De reis van Prins Bernhard Burgemeester klaagde over medewerking hogere instanties Een lamp voor H. M. de Koningin In „St* Ursula" te Nieuwveen »Dat li ons zou komen bezoekent hadden we niet durven vermoeden« DONDERDAG 20 MEM954 DE LEIDSE COURANT In Nieuwveen, waar de koninklijke stoet tegen twaalf uur arriveerde, werd de vorstin begroet door burge meester J. A. Bakhuizen. Het belang rijkste punt van het programma was hier een bezoek aan Huize „St. Ur sula", een katholiek internaat voor schoolgaande imbeciele jongens en meisjes, aan welke inrichting de pio nierster op het gebied van onderwijs aan imbecielen, zuster Paula, onlangs een koninklijke onderscheiding ont ving. Een woord van welkom werd ge sproken door rector J. A. Slijkerman, voorzitter van het bestuur der in richting, die een woord van dank sprak voor de eer van dit hoge be zoek. Wij weten allen, zo zeide spre ker, dat U altijd meeleeft met het lief een leed van Uw volk, maar we had den niet durven vermoeden, dat U mét een persoonlijk bezoek zou ver eren, een huis, waarvan de zorgenkin deren intellectueel zo arm zijn en voor de gemeenschap zo weinig kun nen bereiken. Spreker was overtuigd, dat dit bezoek een spoorslag zou zijn voor allen, die hun beste krachten wij derf aan deze kinderen, om ver lichting te brengen in de zorgen van zovele ouders. Toespraak van zuster Virginea. Bij deze ontvangst waren, o.m. aan wezig: de moeder-overste, zuster Bo- nifacia, zuster Paula en zuster Con cordia. Verder pastoor Schretlen, ka pelaan Van Paassen en de gemeente secretaris, de heer J. J. Roovers. Zuster Virginea, hoofd van de St. Ursula-school, hield daarna de vol gende toespraak tot koningin Juliana: Mevrouw, Dit internaat met de daaraan ver bonden school is bestemd voor wat men „imbecielen" pleegt te noemen. Dit zijn kinderen waarvan het I. Q. ongeveer tussen de 30 en "60 is ge legen. Op grond van.deze beperkte intelligentie zijn deze kinderen niet in staat een school voor gewoon lager onderwijs te volgen. Het zijn echter ook geen idiote kin deren, die niet te onderwijzen en op te voeden zijn. Een imbeciel is in ze kere zin opvoedbaar en kan ook nog heel wat leren. Als voornaamjste doel van deze school moet de gedragsvorming be schouwd worden; met onze christelij ke levensovertuiging als uitgangs punt en als doel, trachten wij dit kind te leren zich ordelijk, netjes en over eenkomstig de wellevendheidsnor men te gedragen. Verder neemt hier handenarbeid en ook de lichamelijke opvoeding een belarigrijke plaats in. Het lichaam in het algemeen en de hand in het bij zonder zijn als het ware het aangrij pingspunt voor de opvoeding van en het onderwijs aan imbecielen. Met behulp van talrijke leermidde- n wordt vervolgens getracht dit kind zintuigelijk te vormen, met na me zijn oog, oor en tastgevoel te ont wikkelen. En met de vorming van hand, oog en oor als basis pogen we dan het beperkte verstand voorzover moge lijk te ontwikkelen. Deze verstande lijke ontwikkeling omvat o.a. het le ren lezen, schrijven en het leren op lossen van eenvoudige rekenkundi ge vraagstukjes. Ten slotte heeft deze school tot taak het oudere kind te leren nuttige ar beid te verrichten. De meisjes oefe nen zich in huishoudelijke arbeid en jongens in arbeidsvormen als: boekbinden, pitrietwerk, houtarbeid, matten maken, weven enz. Bliksembezoek aan Zevenhoven Voor het gemeentehuis van Zeven hoven, waar de stoet slechts drie mi nuten stilstond, was het een gewel dige drukte. Behalve de burgemees ter, de heer Detmers, de wethouders, leden van de raad, het gemeenteper- soneel, de ouden van dagen en de ge- coreerden, stond er de gehele school jeugd, uitgedost met oranje en wui vend met kleine vlaggen. Koningin Juliana verliet de auto niet, maar men had een kleine ten toonstelling ingericht, welke van de wagen uit goed te zien was. Op deze kleine expositie werd duidelijk ge maakt, dat Zevenhoven' leeft van de veeteelt en de landbouw. De levende have, een aantal kippen, verbaasden zich over de drukte maar tokkelden naar hartelust mee. Peter Detmers, een zoontje van de burgemeester, en Sjaantje de Groot, en dochtertje van de wethouder, bo den het geschenk van de gemeente aan: een „hijs" rookvlees, keurig ver pakt en voorzien van oranj estrikken en een kleine, tractor met een schijf- egge. Enige ogenblikken na aankomst vertrok de stoet alweer in de rich ting Nieuwveen. De opvoeding tot arbeidzaamheid is belangrijk, ook voor dit kind. Ook voor het levensgeluk van de volwas sen imbecil is arbeid een zegen en werkeloosheid een vloek. Hiermee heb ik in het kort het doel van deze school omschreven en wij prijzen ons gelukkig, dat U dit in ternaat met een bezoek wilt vereren. Na deze toespraken maakte konin gin Juliana een korte rondgang door het instituut. Voor Marijke In Huize „St. Ursttla" te Nieuw- t veen, ging men even buiten het vastgestelde programma, toen enkele kinderen spontaan een l pop aanboden met de woorden: „Astublief koningin, voor Ma rijke" In dezelfde gemeente hield de stoet nog even stil voor „Ons Belang" waar een kleine exposi- tie van zuivelproducten was in- gericht, die werd opgeluisterd met boerendansen. Onder de grauwe Hollandse luch ten snelde de stoet van Prins Bern hard odor het Hollandse meren- en Rijndistrict. Zijn eerste bezoek goldt te Woerden het depot retourgoede ren, van het directoraat materieel landmacht. Hier bezichtigde de Prins de wasserij, de schoenmakerij, de chemische wasserij en de naaikamers, waar het lijfgoed en de uniformen van de landmacht worden hersteld. Hij werd voorgelicht door de majoor intendant D. M. L. hoofd van het depot J. A. Collard en de kapitein der militaire administratie J. H. Klapdoor. Ook de burgemeester van Woerden, de heer H. H. C. Vos maak te dit bezoek mee. Van Woerden ging het in snelle vaart naar Bodegraven, waar een minder prozaisch bezoek de Prins wachtte. Burgemeester mr. J. J. Cro- les, stond daar gereed bij de ingang van Turkenburgs Koninklijke Zaad- handel om tezamen met de heer P. Turkenburg en diens mededirecteu ren de Prins in te lichten over dc geheimen van de zaadteelt. Aan de Prins werd bij deze gele genheid een tuinbouwdoos aangebo den ten behoeve van prinses Mar griet die een prijs heeft gewonnen voor een van de mooiste kindertuin tjes te Baan. Deze doos bevat een boekje „Jeugd en Bloemen" en ver der groentezaden, bloemzaden, steek- etiketten, blocmenprikkers, bloemen- schikkers, bloembinddraad, gekleur de raffia, tuinbouwpotlood, kunst mest voor de bloemen, en verder een bloemenvorkje, een vetplantschopje en een wiedvorkje. Als bijzonderheid kan nog vermeld worden dat zich bij de verzameling een nieuw tuinbonen- ras, genaamd „Emma", genoemd naar de overgrootmoeder van prinses Mar griet, bevond. Te Alphen aan den Rijn gaf in de raadszaal burgemeester Ed. D. Wit- schey een uiteenzetting over de ont wikkeling van zijn gemeente als dustriëel centrum (zie elders). Na -he uiteenzetting zeide prins Bern- 'lard: „Dank U zeer'burgemeester, U ïebt geen blad voor de mond geno men''. In Bodegraven maakten drie kinderen hun opwachting. ging, dat bij de door de Landsrege- aandeel zou kunnen hebben in de Prins Bernhard te Alphen a.d. Rijn Nadat de prins bij aankomst te on geveer 11.15 uur op het raadhuis te Alphen aan den Rijn begroet was door burgemeester Ed. C. Witschey in de fraai versierde raadszaal gaf de burgemeester een beknopte uiteen zetting van de ontwikkelingsgang van zijn gemeente naar industrialisatie en belichtte de daarmede verbonden problemen. Bij deze uiteenzetting waren tegenwoordig de wethouders C, M. Deerenberg, A. J. Dekker. J. v. d. Berg en G. Nijman, de voltallige raad, vertegenwoordigers alt indus triële kringen en van de plaatselijke middenstand. Burgemeester Witschey wees ter inleiding op de zeer bijzondere bete- releveerde de burgëmeester enkele belangrijke passages uit het Econo misch Technologisch Instituut-rap port, waar gozegdi wordt, dat de in dustrie een belangrijk arbeidsschep- pend element in Alphen aan den Rijn vormt. Hoewel de industriële structuur een zeer gevarieerd beeld toont, zijn een drietal bedrijfstakken, t.w. de steen- en cementwarenindus- trie. de papier en grafische industrie en de metaalnijverheid van bijzonde re beteekenis. O rwegend primair zijnde, n.l. voor ruim 84 pet., is zij voor de inkomensvorming ter plaatse uitermate belangrijk. De middenstand heeft een verzor gend karakter en vervult teyens een J streekfunctie waarbij het evenwel de kenis van deze dag waarop Alphen invloed van grotere centra als Lei- aan den Rijn de eer te beurt valt de den en Gouda niet heeft kunnen uit- Koningin en de Prins binnen zijn schakelen. grenzen te mogen hebben, een feit dat tot nu toe nog niet gememoreerd kon worden, en nu de gemeente tot grote voldoening strekt. Na een beknopt -historisch over zicht te hebben gegeven van het ont staan van Alphen aan den Rijn, dat zijn naam waarschijnlijk dankt aan de Romeinse nederzetting Albiniana, De Koninzin nroeft van de kaas. Wat de iandbouw aangaat kan worden opgemerkt dat de beschik bare cultuurgrond in hoofdzaak veengrond voornamelijk gebruikt wordt voor weidebouw. De veedicht heid is betrekkelijk hoog, zelfs iets hoger dan het gemiddelde voor ge heel Rijnland en zelfs groter dan in de Krimpenerwaard, een der belang rijkste weidegebieden van ons land; de bezetting bedroeg in 1947 gemid- meld 183 stuks per 100 h.a. De zelfkazerij is in het -gebied nog van grote betekenis; in 1946 en 1947 was b.v. de productie nog boven het gemiddelde van het gehele gebied. Vervolgens besprak de burge meester de wegen en de nieuwe brug gen. De afgelopen 5 jaren vorderden de aankoop van industrieterreinen, wegenaanleg, bruggen-, huizen- en scholenbouw, benevens noodzakelij- j ke verzwaring van de netten van gas, water en electriciteit een uitgave van totaal 10.100.000. Een onlangs opgemaakt urgentie plan voor de jaren 1954 t/m 1958, waarop uitgaven voorkomen voor een tehuis voor bejaarden, bouw van scholen voor gewoon- en b.g.l. onder wijs, en kleuterscholen, uitbreiding van het te kleine bospark, aanleg van sport- en recreatieterreinen, sloot- demping, aankoop van industrieter reinen en het bouwrijp maken daar van, krotopruiming, woningbouw, wegenaanleg, enz. sluit met een be drag van rond f 16.000.000.—. Het noodzakelijke havenplan is hierin nog niet verwerkt, terwijl er evenmin sprake is van bijzondere behartiging van het zo belangrijke jeugdwerk. Zowel dit feit, als de omstandig heid, dat de hier werkende bestaande industrie zal moeten blijven beschik ken over een voldoend aantal .ar beidskrachten, terwijl bij de ver wachte toeneming van de bevolking tot ongeveer 25.000 in 1960; 27.000 in 1970 en 30.000 in 1980 behoorlijke be staansmogelijkheden zullen dienen te .worden nagestreefd en de overwe- ring voorgestane industrialisatiepoli- tiek de factoren, welke zich bij indus trievestiging doen gelden, in Alphen aan den Rijn buitengewoon gunstig zijn, onderstrepen overduidelijk de noodzaak van uitbreiding van be staande en vestiging van nieuwe in dustrie. Alleen hierdoor kan de snel groeiende bevolking van de gemeen te zelf en van het omringende plat teland voldoende worden opgevan gen. Daarbij gaat het ten deze niet om een wenselijkheid, maar om een bittere noodzaak, een plicht. Op suggestie van de Centrale Di rectie van Volkshuisvesting werd in Februari 1951 aan Gedeputeerde Sta ten uitvoerig gemotiveerd verzocht Alphen aan den Rijn met het oog op woningtoewijzing aan te merken als .bijzonder ontwikkelingsgebied". Ruim 2 jaar bleef het antwoord uit en toen volgde in 5 regels een afwij zing.... Natuurlijk ondernam de ge meente opnieuw stappen en nu we ten wij dan sinds Februari 1954, dat Gedeputeerde Staten het gewenst achten met een industrieel bestem mingsplan voor de gehele provincie te komen, waarop men hier dient te wachten Toch is de industrialisatiepolitiek van de Regering niet van de laatste jaren! Is er dan wel voldoende sa menspel ten deze? Moet de bestaan de industrie dus nóg langer wachten voor zij wordt geholpen en moeten de grote kapitalen met goedkeuring van G. S. voor industrialisatie aange wend, maar renteloos blijven? Terwijl bepaalde industrieën hier werkkrachten tekort komen, wilden de Staatsmijnen pogingen aanwenden am mensen uit deze gemeente weg te halen. Klopt dit nu wel helemaal? Dit alles overziende kan spr. de si tuatie voor Alphen aan den Rijn in het kader van het samenspel tussen verschillende instanties weinig be vredigend en in menig opzicht be paald teleurstellend noemen. Na een kort pleidooi van de heer W. H. van Oordt als voorzitter van de industriële club voor de belangen van de Alphense industrieën haar vermeerdering uitbreiding en ont plooiing, gaf de heer W. Samsom, di recteur van de drukkerij en uitge versbedrijf N. Samsom N.V. te Alphen aan den Rijn, uiting aan een gedach te die sedert korte tijd bij zijn on derneming leeft en welke wellicht bij verwezenlijking een belangrijk verruiming van de woongelegenheid. Deze gedachte namelijk dat de be woner, de werknemer in casu, in dier voege aan de tot standkoming van woningen deelneemt, dat hij door spa ringen langzamerhand eigenaar wordt van de woning. Deze vorm is niet nieuw, zij is in deze gemeente op be perkte schaal in het verleden toe gepast, aldus de heer Samsom. Deze vorm verdraagt zich het best met de coöperatieve gedachte, die gezamen lijke deelneming inhoudt. Toepassing is evenwel moeilijk zolang er zulk een groot onrendabel deel bouwkos ten is. Het ligt naar de mening van de heer Samsom in de rede, dat zo als de overheid premie geeft, de be trokken industrie daarnaast instaat voor de onrendabele kosten. Een be staande .bouwvereniging, of wel een nieuwe, welke zich deze taak aan trekt, lijkt hiertoe nodig, opdat er een instantie met eigen bevoegdheid zij, die enerzijds de industrie, ander zijds de woningbehoevenden helpt, beiden met inzet van de voorhanden draagkracht. Foto's Koninklijk bezoek van N. van der Horst Vraaggesprek. Z. K. H. de Prins aanvaardde de uitnodiging van de industriële club om door middel van een vraaggesprek van gedachten te wisselen over de huidige problemen waarvoor de ge meente Alphen aan den Rijn zich ge steld ziet ten aanzien van de indus trialisatie, zoals van hoger hand is opgelegd en het benauwend woning probleem, dat een van de belangrijk ste belemmeringen op deze weg vormt. Naar een dakpannenfabriek. Na beëindiging van de bijeenkomst ten raadhuize bracht de Prins te on geveer 11.50 uur met zijn gevolg een hezoek aan de N.V. Dakpannen- en Kleiwarenfabrieken v.h. D. van Oordt en Co., waar de Prins werd begroet en rondgeleid door de directeur, de heer W. H. van Oordt. Hierbij waren o.m. tegenwoordig de heren H. K. M. Simons, bedrijfsleider, W. S. v. d. Meent, procuratiehouder, ir. G. J. Lambert, commissaris en mr. F. A. des Tombes, commissaris. Deze in dustrie is in haar genre een van de meest moderne van Alphen aan den Rijn. Na bezichtiging van het bedrijf van de N.V. Dakpannen- en Kleiwaren fabrieken v.h. D. van Oordt en Co., waar de Prins zich belangstellend liet voorlichten omtrent de by zon derheden, begaf Z. K. H. zich langs de reeds eerder door ons vermelde routes, naar N. Samsom N.V. Uitge versbedrijf. Bij de toegang tot het hoofdge- bouw werden de Prins en zijn gevolg verwelkomd door de beide directeu ren, de heren N. en W. Samsom. Na dat in de ontvangsthal de overige le den der directie en de directiesecre taris de heer C. van de Griend, wa ren voorgesteld, gaf de heer J. F. Samsom een korte uiteenzetting over de taak en de opbouw van de onder neming. De heer Samsom illustreerde zijn uiteenzetting op de „Ideograaf". Dit is een hulpmiddel, dat bij de instruc tie op allerlei gebied (onderwijs, op leiding van! personeel in bedrijven) in de toekomst ongetwijfeld een gro te rol gaat spelen. De Ideograaf is in principe eigenlijk niet anders dan een met ruig donkergroen flanel be kleed bord. De firma Samsom stelt speciaal geprepareerd papier ver krijgbaar (in zes kleuren), dat zon der meer op het flanel blijft kleven. Na deze uiteenzetting werd de ponskaartendienst bezichtigd. Een der directeuren, de heer mr. R. H. Samsom, gaf hier een toelichting op de gang van zaken en de werking van de inderdaad zeer vernuftige Hollerith-machines. Tenslotte bezocht Prins Bernhard het toonzaalgebouw (het oude „Over- post", vroeger o.a. secretariegebouw van Alphen, in 1951 geheel gerestau reerd). Enkele jaren geleden zijn er toonzalen ingericht met het doel de cliënten zo volledig mogelijk te kun nen voorlichten omtrent de verkrijg baar gestelde artikelen. De verdeling in drie verkoopsectoren manifesteert zich in het toonzaalgebouw hierin, dat er drie afzonderlijke zalen zijn ingericht, resp. voor de gemeente administratie, de ondernemingen en het onderwijs. De bijzondere aandacht van Z.K.H. werd gevraagd voor een kleine ex positie van geselecteerde uitgaven op bestuursrechtelijk gebied uit het om vangrijke boekenfonds van Samsom. Voorts stonden enkele interessante toepassingen van de Ideograaf opge steld (o.a. een instructief schema van goodwill-reis van Z.K.H. naar Mexico). In de toonzaal voor het on derwijs viel vooral op de kleine ten toonstelling van verkeersuitgaven en -leermiddelen, die beogen onze Ne derlandse jeugd de zo nodige ver- keerskennis bij te brengen. Voor de prinsessen werd hier een charmant verpakt exemplaar van de serie lees boekjes „Loekie" (geschreven door het Alphense schoolhoofd P. Stoutha- mer) aangeboden. De heer W. Samsom dankte ten slotte de Prins voor zijn bezoek en bood hem een luxe editie van het standaardwerk „Nederlands Be stuursrecht" aan. Na deze rondgang wachtte de Prins in de cantine een ontvangst door de Industriële Club van Alphen aan den Rijn, waarbij alle leden vertegen woordigd waren. De Prins mengde zich hier in een ongedwongen ge sprek met de onderscheidene Alphen se industriëlen en liet zich in details voorlichten over algemene en locale industriële vraagstukken. Nadat intusr H. M. de Koningin ten raadhuize was gearriveerd en door burgemeester Ed. C. Witschey begroet, werd de Prins aan de cantine van N. Samsom N.V. door de burge meester afgehaald. Het gezelschap begaf zich vervolgens te voet naar het Raadhuis waar hij zich bij de Konin gin voegde om vervolgens naar „Avi fauna" te vertrekken. Bij het bezoek van de Koningin aan Nieuwkoop werd haar vanmorgen deze smeedijzeren sche merlamp aangeboden Korte bontjas De Koningin was gekleed een korte sabelbontjas, een zwart mantelcostuum, zwarte schoenen, zwarte handschoenen en licht- blauw-groen hoedje. De Konin gin was in gezelschap van me- vrouw N. SmittAvis, haar par ticulier-secretaresse en kapitein luitenant ter zee G. J. Stegeman, adjudant van H.M.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1954 | | pagina 5