Elf journalisten verpletterden
13 vroede vaderen met 4-2
De eer van de Raad
m
V'/j JJ J
Onze jongens lachten om
het systeem-Aalders
Mensen die zich
dood werken
DONDERDAG .17 JUNI 1954
DE LE1DSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 1
(Van een objectief redacteur).
Ach, daar stonden „onze jongens"
dan gisteravond in de Leidse Hout;
fier wapperden de snorren in de naar
regen nijgende avondlucht en zacht
trilde de atmosfeer van de ingehou
den energie, die op het punt stond
los te barsten.
En daarnaast stond de Raad; we
zullen volkomen objectief zijn, maar
zelfs de felste voorstanders kregen
tranen in de ogen en vluchtten snik
kend weg om niet getuigen behoeven
te zijn van een verplettering, die als
een gloeiende komeet de arme vroede
vaderen bedreigde.
Leve heer Philipsen, hiep, hiep
Een uitzondering moeten we ma
ken; dit hebben we heel trouwlustig,
huiszoekend en schrijvend Leiden be
loofd: Kloek en onvervaard te mid
den van een moreel gehavend 13-tal,
dat geen vertrouwen meer had in het
systeem-Aalders toen het onze eigen
jongens gezien had, stond daar de
heer Philipsen. Met wakker, maar
bezorgd oog keek hij de schare langs;
hij voelde de verantwoording: slechts
zijn steun kon voorkomen, dat de
Raad helemaal in de kou zou komen
te zitten, maar of hij hem» helemaal
onder dak zou kunnen brengen,
scheen de goede man aan het begin
van de strijd reeds hard te betwijfe
len.
Terwijl burgemeester jhr. mr. Van
Kinschot de partijen naar het mid
den van het veld stuurde, poogde de
Raad het moreel van onze jongens
nog eventjes te breken, door het
aanbieden van misleidende ezeltjes-
mascotten, maar de bloemenhulde
van „onze jongen" Zonderop bracht
weer de juiste sfeer op het veld.
Zelfs de moedige start van de bur
ger vader mocht niet baten.
Raadslid Van Dijk (K.V.P.).... ook
bokser.
O, o, wat werd het daarna span
nend; als een snorrende stoomma
chine vloog onze eigen Korthout over
het veldschooten ging over
(de bal), hetgeen een vergissing was.
Maar nog gaven onze jongens het
niet op; weer kwam er zoiets prach
tigs, dat het ondoenlijk is om 't te be
schrijven en ondertussen draafde de
Raad maar aan; nu ja, ze deden hun
best, maar mentaal, hé, mentaal, tja,
dat was inderdaad niet zo best.
„Toen kwam Jaap.
En wie zager we toen ineens:
Jaap Eleveld deze stond op de
meest verantwoordelijke plaats opge
steld en van zijn spel hing alles af,
zoals hij ons mededeelde, toen hij
ons een doos sigaretten gaf zoals
gezegd, daar zagen we opeens Jaap
Eleveld en toen ineens zagen we hem
niet meer, want met een gezicht
overwinnen-of-sterven baande zich
onze trouwe vriend Schoondergang
een weg over het veld, een spoor van
omgevallen raadslidjes achter zich
latend.
En nog was de spanning niet
voorbij. Oh, nee, het werd nog veel
spannender: Wederom was het Kort-
hout-met-snor-in-opkomst, die zich
ditmaal niet vergiste. Onmiddellijk
werden tribunes afgebroken, messen
getrokken en politie-agenten tegen
hun benen getrapt, zodat het duide
lijk werd, dat er een goal gemaakt
was.
Alweer.
Weer ging het bruine monster rol
len en weer zat iedereen er fel bo
venop.
Toen terwijl het alweer Kort
hout was, die de ontstelde Raad het
nakijken gaf werden wij getroffen
door een tragisch toneeltje. Helemaal
verlaten stond daar de nooit versa
gende heer Zonderop, eenzaam in
zijn doel.
We aarzelen niet om de bestraf
fende vinger ook tegen onze bloed
eigen jongens op te heffen: Dit is
geen teamgeest meer, jongens; je laat
een speler niet helemaal alleen om
zelf leuk mee te doen!
De Raad ere v/ie ere toekomt
zat deze eenzaamheid kennelijk
dwars, want het was een van hen,
die na een poosje de bal eens in de
richting van de heer Zonderop
smeet, zodat hij ook weer mee kon
doen. Heer Zonderop liet zich deze
kans niet ontnemen, rolde een paar
maal over het bruine monster heen
ging haasje-over staan voor de fractie
leider Meester en toen was het pauze.
Hielp niks.
Toen de dapperen (onze
jongens) en de wanhopigen
(de Raad) weer op het
groene tapijt verschenen,
bleek de Raad een mach
teloze poging gedaan te
hebben de bal ook eens op
de andere speelhelft te
krijgen. Heer Van der
Kwaak verdween in het
doel en heer Goslings, die
beter geacht werd in het
doorbreken, kwam in het
veld. Voor onze spil Brou
wer bestond de doorbraak
gedachte van de heer Gos
lings echter zuiver theore
tisch, want al scrimerend
ontnam hem telkens de
bal en wie anders dan de in
boven-topvorm (niet te
verwarren met „boven-
theewater") zijnde Schoondergang,
nam van hem de bal over om als
een hinde naar het doel te huppe
len, waar een huilende wethouder
van Financiën vlug als een jongetje
naar Oegstgeest stuurde om de bal
te zoeken, daar zo'n ding toch nog
altijd geld kost.
Gevaarlijke toestand.
De toestand op het veld werd ge
vaarlijk; de opgezweepte menigte
wilde bloed zien en begon te gillen,
dat ze nooit meer één stem zouden uit
brengen, wanneer de eer niet gered
werd.
De heer Van der Hoeven (P. v. d.
A.) begreep, dat er (nog) hogere be
langen op het spel kwamen te staan
en nam een run; onze jongens namen
De wethouder van Financiën: de toestand is nog lang niet hopeloos.
reeds onze hoop op Beer van Mou-
rik gesteld,- deze man schrijft boeken
zo hadden we gedacht daar moet
dus wel wat inzitten. Nou, en toen
kwam het er uit. Met een beetje fan
tasie kon Beer ons na de wedstrijd
best uitleggen, hoe het precies gegaan
was. maar heus, dat is veel te inge
wikkeld; het zij voldoende, dat er
weer een doelpunt bij was, daar gaat
het tenslotte maar om.
En terwijl onze jongens alles op al
les zetten, om het dozijntje vol te
krijgen, kwam het doelpunt precies
aan de andere kant. Nee, werkelijk
niet, niemand kon er wat aan doen,
zelfs de Raad niet, het ging heus he
lemaal per ongeluk; de heer Van
Stralen, die het maakte, treft dan
ook niet de minste blaam.
en toen mocht heer Zonderop eindelijk weer meedoen. Een progres
sieve doorbraak van de heer Meester, bracht zowel hem als de bal in grote
moeilijkheden.
Onze eigen Schoondergang in
boven-top-vorm.
het te gemakkelijk op kom, kom,
jongens, zo komen jullie er niet
en fractieleider Meester wist nog net
langs de heer Zonderop heen de bal
ill het doel te frunniken.
Waren onze jongens nu terneerge
slagen?
Helemaal niet!
Nu hadden wij van het begin af aan
'proberen", opende voor de Raad
kennelijk een geheel nieuw gezichts
punt.
Dokter Liebenstein mocht van de
heer Coers de toezegging van 225,
recette voor zijn Mythylstichting in
ontvangst nemen en dankte hier recht
hartelijk voor.
En zo kwam het einde van deze
onvergetelijke avond. Onze jongens
hebben gegeven, wat zij hadden en
wij zijn ontroerd over hun offers en
kijken een gegeven paard niet in de
bek. Maar nog is de' top niet bereikt;
nog zal er gestreden, geleden, geof
ferd moeten worden. En dan het vol-
gend jaar.... wacht af Gemeente
raad en beef, wanneer de K.N.V.B.
maar eerst eens de prof.status aange
schaft heeft.
KRONUS.
Rijks steun aan bouw
tehuizen voor bejaarden
Het Rijk gaat ook aan particulieren
geldelijke steun geven voor de bouw
van bejaarden tehuizen.
De bouw van deze tehuizen werd
tot dusverre door het Rijk alleen fi
nancieel gesteund ingevolge de wo
ningwet. Dit wil zeggen, dat alleen
voor bejaardentehuizen, gebouwd
door gemeenten en woningbouwcor
poraties rijksbijdragen werden ver
leend.
Thans zullen ook particulieren
voor de bouw van zulke tehuizen gel
delijke steun van het rijk kunnen
krijgen. Door wijziging van het pre
mie- en bijdragebesluit woningbouw
zullen namelijk evenals dat voor
woningen reeds het geval was
voor de bejaarden tehuizen z.g. pre-
miën kunnen worden toegekend.
De premie zal, al naar gelang van
het tehuis een, twee, drie of meer
'bouwlagen bevat 1.5Ü0.1.325.
of 1.400,per te huisvesten bewo
ner bedragen. Boven de premie wordt
een toeslag voor grondkostengegeven,
die afhankelijk is van de groep,
waarin de gemeente van vestiging is
ingedeeld. Deze toeslag bedraagt
ƒ325,—, ƒ170,— of ƒ120,—. Voorts
wordt nog een funderingstoeslag ver
leend ingeval de fundering zwaarder
is dan normaal.
Voor de tehuizen, die eigendom zijn
van rechtspersonen en die door dezen
zonder winstoogmerk worden ver
huurd, kunnen, behalve de premie-
jaarlijkse bijdragen van rijkswege
worden verkregen.
De verlening van deze bijdragen
heeft ten doel een lagere huurprijs
mogelijk te maken. Ook voor zelf
standige woningen voor bejaarden,
waarvoor als zodanig premiën zyn
verstrekt en die door rechtspersonen
worden verhuurd, kan de jaarlijkse
bijdrage worden toegekend.
De jaarlijkse bijdrage bedraagt
ƒ50,— per woonvertrek in een te
huis of per zelfstandige woning en
wordt voor de duur van vijftig jaar
verleend.
Heel anders was het even later.
Daar maakte vriend Vos een juweel
van een goaltje en enkel, omdat die
jongen nou een beetje verkeerd
stond, werd deze prestatie afgekeurd.
Nee als men zo kleingeestig is, als
men op dergelijke futiliteiten gaat
letten, kunnen onze jongens niet tot
glanspunten komen: zoiets breekt het
moreel.
Gelukkig was het kort daarop af
gelopen.
Beterschap beloofd.
In het „Gulden Vlies" werd daar
na een na-beschouwing gehouden.
Ernstig vermaande de heer Coers de
gemeenteraad toch een andere koers
te gaan varen, hetgeen schuldbewust
beloofd werd.
Bescheiden glimlachend nam de
heer Zonderop het trophee in ont
vangst en wat belangrijker was, de
11 pakjes sigaretten, door een sport-
minnaar beschikbaar gesteld.
Ontroerd dankte heer Zonderop en
wederom beloofde de heer Piena een
nieuw systeem; de interpellatie-!
Questro „laten we het eens op sokken
...en daar vond fractieleider Meester
(P. v. d. A.) nog juist een klein
gaatje.
De „Grote Kardinaal" op Mostra '54
Na maanden van voorbereiding
binnenshuis begint „Mostra '54"
thans voor iedereen zichtbaar te wor
den. Sinds enige dagen wordt er in
het Museumpark te Rotterdam on
der hoogspanning gewerkt aan het in
orde brengen van het terrein, het
maken van voetstukken voor de
beelden, het omvormen van de toe-
gangsbrug tot een speciale toegangs
poort enz.
De eerste inzending beelden is in
middels in Rotterdam aangekomen,
nl. die van de Parijse Italiaan Berto
Lardera. De werken van Giacomo
Manzu zijn onderweg en komen de
zer dagen aan. De overige beelden
arriveren ongeveer 18 Juni in Rot
terdam met een camion, die op de
heenreis de Nederlandse inzending
voor de Biënnale te Venetië vervoer
de. Deze practische vervoersgelegen-
heid werd door het Ministerie van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschap
pen geboden, dat ook op andere wij
ze het initiatief van de Rotterdam-
sche Kunstkring voor deze tentoon-
PARLEMENTAIR INDUSTRIE-
BEZOEK.
De ontwikkeling, welke de Neder
landse industrie in het bijzonder ge
durende de laatste jaren kenmerkt
en de belangstelling, welke hiervoor
bij de Nederlandse volksvertegen
woordiging bij voortduring bestaat,
hebben het Verbond van Nederlandse
Werkgevers, het Centraal Sociaal
Werkgevers-verbond, het Katholiek
Verbond van Werkgevers-vakvereni
gingen en het Verbond van Prot>Ghr.
Werkgevers in Nederland er toe ge
leid, de leden van de Eerste en Twee
de Kamer der Staten-Generaal uit te
nodigen om van 610 September a.s.
een aantal industrieën te bezoékeri"
Met grote erkentelijkheid -maken
de verbonden er melding van, dat
95 Kamerleden deze uitnodiging heb
ben aanvaard.
stelling krachtig steun geeft.
De officiële opening van „Mostra
'54" heeft Zaterdag 26 Juni a.s. om
15 uur plaats in aanwezigheid van
vele Italiaanse en Nederlandse auto
riteiten, alsmede van verscheidene
der kunstenaars, o.a. Manzu en Pepe.
De heer K. E. Schuurman, Conser
vator van het Gemeente-Museum te
's-Gravenhage zal bij die gelegen
heid een inleiding houden over de
betekenis van de hedendaagse Ita
liaanse beeldhouwkunst en de ge-
exposeerde werken.
Op bijgaande foto ziet men de
beeldhouwer Giacomo Manzu helpen
bij het inpakken van de beroemde
„Grote Kardinaal", die per speciale
gelegenheid naar „Mostra '54" komt.
In alle beschaafde landen, vooral in
die gebieden met sterke industriali
satie, neemt het aantal personen die
„te hard slijten" hand over hand toe.
Het zijn vooral de leidinggevende
figuren uit het bedrijfsleven, bij wie
de z.g. manaAr-ziekte zich open
baart. Veel memnen uit de beroeps
groep sterven reeds op middelbare
leeftijd.
Blijkbaar is het niet erg gezond
steeds belangrijke beslissingen te
moeten nemen temidden van rinke
lende telefoons, omringd door secre
taressen met stapels in- en uitgaande
post, tussen ingewikkelde personeels
kwesties, termijnen van leverings
contracten, beperkende overheids
maatregelen en verstrekkende calcu
laties.
De directeuren, fabrikanten, be
drijfsleiders en procuratiehouders
werken veelal onder te hoge druk.
Naast deze overbelasting in het be
roep staat maar al te vaak een groot
gebrek aan vrije tijd, zodat de mo
gelijkheid zich te ontspannen ^n zich
van vermoeienis te herstellen in on
voldoende mate aanwezig is.
De eerste verschijnselen van de
„manager"-ziekte worden meestal
niet door de patiënt zelf, maar door
zijn omgeving opgemerkt. Het betreft
dan een toestand van nerveuze uit
putteling en van geestelijke over
prikkeling.
Pas daarna vertonen zich door
gaans de meer lichamelijke sympto
men, die hoofdzakelijk worden ver
oorzaakt door ziekelijke afwijkingen
aan hart en bloedvaten. En deze af
wijkingen zijn het, die in de regel
voor de vroegtijdige dood verant
woordelijk moeten worden gesteld.
Andere beroepen
Nu men in verschillende landen
oog heeft gekregen voor de „mana-
ger"-ziekte, is het gebleken, dat ook
personen, werkzaam buiten het be
drijfsleven, door dit lijden kunnen
worden getroffen.
Dat behoeft geen verwondering te
wekken, want er zijn wel meer be
roepen waarin meer van de mensen
wordt gevraagd, dan zij o-p den duur
kunnen geven.
Men kan het ook anders stellen
en hier ligt tegelijk de sleutel van het
geheim hoe deze ziekte kan worden
voorkomen er zijn wel meer be
roepen waarin de mensen eisen aan
zichzelf stellen, waaraan zij op den
duur niet kunnen voldoen.
Ook bij vooraanstaande politici en
bij hoge ambtenaren blijkt deze
„ziekte der verantwoordelijkheden"
voor te komen. Bij de medici zijn het
vooral de huisartsen, die aan de
„manager"-ziekte ten offer vallen.
Enige leefregels
Dr. O. Graf, verbonden aan het
Max Planck-Instituut voor arbeids-
physiologie te Dortmund, die uitge
breide onderzoekingen op dit gebied
heeft verricht, geeft als oorzaken
voor de „manager"-ziekte op: con
stante overbelasting, gejaagdheid bij
het werk en gebrek aan ontspanning.
Ter voorkoming van deze levens
bedreigende toestand worden de vol
gende maatregelen aanbevolen: da
gelijkse licht lichamelijke inspanning,
evenwicht tussen voedselopname en
energieverbruik, innerlijke onrust so-
veel mogelijk vermijden, nachtrust
van minstens acht uren per etmaal.