Charles Matla gaf Nederland het nummer „vaten-springen" Bevend ontving A'dams rechter hongerige Hilversumse kannibaal JONGLEUR EN EVENWICHTSKUNSTENAAR Gewaagde toeren Repeteer ik nooit! van de week ZATERDAG 13 MAART 1954 DE LE1DSE COURANT TWEEDE BLAD - PAGINA 1 AGENTEN van levens- verzekf.rings-maat- schappijen zijn er over het algemeen erg vlug bij, als er iets valt af te sluiten, maar hoe uitnodigend de deur van Andreas Bonn- straat la te Amsterdam ook openstaat, ze denken er gewoon niet aan, om daar eens naar binnen te stappen. Charles Matla, bij velen misschien be kend als „Charles op de bal" behoort tot de wei nige Nederlanders voor wie de mannen uit het verzekeringswezen niet de minste belangstelling heb ben, althans beroepshalve niet. Want 's avonds in het theater of bij een feesten de vereniging zullen ze van dezelfde Charles in extase raken, omdat hij een bekwaam jongleur en een acrobaat van klasse is! Charles Matla, een goe de veertiger, die er tien jaar jonger uitziet is een kleine beweeglijke man. Aan zijn manier van lo pen kan men al zien dat hij iedere dag met zijn spieren in de weer is. Hij is aal vlug en zijn athleten- figuur verraadt direct de krachtpatser, die in het dagelijkse leven erg zuinig op zijn lichaam is. Gedurende zijn 24-jarige artiesten loopbaan heeft hij in alle landen van West Europa en de Balkan op de' planken gestaan en hij was ook de eerste Nederlander, die in Australië op het toneel verscheen. In al die ja ren heeft hij geen sigaret gerookt, geen borrel gedronken en steeds een door hem zelf uitgestippelde voe dingswijze gevolgd, omdat een acro baat zich ook geen buikje kan per mitteren. Hij voelt zich gelukkig in zijn vak en als een zware tournee achter de rug is, keert hij welge moed naar huis terug, om bij zijn vrouw en vier kinderen te genieten van de huiselijke haard. Tussen de verfbussen Voor Charles definitief in de we reld der beroepsartiesten verdween, werkte hij enkele jaren bij een schil der. In zijn vrije tijd beoefende hij de sport, waarbij worstelen en ge- wichtsheffen de grootste aantrek kingskracht op hem uitoefenden. In het schildersbedrijf kwam hij in aanraking met Jan Kusters, die een bijzondere voorkeur voor bok sen had. De twee sportmannen jongens v/aren het eigenlijk nog waren spoedig gezworen kameraden, die iedere wèek aan het passen en meten waren, om te zien wie er nu eigenlijk de grootste spierballen had. Ze bliezen op 'hun duimen en span den hun armep tot ze de overtuiging hadden aan elkaar te zijn gewaagd. Na deze jongensachtige inleiding gingen ze samen allerlei toeren uit denken, die op het terrein van de acrobatiek lagen en speciaal tijdens de seizoenwerkloosheid werd er tus sen de verfbussen in de schilders werkplaats druk geoefend. Al spoe dig toonden ze op een bruiloft hun kunsten, waarvan de feestvierders zó in verrukking raakten, dat de aan komende artiesten als aipateurs gin gen optreden bij allerlei uitvoerin gen. Het gevolg hiervan is geweest, dat Charles Matla en Jan Kusters alle bei beroepsartiest zyn geworden. Harde leerschool Tegenwoordig gaat het allemaal erg gemakkelijk, maar een jaar of vijf en twintig geleden moest je als acrobaat en jongleur een harde leer school doormaken. Charles heeft die gehad bij een Hongaars gezelschap „The Leyghtons", waarmede hij drie jaar door Europa heeft gezworven. De baas en zijn vrouw waren voor hem als een vader en moeder. Met St. Nicolaas en Kerstmis kreeg hij cadeautjes, maar ten aanzien van het vak waren ze spijkerhard. Als men Charles nu zijn mening vraagt, vindt hij, dat ze 'het te mooi deden. „Om een voorbeeld te noe-< men", zegt hij, „ik moest op een pers staan. Dat is een mast, die werd vastgehouden door een man op een grote bal. Boven op die mast was 'n klein vlak, waarop ik moest staan. Gewoon staan op m'n voeten. Met mijn hoofd hing ik bijna in de nok van het circus. Dat was nou iets, waar een vakman van griezelde. Maar voor het publiek zei het veel meer, wanneer ik boven in de mast op mijn handen ging staan. En toch is dat veel gemakkelijker. Als je bemerkt, dat de man beneden een klein tikje uit balans gaat, trek je het zo weer bij. Als je op je voeten staat, is dat duizend maal moeilijker Tegenwoprdig zou je zeggen. Als je met een minder moeilijke toer veel succes kan oogsten, dan ga je geen waagstuk uithalen, waarin niemand iets ziet. Maar mijn baas redeneerde zo niet. Het vak ging bij hem voor op en daarom heb ik een beste leer school gehad. Op de transportfiets Ongeveer 21 jaar geleden begon Charles zelfstandig te werken, waar bij hij zich naast de acrobatiek ook toelegde op jongleren. Hij had zijn leerlingjaren achter de rug. Heel Europa had hij gezien, maar er was geen geld in het laadje. In zijn ouderlijke woning te Den Haag be gon hij zijn nummer jongleren op een bal in te studeren en na kor te tijd kreeg hij een engagement in Amsterdam. Geld voor de trein was er niet. Op een geleende transport fiets met voorop de bal en op de ba gagedrager een koffer met zijn cos- tuums en andere spullen trapte hij naar de hoofdstad, om één week te werken. Toevallig kwam er in die tijd een zekere mijnheer Richard Will, de manager van de beroemde Jack Hylton in het theater en na af loop zocht hij Charles op. Hij zag iets in het nummer. Het was wel niet af, maar dat jongleren op een bal leek 'hem een reuze idee. De zaken waren en geen alcobol vlug afgehandeld en na één week Amsterdam volgde weer drie jaar Europa. Charles in de creatie van „het fuif nummer" op de bal is thans een tot in de kleinigheden verfijnde jong- leer-show. Spectaculair en tevens ge tuigend van een grote behendigheid Het is een nummer, waai-bij de scha terlach niet van de lucht is. Voor vlijtige handen in schoonmaakgetij: Hamea-Gelel (Advertentie) „Met een bal kan ik lezen en schrijven", beweert Charles en wie de montage-foto bekijkt, die hiernaast staat afgedrukt, zal moeten toegeven, dat het geen bluf is. Als het fuifnummer in avondcostuum maakt hij de raar ste capriolen. Het is kolder, maar doe het eens even na Behalve de kolder heeft hij ook een jongleer-programma op de bal. De inzet beneden laat hier van iets zien. Dit soort werk moet bijgehouden worden. Als Charles een paar weken „niets" doet, is hij iedere ochtend aan het oefenen. Het vaten-spring- nummer is hem het dierbaarst. Hij is de enige artiest in Neder land, die dat brengt. Men ziet hem op de foto bezig aan het py- ramidesprong. Een stout staaltje van durf en lichaamsbeheersing. Met de blinddoek voor en de voeten stevig gebonden laat hij het publiek zien, dat het niet een kunstje is, dat iemand in een verloren half uurtje kan leren. Geboren op Scheveningen Het „vaten springen" ligt weer zuiver op het terrein van de acrobatiek. Dit num mer is uniek! „Ja", grinnikt Charles, „dat was een goed idee. Ik kwam erop, toen ik met mijn vrouw en kinderen op vacantie was in Scheveningen. Het was in 1946. De hele vacantie heb i'k er over gepiekerd en soms maakte ik midden in de nacht mijn vrouw wakker om te vragen, wat zij ervan dacht. Dan tekende ik alles uit en twee uur later was ik weer wakker met een ander idee. Ik heb nu vijf vaten van 80 cm. hoogte naast elkaar staan. Zelf ben ik 1.54 m. In flink tempo spring ik alle vaten in en uit. Daarna spring ik 1-3-5 en tenslotte 1-5. Die laatste sptong is de zwaarste. Vervolgens doe ik de pyramide- sprong. De vaten worden trapsge wijs opgesteld. Dit is vooral een kwestie van kracht. De meeste men sen menen, dat het in het afzetten zit. Maai- 't zit in 't .bovenlichaam. Je moet je als het ware uit het vat slin geren. Ik doe deze sprong met de voeten aan elkaar gebonden en een blinddoek voor. En op de centime ter af!" „En hoelang hebt U geoefend voor U dit nummer op de planken bracht?", informeerden wij. „Een dik jaar", antwoordt Char les. „Maar de gewaagde dingen re peteer ik niet. Dat blindspringen „U bent een gemeen stukje mens'., zei de politierechter gistermorgen tegen een 52-jarige veehouder uit Hilversum, terwijl hem (de rechter) de koude rillingen over de rug lie pen en feitelijk had de oordeelvelier het veiliger gevonden, wanneer het beklaagdenbankje omgeven ware ge weest met een stevig traliewerk of minstens met een behoorlijk stukje gaas, want de verdachte, die zich voor vrouwe Justitia moest verant woorden, bleek tot alles in staat te zijn. Een getralied beklaagdenbankje is echter in Nederland een beetje on gebruikelijk en daarom waagde de plaatsvervanger van de rechtspre kende godin zich met ware doods verachting in de nabijheid van deze wildeman, die nog zeer nauwe ver wantschap met natuurlijk volkeren Kinderkunst in „Arti et Religioni moet hebben, waar de naaste nog zo zeer bemind wordt, dat men hem oppeuzelt. Op 22 October van het vorig jaar waren vele veehouders naar de jaar markt te Naarden getogen en in een der café's ontmoette de veehouder een collega. Terwijl men gezellig aan het bo men was, zei de ongelukkige collega iets, wat de kannibaal niet hele maal aanstond. Zijn natuurstaat kwam boven: met een sprong was hij over de tafel heen, hapte en de collega was van zijn halve linkeroor beroofd. Voordat de menseneter zijn maal tijd kon voortzetten, werd hij door Het Nederlands Verbond der Verenigingen „Pro Juventute" houdt van 13 Maart tot en met 4 April a.s. in het gebouw „Arti et Amicitiae" te Am sterdam een internationale tentoonstelling van kindertekeningen naar sprookjes van Andersen. De bedoeling van de tekenwedstrijd, waaruit deze tekeningen zijn te voorschijn gekomen, en die in 1950 werd georganiseerd onder auspiciën van de International Union for Child Welfarp, is geweesi middelen bijeen te krijgen voor het bekostigen van het kinderbescher- mingswerk over de gehele wereld. sfc We zien hier de heer Aldenberg die mede de tentoonstelling helpt ver zorgen bij het ophangen van een serie tekeningen van Japanse kinderen. Probeer het voortaan eens met varkenslapjes" teerhartige omstanders weggetrok ken en de „maaltijd" moest zich ijlings onder dokters handen stellen. De rechter hield zich gistermor gen lange tijd ernstig bezig met de voorkeur, die de kannibaal voor men senvlees schijnt te hebben, want reeds vroeger was hij veroordeeld omdat hij iemand een stuk van de neus en een ander weer een stuk van het oor afgebeten had. De man werd veroordeeld tot 4 maanden onvoorwaardelijk en moest tevens de gemaakte dokterskosten vergoeden. „Wanneer U nu weer trek krijgt", adviseerde de rechter, voordat de man weggevoerd werd", probeer het dan eens met varkenslapjes". Eénrïchtingsweg. Inrijden van deze zijde toegestaan Keren en terugrijden verboden. heb ik op de zolder geoefend en het gevolg was, dat ik met vat en al van de trappen ben gevallen. En dat is altijd zo. Als ik gewaagde dingen re peteer, val ik. Breng ik ze op het to neel, dan gebeurt er niets. Ik heb er de sfeer voor nodig, die uitgaat van een zaal met mensen". Optreden voor kinderen „Ik ben dol op kinderen", zegt Charles, „en daarom heb ik ook een speciaal kinderprogramma opge bouwd. Leuk werk is dat. Mijn eni ge zoon heeft geen zin in het vak van zijn vader. Die leert graag. Van mijn drie dochtertjes is er een bij het kindercircus. Dat wordt mis schien nog wat. Zelf kan ik voorlo pig nog een jaar of tien op volle toe ren draaien. Geen tabak, geen alcho- hol en voorzichtig met etennou dan gaat het wel. Ik begin de dag met gymnastiek, speciaal voor de buikspieren. En dan fietsen. Geen beter middel om je spieren soepel te 'houden dan een fietstochtje. Dat heb ik van de Engelse beroepsvoetbal lers geleerd. Als het mooi weer is, mag ik graag naar Rotterdam rijden. Tien minuten voor het vaten springen ga ik myn spieren losma ken. Meestal breng ik dat nummer na de pauze, zodat er een goede ge legenheid voor is. Als er echter een verloting wordt gehouden, die drie kwartier in beslag neemt, ben ik de sigaar. Dat komt ook wel eens voor". „Het is inderdaad een hard be roep", bevestigt hij. „Ik heb eens met drie gekneusde ribben staan werken. Een flinke pleister erover en het ging net. De vaten hebben me heel wat verband gekost. Ik had eerst houten en bij het oefenen bleef er niets heel aan mijn benen. Later heb ik rieten vaten aangeschaft. Zulke dingen moet je in de practijk leren en een teleurstelling dien je te ver dragen. Ik ben eens op het idee ge komen om op de bal te gaan zaklo- pen. Een half jaar lang heb ik iede re dag uren geoefend en toen ik er mee voor de mensen kwam, maakte het niet de minste indruk. Dat is pech. Maar die vacantie op Schevenin gen is goed geweest. Ik had er geen flauw vermoeden van, dat het vaten springen zo'n overweldigend succes zou worden". Toen we al op weg naar de voor deur waren, schoot ons nog een vraag te binnen: „Waarom noemen ze U in Amsterdam „Charles met de appelen?" „Dat is uit de bezettingsjaren", lacht Charles. „Tijdens de oorlog ben ik niet in het openbaar opgetreden. Om aan mijn kostje te komen, heb ik toen in appelen gehandeld. Dat is alles!" HYPOTHEKEN en voor allo andere zaken op het gebied van on roerende goederen Botiw-en Makalaarabedrijf v.d. Drift Oude Vest 29 Leiden Telef. 20513 (Advertentie) Mia van der Kallen WANNEER JE 25 JAREN ge- leden op een Zondagmid dag Mia van der Kallen ontmoet had, op een meisjesclub, waar erg veel plezier gemaakt werd, dan zou je gedacht hebben, dat Mia een gewoon fabrieksmeisje was, dat erg goed met haar vriendinnetjes kon opschieten. Je zou gemerkt hebben, dat Mia een buitengewoon vriendelijk en behulpzaam meisje was en dat al haar vriendinnen erg veel van haar hielden, maar je zou niet vermoed hebben, dat Mia meer dan 10 jaren gestudeerd had en knapper was, dan al die andere meisjes te zamen. Mia werd in 1902 geboren en toen ze de lagere, school door lopen had, ging ze naar de kweekschool om onderwijzeres te worden. Nadat ze haar examen gedaan had, wilde ze echter nog meer weten en ze ging naar de uni versiteit, waar ze letteren stu deerde. Dit is een heel moeilijke sUxdie en als je heel hard werkt, kun je na 7 jaren een erg zwaar examen doen. Mia studeerde hard en na 7 jaren was ze doc tor in de letteren. Nu had zij de keus uit een hele verzameling prachtig? baantjes, want ze wist zdveel, dat ze erg veel geld had kunnen verdienen. Maar wat deed Mia? Z« trok een oude jurk aan en ging op een chocoladefabriek als arbeidster werken, want Mia wist, dat de meisjes, die daar leefden, het niet erg prettig had den en best een beetje steun konden gebruiken. Geen van de meisjes, met wie Mia samen werkte, had in de gaten, dat Mia zo erg geleerd was, alleen viel het iedereen op, dat Mia een buitengewoon braaf meisje was. Niet een meisje, dat met een pruimemondje de hele dag vro me liedjes zingt, maar een meis je, dat vlot en vrolijk de ande re meisjes laat zien, hoe je erg gelukkig kunt leven door braaf te zijn. Zo stalen de meeste meisjes in de chocoladefabriek erg veel bonbons en Mia zei daar niets van, alleen deed ze het zelf niet Dit maakte zo'n diepe indruk op de andere meisjes, dat er één op 'n goede dag tegen de anderen zei: „Meiden, laten we net als Mia doen, we snoepen voortaan niet meer." Mia vormde clubjes met de meisjes; ze kwamen bij elkaar om te dansen, te zingen en to neelspelletjes voor te dragen. Nu zou je kunnen denken, dat Mia daar tussen die meisjes leefde als een soort sprookjes prinses; dat alle meisjes bewon derend naar haar opkeken en dat Mia vanaf haar troontje de meisjes zo'n beetje bemoederde. Maar niets is minder waar. Mia leefde tussen de meisjes, niet er boven; ze vertelde altijd, dat ieder meisje in staat was om vriendelijk, braaf en vrolijk te zijn, wanneer ze daar maar erg hun best voor deden: „Jullie kunt allemaal veel meer. dan je zelf weet," zei Mia altijd, „pro beer het maar eens." De meisjes probeerden het en merkten ,dat Mia gelijk had. Mia is jong gestorven, want ze was niet erg sterk en werkte heel hard. Maar in haar korte leven liet ze zien hoe heerlijk het is echt van de mensen om je heen te houden; niet om goed te zijn en jezelf ver boven je omgeving verheven te voelen, maar om goed te zijn en je me demensen naar je toe te trek ken, ze te helpen hetzelfde ge luk te vinden, dat jezelf bereikt hebt. STERRENKUKER.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1954 | | pagina 7