Wie pu22elt met ons meel
DE DOLLE MUSKETIERS"
ZATERDAG 28 NOVEMBER 1953
DE LE1DSE COURANT
DERDE BLAD PAGINA 2
Horizontaai: 1. dorp in Z.-H. a. d.
Lek, 6. gastvrij, 8. wilde ezel (Mid-
den-Azië), 13. stad in Z.-H., 14. jon
gensnaam, 15. afkorting van zekere
'godsdienst, 17. buitenhaven, 18. vor
dering, 20. gesloten, 21. lidwoord, 22.
bedekking van een gebouw, 24. voor
deel, 26. spitse bek van een vogel,
27. water in N.-Brab., 28. dorp a. d.
Gouwe, 30. japon, 31. maand van het
jaar, 32. deel van .het oog, 33. slaap,
35. niets, 36. balsemgeur, muskus, 38.
bestuurster ener abdij, 40. smalle
gracht, 42. klein paard, 44. kienspel,
47. moerassig, 48. zelfkant, 49.
graanelevator, 50. 'harde kern, 52.
vrachtschip, 54. grote hartslagader,
56.1aag zoldertje, 58. verdicht ver
haal in proza, 60. plaats in België, 62.
dorpje in Limb, bij Wittem, 64. deel
van het oor, 65. sneeuwschaats, 67.
brandstof, 68. afwisseling van tijden,
71. plaats in Engeland, 72. meisjes
naam, 74. oude lengtemaat, 76. bol
rond vruchtje (spreektaal), 77. jon
gensnaam, 78. vlaktemaat, 80. dorp in
Gelderland, 81. band, hoepeltje, 83.
voorzetsel, 84. skitocht met kunstma
tige hindernissen, 85. droombeeld, 87.
waterplant, 88. kanaal in Z.-H., 89.
onderbed.
Verticaal: 1. buurtschap i. d. Z.-H.
gem. Ter Aar, 2. lengtemaat, 3. Euro
peaan, 4. beest, 5. gem. in Gelderl., 6.
delfstof, 7. werpstrik, 8. voorvoegsel,
9. aantekening, 10 biersoort, 11. af
korting van gadalinium, 12. munt in
Rusland, 16. schaapachtig zoogdier,
19. eertijd koningstitel in Peru, 21.
eerste optreden van een acteur, 23.
steen, 24. de Saksische naam van
Odin, 25. praalgraf, 26. knopje op een
priktol, 28. tweemaal (Lat), 29. krui
pend dier, 32. wisselgebed, 34. bij-
winkel 36. welriekende gele zalf (In
donesië), 37. zekere verfsoort, 38.
plotselinge rijzing van het zeewa
ter bij eb op de Zeeuwse kusten, 39.
wetgever van Athene, 40. sluisklok,
41. lied, 43. dwaas, 45. kever, 46. bid
(Lat.), 51. vogel, heidehupper, 52.
graveur, 53. dorpje ten O. van Assen,
55. deficit, 57. deel v. d. mond, 59.
bijwoord, 60. geknotte boomstam, 61.
vogel, 63. ver beneden de opper
vlakte, 65. sociëteit (afk.), 66. krach
tig, 69. huis (Maleis), 70. reuk, 73.
rechterbijrivier v. d. Donau, ont
springt in It. Tirol, 75. Indische moe-
raspalm, 78. bergweide, 79. priem, 81.
bakje, 82. kern, 84. te zijner plaatse
(afk. Lat), 36. bijwoord.
De oplossingen kunnen tot en met
Donderdag 3 December naar ons bu
reau gestuurd worden. Voor de goede
oplossers zullen een taart, een sie
raad en een boek beschikbaar gesteld
worden.
De prijswinnaars van deze week
zijn: de sigarettenkoker: M. J. v.
Noord, Rijksstraatweg i
heim; het sieraad: N. Ramakers, Zee^-
manlaan 25, Leiden, en het boek: J.
Omtzigt, Hoge Rijndijk 157, Zoeter-
woude.
OPLOSSING.
Horizontaal: 1. staar, 5. slop, 9.
baar, 11. dele, 12. m.g., 14. Naab, 16.
sir, 17. al, 19. bars, 21. mi, 22. olijk,
24. kalk, 26. Pasen, 28. malie, 30. teer,
32. Peel, 33. E.g., 35. leer, 37. M.T.,
38. zin, 40. feit, 42 sa, 44. Erin, 46.
keep, 48. toko, 49. trade.
Verticaal: 1. som, 2. A.B., 3. aan,, 4.
Raab, 5. so, 6. les, 7. olim, 8. perikel,
10. raak, 13. gala, 15. Bram, 18. lijst,
20. slap, 22. opgezet, 23. keel, 25. klem,
27. Neef, 29. iets, 30 reek, 34. giro, 36.
Riet, 39. nik, 41. ter, 43. A.D., 45.
N.O., 47. pa.
Aetherklanken
ZONDAG.
HLIVERSUM I. 402 M.
8.00 NCRV. 8.30 1KOR. 9.30 KRO.
17.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO.
NCRV: 8.00 Nws. en weerber. 8.15
Orgelconc. IKOR: 8.30 Vroegdienst.
KRO: 9.30 Nws. 9.45 Gram. Gram.
9.55 Plechtige Hoogmis. 11.30 Vra-
genbeantw. 11.45 Strijkork. 12.20
Apologie. 12.40 Musette or. en solis
te. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nws en
Kath. niws. 13.10 Kamerkoor, strijk
ork. en sol. 13.40 Kamerkoor, strijk
ork. en sol. 13.40 Boekbespr. 13.55
Gram. 14.00 Voor de jeugd. 14.30
Viool en piano. 14.50 Gram. 15.00
„Het atoom in dienst van de vre
de", klankb. 15.20 Residentie-ork.
15.50 Gram. 16.10 „Katholiek Thuis
front Overal!" 16.15 Sport 16.30
Vespers. NCRV: 17.00 Kerkdienst.
18.30 Gram. 19.00 Kerkelijk nws.
1905 Samenzang. 19.25 Gram. 19.30
„Weg en werk der Kerkhervormers",
caus. KRO: 19.45 Nws. 20.00 Gram.
20.25 De gewone man. 20.30 Prome
nade ork. en soliste. 21.10 Act 21.20
Gram. 21.25 „Heilige Moeders",
hoorsp. 22.25 Gevar. muz. 22.45
Avondgebed en liturgische kalender.
23.00 Nws. 23.15 Radio Philh. ork.
23.45—24.00 Gram.
HLIVERSUM H. 298 M.
8.00 VARA. 10.00 VARA. 10.30 IKOR.
12.00 AVRO. 17.00 VPRO. 17.30
VARA. 20.00—24.00 AVRO.
VARA: 8.00 Nws. en weerber. 8.18
Gram. 8.45 Sportmeded. 8.55 Voor
het platteland. 9.00 Gram, met comm.
9.45 „Geestelijk leven", caus. VPRO:
10.00 „Geef het door", caus. 10.05
Voor de jeugd. IKOR: 10.30 Doopsge
zinde kerkdienst AVRO: 12.00 Sport-
spiegel. 12.05 Lichte muz. 12.35 „Even
afrekenen, Heren". 12.45 Orgelspel.
13.00 Nws. 13.05 Meded. of gram.
13.10 Pianospel. 13.30 Lichte muz.
14.00 Boekbespr. 14.20 „Alfonso und
Estrella", opera. 15.50 Toneelbe
schouwing. 16.05 Lichte muz. 16.30
Sportreveu. VPRO: 17.00 „Gesprek
ken met luisteraars". 17.20 „Van het
kerkelijk erf", caus. VARA: 17.30
Voor de jeugd. 17.50 Sportjourn. 18.15
Nws. en sportuitsl. 18.30 Hammond
orgelspel. 18.50 Radiolympus. 19.20
Gram. AVRO: 20.00 Nws. 20.05 Ge-
var. muz. 20.50 „Mag ik mij even
voorstelen? Mijn naam is Cox!",
hoorsp. 21.25 Metropole Ork. 21.50
Disco-caus. 22.30 Act. 22.45 Gram.
23.00 Nws. 23.15 Gevar. muz. 23.45
24.00 Orgelspel.
MAANDAG.
HILVERSUM I, 402 m.
7.00—24.00 NCRV.
NCRV: 7.00 Nieuws. 7.13 Gewijde
muz. 7.45 Een woord voor de dag.
8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Sport
uitslagen. 8.20 Gram. 8.30 Tot Uw
dienst. 8.35 Gram. 9.00 Voor de zie
ken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Wa
terstanden. 9.40 Mastklimmen. 10.10
Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00
Gram. 11.45 Gevar. muz. 12.25 Voor
boer en tuinder. 12.30 Land- en
tuinb.-meded. 12.33 Gram. 12.55 Klok
gelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Metropole
orkest en solist. 13.45 Gram. 14.00
Schoolradio. 14.30 Gram. 14.45 Voor
de vrouw. 15.15 Gram. 15.30 Piano
trio. 16.00 Bijbellezing. 16.30 Vocaal
ensemble. 16.50. Gram. 17.00 Voor
de kleuters. 17.15 Accord.muz. 17.30
Voor de jeugd. 17.45 Regeringsuitz.:
Mr. K. Vonk „Nederland en het ver
keer in Europa". 18 90 Kerkkoor en
orgel. 18.20 Sport. 18.30 Fagot-kwar
tet. 18.45 Engelse les. 19.00 Nieuws
en weerber. 19.10 Gram. 19.30 „Volk
en Staat", caus. 19.45 Orgelconcert.
20.00 Radiokrant. 20.20 Mariniers
kapel en mannenkoor. 21.10 „Het ant
woord", hoorsp. 22.05 Samenzang.
22.35 Omr.ork. 22.45 Avondoverden
king. 23.00 Nieuws en SOS-ber. 23.15
24.00 Gram.
HILVERSUM II, 298 m.
7.00—24.00 AVRO.
AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15
Gym. 7.30 Gram. 8.00 Nieuws. 8.15
Gram. 9.00 Morgenwijding. 9.15 Koor
zang. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Gram.
11.00 Voordr. 11.15 Kamerork. en so
liste. 12.00 Lichte muz. 12.30 Land- en
tuinbouwmeded. 12.33 In 't spionne
tje. 12.38 Twee piano's. 13.00 Nieuws.
13.15 Meded. en gram. 13.30 Lichte
muz. 14.00 „Wat gaat er om in dé
wereld?", caus. 14.20 Gram. 14.30
Voordr. 14.45 Viool en piano. 15.15
Voor de vrouw. 16.15 Gram. 17.30
Voor de padvinders. 17.45 Gram. 17.50
MiL caus. 18.00 Nieuws. 18.15 Muzi
kale caus. 18.30 Accordeonmuz. 19.00
Voor de jeugd. 19.15 Rep. of gram.
19.25 Cabaret. 19.45 Regeringsuitz.:
Ir. J. G. W. Ignatius: „De landbouw
telling 1953". 20.00 Nieuws. 20.05 „Les
Goed begrepen. Onderwijzeres:
„Tradities zijn dingen, die van vader
op zoon gaan. Wie kan mij hiervan
een goed voorbeeld geven?"
Jantje: „Ik juffrouw! Toen ik gis
teren onder een hek doorkroop,
scheurde ik mijn traditie".
Niet letterlijk. „Beste kerel, hoe
kan je met een kleerborstel een spij
ker in een muur slaan. Gebruik je
hoofd toch eens!"
Boem. Meisje: „Wat kost die
stof?"
Bediende: „Twee kussen per me
ter".
Meisje: „Geef maar tien meter".
Bediende: „Dat is dan 20 kussen bij
elkaar".
Meisje: „In orde, mijn grootmoeder
komt dadelijk betalen".
Zorgzaam. „Wie heeft die fles
cognac leeggedronken?"
„Ik!"
„En die had ik gekocht voor het
geval er iemand ziek zou worden".
„Ach, ik wilde je niet ongerust
maken
Voor de visite „Ober, breng me
wat kliekjes van gisteren", zei een
mijnheer en hoewel de ober verwon
der was, voldeed hij aan het ver
zoek. De heer at alles op en bestel
de daarna een verrukkelijk menu.
Toen de heer 'ook dat had wegge
werkt, vroeg de ober aarzelend:
„Als ik vragen mag
„Ik weet wat je vragen wilt", ant
woordde de heer. „Die kliekjes neem
ik om mijn lintworm te voeden en
dan begin ik pas aan mijn eigen
eten".
Hardnekkig „Je bent niet goed,
ezel", riep iemand tegen een spre
ker op een politieke vergadering.
De voorzitter sommeerde de
schreeuwer zijn woorden direct in
te trekken.
„Goed", zei deze, „dat ezel wil ik
wel terug nemen, maar ik blijf er
bij, dat de spreker niet goed is"
„Wat mankeert me dan?" infor
meerde de spreker.
„Dan kan je beter bij de veearts
gaan vragen", was het laconieke
antwoord.
B©vreesd Moeder: „Die Marie-
tje huilt de hele dag Ik begrijp niet
waar het kind de tranen vandaan
haalt".
Jantje: „Ze zal een waterhoofd
hebben".
Uitleg Zij: „Henri zei gisteren,
dat me alleen nog twee vleugels
ontbraken Daarmede bedoelde hij
natuurlijk, dat ik dan helemaal een
engel zou zijn".
Vader: ,.Een gans heeft anders
ook twee vleugels".
Nog sterker Soldaat: „Vorige
week viel ik op de loop van een ka
non. Zo'n gat in die loop! En beta
len natuurlijk".
Matroos: „Nou, ik viel een paar
weken geleden over de reling en
pats midden in de zeespiegel. Hele
spiegel in stukken. En betalen na
tuurlijk".
Ingewikkeld Agent: ,.En nu
voor de laatste maal: Hoe heet U?"
Aangeschoten student: „Mijn naam
is Anders. Als die anders was, zou
ik die anders zeggen, maar ik heet
nu eenmaal Anders en niet anders".
Zelfbewust. Kapitalist (die door
een zwerm muggen wordt belaagd):
„Wel verdraaid, wat een lekkerbek
ken".
Bewijs. Verdachte: „Waar is de
andere agent".
Rechter: ,.Er was maar een agent
in het dorp".
Verdachte: „Maar ik heb er toch
twee gezien!"
Rechter: „Daarom staat U ook
hier!"
Moe kleurde. Kleine Jan (op
damespartijtje van zijn moeder:
„Zeg mam, waar blijven die katten
nou, waarvan papa zei, dat ze van
middag zouden komen?"
Kapper. Bediende: „Hoe vindt
U deze scheerzeep, mijnheer?"
Mijnheer: „Heerlijk. Maar je moet
toch ook eens bij mij komen eten".
Knap gezegd. Zij: „Heb je nu
veer geen opslag gevraagd?"
Hij: „Ja, wel gevraagd, maar niet
gekregen. De baas had gelijk. HU
zei: „Dirk, neem dat van mü aan,
geld is ook niet alles".
noces de Jeannette", opera. 21.05 Ca
baret. 21.30 Am us. muz. 22.05 Voordr.
22.20 Instr. kwartet 22.35 Orgelcon
cert. 23.00 Nieuws. 23.15 Filmpro
gramma. 23.4524.00 Gram.
PUn bier - scheuten daar
en stramheid in Lijf en leden
al die vormen van Rheumatische on-
genakken kunt U met Kruschen te
lijf Berust er niet in, 't Wordt wel
erger, niet beter. Begin morgen ra
dicaal met Kruschen. Tienduizenden
vonden en vinden bij Kruschen baat
en verlichting iedere dag weer,
Waarom zoudt U dan weerloos ver
der lyden. Neem ook Kruschen
de kleine dagelijkse dosis cn on
dervindt zelf het heilzaam effect.
(Advertentie)
van tweet weesjes
(Vervolgverhaal)
„Hè, hè", zuchtte Hannie, „is me
lopen, ik ben doodmoe", maar ze werd
in de rede gevallen door Rinus: „Stil
toch joh, anders hoort Peter ons, en dan
heeft hij ons nog zo gevonden".
Toen hield Harmie d'r mond maar
dicht en ging achterover liggen in het
mos, om heerlijk uit te rusten. Nu voelde
ze eigenlijk pas hoe moe ze was van die
hele /niddag spelen.
„Kom", zei ze tegen Rinus, „ga jij ook
achterover liggenr dan kun je ook fijn
uitrusten, want we moeten dadelijk nog
een heel eind naar huis lopen".
Ja, dat vond hij ook en hij ging ook
lekker liggen, 't Zou nog wel een poosje
duren eer Peter hen gevonden had, 't
was hier zo'n fijn plekje. In minder dan
geen tijd lagen onze helden, overver
moeid van het spelen en hollen in een
heerlijke diepe slaap. En dat midden in
het bos.
Al die tijd was Peter maar aan het
zoeken en zoeken. Af en toe riep hij
eens, maar geen antwoord. HU liep al
verder en verder maar vond het hele
maal niet erg; hij vond het zelfs wel
leuk dat ze zich zo goed verstopt had
den. Maar toen het zo lang duurde be
gon het zoeken hem toch te vervelen en
nu een poos werd hij echt boos op Rinus
en Hannie. Hij dacht, dat ze stilletjes
naar huis gegaan waren en hij liep maar
te mopperen in zichzelf: „Ik zal het ze
morgen op school wel betaald zetten.
Bah. niets aardig om mij zomaar voor
niets te laten zoeken".
En zo brommend en mopperend liep
hij langzamerhand naar huis toe waar
zjjn moeder al naar hem had uitgekeken
en vroeg waarom hU toch zo'n boos ge
zicht zette. HU vertelde" nu het hele
verhaal en ook zijn moeder vond dat het
niets aardig was van Rinus om zo maar
naar huis te gaan, zonder iets tegen
Peter te zeggen. Maar Peter en zijn
moeder hadden er geen flauw idee van,
dat de kinderen ergens heel diep in het
bos lagen te slapen.
Opeens schrok Hannie wakker. Het
was al donker en ze kon haast niets zien
in de omtrek. Op dat ogenblik wist ze
helemaal niet waar ze was. Ze wreef
zich eens de ogen uit, voelde het voch
tige gras en ja toen herinnerde zich nu
alles weer. Van het verstoppertje spelen
in het bos en van de boodschap bij de
schoenmaker. Ja, hier voelde ze de tas
met de schoenen al.
„Rinus, Rinus, wordt eens gauw wak
ker, want we moeten naar huis, het is al
zo donker," riep ze opeens zenuwachtig.
Rinus, die ook helemaal niet wist waar
hij was, keek eens verwonderd in het
rond. Toen keek Wj met verschrikte
ogen naar zijn zusje en vroeg: „Waar is
Peter?"
„Weet ik niet, misschien is hij ons nog
wel aan het zoeken".
„Nou, dat denk ik niet, kom laten we
maar gauw naar huis gaan, tante zal wel
erg ongerust worden, als we met donker
nog niet thuis zyn".
„Welke kant moeten we op?" vroeg
Hannie.
„Hierheen," zei Rinus, „geef mij maar
een hand, dan kunnen we samen flink
doorstappen. Hier tussen de bomen is 't
al zo donker, maar straks op de weg zal
het wel lichter zUn. Kom, ga nu gauw
mee en sta niet zo te treuzelen".
„Ja, ik dacht eigenlyk dat we van de
andere kant waren afgekomen".
„Nee, toe, zeur nou niet zo, wees maar
niet bang, ik weet best de goede weg te
vinden".
Rinus scheen zo zeker van zijn zaak
te zyn, dat Hannie nu ook niet bang
meer was en vlug met haar broertje
meeliep. Ze liepen achter elkaar aan, het
ene smalle paadje in en het andere
paadje uit. Plotseling bleef Rinus staan.
„Ik denk toch dat jy gelijk had Han
nie en dat we de andere kant hadden op
moeten gaan. Want hier wordt het bos
steeds dichter. De struiken worden hier
ook al minder en er staan hier enkel
nog maar grote en dikke bomen".
„Laten we dan maar gauw teruglopen,"
stelde Hannie voor, „ik weet nog best
hoe wy moeten lopen".
„Weet je het heel zeker?" vroeg Rinus
een beetje argwanend.
„Ja, heel zeker," zei Hannie weer,
„we moeten hier dit paadje inlopen en
dan krijgen we een groot breed pad en
dan komt dat hele grote pad met die
kiezelstenen, waar we eerst overheen ge
komen zyn, weet je nog wel?"
Ja, dat wist Rinus nog wel. ze keerden
om en samen liepen ze, elkaar bij de
hand houdend, op weg naar huis. Ze
hadden al weer een tijdje gelopen, maar
nog nergens een kiezelpad te zien. Ze
dwaalden maar door en kwamen ten
slotte op een paadje terecht dat hele
maal niet verder ging en uitkwam op
een veldje mos.
„O, ik ben nu toch zo moe geworden,"
bekende Rinus en ook Hannie liet zich
dankbaar op het zachte mos neervallen.
De kinderen beseften nu pas dat ze in
het grote onmetelijke bos verdwaald
waren. Hannie werd bang en begon te
snikken.
„Rinus, we kunnen toch niet in dit bos
blijven. Als we thuis komen, zal tante
heel boos op ons zyn en ons zeker nooit
meer alleen ergens naar toe laten gaan".
Nu kreeg Rinus het ook wel een beetje
benauwd, vooral nu zijn zusje verdrietig
snikte. Zelf was hy toch ook eigenlijk
nog een kleine jongen, hoewel hij zich
ten opzichte van zyn zusje heel groot
voelde.
„Weet je wat, we gaan niet meer naar
tante Truus terug," zei hy opeens heel
moedig.
Hannie keek hem met verwonderde
ogen aan. „we zullen toch wel terug
moeten. We kunnen toch zo maar niet
wegblijven en we moeten toch ergens
slapen en eten".
Op al die angstige vragen van zyn
zusje wist hij wel raad. „We hebben net
toch ook in het bos geslapen en dat was
wat fyn. Dat gaan we vannacht ook doen
en dan zullen we morgen als het licht
is wel verder zien. Nu is het toch te
donker en we kunnen nu niets anders
doerf'.
„Maar ik durf niet de hele nacht in
het bos te slapen. Misschien komen er
wel wilde dieren, die ons opeten".
Nu moest Rinus heel hard lachen:
„Heb jy wel eens van wilde beesten in
hoornje een wild beest of een konUntje?
dit bos gehoord? Noem jij een eek
hoorn een wild beest. Als straks de maan
op komt zullen de konijntjes wel te
voorschijn komen als het zo stil is in
het bos, maar dat zal juist leuk zijn".
Zo troostte Rinus zijn bange zusje en
warempel zij werd kalm. Lachend haalde
de schoenen van oom Johan voor de
dag en zei: „Weet je wat Rinus, jy
moest die schoenen aan doen. dan ben
je de reus met de zevenmijlslaarzen".
Om zijn zusje een plezier te doen, deed
hij de grote laarzen aan en begon te
stappen, maar dat viel niet mee, hij
struikelde steeds. Nu Hannie door dat
spelletje wat gekalmeerd was, deed hU
de schoenen weer in de tas en ze zochten
een plekje om te slapen.
Wordt vervolgd.
KINDEREN VERTELLEN OVER
HET SINT NICOLAASFEEST.
Eerst komt Tineke Duindam aan de
beurt. Gerda heeft er een aardig briefje
by geschreven en zegt dat mama een
klein beetje geholpen heeft. Nu dat mag
weL Tineke heeft het zelf keurig netjes
geschreven en vertelt ons:
HET BEZOEK VAN SINT NICOLAAS.
Het begon al winter te worden en het
was begin December. Nog een paar
daagjes en het grote feest was daar. De
kachel snorde behaaglijk en na het eten
gingen we gezellig er rondom heen zit
ten, want het was Zondag, dus we wa
ren allen thuis. Terwijl moeder met de
kleintjes bezig was, vertelde vader dik
wijls een mooi verhaal en nu vanzelf
over Sint Nicolaas. Op school hadden we
al veel versjes gezongen en nu liet
vader ons, toen hy uitverteld had, ieder
op de beurt een versje zingen.
„Wie weet." zei hU, is Sint Nicolaas
wel in de buurt en luistert Hij naar
jullie".
We deden ons best. Opeens ,^e. er
werd hard gebeld. Angstig luisterden
wij, hoe vader de deur open deed en wij
hoorden hem zeggen: „Welkom Sint
Nicolaas, komt U binnen".
En jawel hoor, daar kwam de goede
Sint echt bij ons binnen en vertelde dat
Hy had horen zingen. HU was aan de
overkant bij een ziek kindje en kwam
nu ook eens bij ons kijken. Hij vroeg
vader van alles over ons: hoe wij leer
den, of de meisjes moeder goed hielpen
en nog veel meer. Hij zou op 5 Decem
ber Zwarte Plet wat laten brengen en
vroeg meteen of we dan wat wilden af
staan voor het zieke kindje aan de over
kant. Nu dat beloofden we natuurlijk.
Toen ging Hij weer weg. Wat was dat
een fijne middag geworden.
Rikte van Wieringen uit Roelofarends-
veen stuurt ons ook een verhaaltje en
vertelt meteen dat zy een briefje naar
Aad v. d. Langerijt gestuurd heeft en
dat zij ook een briefje heeft teruggekre
gen. Nu heeft ze hem weer geschreven.
En nu haar verhaaltje:
EEN STOUTE JONGEN GESTRAFT.
Het liep naar het St Nicolaasfeest en
de kleine Nico zei: „Er bestaat geen St.
Nicolaas". Zwarte Piet, die aan alle
schoorstenen luistert had het ook ge
hoord.
's Avonds 5 December kwam St. Nico
laas op bezoek. Nico zat wel een beetje
te bibberen van angst. O, daar had je
het al: „Nico kom eens hier!"
Zachtjes, voetje voor voetje kwam hij
dichterby. Zwarte Piet keek heel boos
en toen sprak St. Nicolaas: „dus jij zegt
dat ik niet besta. Nu voor straf zullen
we je maar mee naar Spanje nemen".
Nico begon nu te huilen en de goede
Sint had medelUden. „Als je belooft, dat
je het niet weer doet, dan mag je hier
blyven, maar voor straf kryg je dit jaar
geen cadeautje. Misschien het volgend
jaar". Nico heeft het nooit meer gezegd.
ONS SCHOENTJE.
schoentje by de schoorsteen gezet. We
hadden er ook een bakje water en wat
hooi bijgedaan en een briefje. Met z'n
allen gingen we toen versjes zingen en
we hoopten maar dat Sint Nicolaas het
zou horen. Na het eten gingen we bid
den en toen naar bed. De volgende mor
gen waren we al vroeg wakker en be
nieuw of er wat in onze schoen zou zit
ten. Vader zou ons komen roepen, dus
moesten we nog even wachten. Eindelijk
mochten we gaan kijken en daar lagen
suiker beestjes en pepernoten in onze
schoen en ook nog een klein briefje.
Barrle Bakker, Witte Singel 7, Roe-
Iofarcndsvecn heeft ons ook wat te ver
tellen en wel over:
BIJ OMA MET SINT NICOLAAS.
Wat was het fijn toen moeder zei dat
wij met St. Nicolaas een dagje bij oma
mochten komen en nog wel slapen ook,
dat was helemaal zo fyn. Zaterdagmid
dag gingen wij al weg. Oma zat al op
ons te wachten. Toen ze ons in de verte
aan zag komen liep ze gauw naar de
deur om open te maken. We deden onze
manteltjes uit en gingen gauw bij de
kachel zitten, want we waren koud. In
die tijd schonk oma thee in en we kre
gen er een speculaaspop bij. 's Avonds
was het pakjesavond. Sint Nicolaas
kwam bij oma in huis. Hy bracht een
grote zak met pakjes mee. Op ieder
pakje stond een naam en we kregen
ieder drie pakjes. Jan kreeg een tol, een
bal en een ballpoint. Jannie een pop, een
ketting en een armbandje. Hennie een
flesje eau de cologne, een schildertje
voor haar kamer en een mooie slaap-
pop. Toen St. Nicolaas weg was moesten
we gaan bidden en naar bed. Wat was
het een bly feest geweest.
PECH.
Het liep tegen Sint Nicolaas en Jantje
mocht voor moeder zijn schoentje klaar
zetten. Maar Jantje dacht ik zet ja zijn
schoen, daar gaat veel meer in. Hij ging
naar de keuken en ging eerst zijn schoe
nen netjes poetsen, want jc kunt geen
vuile schoenen by de schoorsteen zetten.
Stilletjes had hij ook zijn vaders schoe
nen gepoetst en toen hij naar bed ging
zette hij achter de kachel de grote
vadersschoenen neer. Maar toen hij
's morgens wakker werd en ging ldjken,
o, wat schrok hy toon. In plaats van een
auto-tje of een taai-taaipop zat er in de
schoen van vader een kistje sigaren,
want Sint Nicolaas had natuurlyk ge
dacht dat vader zyn schoenen had neer
gezet. Jan zei maar niets anders hadden
ze hem toch uitgelachen.
Trnus v. d. Krogt, Schcnkeiweg 67,
Zoetcrwoude, een vriendinnetje van Joke
Roessen, wil ook zo graag met ons mee
doen en ze stuurt al de eerste keer een
versje over de groentenboer. Ze schrijft
er bij dat ze zelf een dochtertje van een
groentenboer is.
DE GBOENTENBOER.
Elke dag, dat in, dag uit
Eet ik volop lekker fruit.
Fruit dat is toch zo gezond,
Daarvan wordt je dik en rond.
En 'de groenten niet te vergeten,
Moet je alle dagen eten.
En nu tot besluit:
't Is fruit en groenten wat de klok luidt.
Ziezo kinders, dat is het weer. Wie al
aan een Sint Nicolaasverhaaltje begon
nen is, maakt het gauw af en stuur het
nog vlug naar ons toe, dan komt het de
volgende week Zaterdag nog in de
Krantentuin. Dag allemaal.
TANTE JO en OOM TOON.
99
(52)