Nederland is op de goede weg bij opbouw van verdedigingen Rijk zal bij de ontwikkeling van nieuwe procédé's helpen Chauffeur van de Koningin zwaait af KL00STERBALSEM 4t Minimum-prijsniveau voor voedergranen Meer dan een milliard per jaar voor sociale verzekering ZATERDAG 17 OCTOBER 1953 Ufc LElUSh COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 2 Trage start en grote verscheidenheid hebben lange tijd ontwikkeling geremd Voor de vereniging ter beoefening van de krijgswetenschap te 's-Gra- venhage hield de heer S. D. Duyver- man, directeur-generaal van het Mi nisterie van Oorlog, gisterenavond een lezing over het onderwerp: Zijn wij met onze defensie-inspanning op de goede weg? Doordat in het Westen practisch alle gegevens over de militaire op bouw bekend gemaakt worden en in Rusland een stilzwijgendheid be waard wordt, krijgt men in de vrije wereld volkomen ongemotiveerd het idee, dat de troepen van Rus land en zijn satellieten van welhaast onweerstaanbare kracht en paraat heid z\jn, terwijl de veelheid der gegevens uit het westen tot een ge heel tegengestelde mening t.a.v. de Westerse defensie heeft geleid. Trage start. De Koninklijke Marine heeft bij de na-oorlogse opbouw een groot voor deel gehad van haar deelname aan de geallieerde strijd. Door de strijd in Indië moest de opbouw van land- en luchtmacht, waarvoor o.a. onze Zuiderburen wel haast negen jaren beschikbaar had den, in vier jaren geschieden. In feite is de op jouw van leger en lucht macht eerst in 1951 begonnen; de Koninklijke Marine baseerde zich op haar herbouwplan 1946. Spr. vroeg zich af, of in de jaren 19461951 van militaire zijde wel immer juist werd geageerd en gereageerd. Het verbod militaire voorraden te vormen en de beroepskernen te ver sterken deden een verlammende si tuatie ontstaan, welke bij het uitbre ken van het Koreaanse conflict, tot een schrikbeeld is geworden. In groot verband. De opbouw in NATO-verband vergt een inschakeling bij de andere legers. Zouden wij daarnaast eigen doelein den nastreven, dan zouden wij ons „overeten". Een volledig gevechtsge- rede, harmonische zee- en lucht macht zou in vier jaar niet tot in de perfectie worden opgebouwd. Wel is het mogelijk een internationaal er kende en gewaardeerde graad van gereedheid te bereiken, welke over nog eens vier tot zes jaren kan wor den geperfectionneerd, wanneer aan drie voorwaarden wordt voldaan. De eerste voorwaarde is de beperking in de opbouw. Een bewijs van de juist heid hiervan is de luchtmacht, die, door beperking in typen, soorten en aantallen, een mogelijkheid heeft doen ontstaan op de duur een strijd macht in stand te houden die ons niet boven het hoofd zal groeien. De twee andere voorwaarden zijn de uitputting van de vorengenoemde mogelijkheden en het vertrouwen van het Nederlandse volk in de lei ding der strijdkrachten. Onevenwichtige opbouw. Ten aanzien van de Koninklijke Marine had een beperking in typen ons gespaard zowel voor thans opdoe mende hoofdbrekens ener volledige vruchtdragende exploitatie, alsmede voor die der toekomstige vervanging. Daarnaast dient het zeer grote be lang te worden erkend van een in middels groot aantal uitnemend ge schoolde scheepsbemanningen. Voor wat het leger betreft ligt de zaak anders, zolang de eis wordt ge- steld, dat beschikt moet worden over belangrijke parate eenheden. Immers bestaan de eenheden niet grotendeels uit beroepspersoneel dan is de nood zaak aanwezig steeds weer grote aan tallen dienstplichtigen op te roepen. De aanvankelijke onevenwichtig heid in de opbouw van de strijd krachten komt tot uitdrukking in de cijfers der begrotingen en personeels bezetting. Meer beroepspersoneel aannemen stelt ons voor andere con sequenties, omdat het personeel een onbeperkt vertrouwen moet kunnen hebben in de staat als werkgever, hoe ook de omstandigheden zullen zijn. Nederland heeft ,,'n koopje". Zijn er dus vele problemen op personeelsgebied, die van het mate rieel zijn niet minder ingewikkeld, doordat de hulp per jaar wordt vast gesteld. De luchtmacht, die eind 1954 over 400 vliegtuigen zal beschikken, welke gestationneerd zullen zijn op o.m. 7 operationele vliegvelden, zal met een sterkte van 20.000 man in vier jaar tijd meer dan vertienvoudigd zijn. In vergelijking tot de inspanning in andere landen uitgedrukt in het percentage, dat de defensie-uitgaven uitmaken van het nationale inkomen is onze inspanning zeker niet bo venmatig te noemen Dit percentage was in 1952, voor Nederland 6.4 pet., voor België 6.5 pet., voor Frankrijk 11.9 pet. en voor de U.S.A. 14.9 pet. Ook nationaal gezien is onze hui dige defensie-inspanning niet uitzon derlijk; thans maakt de defensiebe groting 25 pet. uit van de totale rijks begroting, in de jaren 1902 t/m 1913 was het ook 25 pet., in 1914: 33 pet., in 1915, 1916 en 1917 zelfs 50 pet. Eigen industrie profiteert. Onze eigen industrie wordt bij de ontwikkeling der defensie zoveel mo gelijk ingeschakeld. In de munitie- en voertuigensector en aan de bouw nijverheid werden zeer belangrijke opdrachten verstrekt, daarnaast zijn in de scheepsbouw, vliegtuigbouw, de bouw der tele-communiecatiemidde- Ien en in de textielindustrie zeer be langrijke orders geplaatst. Indien op dit gebied bij de NATO-landen de vol le bereidheid bestond tot internatio nale samenwerking, zijn er mogelijk heden te over voor een doelmatiger en snellere herbewapening van de Westerse wereld dan thans het geval is. Spreker had de innerlijke overtui ging en de innerlijke zekerheid, dat wij op de goede weg zyn, doch dat de weg nog niet ten einde is; dat een verdere investering in onze krijgsmacht van grote kapitalen verantwoord is en blijft, zolang de vredesduif het eeuwige leven nog niet is gegund. Nederland achterop geraakt De regering wil een bedrag van 20 millioen gulden beschikbaar stellen ten behoeve van de ontwikkeling van technische procédé's en apparaturen. Het geld zal worden geput uit de z.g. tegenwaardefondsen van de Marshall hulp. In de toelichting bij een suppletaire begroting 1953 van Economische Za ken, die in verband hiermee is inge diend, wijst de regering er op, dat Nederland ten aanzien van de ont wikkeling van nieuwe producten en productiemethoden, door de oorlog ver achter is geraakt bij Amerika, Engeland en Zwitserland. Aan deze technische ontwikkeling werd tot dusverre door de overheid nog niet in betekenende mate steun verleend. Het bedrag van 20 mil lioen, dat thans ten laste van het dienstjaar 1953 wordt aangevraagd, zal moeten dienen om deze onont beerlijke financiële steun te verschaf fen. Het ligt in de bedoeling de facili teiten van deze ontwikkelingsfinan ciering mede dienstbaar te maken aan de ontwikkeling van producten, die van belang zijn voor de uitrusting van leger, vloot en luchtmacht. De deelneming van de Nederlandse in dustrie aan deze militaire ontwikke ling is van grote betekenis voor de industrialisatie. De steunverlening aan de te ontwik kelen projecten behoeft niet steeds in dezelfde vorm te geschieden, zij dient aan het bijzondere geval te worden aangepast. Hierbij dient men er van uit te gaan, dat deze steun, financieel bezien, het karakter heeft van een deelneming is een riskant project van tijdelijke duur, dat öf succes boekt, óf op niets uitloopt. In het algemeen zal dus een over eenkomst gemaakt worden, waarin de terugbetaling en een eventuele rentevergoeding afhankelijk worden gesteld van de financiële resultaten der ontwikkeling. In plaats van of naast een vergoeding van rente kan ook een aandeel in de eventuele winst worden gevraagd.' De oorzaak hiervan is o.m. het ge brek aan risicodragend kapitaal voor nieuwe ondernemingen of be- nodig voor de ontwikkeling van een nieuw product, bergt niet alleen een grote risicofactor in zich, doch heeft tevens een omvang aangenomen, die de mogelijkheden der betrokken on derneming dikwijls te boven gaat. Het gaat hier in beginsel om de finan ciering van alles wat geschieden moet na de afsluiting van het researchsta- dium tot op het ogenblik dat de nor male serie- of massafabricage ter hand kan worden genomen. Hier kun nen onder vallen de ontwikkeling van nieuwe producten en apparaturen en ook nieuwe productie-methoden of werkwijzen. Mede kan hieronder worden begrepen de financiering van een proefserie of van een proeffa briek. De minister van Economische Za ken, bij de beoordeling van aanvra gen, wil zich laten voorlichten door een college van deskundigen, dat de naam „Ontwikkelingsraad" zal krij gen. De beslissing zal by de minis ter berusten. Ofschoon over de resultaten niets met zekerheid valt te voorspellen, verwacht de minister, zulks op grond van de ervaringen in de afgelopen jaren opgedaan met ontwikkelings- credieten op kleine schaal, dat door deze wijze van medewerking aan de Nederlandse industrie een krachtige stimulans zal worden gegeven aan de industrialisatie var ons land. Minister tegen deelname Nat.Res. aan filmopname Vragen in de kamer Aan de minister van oorlog zijn schriftelijke vragen gesteld in ver band met de opnamen te Maastricht voor de film „The truth and the brave", waaraan vrijwilligers van de Nationale Reserve hebben deelge nomen. De vraagsteller meent vernomen te hebben, dat de minister het optreden van de Nat. Reserve voor de film onwaardig gevonden heeft en dat hij de diverse commandanten, die de manschappen toestemming tot deel name gegeven hebben, ter verant woording geroepen heeft. Daarop aansluitend wordt vermeld, dat de Engelse regering ook enkele onderdelen van haar strijdkrachten naar Maastricht gestuurd heeft, waaruit mag worden afgeleid, dat de Engelse regering het deelnemen van geüniformeerde troepen niet onwaar dig vindt. Ten slotte verzoekt de vraagsteller den bewindsman te bewerkstelli gen, dat in de toekomst alle moge lijke medewerking aan dergelijke deelname verstrekt zal worden. Rampschadewet Zonder hoofdelijke stemming heeft de Tweede Kamer gistermiddag de Wet op de watersnoodschade 1953 die gedurende de mondelinge behan deling wederom op tal van punten ten gunste van de slachtoffers van de ramp gewijzigd is, aangenomen. PROTEST VAN ST. ADELBERTSVERENIGING „Ik ben gek op Marijke Aangename en Het hoofdbestuur van de St. Adel- bertsvereniging heeft het volgende telegram gezonden aan de heer Tadusz Findzinski, Pools gezant te 's Gravenhage: „Hoofdbestuur St. Adelberts-ver- i eniging, vertegenwoordigende grote meerderheid Nederlandse Katholieke j intellectuelen, geschokt door arres tatie Stephanus Kardinaal Wyszynski, geeft uiting aan diepe verontwaardi-1 ging en bezorgdheid. Verzoekt, zich herinnerend Poolse heldenstrijd voor vrijheid en recht laatste wereld-oor- log, om vrijlating en eerherstel Zijne Eminentie". 1 onaangename herinneringen De chauffeur van H. M. de Konin gin, Barend Hoogeveen, heeft deze week zijn ontslag genomen, na 26 jaar trouwe dienst. Hij gaat een ben zine-station exploiteren in Utrecht. „Het Vrije Volk" heeft hem gevraagd naar zyn ervaringen: „Straks komen op het station te Innsbrück twee heren aan. Wilt u ze even afhalen?" Die opdracht kreeg Barend Hooge veen een paar jaar voor de oorlog van een adjudant van koningin Wil- helmina tijdens een vacantie in Oos tenrijk. Hoogeveen ging. Hij haalde baron Van Hardenbroek en een hem onbe kende heer. „Een aardige vent, maar wie zou die vreemdeling toch zijn? ik heb 'm nooit eerder gezien". Hoogeveen en zyn collega's peinsden er lang over. Ze zagen de man in een arreslee met prinses Juliana te midden van vele anderen. Ze ontdekten 'm in de Vogezen en in Zwitserland. De onbe kende verscheen op Het Loo, toefde regelmatig in het huis van houtvester Brandsma. Barend kreeg het dóór. Die vreem deling moest de toekomstige man zijn voor de Prinses. „Als je je mond maar houd!" werd hem dra te verstaan gegeven. Hoogeveen hield z'n mond. Ander half jaar lang bewaarde hij het ge heim van zijn leven". Tot op de dag, SPIERPIJN pi)n,i'kc' st,'ive •*rffafW spieren moet U driemaal daags krachtig laten wrijven met Kloosterbalsem, die diep in de weefsels doordringt. Ook bij rheumatiek en ischias: Mogelijkheid van monopolieheffingen De minister van Landbouw, Visse rij en Voedselvoorziening heeft na overleg met de Stichting voor de Landbouw besloten bij de import van voedergranen monopolieheffingen mogelijk te maken, indien de wereld marktprijzen dalen beneden het ni veau, dat in Nederland als mini mum gewenst wordt geacht. Daarbij zal er voor de producten gerst en haver naar worden ge streefd, dat de telers, indien de we- Middenstand had in Augustus grotere omzetten dan in '52 Het midden- en kleinbedrijf had in Aug. jl. blijkens mededeling van het Economisch Instituut voor de Middenstand, over het algemeen ho gere omzetten dan in Aug. 1952. Slechts in enkele branches kwam een omzetdaling voor. Deze was van de geringste omvang in de brood bakkerijen, de meubelzaken en in de tabakszaken. Een iets grotere om- zetvermindering werd genoteerd voor de zaken in huishoudelijke arti kelen en in de chocolateriebedrijven. De omzetten in rijwielen, ijzerwaren langrijke uitbreidingen. Het kapitaal, en gereedschappen en in boeken ver- Eindelijkgeorganiseerde mollenbestrijding! Van de zijde der Gelderse C. B. T. B. wil men bij de daarvoor in aanmerking komende instanties nog eens naar voren brengen, dat het voor een betere bemesting van de zandgronden op de Veluwe van het allergrootste belang is dat zo spoe dig mogelijk tot het stichten van een compostbearijf op de Veluwe wordt overgegaan. Van hogerhand is onlangs namelijk medegedeeld dat wellicht voorlopig nog geen compostbedrijf op de Ve luwe zal kunnen worden gevestigd. De CBT.B heeft het oog laten val len op de omgeving van het Stroe. Als vertegenwoordiger van de Gelderse CBTB in de provinciaal te vormen commissie voor de georgani seerde mollenbestrijding, is be noemd de heer H. van Ramshorst te Barneveld. In de commissie, die de wenselijkheid zal onderzoeken van het vestigen van een of meer pluim- door de wet was toegestaan. De uitgaven der sociale verzekeringen aan uitkeringen en administratie kosten vertonen een regelmatige stijging. In 1951 werd in totaal bijna 1.1 milliard uitgegeven. Dit was bijna 260 millioen n.eer dan in 1960. Uiter aard moeten hierdoor hogere bijdragen worden opgebracht door werkge vers en werknemers, terwijl ook de overheid een steeds zwaardere bijdra ge voor de sociale verzekeringen moet. opbrengen. Indertijd is er door het Centraal Sociaal Werkgevers Verbond de aan dacht op gevestigd, dat grotere be dragen aan het bedrijfsleven werden onttrokken voor sociale voorzienin gen dan door de wet is toegestaan. Met name geschiedt dit bij de uit voering van de Kinderbijslagwet, waarvoor de inkomsten groter zyn dan de uitgaven, zodat een zekere fondsvorming mogelijk is, een fonds vorming, waarin door de wet niet is voorzien. Blijkens een statistiek welke zo juist door het Centraal Bu reau voor de Statistiek is gepubli ceerd, overtroffen de inkomsten de uitgaven voor de Kinderbijslagrege ling gedurende 1951 met f 20.996.000 nadat in 1950 reeds een overschot aan inkomsten was verkregen van 28.775.000. In twee jaar tijds werd derhalve een bedrag van 49.771.000 meer aan het bedrijfsleven onttrokken dan veedemonstratie-bedrijven zijn van de zijde der Gelderse CBTB benoemd de heren E. Zandbergen te Voort- huizen en H. G. Wasink te Winters wijk. De benoeming van de heer J. Weijenberg tot hoofd van de nieuwe Chr. Lagere Landbouwschool te Velk is thans ministerieel goedge keurd. Ook bij het Ziekenfondswezen doet ten dergelijk verschijnsel zich voor loor het aankweken van met door de we* geoorloofde reserves worden middelen van het bedrijfsleven over gebracht van de risico-dragende sfeer mar de risicomijdende sector, wac de uitvoering van het industrialisa tieprogramma schaadt. Administratiekosten. Het beheer van de sociale verzeke ringen brengt uiteraard grote admi nistratiekosten met zich mede, wel ke bedragen nog groter worden door de gedecentraliseerde organisaties van de verzekeringen. In 1951 ver eisten de administratiekosten een be drag van niet minder dan f 92.245.000 tegen in 1950 I 81.326.000 De totale uitgaven uit hoofde van de verplichte sociale verzekeringen beliepen in 1951, aldus het C.B.S., 1.099.875.000, tegen 930.257.000 in 1950. Op rekening van uitkeringen kwam hiervan in 1951 f 1.007.630.000 en in 1950 848.931.000. Tegenover deze uitg. stonden in 1951 totale ont vangsten ten bedr. v. 1.192.560.000 (v. j. 1.025.319.000). Hiervan vloeide 668.722.000 (592.890.000) voort uit bijdragen van werkg. f 163.096.000 132.901.000) van werknemers, 310.881.000 (255.096.000) van de overheid en 49.861.000 (44.432.000) wegens interest en diverse inkom sten. In totaal werd dus in 19$ 1 uit hoof de van de verplichte sociale verze keringen een saldo inkomsten boven uitgaven verkregen van f 92.685.000, tegen een saldo van 95.062.000 in 1950. toonden ten opzichte van Augustus 1952 de grootste vooruitgang, te we ten van respectievelijk 15, 14 en 10 pet. In enige branches in levensmid delen was de genoteerde omzetstij ging, althans ten dele, ten gevolg van de sedert Augustus 1952 verhoog de prijzen. De toeneming van de geld- omzet ging in de betreffende bran ches derhalve niet gepaard met een evenredige stijging van de hoeveel- heidsomzetten. Vergelijkt men de omzetten in Augustus j.l. met die in Juli, dan blijkt, dat in de voedingsmiddelen sector in het algemeen hogere om zetten werden behaald doordat Aug. een Zaterdag meer telde. Een uitzon dering vormt de detailhandel in aard appelen, groenten en fuit, waar ten gevolge van prijsdalingen lagere om zetten werden genoteerd. In de sec tor van de duurzame consumptie goederen volgde als reactie op de opruimingsverkopen in Juli een om zetdaling Slechts 7V2 minuut film van Nederland Gedurende de laatste dagen zijn te Delft weer opnamen gemaakt voor de film „The true and the brave' waarin Clark Gable en Lana Turner de hoofdrollen spelen. Te Delft is nu een kleine afdeling bezig geweest met het maken van verschillende scènes. De grote afde ling met regisseur Godfried Rein- hardt is momenteel gestationneerd in Arnhem voor opnamen in die omge ving. Op het programma staan nu nog opnamen in Nes, waar men na lang zoeken een typische boerderij vlak bij zee heeft gevonden. Er is in de laatste weken heel wat in óns land gefilmd. Naar wij vernamen zullen in de film de opnamen, welke in Neder land werden gemaakt, in totaal slechts 7 1/2 minuut in beslag nemen. Verwacht wordt dat de film in Juli van het volgend jaar voor vertoning gereed zal zijn De figuranten in Delft hebben een aardig gebaar gemaakt. Zij hebben mevrouw J. Vink, die de zorg heeft vooT de figuratie, een blauw Delftse asbak aangeboden als blyk van waar dering voor haar behulpzame en vriendelijke houding. reldmarktpryzen dalen beneden dit minimum-niveau, deze producten toch tegen de kostprijs kunnen afzet ten. Aangezien de kostprijs van rogge hoger is dan die van gerst, doch de handelswaarde lager zal het echter niet mogelijk zijn door middel van monopolie-heffingen bij de import, voor inlandse rogge een afzetmoge lijkheid te scheppen tegen de kost prijs voor dit product. Wel zal door het opleggen van een monopolie heffing kunnen worden voorkomen, dat de prys voor inlandse rogge daalt beneden de handelswaarde, welke dit product heeft ten opzichte van gerst en haver. Rekening houdende met het voren staande zal het Bedrijfschap voor gra nen, zaden en peulvruchten mono polie-heffingen opleggen, indien de prijzen, waarvoor importgranen in Nederland beschikbaar kunnen ko men zouden dalen beneden: ƒ21 voor gerst, ƒ19.50 voor haver en ƒ20 voor rogge. Deze prijzen zullen worden aange houden voor buiten aydse granen, welke in kwaliteit overeenkomen met de gemiddelde kwaliteit van de des betreffende inlandse producten. Uiteraard zal rekening worden ge houden met uit de kwaliteit voort vloeiende prijsverschillen. Bovenstaande prijzen kunnen niet worden beschouwd als absolute mini mum-prijzen, doch in het algemeen zullen de telers bij een redelijke spreiding van het aanbod in de gele genheid zijn ten minste genoemde prijzen voor gerst en haver te maken. Voor de rogge zal dit in mindere ma te het geval zijn, aangezien de daar voor genoemde prijs naar verhouding vrij hoog is. Wel za' hierdoor de im port van rogge tegen lagere prijs worden tegengegaan. Bij export van granen zal een res titutie worden verleend, welke zal zijn afgesteld op de importheffing om de mogelijkheid tot export op basis van de wereldmarktprijzen te hand haven. Ook bij de uitvoer van ver werkte producten, dus ook voor vee houderij-producten, zal in daarvoor in aanmerking komende gevallen een met de importheffing overeenkomen de restitutie worden verleend. dat prins Bernhard Officieel zijn in trede deed in Nederland als verloofde van prinses Juliana. „We wisten dat ze van Het Loo naar Den Haag zouden gaan in de twoseater van de Prins. Ik reed die dag met een vrachtwagen van Den Haag naar Apeldoorn. Onderweg pas seerden we dat kleine wagentje. Toen hebben m'n collega en ik hen als eersten met onze petten toegezwaaid. Een paar dagen later riep de Prins ons by hem. Hij had 't leuk gevon den!" Deze week is Barend Hoogeveen chauffeur van koningin Juliana, af gezwaaid. Na 26 jaren dienst by het Koninklijk Huis. Dit is een van zyn vele herinneringen aan die tijd. Is ook een van de leukste. „Wat ijc niet leuk vond? Ik was net een jaar als staljongen in dienst. Toen moest ik naast de gouden koets lopen naar de opening van de Sta- ten-Generaal. Wat had ik de smoor in. MEI 1940. Barend, nu 42 jaar, reed in de Mei dagen van 1940 achter de pantserwa gen van de Nederlandse Bank met de prinselijke familie naar IJmuiden. „Op de railing nam ik afscheid van het prinselijk paar en de Prinsesjes, nadat ik het reiswiegje had afgege ven. Ik wist niet beter dan dat alleen de Prinses en de kinderen weg zou den blijven. De Prins was van plan gauw terug te komen". „Je hoort nog wel waar je mij moet afhalen", voegde de Prins hem daar toe. Vy'f jaar gingen er overheen, voor dat Hoogeveen in de buurt van Breda weer in contact kwam met de Prins. „Als ik dat geweten had was ik ook op de boot gesprongen het had gemakkelijk gekund". Nu was hij in de oorlogstijd eerst jachtopziener op Het Loo. Barend moest op de bomen passen. „Het lag me niet. Wat kon het mij schelen hoeveel hout er weggehaald werd?" Ze gaven hem een andere baan: chauffeur bij Binnenlandse Zaken, in die jaren gevestigd in Apeldoorn. Hij bestuurde een wagen met gas-gene- rator, die bekend stond als de „Rog gebroodexpres". Vanwege de vele rog gebroden, die ambtenaren hem mee gaven om bij familie en kennissen onderweg af te geven. „Die auto kon je nooit starten. Ik liet 's morgens om vijf uur een ploeg ambtenaren komen om de wagen aan te duwen MAJESTEIT. Tot de belangrijkste gebeurtenissen in zijn dienstperiode rekent Hooge veen de rit met Koningin en Prins op de avond na de inhuldiging naar de Stadsschouwburg. „Ik moest plotse ling overschakelen van Koninklijke Hoogheid op Majesteit. Dat viel even niet mee". Hij vond het een even grote beleve nis Trix onlangs in Amsterdam, met haar ouders, naar haar eerste offi ciële galavoorstelling in diezelfde schouwburg te mogen brengen. „Nee, ik heb de Prinsesjes nog nooit met Hoogheid aangesproken. Voor mij zijn dat ook Trix, Ireentje, Pieti en Marijke. Ik heb vaak met ze gezwommen. Net als met andere kinderen. Leuk, heel gewoon. Ik ben gek op Marijke, vond het altijd fyn haar naar school te mogen brengen". Hoogeveen gaat weg, uit eigen be weging.). Hij wordt exploitant van een benzinestation in Utrecht. De Prins heeft toegezegd dat station of ficieel te zullen openen. Omdat het Hoogeveen betreft. Dat Marijke hem dan voor het laatst laag Hoogeveen!" zal toeroepen, zoals ze dat steeds doet, kan Barend niet geloven. „Ik zal haar vast nog wel eens zien!" gelooft hij. Zo goed als hij weet: „Ik heb een beste baas gehad. Beter had ik het niet kunnen treffen. De Koningin en de Prins zijn beide altijd erg goed voor mij geweest. Als ik wat had, kon ik er rustig met hen over pra ten. Wanneer het half mogelijk was mij te helpen deden ze dat heel". LEEUWENMONUMENT VOOR N.O.-POLDER. De landdrost van de Noord-Oost polder, dr. ir. S. Smeding, heeft aan de voorlopige gemeenteraad van de polder voorgesteld, in eigendom en beheer van de polderdirectie te aanvaarden, een door het personeel van de directie geschonken leeuwen monument, dat de afsluiting van de eerste periode van tien jaar ingespan nen arbeid voor de toekomst sym boliseert. De bekleding van de voet stukken van dit monument is ver vaardigd van Bentheimer zandsteen, gevonden in de Noordoostpolder in een scheepswrak uit de zeventiende eeuw. Op een by het monument aan te brengen muurtje zullen belang rijke polderdata, zoals de droogval ling e.d. worden ververmeid. Verffabriek te Apeldoorn vannacht in lichter laaie Tweede maal in twee jaar Voor de tweede maal sinds No vember 1951 is de N.V. verfstoffen- fabriek „Holland" aan het kanaal te Apeldoorn door een hevige brand ge troffen. Nadat om half elf Vrijdagavond bij de controle alles in orde was bevon den, werd nauwelijks tien minuten later brandalarm gegeven. Het bleek, dat een van de belangrijkste afdelin gen, namelijk de droogafdeling voor pigmenten in lichter laaie stond. In afwachting van de komst van de brandweer bestreed het personeel, dat in de nachtdienst was, overigens zonder succes, de vlammenzee met schuimblussers en emmers water. De brandweren van Apeldoorn en Wor men bestreden het vuur met vier stralen en slaagden er spoedig in de vlammenzee meester te worden. Zij werden bij het blussingswerk door een hevige rookontwikkeling belem merd, zodat zij genoodzaakt waren van rookmasker gebruik te maken. Het is nog niet bekend, hoe groolf de schade is, doch vast staat, dat voor duizenden guldens aan gronstoffen verloren is gegaan. De fabriek is voorlopig aangewezen op het gebruik van enkele kleine droogkamers, doch alles wordt in het werk gesteld om stagnatie in de productie zoveel mo gelijk te voorkomen. Verzekering dekt de schade.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1953 | | pagina 8