.
Zochten die twee klantjes.
En ze bukten langs het pad.
Borgen al die nootjes rad
In hun hengselmandjes
Heel tevreden met hun buit.
Keerden Sjaan en Ria.
En ze zocht tot besluit.
Nog wat mooie takken uit.
Voor het herfstboeketje.
Corrie Kortekaas, Voorhout. Die Cor
rie kan aardig babbelen in haar briefje,
maar ik zou het nog mooier vinden als
ze het briefje met inkt geschreven had.
Zoy dat een volgende keer kunnen Cor
rie? Hoe is het meisje, heb je de stui-
ters weer terug gewonnen?
Ria Lleverse, Hoogmade. Natuurlijk
vinden we het fijn, dat je een nichtje
van ons wilt worden en ook Betsie is
heel welkom in de grote kring. Maar
kindje, wat was dat een vreselijk onge
luk waarover Je vertelde. Gelukkig dat
Pa en Leo weer beter zijn. Het beloofde
verhaaltje krijg ik zeker gauw. Dag kin-
ders. Groeten aan allemaal.
TANTE JO EN OOM TOON
PETER VERTELT WAT HIJ
VERLEDEN WEEK HEEFT
MEEGEMAAKT
Nou weet ik warempel niet waar ik
mee moet beginnen, 't Was ook allemaal
zo mooi. Ik zal maar beginnen bij het
bezoek aan Sint Nicolaas. Met mijn va
der was ik eerst gaan kijken toen Sint
Nicolaas met de boot aankwam. We had
den een mooi plaatsje gevonden langs
de waterkant en zo konden we de boot
prachtig zien. 't Duurde wel heel erg
lang en veel kinderen werden al ongedul
dig maar eindelijk zagen we toch de gro
te witte boot in de verte aankomen. Al
gauw zagen we ook de zwarte knechten
op en neer lopen. Eén zat er zelfs in een
laddertje dat aan de mast hing. Onder
in de boot lagen de grote kisten en pak
ken met cadeaux dat kon je goed zien
door de ronde raampjes. Aan de achter
kant stond Sint. Nicolaas. Hij stond naar
alle kanten te wuiven en te knikken
naar de kinderen die langs de kant ston
den en heel hard ..hoera!" riepen. Aan
de overkant van het water stond een
troep kinderen die ieder een vlaggetje
bij zich hadden en daarmee wuifden. De
kinderen die b(j ons in de buurt stonden
gingen zingen van: „Zie ginds komt de
stoomboot". We zongen zó hard dat Sint
Nicolaas dadelijk onze kant op keek en
nog harder begon te wuiven. Nu wist ik
zeker dat Sint Nicolaas mij gezien had
maar papa zei dat ik ook nog bij hem op
bezoek zou mogen gaan en zelf mijn ver
langlijstje te geven.
Een paar dagen later kwam mama mij
uit de school halen en wij gingen naar
een winkel waar Sint Nicolaas zat om
de kinderen te ontvangen, 't Was er vre
selijk vol en wij moesten lang wachten
eer we aan de beurt kwamen. In die tijd
konden we alles goed bekijken en zag
ik veel fijne dingen staan, die ik best
graag zou willen hebben.
Er waren twee Pieten die soms erg
gek deden. Soms rolden ze met hun
zwarte ogen en dan begon er wel eens
een meisje te huilen maar Sint Nicolaas
bestrafte dan zijn knecht en even later
waren dan de tranen weer weg. Toen
het mijn beurt was, maakte ik een nette
buiging, gaf hem een hand en ook mijn
verlanglijstje. De goede Sint las het
even door, knikte toen eens lachend
naar moeder en mij en het volgende
kind was al weer aan de beurt. Van
een andere Piet kreeg ik een leg-puzzle
en opgelucht gingen we de trappen af.
Ik was er nu haast zeker von dat ik de
gevraagde trein zou krijgen. Ik had er
ook bijgeschreven „met veel rails" en
daar hoopte ik nu maar op.
Toen we uit de winkel kwamen waren
de lichtjes al op. Jongens, wat was dat
mooi, net een sprookje. Zo iets moois
had ik nog nooit gedroomd. We liepen
vele straten door en telkens moest ik
in mijn ogen wrijven of het wel echt
was. Ik dacht: „zou 't in de hemel ook
zo mooi zijn". Mijn moeder zei dat het
in de hemel nc,g veel mooier was, want
O.L. Heer schittert daar als echt goud
en de engeltjes dragen ieder een lan
taarntje. Ook is het in dn hemel niet
koud, gelukkig, want nu rilde ik van de
kou maar mama zei dat het von de slaap
was. Toen ik thuis kwam gingen we
dadelijk eten en in een ommezientje lag
ik in mijn bed. Ik keek nog even door
een kiertje van het gordijn in onze don
kere straat en dacht aan de kinderen
die fijn in zo'n verlichte straat woonden.
IV: droomde van de grote verlichte Sint
Nicolaas op zijn paard die ik op het
water gezien had. 't Was toch mooi ge
weest.
PETER.
(25)