HEI GEHEIM Villi
Een zenuwslopend politie-examen bewees
dat de bestuurder van auto „drankvast" was
Doodsoorzaak van de doktersvrouw
veroorzaakte weer 'n medisch debat
Hersentumor niet onmogelijk maar niet waarsc .ijnlijk
Ongelovige hospita stuurt zes mannen
met 'n autoped rond het IJsselmeer
Zullen de Arnhemmers in de toekomst
spelenderwijs Engels gaan leren?
VRIJDAG 12 NOVEMBER 1954
DE LEIDSE COURANT
DERDE BLAD PAGINA 1
Tweede procesdag Berkelse moordzaak in Hoger beroep
Nadat gistermorgen de president I moordenaar, zijn alle verklaringen te-
van het Haagse gerechtshof de 48-ja-1 gen mij", zeide verdachte.
rige arts uit Bergschehoek, die de
overlijdensacte opgemaakt had na de
dood van de doktersvrouw uit Berkel.
medegedeeld had, dat hij weinig
waarde kon hechten aan een zo op
pervlakkige overlijdensacte, en de
arts met een kort knikje hiervoor
begrip had getoond, moest de presi
dent deze getuige even later in be
scherming nemen tegen een te ver
doorgevoerde ondervraging door de
verdediger van de Berkelse arts, mr.
Huygens.
Mr. Huygens vuurde een groot aan
tal vragen af op getuige, die tenslot
te bijna geen antwoord meer gaf.
De president schoot te hulp en kal
meerde enigszins de heftigheid van
het stellen der vragen door de ver-
diging.
„Inderdaad", zo gaf getuige toe,
„had ik beter als doodsoorzaak onbe
kend op kunnen geven, maar zoiets le
vert altijd complicaties op."
Met een korte opmerking maakte
de president een einde aan het on
dervragen van deze getuige.
De arts uit Pijnacker, die de dood-
schouw had verricht de dag na het
overlijden van het slachtoffer, liet
niets wijzigen in zijn oorspronkelijke
verklaring.
Getuige had gezegd dat verdachte
ongevraagd hem had gezegd dat hij
kinine poeders aan zijn vrouw had
gegeven als eetlust-opwekkend mid
del.
Theatraal.
Verdachte deed toen zeer theatraal,
vond getuige.
Hij had gezegd „Nou, willen ze me
beletten voor mijn kindertjes te zor
gen." De houding van verdachte had
getuige enigszins schichtig gemaakt.
Aanvankelijk had verdachte er niet
veel voor gevoeld in te gaan op het
voorstel sectie te doen verrichten.
Naderhand had hij toegegeven. Al
gemeen was bekend, aldus de verkla
ring van deze getuige, dat het slacht
offer aan een hersentumom leed. Het
verwonderde getuige daarom zeer
van de arts van het ziekenhuis waar
het slachtoffer was behandeld, te ver
nemen dat er ondanks zeer diep
gaand onderzoek geen tumor was ge
constateerd.
Lange tijd werd er over gesproken,
waarom verdachte aanvankelijk had
verzwegen, dat hij zijn vrouw kinine
ads eetlust-opwekkend middel had
ingegeven op de avond van het
overlijden.
„Ik heb er wel over gesproken",
zeide verdachte nu; maar getuige kon
zich hiervan niets herinneren.
Getuige had later een nieuwe over
lijdensverklaring opgemaakt waarin
hij had geschreven dat de doodsoor
zaak onbekend was.
Wederom tegenspraak.
Voor het hof werd hierna gehoord,
de 46-jarige arts van inwendige ziek
ten uit Rotterdam, die het slachtoffer
had behandeld en ter observatie had
laten opnemen in het St. Franciscus
ziekenhuis te Rotterdam. Dit ge
schiedde enige maanden voor het
Overlijden. Zowel hij als een collega
waren, na langdurig onderzoek,
de conclusie gekomen, dat mevrouw
niet leed aan een hersentumor. Des
ondanks bleef verdachte volharden
in zijn bewering dat zijn vrouw een
gezwel in de hersenen had.
Op 7 September 1952 had verdach
te getuige opgebeld. Hij zeide toen dat
zijn vrouw er zo slecht aan toe was,
dat hij haar maar wilde laten be
dienen.
„Zei hij bedienen of laatste Sacra
menten?" vroeg de president.
„Hij zeide bedienen", antwoordde
getuige.
„Verdachte, wat zei u?'\ vroeg de
president.
„Ik zei laatste Sacramenten."
„Dit is dan de tweede getuige, die
u tegenspreekt, hierin'"
„Sinds ik ben gedoodverfd als
,Dus u vindt dat de getuigen
meineed hebben gepleegd?"
„Nee, dat niet, maar misschien zegt
men dit alles onbewust".
Uitleg.
„U ziet dit alles verkeerd, ver
dachte", zeide de president. „U hebt
gisteren er over gesproken, dat de
rechtbank u partijdig heeft behan
deld. U verwart misschien partijdig
heid met onvriendelijkheid. Maar
dit komt, verdachte, omdat u dwars
inspreekt tegen getuigen; zelfs tegen
ernstige getuigen. Dan ontstaat een
zekere geïrriteerdheid, waardoor men
minder vriendelijk tegen u is. Mis
schien verwart u ook daardoor de
onvriendelijkheid bij de rechtbank
met partijdigheid. Gaat u nu maar
weer zitten".
Het hof behandelde, vervolgens, de
verklaring van de Rotterdamse arts,
waarin o.m. de behandeling van het
slachtoffer werd besproken, welke tot
resultaat had gehad dat er geen tu
mor was geconstateerd.
Theoretische mogelijkheid.
De eerste getuige-deskundige tij
dens de middagzitting was de 38-ja
rige neuroloog dr. T. F. Berkvens uit
Rotterdam. Deze had in de zomer
1952 het slachtoffer onderzocht ir
het St. Franciscus-ziekenhuis te Rot
terdam, en daarbij wel speciaal haar
hoofd. Hij had geen enkele aanwy
zing gevonden, welke op een gezwel
in de hersenen zou kunnen duiden.
Daarom had hij ook argwaan opge
vat toen hij eind September 1952 ver
nam dat de vrouw was overleden
tengevolge van een epileptische aan
val, die door een tumor veroorzaakt
zou zijn.
Dr. Berkvens, zo stond in diens ver
klaring, had een zeer diepgaand on
derzoek verricht, omdat hij de grote
angst, die verdachte steeds liet blij
ken, voor een tumor, wilde wegne
men.'
Er blijft theoretisch natuuurlijk al
tijd de mogelijkheid, dat een gezwel
niet is geconstateerd, had dr. Berk
vens gezegd.
„Op de conditie, dat alles mogelijk
is, wil ik aannemen, dat de dokters-
vrouw inderdaad aan een tumor in
de hersenen overleden kan zijn"
meende dr. Berkvens.
Uit zijn woorden bleek duidelijk,
dat deze mogelijheid door hem niet
groot wordt geacht.
Er zou natuurlijk een plotselinge
insult kunnen zijn ingetreden we
gens een diffuse hersentumor. Inwen
dige bloedingen zouden dan ontstaan
en onverwachte dood is dan mogelijk.
Lange tijd besprak het hof deze
kwestie met de deskundige, waarbij
o.m. de verschijnselen voorafgaande
aan een plotselinge dood door hersen
tumor ter sprake gebracht werden.
„Ik was niet van gevoelen, dat de
psychische structuur van het slacht
offer zo was, dat een zelfmoord bin
nen korte tijd zou kunnen worden
verwacht", had dr. Berkvens in zijn
verklaring gesteld.
Geen zekerheid.
„Electro-encephalographie en lucht-
encephalograpjiie zijn twee methodes
van hersenonderzoek", las de presi
dent voor uit het rapport van de neu
roloog en dit citaat sloot een lang
durig vraaggesprek tussen de presi
dent en de neuroloog over deze me-
disch-technische wetenschap af.
Mr. Huygens haalde hierna de neu-
roloog-psychiater dr. E. E. H. M.
Hoelen uit 's-Gravenhage voor de
getuigenbank naast dr. Berkvens.
Het ging hier om de vraag of het
voldoende was geweest dat er alleen
een lucht-encephalogram was ge-'
maakt. Dr. Hoelen zeide, dat het jam
mer was dat in dit geval geen elec-
tro-ensephalogram was gemaakt.
„Zekerheid krijgt men natuurlijk
nooit", zeide dr. Berkvens, „wij kun
nen slechts zeggen, dat wy niets ge
vonden hebben".
„Kunt u het standpunt van mijn
cliënt billijken, dr. Hoelen", vroeg
mr. Huygens, „dat hij enige tijd de
zaak wilde aanzien, toen hij niet te
vreden was met het resultaat van het
onderzoek in Rotterdam?"
,Dit kan ik mij levendig voorstel
len".
.Kent u voorbeelden", vroeg mr.
Huygens, „van diffuse hersentumors
die een plotselinge dood veroorza
ken, dr. Hoelen?"
,0, ja, ik ken verscheidene van
deze gevallen".
„Dan was het toch eigenlijk wel
gevaarlijk dat verdachte even de zaak
heeft afgewacht?", vroeg de presi
dent.
„Ja, maar ik kan me toch wel voor
stellen dat een huisarts, die op dit
gebied niet gespecialiseerd is, toch
even de zaak aankijkt", zeide dr.
Hoelen.
„Als verdachte nu na Rotterdam bij
u was gekomen in uw kliniek, zou
u dan nog hebben afgewaoht?" vroeg
de president.
„Nee, dan zou ik zeker niet meer
hebben gewacht", antwoordde dr.
Hoelen.
Medische achterdocht.
„Sproot uw achterdocht, dr. Berk
vens", vroeg mr. Van 't Hoff Stolk,
„voort uit medische overwegingen of
ontstond deze uit andere gronden?"
„Het leek mij zeer onwaarschijn
lijk dat de dokters vrouw zo snel en
onverwacht moest sterven", ant
woordde de neuroloog. „Ik geloof dat
de achterdocht geworteld zat in me
dische gronden".
Mr. Huygens stelde vervolgens vra
gen op medisdh terrein tot dr. Berk
vens.
Daarbij bleek o.m. dat de mening
van dr. Berkvens niet gelijk was aan
die van dr. Hoelen. De eerste meent
nl. dat, als een lucht-encephalogram
geen tumor registreert in de herse
nen, de kans gering zou zijn dat deze
v/el zou worden gevonden met an
dere middelen, zoals b.v. een elec
tro-encephalogram.
Dr. Hoelen verklaarde echter dat
een tumor waarschijnlijk wel zou
worden gevonden met electro-ence
phalogram.
Een 53-jarige huisvrouw uit Ber
kel, wier dochtertje was gestorven
aan een hersentumor, werd vervol
gens als getuige gehoord.
„Moeilijk contact".
Mr. Huygens stelde zich vlak voor
deze getuige op, hetgeen de presi
dent de vraag ontlokte:
„Denkt u misschien dat getuige
doof is?"
„Nee, mijnheer de president, ik
ben bij deze vrouw thuis geweest en
het is erg moeilijk contact met deze
vrouw te vinden."
„Och, ik heb er ook eigenlijk geen
bezwaar tegen dat u daar blijft
staan", vond de president.
Langzaam sprekend en steeds her
halend, vroeg mr Huygens naar de
dood van de dochter van getuige.
„Heeft de Berkelse arts niet tegen
u gezegd toen hij uw dochter had
onderzocht dat het er niet mooi voor
stond met haar, dat uw dochter naar
de hogere heren in Rotterdam moest?
Is het meisje toen daarna niet in
Rotterdam vruchteloos onder
zocht en later teruggekeerd? En weer
later in haar hersenen geopereerd?
En werd zij daarna niet beter? Later
is het meisje toch gestorven aan een
hersentumor."
Getuige beantwoordde al deze vra
gen met „ja".
Dr. Hoelen werd hierna onder
vraagd door de verdediger omdat hij
de ziektegeschiedenis van het meisje
had bestudeerd.
De zenuwarts Th. v. d. Werf uit
Rotterdam vervolgens door mr. Huy
gens ondervraagd, beriep zich op z'n
ambtsgeheim en kon vrij snel de ge-
tuigenstoel verlaten, waarna te om
streeks 4 uur de president de zitting
tot Zaterdag schorste, daar het ge
bouw van de Hoge Raad, waar het
proces gevoerd wordt, Vrijdags niet
beschikbaar is.
Maandag klinkt startsein
„Als ik wil", zo vertelde enige tijd
geleden de potige kaasmaker A.
Boonstra uit St. Maartensvlotbrug
aan mevrouw Lambarts, die zijn vry-
gezellenleven verricht door 't opma
ken van zijn bed en het stoppen van
zijn sokken, „rijd ik makkelijk met
een autoped van Amsterdam naar
Friesland.
De toegesproken hospita was min
der overtuigd dan haar kostganger
en na een hevig debat, waarin mo
gelijk- en moeilijkheden aan een
nauwkeurige beschouwing werden
onderworpen, besloot e kaasmaker
zijn hospita met daden te bewijzen,
dat zijn woorden niet ijdel waren.
„Ik rijd op een autoped van St.
Maartensvlotbrug naar Oosterwilde",
verzekerde hij de ongelovige dame
en de volgende dag besprak hij de
weddenschap met zijn collega's.
Bondgenoten.
De zuivelfabriek werd in twee
kampen verdeeld en na korte strijd
kwamen 5 mannen, wier leeftijd va
rieert tussen de 18 en 35 jaar, tot de
ontdekking, dat zij in het heetst van
de strijd de uitdaging aanvaard had
den om met de wedlustige kaasmaker
mee te gaan op zijn autopedtooht.
De directie van de zuivelfabriek
raakte ook al onder de indruk van
de gebeurtenissen en gaf de auto
ped-enthousiasten een week extra-
vacantie om het experiment ten uit
voer te brengen.
Training.
Maandag a.s. zal de aulopedrace
een aanvang nemen. In de laatste da
gen hebben de wedders met bloed,
zweet en tranen geoefend in de dui
nen en zij menen, dat zij „in goede
conditie" zijn.
Om alle pessimisme volledig de
kop in te drukken, hebben zij beslo
ten niet alleen naar Friesland te
gaan, maar zij maken er een tocht
van rond het gehele IJsselmeer. De
route bedraagt in het geheel 400 km.
en de mannen zijn van plan, deze af-
Ongeluk niet door alcohol veroorzaakt
„T ropen-training"
Uitvoerige medische rapporten zijn
gistermiddag voor de Amsterdamse
rechtbank voorgelezen over een
automobilist, die er van verdacht
wordt dronken achter het stuur te
hebben gezeten, doch zich hardnek
kig heeft verweerd met het betoog,
dat hij door het jarenlange regel
matig gebruik van sterke drank in
Indonesië veel meer weerstand tegen
alcohol heeft dan de gemiddelde
man.
Inderdaad kwamen de medici na
een voor de verdachte zenuwslopend
examen, waarbij het er voor hem om
ging of hij de tegen hem geëiste 1
maand gevangenisstraf zou krijgen
of niet, tot de conclusie, dat de man
„in belangrijk mindere mate be-
invloed wordt door het gebruik van
alcoholhoudende dranken dan andere
mensen".
Aanleiding tot deze rechtszaak was
een vrij ernstige aanrijding op 19
December van het vorig jaar, toen
de verdachte inderdaad bij nevelig
en regenachtig weer bij Hilver
sum met zijn wagen op een langs de
slecht verlichte weg geparkeerd
staande vrachtwagen botste. De
vrachtwagen bleek van achteren niet
verlicht te zijn, terwijl de reflectoren
met modder bedekt waren. De naast
de verdachte zittende medepassagier
liep een verwonding aan de schedel
op, werd naar het ziekenhuis ge
bracht en overleed enkele dagen la
ter, echter niet als gevolg van de bij
de aanrijding bekomen verwonding,,
doch omdat hij in het ziekenhuis
longontsteking kreeg.
„Vaste gang".
De bestuurder zelf werd door de
politie mee naar het bureau geno
men.
„Hij riekte naar sterke drank", zei
gisteren een hoofdagent als getuige,
„doch wij hebben hem toch naar huis
laten gaan, want ondanks het resul
taat van de bloedproef (1.75 pro
mille), dat hoog genoemd kan wor
den, maakte hij op ons een normale
indruk; hij liep b.v. met een volko
men vaste gang".
Zijn proces was in April j.l. aan
gehouden. De officier had 1 maand
geëist, doch de rechtbank wilde ver
dachte in de gelegenheid stellen te
bewijzen, dat hij een groot aantal
borrels kan drinken en dan toch nog
in staat is om zijn wagen te besturen.
Sommetjes-test viel mee.
Zo werd de verdachte tot tweemaal
toe Js morgens op het politiebureau
ontboden, waar rhen hem zonder eten
's middags in 2x/$ uur tijd 9 borrels
liet drinken, nadat medici hem aller
lei intelligentie en behendigheids-
proeven hadden afgenomen. Deze
werden na de 9 borrels herhaald en
verdachte maakte wel meer fouten,
doch minder dan men verwacht had.
Gisteren persisteerde de officier
van justitie niettemin bij zijn eis van
1 maand. Aangezien verdachte reeds
10 maanden zijn rijbewijs mist, vroeg
hij slechts nog voor de tijd van 2
maanden ontzegging uit de rijbe
voegdheid.
„Laat deze man nu opnieuw bor
rels drinken", bood de raadsman
aan, „en leg hem dan geen reken
sommetjes voor, doch zet hem in een
auto met dubbele besturing en laat
een deskundig autobestuurder con
troleren of hij nog rijden kan. Want
rijden is Zijn vak, niet het afleggen
van kleine reactie- en intelligentie
tests".
De verdedigen hield met nadruk
vol, dat de omstandigheden bij het
ongeluk duidelijk waren: Iedere vol
komen nuchtere automobilist kon te
gen de onverlichte vrachtwagen zijn
op gereden. Dat dit zijn cliënt was
overkomen had niets met de drank te
maken.
Hij vroeg vrijspraak.
Op 25 November a.s. volgt de uit
spraak.
stand binnen 6 dagen af te leggen
als men bedenkt, dat de gemiddelde
snelheid van een autoped 10 km. per
uur is, betekent dit 40 uren steppen.
Baby-Tour.
Net als bij de „Tour" zijn er voor
iedere dag trajecten uitgezet en ook
de volgauto's met reservesteppen,
voeding en reservebanden zijn aan
wezig.
De tocht zal worden afgelegd op
gewone kinderstepjes, waarvan alleen
het stuur op „manshoogte" is ge
bracht.
Maandagmorgen zal de ongelovige
hospita om half acht de startvlag
zwaaien; als alles volgens wens gaat,
zullen de autopedisten volende week
Vrijdag als zegevierende strijders de
laatste etappe beëindigen.
Gevangene ontsnapte
bij Haagse bushalte
Een verpleegde uit een Schevening-
se inrichting, die wegens verschillen
de misdrijven ter beschikking der re
gering is gesteld, heejt gisteren kans
gezien bij een bushalte te Den Haag
zijn bewaker te misleiden en in het
duister te verdwijnen.
De man had toestemming gekre
gen om in gezelschap van een bewa
ker een bezoek te brengen aan zijn
familie te Delft, daar in het gezin
een ernstig ziektegeval zijn over
komst gewenst maakte.
Op de terugreis naar Scheveningen
wist de man zich bij een Haagse bus
halte, waar op vervoer naar Scheve
ningen werd gewacht, van zijn be
waker los te rukken en in de duister
nis te verdwijnen. Nasporingen- zijn
tot nu toe vruchteloos geweest.
RUIM 40 PERSONEN GEDUPEERD
DOOR EFFECTENKANTOOR.
In verband met het verdwijnen
van de directeur van het effecten
kantoor aan de Marktstraat te, Gro
ningen, dat thans gesloten is, verne
men wij nader dat het onderzoek
heeft uitgemaakt, dat er malversaties
gepleegd zijn tot een bedrag van on
geveer 150.000.
De verdwenen directeur, de heer
A. A. V. heeft 'n groot aantal bij zijn
kantoor in bewaring gegeven effec
ten herverpand bij diverse corres
pondenten van het kantoor. Deze
correspondenten zijn als pandhou
ders gerechtigd tot executie over te
gaan als V. zijn verplichtingen niet
meer kan nakomen.
Door deze malversaties zijn ten
minste ruim 40 personen gedupeerd,
waarvan één zelfs is benadeeld voor
een bedrag van meer dan f 40.000.
Bij het onderzoek is voorts aan
het licht gekomen, dat de directeur
ook ongeveer 14.000 aan kasgeld
in zijn bezit heeft. Over zijn verblijf
verkeert men nog steeds in het on
gewisse. De medewerking van de ge
hele Nederlandse politie is ingeroe
pen om de verdwenen directeur te
vinden.
Raad bezint zich nog
De „tweetaligheid" van Arnhem,
ontsproten aan het brein van het P.
v. d. A.-lid de heer H. H. Koch, is
andermaal ter tafel gekomen, nadat
hierover reeds was beraadslaagd in
een raadsvergadering op 23 Februari
j.l. toen werd toegezegd, dat zou
worden getracht in een nota aan te
geven of en zo ja, welke mogelijk
heden er zijn om tot een practische
oplossing van het vraagstuk te ko
men.
Die nota is thans verschenen en als
mogelijkheden ter verwezenlijking
van de „tweetaligheid" worden ach-
tereenvoigens genoemd het stimule
ren van het volgen van cursussen
in de Engelse taal door volwassenen,
het brengen van een „tweetalige
sfeer" in de stad door middel van
aanduidingen en aankondigingen, als
mede het geven van „onderwijs" in
het Engels aan leerlingen van de
lagere scholen.
Engels komt het meest in aanmer
king om als de gemeenschappelijke
Europese taal te worden beschouwd.
Voor de overheid wordt gedacht de
eigen verkeersaanduidlngen naar be
paalde pleinen en punten in de stad
mede te voorzien van een opschrift
in het Engels.
Ook culturele evenementen zou
den in het Engels kunnen worden
aangekondigd. Met „onderwijs" wordt
niet bedoeld het onderwijs, zoals dit
door school en cursus pleegt te wor
den gegeven, maar ook het doen spre
ken en verstaan van een vreemde
taal. Het Arnhems gemeentebestuur
is bereid na te gaan of op lagere scho
len, ev. ook kleuterscholen, bij wijze
van proef niet een begin kan wor
den gemaakt met dit „onderwijs" na
schooltijd. Op 18 November a.s. zal
men zich over deze aangelegenheden
uitspreken.
^de 7 wijzerplaten^
door AGATHA CHRISTIE
16)
„Dat is verduiveld gek, Stevens.
Verduiveld gek! Hoor eens, hoe laat
kwam ik gisterenavond thuis?"
„Tegen vijf uur mijnheer".
„En was ik... hm... merkte je niets
aan me?"
„U was nogal vrolijk mijnheer,
meer niet. U wilde Rule Britannia
zingen".
„Dat is iets bijzonders", zei Jimmy.
„Rule Britannia, zei je? Ik kan me
niet voorstellen dat ik ooit Rule Bri
tannia zou zingen als ik nuchter was.
Een beetje slapende vaderlandsliefde
moet te voorschijn gekomen zijn on-
der een prikkel van... hm... een paar
'te veel. Ik heb gefuifd ik herin
ner me dat in „Mosterd en Veld
sla". Niet zo'n onschuldige plaats als
je zou denken Stevens".
HU zweeg.
„Ik vraag me af..."
„Ja mijnheer?"
„Ik vraag me af, of ik door de boven
genoemde prikkel soms een adver
tentie in de krant gezet heb voor een
kindermeid of iets dergelijks".
Stevens knikte.
„Twee meisjes, die daar; op komen.
Dat lykt me vreemd. Ik zal voortaan
„Mosterd en Veldsla" schuwen.
Dat is een goed woord Stevens, schu
wen; dat kwam ik laatst tegen in een
kruiswoordpuzzle en het viel in mijn
smaak".
Onder het praten kleedde Jimmy
zich vlug aan.. Na tien minuten kon
hij zyn onbekende gasten te woord
staan. Toen hij de deur van zijn zit
kamer opende was de eerste die hij
zag een donker slank meisje, dat hy
absoluut niet kende. Ze stond tegen
de schoorsteen geleund. Toen keek
hij naar de grote, leren fauteuil en
zijn hart klopte sneller. Loraine!
Ze stond op en begon te spreken,
eerst een beetje zenuwachtig.
„U zult wel heel verwonderd zyn
mij te zien. Maar ik moest komen. Ik
zal het u aanstonds uitleggen. Dit is
Lady Eileen Brent".
„Bundie word ik gewoonweg ge
noemd. U hebt Bill Eversleigh waar-
schynlijk wel eens over me horen
spréken".
„O, ja natuurlijk", zei Jimmy, ter
wijl hy trachtte zich in de situatie
terecht te vinden. „Gaat u zitten en
laten we een cocktail gebruiken of
iets anders".
Maar de beide meisjes bedankten.
„EerlUk gezegd", vervolgde Jimmy,
„ben ik pas op".
„Dat zei Bill ook", merkte Bundie
op., ,Tk zei hem, dat ik naar u toe
ging en hij zei dat u nog niet op
zoudt zijn".
„Nu, ik ben nu toch op", zei Jimmy
aanmoedigend.
„Het gaat over Gerry", zei Loraine.
„En nu over Ronny"
„Wat bedoelt u met „En nu over
Ronny".
Hy werd gisteren doodgeschoten.
,,Wat?" riep Jimmy.
Bundle deed voor de tweede keer
haar verhaal. Jimmy luisterde als in
een droom.
„Die ouwe Ronny doodgeschoten",
mompelde hij. „Wat is dat toch voor
verduivelde historie!"
Hij ging op het randje van zijn
stoel zitten, dacht een minuut of wat
na en zei toen op rustige effen toon:
„Er is iets dat ik geloof, dat ik moet
vertellen".
„Ja", zei Bundie aanmoedigend.
,,Het gebeurde op de dag, dat Gerry
Wade gestorven is. Toen we op weg
waren u het nieuws mede te delen".
Hij knikte tegen Loraine.
„In de wagen zei Ronny iets tegen
me. Dat wil zeggen hy begon me iets
te vertellen. Er was iets dat hij me
wilde zeggen en hij begon ermee en
toen zeide hy dat hij door een belofte,
gebonden was en niet verder kon
gaan".
„Gebonden door een belofte?" zei
Loraine nadenkende.
„Dat zei hy. Natuurlyk drong ik
toen niet meer aan. Maar hij deed de
hele tyd raar verduiveld raar. Ik
kreeg de indruk, dat hij vermoedde,
dat... enfin dat er misdaad in het
spel was. Ik dacht dat hy het wel te
gen de dokter zou zeggen. Maar nee,
hij zinspeelde er zelfs niet op. Dus ik
dacht dat ik me vergist had. Ën na
derhand scheen het heus een heel
duidelyk geval. Ik dacht dat myn
verdenkingen onzin waren".
„Maar denkt u dat Ronny toch ver
denkingen had".
Jimmy knikte.
,,Dat denk ik nu tenminste. We
hebben hem immers geen van allen
meer gezien. Ik geloof dat hij op zijn
eentje de zaak onderzocht dat hij
probeerde de oorzaak van Gerry's
dood te vinden en sterker, ik geloof
dat hij die vond. Daarom schoten die
ploerten hem dood. En toen probeer
de hy het my te laten weten, maar
kon de woorden er niet uit krygen.
„Zeven Wijzerplaten", zei Bundie
en huiverde lichtelyk.
„Zeven Wijzerplaten", zei Jimmy
ernstig. „Daar kunnen we in ieder
geval op doorgaan".
Bundie keerde zich naar Loraine.
,,U wilde me j/ist vertellen".
„O ja, eerst over de brief".
Ze sprak tegen Jimmy.
„Gerry heeft een brief achtergela
ten. Lady Eileen..."
„Bundie".
„Bundie heeft hem gevonden".
Zy legde de omstandigheden in
enige woorden uit.
„Jimmy luisterde ten zeerste geïn
teresseerd. Hy hoorde voor het eerst
van die brief. Loraine nam hem uit
haar tasje en gaf hem aan Jimmy. Hij
las hem en keek haar toen aan
...U kunt ons hier helpen. Wat wilde
Gerry dat u vergat?'
Loraine's voorhoofd rimpelde zich
van verwarring.
„Het is zo moeilyk om me dat nu
precies te herinneren. Ik opende bij
j vergissing een brief van Gerry. Hij
I was op goedkoop papier geschreven,
herinner ik me, met zeer onduidelijk
schrift. Bovenaan stond een adres in
Zever Wijzerplaten. Ik bemerkte dat
hij niet voor mij bestemd was dus
stak ik hem terug in de enveloppe
zonder hem te lezen".
„Heus?" vroeg Jimmy heel voor
zichtig. Voor 't eerst lachte Loraine.
„Ik weet wat u denkt en ik geef toe,
dat vrouwen inderdaad nieuwsgierig
zyn. Maar weet je hij zag er hele
maal niet interessant uit, het was een
lijst van namen en datums".
„Namen en datums", zei Jimmy
peinzend.
„Het scheen Gerry niet veel te
kunnen schelen", vervolgde Loraine.
„Hij lachte. Hij vroeg of ik ooit van
de Mafia gehoord had en zei dat het
zonderling zou zijn als er zo'n genoot
schap als de Mafia in Engeland zou
gesticht worden maar dat dat soort
geheime genootschappen niet veel
succes had bij het Engelse volk. On
ze misdadigers hebben geen levendi
ge fantasie".
Jimmy vertrok zijn mond of hij
wilde gaan fluiten.
(Wordt vervolgd)