Verraderlijke tijdgenoot voorspelde Oldenbarneveld het standbeeld, dat echter eerst nu onthuld wordt iï).e Moeder Qods J ZATERDAG 9 OCTOBER 1954 DE LEIDSE COURANT DERDE BLAD PAGINA 2 Onbegrijpelijke koppigheid deed val dichtklappen PAMFLETTEN VERTEKENDEN ENIGE MINDER GOEDE EIGENSCHAPPEN VAN HOLLANDS VADER Een van de tijdgenoten van Johan van" Oldenbarneveldt heeft, tijdens diens onderhandelingen met de Spanjaarden verklaard, dat de raadspensionaris voor zijn bemoeiingen een gouden standbeeld verdiende. Het was echter dezelfde vleier die enkele jaren later een pamflet zou uitgeven, waarin de grote man voor alles werd uitgemaakt wat om een terechtstelling smeekt. De Gouden Eeuw was het enige monument dat ter nagedachtenis van Hol lands vader tot stand kwam. Het ontstond echter op de basis, welke hij er zelf door de volledige inzet van zijn genie voor gelegd had Tot 1954 moest het duren voordat Nederland hem het monument schonk, dat hem de erkenning van zijn bijzondere verdiensten geeft. Donderdag 14 October zal in Den Haag een standbeeld van Johan van Oldenbarneveldt onthuld worden Niet van goud, maar toch geeft het feit dat Koningin Juliana, een, afstammelinge van prins Maurits, onder wiens bewind de terechtstelling plaats vond, de plechtigheid verricht, deze onthulling een bijzondere glans. Haar aanwezigheid maakt de rehabilitatie van de grote vaderlander volkomen. JOHAN VAN OLDENBARNEVELDT werd in 1547 in de schaduw van de Lange Jan van Amersfoort ge boren. Zijn ouders waren kleine grondbezitters die later tevergeefs ge probeerd hebben hun adelijke af komst te bewijzen. Zij hadden grote plannen met hun zoon en stuurden hem naar de latijnse school in Den Haag. Zoals gebruikelijk in die tijd studeerde de jonge Johan hierna aan bijna alle universiteiten van West- Europa. Deze ongedurigheid moet niet zozeer verklaard worden uit een behoefte om overal een visitekaartje te presenteren, maar door een steeds weerkerende onmin en verschil van mening met de hoogleraren. In 1.5 69 komt hij, voorzien van een grote hoe veelheid theoretische kennis, in de burgermaatschappij terug. Het is geen vrolijke thuiskomst, want overal in het land breken kleine onlusten tegen Al va en zijn hardhandig be wind uit. Rol bij het beleg van Leiden. J}E PRINS VAN ORANJE valt het U land binnen en kort na elkaar wordt het volk overdonderd door de nederlagen van de gehuurde legers, de moorden op Egmond en Hoorne en het instellen van de tiende pen ning. De watergeuzen landen en een schok van verwachting gaat door het lage land. De steden komen in op stand. Mechelen, Zutphen en Naar- den worden door de oprukkende Don Frederik echter belegerd en over wonnen. De wraakmaatregelen zijn verschrikkelijk en het volk weet dat het niets te verliezen heeft. Dan sluit de ring zich om Haarlem. Johan van Oldenbarneveldt en een stel van zijn vrienden doen een wanhopige po ging de stad te ontzetten. Het groep je wordt in de pan gehakt en de la tere raadspensionaris is een der wei nigen die het er levend afbrengt. Een jaar later doet hij nogmaals een bescheiden poging zich in het strijdgewoel te werpen. Dit maal breekt het ziekbed zijn val. Leiden redt het zonder de steun van de man, waarmee de toekomst grotere plan nen heeft. Eerste krachtdaad. DEEDS IN 1573 DOET MEN een beroep op de diplomatieke kwa liteiten van de 26-jarige Johan; een groep Engelsen, die bij Strijen gele gerd zijn, vinden ondanks de grote vraag naar hun activiteit nog tijd genoeg om in opstand te komen. De burgerbevolking wordt lastig geval len en de jonge Johan vertrekt naar het bedreigde punt met een hoofd vol overredende argumenten. Daar, te midden van volkomen losgeslagen huurlingen, bevecht hij zijn eerste overwinning. Nieuwe opdrachten wachten hem hierna. Sluw en met grote kennis van zaken gaat Van Oldenbarneveldt te werk. Zijn juridisch genie schenkt hem de mogelijkheid op hetzelfde ogenblik zich met vier en twintig ver schillende zaken bezig te houden, zonder dat er één onder lijdt. In 1576 wordt hij benoemd tot pensionaris van de stad Rotterdam. Minder goede eigenschap. JJET VOLGENDE JAAR TREEDT hij in het huwelijk met Maria van Utrecht, een zeer rijke erfdoch ter. Oldenbarneveldt geeft volmon dig toe, dit huwelijk met min of meer minne bedoelingen gesloten te heb ben. Het blijkt dat de grote man, die volgens Vondel Holland onder het hart droeg, op deze plaats ook nog ruimte vond voor een welgevulde beurs. Het streven naar geldelijk voordeel werpt een diepe schaduw over dit overigens voor de Staten van Holland, zo vruchtbare leven. Later toen zijn vonnis reeds geveld was, hebben zijn tegenstanders nog gepro beerd hem op vele andere wijzen zwart te maken. Hij zou mensen heb ben omgekocht om meineed te ple gen, om op deze wijze het kapitaal van zijn vrouw te kunnen losweken er zou een luchtje zitten aan de af komst van zijn vrouw en meer van dat fraais, waarbij onder een laag gemene verdachtmakingen toch een kern van waarheid te vinden is. Het is in ieder geval waar dat Johan van Oldenbarneveldt, ondanks zijn lage salaris, Rotterdam veel rijker verliet dan toen hij er binnen kwam. Rotterdam te klein. |*\E DERTIG-JARIGE PENSIONA- U RIS moet al snel ondervinden dat Rotterdam te klein is voor zijn talenten. Van alle kanten wordt hij geraadpleegd en zijn verzoenende ad viezen in de meest wanhopige zaken vestigen zijn naam in geheel Holland. Onder zijn invloed komt de Unie van Utrecht tot stand; de eerste stap in de richting van volkomen onafhan kelijkheid is gezet. Als in 1578 Am sterdam eindelijk de zijde van de prins kiest, is deze onmiddellijk van vreugde geneigd alle voorwaarden van de Amstelstad zonder meer te aanvaarden. Oldenbarneveldt komt echter tussenbeiden en weet uit de overeenkomst te halen wat er aan voordeel voor de Staten inzit. De dood van de prins komt ech ter juist op tijd om een dreigend con flict tussen de twee groten te voor komen. De zeventien-jarige Maurits neemt de plaats van „De Zwijger" in. Van de wal in de sloot. JJET LAND VERKEERT nog steeds in een meelijwekkende toestand. Een deputatie vertrekt naar Parijs om te trachten wat militaire hulp te krijgen. De Fransen geven echter niet thuis. Twee dagen later zit men weer in Londen om het daar eens te pro beren. De schraperige Elisabeth wei gert echter eveneens halsstarrig, maar als de Hollanders blijk geven eerst de ankers te willen lichten als er op hulp gerekend kan worden, besluit zij een van haar beschereme- lingen, de graaf van Leicester, met een stel huurlingen naar het vaste land te sturen, op voorwaarde dat de edelman landvoogd ;n het bedreig de gebied wordt. De Staten aanvaar den deze steun blindelings. Olden barneveldt ziet echter argwanend toe. Hij weet dat Leicester een eerzuchtig en onvervaard man is en vreest niets dan ellende van deze nieuwe inmen ging. Sluwe ondermijning. als EEN NIJVERE MIER begint de sluwe advocaat de positie van de Brit te ondermijnen. Hij treft het, want Leicester tuiniert in de Hol landse tuin, als een beeldstormer in een kathedraal. Op alle gebieden slaat hy blunder op blunder en slechts door zijn misstappen in de schoenen van anderen te schuiven weet hij voorlopig de dans te ontspringen. Zijn grote tegenstander,Johan v. Oldenbar neveldt wordt bovendien kort hierop tot „advocaat van den Lande" be noemd de term raadspensionaris is eerst na zijn dood ontstaan. Hij heeft het toppunt van zijn roem bereikt. Zijn post geeft hem alle bevoegdhe den, die van een talentvol en ambi tieus man een dictator kunnen ma ken. Leicester helpt hem zijn plannen verder uit te voeren. De schandelijke manier waarop de Brit in Utrecht met de financiën van het uitgemer gelde land omgaat wekt overal af schuw. Zijn medewerkers worden stuk voor stuk ontmaskerd als onge wenste Opmakers en vervolgens ten val gebracht. Eindelijk ziet Leicester in dat er in het barre Holland voor zijn eergevoel geen plaats is en ver dwijnt zwaar teleurgesteld naar zijn eiland. Goede verdiensten. J"\E CHAOS DIE HIJ ACHTER laat is compleet. De Engelsen geven overal hun stellingen zonder meer over aan de Spanjaarden en trekken plunderend naar Den Haag om hun soldij bij elkaar te roven. Opnieuw grijpt Oldenbarneveldt in. Het gezag van de bij het volk sympathieke Mau rits wordt uitgebreid. Burgers wor den ingeschakeld bij de verdediging; en de uitvoer van het zo broodnodige graan wordt onmiddellijk stopgezet. En werkelijk komt het land er lang zaam maar zeker weer bovenop. Door de overwinning op de Aramada weet de Unie bovendien haar faam in ge heel Europa te vergroten. Zeer tot zijn tevredenheid ziet Ol denbarneveldt zijn verdiensten goed beloond. Bij het doopfeest van zijn jongste zoon in 1590 ontvangt hij van de Staten een z.g. „pillegift" van zeshonderd gulden en een lijfrente van tweehonderd gulden per jaar voor de jonggeborene. Gelukkige start. JJET AANZIEN VAN DE NOOR- DELIJKE Nederlanden stijgt met elke daad van de landsadvocaat. Handig weet hij gebruik te maken van een dreigende onmin tussen Eli sabeth en Henry IV van Frankrijk om de republiek vaster in het zadel ■te helpen. Om zijn plannen echter een ijzeren steun in de rug te geven heeft Olden barneveldt een leger nodig, dat een om een even krachtig figuur gefor meerd is. Deze stok en stut vindt hij in de twintig jaar jongere prins Maurits, die een volkomen politieke onwetendheid paart aan een grote strijdlust. Ondanks deze voor een krijger kenmerkende eigenschap, be zit hij echter ook deugden, waarop zijn meeste broeders in het geweld zeker niet kunnen bogen namelijk: 'n grote kennis van de klassieken en een open oog voor het moderne in zijn tijd. De start van de militaire loopbaan van Maurits is zeer gelukkig. De list van het turfschip van Breda kan slechts uitgebroed zijn in de brein van een strategisch genie. Heel Ne derland ligt op de knieën voor de prestaties van deze volbloed mili tairook Oldenbarneveldt. Deze uitgerekende staatsman heeft waarschijnlijk altijd gehoopt op de militair in de prins te kunnen reke nen. In die eerste jaren vormen zij de ideale combinatie om de Nederlan den groot te kunnen maken. Ver schillenden van hun ambities lopen echter parallel en dit is de reden van hun latere onmin. Georganiseerde verrijking. QLDENBARNEVELDT BESTUURT echter voorlopig nog met vaste hand het schip van Staat en de Ne derlanden varen er wel bij. De stichting van de Oost en West- indische compagnie legt de vrucht bare ondergrond voor wat later de gouden eeuw zou worden. Het parti culiere initiatief in de nieuwe kolo niën wordt van een onderlinge rove rij veranderd in een georganiseerde verrijking ten koste van de inlanders. Tot zo ver weet Oldenbarneveldt voor zijn werken slechts de instemming van de Generale Staten te verwerven. Het bestand met Spanje van 1609, het levensdoel van Oldenbarneveldt, komt de hardwerkende heren slechts met de grote feestdagen krij gen zij verlof Om naar huis te gaan ietwat geforceerd voor. Voor de zo veelste keer dreigt de pensionaris met ontslag en wederom zien de ho ge heren in, dat men nu eenmaal het genie de grootste vrijheid moet ge- ven. De aanvallen blijven echter voort duren. Men verwijt Oldenbarneveldt* van de Franse koning grote sommen geld te hebben ontvangen, om de vrij heid van de katholieken af te kopen. De strenge Calvinisten houden niet van deze verkapte roomse stoutighe den en bedreigen de arme pensiona ris met hel en verdoemenis. Het bestapd wordt echter een feit. De Pro vinciën krijgen eindelijk de tijd de lagen van kunst en cultuur aan te boren»< waaruit het erts voor de gou den eeuw gewonnen zou worden. De boringen mislukken echter en ondei de dikke korst waartoe de wapenstil stand de uiterlijke toestand in de Nederlanden gesteld heeft, komt de modder omhoog van een van de on ver kwikkelijkste godsdienstgeschillen die ons land ooit gekend heeft. /"\P DE TOPPEN der wetenschap is weinig plaats voor eenvoudig geloof. Leiden bezit in die dagen een reeds bloeiende universiteit, waarin de nieuwe dogma's van het Calvinis tisch geloof van verklarende aante keningen worden voorzien. Het is Arminius die omtrent de voorbeschik king een verzachtende mening heeft en voor ieder de mogelijkheid wil openlaten een plaatsje te verwerven. Gomarus zet hier tegenover de on verzettelijkheid van het Calvinisme. Het komt tot een treffen op zeer hoog niveau. Gomarus wil een synode bij een roepen om een veroordeling van deze nieuwe dwaling af te dwingen. Dan kiest Oldenbarneveldt open lijk partij voor Armenius en verbiedt de algemene synode. De verontwaar diging is groot. Het wantrouwen te gen de lands-advocaat, die enkele maanden terug nog connecties met de roomse Spanjaarden trachtte aan te knopen, is groot. JJET IS ONBEGRIJPELIJK ALS men de verandering ziet die deze godsdienstkwestie bij het staat kundig genie wakker roept. Tegen het verzet dat zijn besluit overal in het land ontmoet, stelt de grote staatsman slechts koppigheid en kort zichtigheid. Met zijn scherpe reso lutie snijdt hij zichzelf diep in de vingers. Zijn verbod om de betwiste geloofspunten van de kansel af te behandelen maakt diepe indruk op de massa. Maurits kiest onder druk van de stadhouder van Friesland, Willem Lodewijk, voor het volk. Een gesloten boek. JJOEWEL MAURITS VERSCHIL- LENDE malen volmondig bekent dat de voorbeschikkingskwestie voor hem een gesloten boek is, schaart hij zich volledig achter de theorieën van Gomarus. De waardgelders, die Oldenbarneveldt bij elkaar getrom meld heeft om godsdienstbijeenkom sten desnoods met de blote sabel te beëindigen, worden door de prins naar huis gestuurd. De bondgenoten van de raadspensionaris zien in, dat zijn halsstarrige houding de toestand niet verbetert en dringen aan op concessies. Oldenbarneveldt weigert met de koppigheid van een oude ver blinde man. Hij schrijft een verant woording van een kleine veertig ja ren staatsdienst. Het wordt met hoon gelach ontvangen. In Augustus 1618 krijgt Maurits in de vergadering van de Staten Generaal volmachten, die hem tot volledig dictator maken. On danks vele waarschuwingen ver schijnt Oldenbarneveldt enkele we ken later toch op het Binnenhof. Hij wordt gevangen genomen en opge sloten in de Gevangenpoort, de be ruchte val waarin een halve eeuw later ook de gebroeders De With hun einde tegemoet gaan. Tótaal verwrongen beeld. De enigen, die bij de prins protesteren tegen de onrechtmati ge gevangenneming zijn de Staten van Holland. Het verzoek om vrijla ting wordt echter minachtend ter zij de gelegd. Terwijl Oldenbarneveldt in de Gevangenpoort de slechtste be handeling krijgt, die men zich kan denken, brengen zijn tegenstanders pamfletten in omloop, waarin zij de raadspensionaris afschilderen als een corrupt zwijn, die alles riskeert om er financieel beter van te worden. Eindelijk in Maart 1619 begint het proces. Het wordt geopend door een driedaagse rede van de grijsaard, waarin hij verantwoording aflegt van zijn daden. Zestig maal wordt hij hierna voor de rechters gesleept om hun misselijke aantijgingen te moeten aanhoren. Het doodvonnis komt ten slotte als een totaal vervh-ongen bastaard uit dit proces te voorschijn. Tot het bittere einde. ■TERWIJL IN DEN HAAG het schavot voor deze bijzondere te rechtstelling een extra beurt krijgt, ziet prins Maurits werkeloos toe. De vele aanvragen om gratie legt hij on verstoorbaar naast zich neer. In de nacht van 12 op 13 Mei hoort Olden barneveldt hoe er buiten koortsach tig aan de enscenering van zijn ont hoofding gewerkt wordt. Voor de te rechtstelling plaats vindt, laat meni hem nog een keer voor de rechters komen om het vonnis aan te horen. Voor het laatst probeert hij zijn te genstanders van zijn goede wil te overtuigen. Tevergeefs. De zon staat nog laag boven de gebouwen van het Binnenhof als Oldenbarneveldt naar buiten geleid wordt. Het volk sist van voldoening en hitst de beulen op. Nog een verzoek tot de beulen: maak het kort. Dan is de man alleen mét zijn God en sterft met een gebed op de lippen. Maurits zit op zijn kamer en schrijft zijn neef Willem Frederik die tot het laatst gesmeekt heeft genade voor „recht" te laten gelden, een koude brief, waarin hij hem de voltrekking van het vonnis mededeelt. Late bloem op het graf. J\E VRIENDEN VAN OLDENBAR- NEVELDT zijn verdoofd door de slag die hen getroffen heeft. Eerst in 1622 komt het tot daadwerkelijk ver zet. Een aanslag op het leven van de prins mislukt echter. De daders wor den op het schavot gebracht of vi> ch- ten. Enkele jaren later legt de grootste van de Nederlandse dichters Joost van de Vondel met zijn felle gedich ten een late bloem op het graf van Hollands vader. Dit 's Grootvaar, van wiens deugd geen eeuwen zullen zwijgen Hij deê zijn rechters zelfs het haar te berge stijgen Toen hij ter vierschaar kwam al even welgemoed. Zijn vyand dronk de dood aan zijn onschuldig bloed. (iN VELERLEI VERSCHIJNING y (Foto: v. d. Horst) Opname uit de St. Bartholomeuskerk te Voorhout Qod zelf heeft U een bruiloftslied gezongen En Qij zongt Hem een welkomslied, zo schoon Dat alle vogels van hun nestje sprongen En nu nog zitten te dromen op die toon Jacques Schreurs M.S.C.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1954 | | pagina 6