Nederland is op de goede weg
bij opbouw van verdedigingen
Rijk zal bij de ontwikkeling
van nieuwe procédé's helpen
Chauffeur van de Koningin
zwaait af
KL00STERBALSEM
4t Minimum-prijsniveau voor
voedergranen
Meer dan een milliard per
jaar voor sociale verzekering
ZATERDAG 17 OCTOBER 1953
Ufc LElUSh COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
Trage start en grote verscheidenheid
hebben lange tijd ontwikkeling geremd
Voor de vereniging ter beoefening
van de krijgswetenschap te 's-Gra-
venhage hield de heer S. D. Duyver-
man, directeur-generaal van het Mi
nisterie van Oorlog, gisterenavond
een lezing over het onderwerp: Zijn
wij met onze defensie-inspanning op
de goede weg?
Doordat in het Westen practisch
alle gegevens over de militaire op
bouw bekend gemaakt worden en in
Rusland een stilzwijgendheid be
waard wordt, krijgt men in de vrije
wereld volkomen ongemotiveerd
het idee, dat de troepen van Rus
land en zijn satellieten van welhaast
onweerstaanbare kracht en paraat
heid z\jn, terwijl de veelheid der
gegevens uit het westen tot een ge
heel tegengestelde mening t.a.v. de
Westerse defensie heeft geleid.
Trage start.
De Koninklijke Marine heeft bij de
na-oorlogse opbouw een groot voor
deel gehad van haar deelname aan
de geallieerde strijd.
Door de strijd in Indië moest de
opbouw van land- en luchtmacht,
waarvoor o.a. onze Zuiderburen wel
haast negen jaren beschikbaar had
den, in vier jaren geschieden. In feite
is de op jouw van leger en lucht
macht eerst in 1951 begonnen; de
Koninklijke Marine baseerde zich op
haar herbouwplan 1946. Spr. vroeg
zich af, of in de jaren 19461951 van
militaire zijde wel immer juist werd
geageerd en gereageerd.
Het verbod militaire voorraden te
vormen en de beroepskernen te ver
sterken deden een verlammende si
tuatie ontstaan, welke bij het uitbre
ken van het Koreaanse conflict, tot
een schrikbeeld is geworden.
In groot verband.
De opbouw in NATO-verband vergt
een inschakeling bij de andere legers.
Zouden wij daarnaast eigen doelein
den nastreven, dan zouden wij ons
„overeten". Een volledig gevechtsge-
rede, harmonische zee- en lucht
macht zou in vier jaar niet tot in de
perfectie worden opgebouwd. Wel is
het mogelijk een internationaal er
kende en gewaardeerde graad van
gereedheid te bereiken, welke over
nog eens vier tot zes jaren kan wor
den geperfectionneerd, wanneer aan
drie voorwaarden wordt voldaan. De
eerste voorwaarde is de beperking in
de opbouw. Een bewijs van de juist
heid hiervan is de luchtmacht, die,
door beperking in typen, soorten en
aantallen, een mogelijkheid heeft
doen ontstaan op de duur een strijd
macht in stand te houden die ons
niet boven het hoofd zal groeien. De
twee andere voorwaarden zijn de
uitputting van de vorengenoemde
mogelijkheden en het vertrouwen
van het Nederlandse volk in de lei
ding der strijdkrachten.
Onevenwichtige opbouw.
Ten aanzien van de Koninklijke
Marine had een beperking in typen
ons gespaard zowel voor thans opdoe
mende hoofdbrekens ener volledige
vruchtdragende exploitatie, alsmede
voor die der toekomstige vervanging.
Daarnaast dient het zeer grote be
lang te worden erkend van een in
middels groot aantal uitnemend ge
schoolde scheepsbemanningen.
Voor wat het leger betreft ligt de
zaak anders, zolang de eis wordt ge-
steld, dat beschikt moet worden over
belangrijke parate eenheden. Immers
bestaan de eenheden niet grotendeels
uit beroepspersoneel dan is de nood
zaak aanwezig steeds weer grote aan
tallen dienstplichtigen op te roepen.
De aanvankelijke onevenwichtig
heid in de opbouw van de strijd
krachten komt tot uitdrukking in de
cijfers der begrotingen en personeels
bezetting. Meer beroepspersoneel
aannemen stelt ons voor andere con
sequenties, omdat het personeel een
onbeperkt vertrouwen moet kunnen
hebben in de staat als werkgever,
hoe ook de omstandigheden zullen
zijn.
Nederland heeft ,,'n koopje".
Zijn er dus vele problemen op
personeelsgebied, die van het mate
rieel zijn niet minder ingewikkeld,
doordat de hulp per jaar wordt vast
gesteld.
De luchtmacht, die eind 1954 over
400 vliegtuigen zal beschikken, welke
gestationneerd zullen zijn op o.m. 7
operationele vliegvelden, zal met een
sterkte van 20.000 man in vier jaar
tijd meer dan vertienvoudigd zijn.
In vergelijking tot de inspanning
in andere landen uitgedrukt in het
percentage, dat de defensie-uitgaven
uitmaken van het nationale inkomen
is onze inspanning zeker niet bo
venmatig te noemen Dit percentage
was in 1952, voor Nederland 6.4 pet.,
voor België 6.5 pet., voor Frankrijk
11.9 pet. en voor de U.S.A. 14.9 pet.
Ook nationaal gezien is onze hui
dige defensie-inspanning niet uitzon
derlijk; thans maakt de defensiebe
groting 25 pet. uit van de totale rijks
begroting, in de jaren 1902 t/m 1913
was het ook 25 pet., in 1914: 33 pet.,
in 1915, 1916 en 1917 zelfs 50 pet.
Eigen industrie profiteert.
Onze eigen industrie wordt bij de
ontwikkeling der defensie zoveel mo
gelijk ingeschakeld. In de munitie-
en voertuigensector en aan de bouw
nijverheid werden zeer belangrijke
opdrachten verstrekt, daarnaast zijn
in de scheepsbouw, vliegtuigbouw, de
bouw der tele-communiecatiemidde-
Ien en in de textielindustrie zeer be
langrijke orders geplaatst. Indien op
dit gebied bij de NATO-landen de vol
le bereidheid bestond tot internatio
nale samenwerking, zijn er mogelijk
heden te over voor een doelmatiger
en snellere herbewapening van de
Westerse wereld dan thans het
geval is.
Spreker had de innerlijke overtui
ging en de innerlijke zekerheid, dat
wij op de goede weg zyn, doch dat
de weg nog niet ten einde is; dat
een verdere investering in onze
krijgsmacht van grote kapitalen
verantwoord is en blijft, zolang de
vredesduif het eeuwige leven nog niet
is gegund.
Nederland achterop geraakt
De regering wil een bedrag van 20
millioen gulden beschikbaar stellen
ten behoeve van de ontwikkeling van
technische procédé's en apparaturen.
Het geld zal worden geput uit de z.g.
tegenwaardefondsen van de Marshall
hulp.
In de toelichting bij een suppletaire
begroting 1953 van Economische Za
ken, die in verband hiermee is inge
diend, wijst de regering er op, dat
Nederland ten aanzien van de ont
wikkeling van nieuwe producten en
productiemethoden, door de oorlog
ver achter is geraakt bij Amerika,
Engeland en Zwitserland.
Aan deze technische ontwikkeling
werd tot dusverre door de overheid
nog niet in betekenende mate steun
verleend. Het bedrag van 20 mil
lioen, dat thans ten laste van het
dienstjaar 1953 wordt aangevraagd,
zal moeten dienen om deze onont
beerlijke financiële steun te verschaf
fen.
Het ligt in de bedoeling de facili
teiten van deze ontwikkelingsfinan
ciering mede dienstbaar te maken aan
de ontwikkeling van producten, die
van belang zijn voor de uitrusting
van leger, vloot en luchtmacht. De
deelneming van de Nederlandse in
dustrie aan deze militaire ontwikke
ling is van grote betekenis voor de
industrialisatie.
De steunverlening aan de te ontwik
kelen projecten behoeft niet steeds in
dezelfde vorm te geschieden, zij
dient aan het bijzondere geval te
worden aangepast. Hierbij dient men
er van uit te gaan, dat deze steun,
financieel bezien, het karakter heeft
van een deelneming is een riskant
project van tijdelijke duur, dat öf
succes boekt, óf op niets uitloopt.
In het algemeen zal dus een over
eenkomst gemaakt worden, waarin
de terugbetaling en een eventuele
rentevergoeding afhankelijk worden
gesteld van de financiële resultaten
der ontwikkeling. In plaats van of
naast een vergoeding van rente kan
ook een aandeel in de eventuele
winst worden gevraagd.'
De oorzaak hiervan is o.m. het ge
brek aan risicodragend kapitaal
voor nieuwe ondernemingen of be-
nodig voor de ontwikkeling van een
nieuw product, bergt niet alleen een
grote risicofactor in zich, doch heeft
tevens een omvang aangenomen, die
de mogelijkheden der betrokken on
derneming dikwijls te boven gaat.
Het gaat hier in beginsel om de finan
ciering van alles wat geschieden moet
na de afsluiting van het researchsta-
dium tot op het ogenblik dat de nor
male serie- of massafabricage ter
hand kan worden genomen. Hier kun
nen onder vallen de ontwikkeling
van nieuwe producten en apparaturen
en ook nieuwe productie-methoden
of werkwijzen. Mede kan hieronder
worden begrepen de financiering van
een proefserie of van een proeffa
briek.
De minister van Economische Za
ken, bij de beoordeling van aanvra
gen, wil zich laten voorlichten door
een college van deskundigen, dat de
naam „Ontwikkelingsraad" zal krij
gen. De beslissing zal by de minis
ter berusten.
Ofschoon over de resultaten niets
met zekerheid valt te voorspellen,
verwacht de minister, zulks op grond
van de ervaringen in de afgelopen
jaren opgedaan met ontwikkelings-
credieten op kleine schaal, dat door
deze wijze van medewerking aan de
Nederlandse industrie een krachtige
stimulans zal worden gegeven aan
de industrialisatie var ons land.
Minister tegen deelname
Nat.Res. aan filmopname
Vragen in de kamer
Aan de minister van oorlog zijn
schriftelijke vragen gesteld in ver
band met de opnamen te Maastricht
voor de film „The truth and the
brave", waaraan vrijwilligers van de
Nationale Reserve hebben deelge
nomen.
De vraagsteller meent vernomen te
hebben, dat de minister het optreden
van de Nat. Reserve voor de film
onwaardig gevonden heeft en dat hij
de diverse commandanten, die de
manschappen toestemming tot deel
name gegeven hebben, ter verant
woording geroepen heeft.
Daarop aansluitend wordt vermeld,
dat de Engelse regering ook enkele
onderdelen van haar strijdkrachten
naar Maastricht gestuurd heeft,
waaruit mag worden afgeleid, dat de
Engelse regering het deelnemen van
geüniformeerde troepen niet onwaar
dig vindt.
Ten slotte verzoekt de vraagsteller
den bewindsman te bewerkstelli
gen, dat in de toekomst alle moge
lijke medewerking aan dergelijke
deelname verstrekt zal worden.
Rampschadewet
Zonder hoofdelijke stemming heeft
de Tweede Kamer gistermiddag de
Wet op de watersnoodschade 1953
die gedurende de mondelinge behan
deling wederom op tal van punten
ten gunste van de slachtoffers van
de ramp gewijzigd is, aangenomen.
PROTEST VAN
ST. ADELBERTSVERENIGING
„Ik ben gek op Marijke
Aangename en
Het hoofdbestuur van de St. Adel-
bertsvereniging heeft het volgende
telegram gezonden aan de heer
Tadusz Findzinski, Pools gezant te
's Gravenhage:
„Hoofdbestuur St. Adelberts-ver- i
eniging, vertegenwoordigende grote
meerderheid Nederlandse Katholieke j
intellectuelen, geschokt door arres
tatie Stephanus Kardinaal Wyszynski,
geeft uiting aan diepe verontwaardi-1
ging en bezorgdheid. Verzoekt, zich
herinnerend Poolse heldenstrijd voor
vrijheid en recht laatste wereld-oor-
log, om vrijlating en eerherstel Zijne
Eminentie". 1
onaangename
herinneringen
De chauffeur van H. M. de Konin
gin, Barend Hoogeveen, heeft deze
week zijn ontslag genomen, na 26
jaar trouwe dienst. Hij gaat een ben
zine-station exploiteren in Utrecht.
„Het Vrije Volk" heeft hem gevraagd
naar zyn ervaringen:
„Straks komen op het station te
Innsbrück twee heren aan. Wilt u
ze even afhalen?"
Die opdracht kreeg Barend Hooge
veen een paar jaar voor de oorlog
van een adjudant van koningin Wil-
helmina tijdens een vacantie in Oos
tenrijk.
Hoogeveen ging. Hij haalde baron
Van Hardenbroek en een hem onbe
kende heer.
„Een aardige vent, maar wie zou
die vreemdeling toch zijn? ik heb
'm nooit eerder gezien". Hoogeveen
en zyn collega's peinsden er lang
over.
Ze zagen de man in een arreslee
met prinses Juliana te midden van
vele anderen. Ze ontdekten 'm in de
Vogezen en in Zwitserland. De onbe
kende verscheen op Het Loo, toefde
regelmatig in het huis van houtvester
Brandsma.
Barend kreeg het dóór. Die vreem
deling moest de toekomstige man
zijn voor de Prinses.
„Als je je mond maar houd!" werd
hem dra te verstaan gegeven.
Hoogeveen hield z'n mond. Ander
half jaar lang bewaarde hij het ge
heim van zijn leven". Tot op de dag,
SPIERPIJN pi)n,i'kc' st,'ive
•*rffafW spieren moet U
driemaal daags krachtig laten
wrijven met Kloosterbalsem, die
diep in de weefsels doordringt.
Ook bij rheumatiek en ischias:
Mogelijkheid van monopolieheffingen
De minister van Landbouw, Visse
rij en Voedselvoorziening heeft na
overleg met de Stichting voor de
Landbouw besloten bij de import van
voedergranen monopolieheffingen
mogelijk te maken, indien de wereld
marktprijzen dalen beneden het ni
veau, dat in Nederland als mini
mum gewenst wordt geacht.
Daarbij zal er voor de producten
gerst en haver naar worden ge
streefd, dat de telers, indien de we-
Middenstand had in Augustus
grotere omzetten dan in '52
Het midden- en kleinbedrijf had in
Aug. jl. blijkens mededeling van
het Economisch Instituut voor de
Middenstand, over het algemeen ho
gere omzetten dan in Aug. 1952.
Slechts in enkele branches kwam
een omzetdaling voor. Deze was van
de geringste omvang in de brood
bakkerijen, de meubelzaken en in
de tabakszaken. Een iets grotere om-
zetvermindering werd genoteerd
voor de zaken in huishoudelijke arti
kelen en in de chocolateriebedrijven.
De omzetten in rijwielen, ijzerwaren
langrijke uitbreidingen. Het kapitaal, en gereedschappen en in boeken ver-
Eindelijkgeorganiseerde
mollenbestrijding!
Van de zijde der Gelderse C. B.
T. B. wil men bij de daarvoor in
aanmerking komende instanties nog
eens naar voren brengen, dat het
voor een betere bemesting van de
zandgronden op de Veluwe van het
allergrootste belang is dat zo spoe
dig mogelijk tot het stichten van een
compostbearijf op de Veluwe wordt
overgegaan.
Van hogerhand is onlangs namelijk
medegedeeld dat wellicht voorlopig
nog geen compostbedrijf op de Ve
luwe zal kunnen worden gevestigd.
De CBT.B heeft het oog laten val
len op de omgeving van het Stroe.
Als vertegenwoordiger van de
Gelderse CBTB in de provinciaal te
vormen commissie voor de georgani
seerde mollenbestrijding, is be
noemd de heer H. van Ramshorst te
Barneveld. In de commissie, die de
wenselijkheid zal onderzoeken van
het vestigen van een of meer pluim- door de wet was toegestaan.
De uitgaven der sociale verzekeringen aan uitkeringen en administratie
kosten vertonen een regelmatige stijging. In 1951 werd in totaal bijna 1.1
milliard uitgegeven. Dit was bijna 260 millioen n.eer dan in 1960. Uiter
aard moeten hierdoor hogere bijdragen worden opgebracht door werkge
vers en werknemers, terwijl ook de overheid een steeds zwaardere bijdra
ge voor de sociale verzekeringen moet. opbrengen.
Indertijd is er door het Centraal
Sociaal Werkgevers Verbond de aan
dacht op gevestigd, dat grotere be
dragen aan het bedrijfsleven werden
onttrokken voor sociale voorzienin
gen dan door de wet is toegestaan.
Met name geschiedt dit bij de uit
voering van de Kinderbijslagwet,
waarvoor de inkomsten groter zyn
dan de uitgaven, zodat een zekere
fondsvorming mogelijk is, een fonds
vorming, waarin door de wet niet is
voorzien. Blijkens een statistiek
welke zo juist door het Centraal Bu
reau voor de Statistiek is gepubli
ceerd, overtroffen de inkomsten de
uitgaven voor de Kinderbijslagrege
ling gedurende 1951 met f 20.996.000
nadat in 1950 reeds een overschot
aan inkomsten was verkregen van
28.775.000.
In twee jaar tijds werd derhalve
een bedrag van 49.771.000 meer aan
het bedrijfsleven onttrokken dan
veedemonstratie-bedrijven zijn van
de zijde der Gelderse CBTB benoemd
de heren E. Zandbergen te Voort-
huizen en H. G. Wasink te Winters
wijk. De benoeming van de heer J.
Weijenberg tot hoofd van de nieuwe
Chr. Lagere Landbouwschool te
Velk is thans ministerieel goedge
keurd.
Ook bij het Ziekenfondswezen doet
ten dergelijk verschijnsel zich voor
loor het aankweken van met door
de we* geoorloofde reserves worden
middelen van het bedrijfsleven over
gebracht van de risico-dragende sfeer
mar de risicomijdende sector, wac
de uitvoering van het industrialisa
tieprogramma schaadt.
Administratiekosten.
Het beheer van de sociale verzeke
ringen brengt uiteraard grote admi
nistratiekosten met zich mede, wel
ke bedragen nog groter worden door
de gedecentraliseerde organisaties
van de verzekeringen. In 1951 ver
eisten de administratiekosten een be
drag van niet minder dan f 92.245.000
tegen in 1950 I 81.326.000
De totale uitgaven uit hoofde van
de verplichte sociale verzekeringen
beliepen in 1951, aldus het C.B.S.,
1.099.875.000, tegen 930.257.000 in
1950. Op rekening van uitkeringen
kwam hiervan in 1951 f 1.007.630.000
en in 1950 848.931.000. Tegenover
deze uitg. stonden in 1951 totale ont
vangsten ten bedr. v. 1.192.560.000
(v. j. 1.025.319.000). Hiervan vloeide
668.722.000 (592.890.000) voort uit
bijdragen van werkg. f 163.096.000
132.901.000) van werknemers,
310.881.000 (255.096.000) van de
overheid en 49.861.000 (44.432.000)
wegens interest en diverse inkom
sten.
In totaal werd dus in 19$ 1 uit hoof
de van de verplichte sociale verze
keringen een saldo inkomsten boven
uitgaven verkregen van f 92.685.000,
tegen een saldo van 95.062.000 in
1950.
toonden ten opzichte van Augustus
1952 de grootste vooruitgang, te we
ten van respectievelijk 15, 14 en 10
pet.
In enige branches in levensmid
delen was de genoteerde omzetstij
ging, althans ten dele, ten gevolg
van de sedert Augustus 1952 verhoog
de prijzen. De toeneming van de geld-
omzet ging in de betreffende bran
ches derhalve niet gepaard met een
evenredige stijging van de hoeveel-
heidsomzetten.
Vergelijkt men de omzetten in
Augustus j.l. met die in Juli, dan
blijkt, dat in de voedingsmiddelen
sector in het algemeen hogere om
zetten werden behaald doordat Aug.
een Zaterdag meer telde. Een uitzon
dering vormt de detailhandel in aard
appelen, groenten en fuit, waar ten
gevolge van prijsdalingen lagere om
zetten werden genoteerd. In de sec
tor van de duurzame consumptie
goederen volgde als reactie op de
opruimingsverkopen in Juli een om
zetdaling
Slechts 7V2 minuut
film van Nederland
Gedurende de laatste dagen zijn te
Delft weer opnamen gemaakt voor
de film „The true and the brave'
waarin Clark Gable en Lana Turner
de hoofdrollen spelen.
Te Delft is nu een kleine afdeling
bezig geweest met het maken van
verschillende scènes. De grote afde
ling met regisseur Godfried Rein-
hardt is momenteel gestationneerd in
Arnhem voor opnamen in die omge
ving. Op het programma staan nu
nog opnamen in Nes, waar men na
lang zoeken een typische boerderij
vlak bij zee heeft gevonden.
Er is in de laatste weken heel wat
in óns land gefilmd.
Naar wij vernamen zullen in de
film de opnamen, welke in Neder
land werden gemaakt, in totaal
slechts 7 1/2 minuut in beslag nemen.
Verwacht wordt dat de film in Juli
van het volgend jaar voor vertoning
gereed zal zijn
De figuranten in Delft hebben een
aardig gebaar gemaakt. Zij hebben
mevrouw J. Vink, die de zorg heeft
vooT de figuratie, een blauw Delftse
asbak aangeboden als blyk van waar
dering voor haar behulpzame en
vriendelijke houding.
reldmarktpryzen dalen beneden dit
minimum-niveau, deze producten
toch tegen de kostprijs kunnen afzet
ten. Aangezien de kostprijs van rogge
hoger is dan die van gerst, doch de
handelswaarde lager zal het echter
niet mogelijk zijn door middel van
monopolie-heffingen bij de import,
voor inlandse rogge een afzetmoge
lijkheid te scheppen tegen de kost
prijs voor dit product. Wel zal door
het opleggen van een monopolie
heffing kunnen worden voorkomen,
dat de prys voor inlandse rogge daalt
beneden de handelswaarde, welke dit
product heeft ten opzichte van gerst
en haver.
Rekening houdende met het voren
staande zal het Bedrijfschap voor gra
nen, zaden en peulvruchten mono
polie-heffingen opleggen, indien de
prijzen, waarvoor importgranen in
Nederland beschikbaar kunnen ko
men zouden dalen beneden: ƒ21 voor
gerst, ƒ19.50 voor haver en ƒ20
voor rogge.
Deze prijzen zullen worden aange
houden voor buiten aydse granen,
welke in kwaliteit overeenkomen met
de gemiddelde kwaliteit van de des
betreffende inlandse producten.
Uiteraard zal rekening worden ge
houden met uit de kwaliteit voort
vloeiende prijsverschillen.
Bovenstaande prijzen kunnen niet
worden beschouwd als absolute mini
mum-prijzen, doch in het algemeen
zullen de telers bij een redelijke
spreiding van het aanbod in de gele
genheid zijn ten minste genoemde
prijzen voor gerst en haver te maken.
Voor de rogge zal dit in mindere ma
te het geval zijn, aangezien de daar
voor genoemde prijs naar verhouding
vrij hoog is. Wel za' hierdoor de im
port van rogge tegen lagere prijs
worden tegengegaan.
Bij export van granen zal een res
titutie worden verleend, welke zal
zijn afgesteld op de importheffing om
de mogelijkheid tot export op basis
van de wereldmarktprijzen te hand
haven. Ook bij de uitvoer van ver
werkte producten, dus ook voor vee
houderij-producten, zal in daarvoor
in aanmerking komende gevallen een
met de importheffing overeenkomen
de restitutie worden verleend.
dat prins Bernhard Officieel zijn in
trede deed in Nederland als verloofde
van prinses Juliana.
„We wisten dat ze van Het Loo
naar Den Haag zouden gaan in de
twoseater van de Prins. Ik reed die
dag met een vrachtwagen van Den
Haag naar Apeldoorn. Onderweg pas
seerden we dat kleine wagentje. Toen
hebben m'n collega en ik hen als
eersten met onze petten toegezwaaid.
Een paar dagen later riep de Prins
ons by hem. Hij had 't leuk gevon
den!"
Deze week is Barend Hoogeveen
chauffeur van koningin Juliana, af
gezwaaid. Na 26 jaren dienst by het
Koninklijk Huis. Dit is een van zyn
vele herinneringen aan die tijd. Is
ook een van de leukste.
„Wat ijc niet leuk vond? Ik was
net een jaar als staljongen in dienst.
Toen moest ik naast de gouden koets
lopen naar de opening van de Sta-
ten-Generaal. Wat had ik de smoor
in.
MEI 1940.
Barend, nu 42 jaar, reed in de Mei
dagen van 1940 achter de pantserwa
gen van de Nederlandse Bank met de
prinselijke familie naar IJmuiden.
„Op de railing nam ik afscheid van
het prinselijk paar en de Prinsesjes,
nadat ik het reiswiegje had afgege
ven. Ik wist niet beter dan dat alleen
de Prinses en de kinderen weg zou
den blijven. De Prins was van plan
gauw terug te komen".
„Je hoort nog wel waar je mij moet
afhalen", voegde de Prins hem daar
toe.
Vy'f jaar gingen er overheen, voor
dat Hoogeveen in de buurt van Breda
weer in contact kwam met de Prins.
„Als ik dat geweten had was ik ook
op de boot gesprongen het had
gemakkelijk gekund".
Nu was hij in de oorlogstijd eerst
jachtopziener op Het Loo. Barend
moest op de bomen passen. „Het lag
me niet. Wat kon het mij schelen
hoeveel hout er weggehaald werd?"
Ze gaven hem een andere baan:
chauffeur bij Binnenlandse Zaken, in
die jaren gevestigd in Apeldoorn. Hij
bestuurde een wagen met gas-gene-
rator, die bekend stond als de „Rog
gebroodexpres". Vanwege de vele rog
gebroden, die ambtenaren hem mee
gaven om bij familie en kennissen
onderweg af te geven.
„Die auto kon je nooit starten. Ik
liet 's morgens om vijf uur een ploeg
ambtenaren komen om de wagen aan
te duwen
MAJESTEIT.
Tot de belangrijkste gebeurtenissen
in zijn dienstperiode rekent Hooge
veen de rit met Koningin en Prins op
de avond na de inhuldiging naar de
Stadsschouwburg. „Ik moest plotse
ling overschakelen van Koninklijke
Hoogheid op Majesteit. Dat viel even
niet mee".
Hij vond het een even grote beleve
nis Trix onlangs in Amsterdam, met
haar ouders, naar haar eerste offi
ciële galavoorstelling in diezelfde
schouwburg te mogen brengen.
„Nee, ik heb de Prinsesjes nog
nooit met Hoogheid aangesproken.
Voor mij zijn dat ook Trix, Ireentje,
Pieti en Marijke. Ik heb vaak met
ze gezwommen. Net als met andere
kinderen. Leuk, heel gewoon. Ik ben
gek op Marijke, vond het altijd fyn
haar naar school te mogen brengen".
Hoogeveen gaat weg, uit eigen be
weging.). Hij wordt exploitant van
een benzinestation in Utrecht. De
Prins heeft toegezegd dat station of
ficieel te zullen openen. Omdat het
Hoogeveen betreft.
Dat Marijke hem dan voor het laatst
laag Hoogeveen!" zal toeroepen,
zoals ze dat steeds doet, kan Barend
niet geloven. „Ik zal haar vast nog
wel eens zien!" gelooft hij.
Zo goed als hij weet: „Ik heb een
beste baas gehad. Beter had ik het
niet kunnen treffen. De Koningin en
de Prins zijn beide altijd erg goed
voor mij geweest. Als ik wat had,
kon ik er rustig met hen over pra
ten. Wanneer het half mogelijk was
mij te helpen deden ze dat heel".
LEEUWENMONUMENT VOOR
N.O.-POLDER.
De landdrost van de Noord-Oost
polder, dr. ir. S. Smeding, heeft aan
de voorlopige gemeenteraad van
de polder voorgesteld, in eigendom
en beheer van de polderdirectie te
aanvaarden, een door het personeel
van de directie geschonken leeuwen
monument, dat de afsluiting van de
eerste periode van tien jaar ingespan
nen arbeid voor de toekomst sym
boliseert. De bekleding van de voet
stukken van dit monument is ver
vaardigd van Bentheimer zandsteen,
gevonden in de Noordoostpolder in
een scheepswrak uit de zeventiende
eeuw. Op een by het monument aan
te brengen muurtje zullen belang
rijke polderdata, zoals de droogval
ling e.d. worden ververmeid.
Verffabriek te Apeldoorn
vannacht in lichter laaie
Tweede maal in twee jaar
Voor de tweede maal sinds No
vember 1951 is de N.V. verfstoffen-
fabriek „Holland" aan het kanaal te
Apeldoorn door een hevige brand ge
troffen.
Nadat om half elf Vrijdagavond bij
de controle alles in orde was bevon
den, werd nauwelijks tien minuten
later brandalarm gegeven. Het bleek,
dat een van de belangrijkste afdelin
gen, namelijk de droogafdeling voor
pigmenten in lichter laaie stond. In
afwachting van de komst van de
brandweer bestreed het personeel,
dat in de nachtdienst was, overigens
zonder succes, de vlammenzee met
schuimblussers en emmers water. De
brandweren van Apeldoorn en Wor
men bestreden het vuur met vier
stralen en slaagden er spoedig in de
vlammenzee meester te worden. Zij
werden bij het blussingswerk door
een hevige rookontwikkeling belem
merd, zodat zij genoodzaakt waren
van rookmasker gebruik te maken.
Het is nog niet bekend, hoe groolf
de schade is, doch vast staat, dat voor
duizenden guldens aan gronstoffen
verloren is gegaan. De fabriek is
voorlopig aangewezen op het gebruik
van enkele kleine droogkamers, doch
alles wordt in het werk gesteld om
stagnatie in de productie zoveel mo
gelijk te voorkomen.
Verzekering dekt de schade.