Coppi was ongenaakbaar, gaf
zelfs grootmeesters geen kans
Goed weekend voor Italië
De Rijcke werd afgeschud
WOENSDAG VERTELT „MARGRIET" U MEERI
Steeds grotere prestaties
van de wegrenners
De Italianen namen ook de
amateurtitel mee naar huis
MAANDAG 31 AUGUSTUS 1953
Dfc. LHlUsfc COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 1
ITALIË, DAT DIT JAAR zo'n slecht figuur sloeg tijdens de Tour de
France, heeft in het achter ons liggende weekend laten zien, dat het
nog over een keurcorps van wegrenners beschikt. Niet alleen ging Rausto
Coppi Zondagmiddag onbedreigd als eerste over de eindstreep in Lugano,
en bracht daarmede het wereldkampioenschap van dit jaar op zijn naam,
maar het wereldkampioenschap voor amateurs, dat Zaterdag werd verre
den, was een Italiaanse aangelegenheid. Hier was het Filippi, die de eer
voor zich opeiste in een grootse sprint met zijn landgenoot Gustone Nen-
cine. Die Italianen, die de laatste tijd zo weinig reden tot juichen hebben
gehad, grepen deze gelegenheid gretig aan. Reeds toen Fausto Coppi zijn
laatste ronde reed, werd hij ais het waren over de streep geschreeuwd.
En Zaterdag was het tumult niet minder, toen de twee donkere Italianen
op de eindstreep afstormden en daarmede zowel de eerste als tweede
plaats voor zich opeisten. Welke taferelen zich in Italië zelf hebben af
gespeeld weten wij niet, maar dat het er Zaterdag en Zondag rumoerig
naar toe is gegaan, kan men zich heel gemakkelijk indenken.
achtste ronde demarreerde ook de
Zwitser Huber en de Belg Van Ge-
neugden. De voorsprong van de twee
vluchtelingen was door Lauredi tot
2 min. 6 sec. teruggebracht, terwijl
het veld 2 min. 53 sec. achterstand
had. De onrust in het peloton bleef
ook in de negende ronde, want her
haaldelijk vormden zich kleine
groepjes, van drie of vier renners.
Bij Cinque Vie kwam Van Breenen
ten val en kreeg 15 'seconden ach
terstand op Van Baere. Lauredi, Hu
ber, Van Geneugden, Gismondi en de
Rijcke hadden elkaar gevonden en
zetten tezamen de achtervolging in,
terwijl Wout Wagtmans zich bij
hen voegde. Van Breenen was er in
middels in geslaagd zijn Belgische
kameraad weer in te halen, maar dat
bet tweetal tenslotte zou worden ge
grepen, stond bij voorbaat vast. Dit
geschiedde dan ook prompt in de
tiende ronde (150 kilometer). De
Baere viel op de Crespera terug en
Van Breenen werd ingehaald door
zijn ploeggenoot Wagtmans, door de
beide Belgen van Geneugden en de
Rijcke, de Zwitser Huber, de Ita
liaan Gismondi en de Fransman
Lauredi. Dit zevental kwam geza
menlijk na de tiende ronde door met
2 min. 12 sec. voorsprong op Loui-
son Bobet en 2 min. 17 sec. op het1
peloton, waarin van Est, Magni en
Coppi in de voorste gelederen te vin
den waren. Nerveus bleven de fa
vorieten bij elkaar; de een bewaakte
de ander en voor de goede orde zij
nog vermeld, dat Fausto Coppi zijn
valhelm had weggegooid.
Hein van Breenen
vocht tevergeefs
Toen de strijd Zondag een aan
vang nam stonden er 130.000 toe
schouwers rond het circuit en men
had het dubbele aantal verwacht.
Hier en daar was de route slecht af
gezet en hadden de toeschouwers
de halve breedte van de weg in beslag
genomen, waardoor een nauwe door
gang ontstond. Slechts met moeite
konden de weinige volgauto's door
deze massale versperring heen ko
men. In de eerste ronde paseerde het
veld gegroepeerd de eretribune in
de tijd van 24 min. 36 sec., hetgeen
een uurgemiddelde van 36.684 km.
betekende. Maar de strijd ontbrand
de spoedig, want in de tweede ronde
trokken Astura en de Luxemburger
Gaul er tussen uit in een tempo, het
welk hun een winst van bijna ander
halve minuut opleverde. De ronde
werd afgelegd in de recordtijd van 23
minuten 5 seconden. Maar noch de
Italiaan, noch de jeugdige Luxem
burger waren van plan een serieuze
ontvluchtingspoging te ondernemen
en op de volgende 15 km. liep het
peloton sterk in op dê beide koplo
pers. Toen beiden in het veld waren
teruggekeerd ondernamen Van Bree
nen en de Belg de Baere een nieu
we poging om weg te komen. Wat
eerst als een licht spelletjes werd be
schouwd, bleek later bittere ernst te
worden. Want na de 4e ronde had
het duo 35 seconden voorsprong op
het peloton genomen, wat een ronde
later was gegroeid tot 2 min. 39 se
conden. Tussen Tarzan van Breenen
en Karei de Baere lag de Oostenrij
ker Kaim te „zwemmen", die zijn
poging zich bij de vluchtelingen te
scharen, op niets zag uitlopen. Na
zes ronden, toen dus 1/3 van de af
stand was afgelegd (90 km.) drukten
wij een tijd voor Van Breenen en
de Baere af van 25 min. 1 sec. Eerst
toen de chronometers 2 min. 49 se
conden verder waren gelopen kwam
het peloton, aangevoerd door Ge-
miniani, door.
Tarzan vocht.
In de zevende ronde wisten Van
Breenen en de Baere hun- voor
sprong te behouden. Reeds vielen er
enkele uitvallers te noteren, o.a. de
Zwitser Metzger. De Nederlander
en de Belg kwamen door met een
voorsprong van 2 min. 54 sec. op
Schwarzenberg, 3 min. 14 sec. op
Schneider, 3 min. 20 sec. op Schils
en 3 min. 22 sec. op het peloton, dat
door Teisseire geleid werd. In het zich bij de 7 vluchtelingen, maar wie
veld kwam vervolgens enige roering, gedacht zou hebben, dat met nog 90
toen Lauredi wegsprong, en in de I km. voor de boeg, de rust zou terug-
Coppi sloeg toe.
Onder de uitvallers telde men na
de 13e ronde de drie Oostenrijkers,
die hadden ingeschreven, drie En
gelse professionals, de Duitsers
Preiskeit en Berger, niet minder dan
vier Zwitsers, de Fransman Tessei-
re en de Luxemburgers Dierckens
en Jim Kirchen. In de 12e ronde wa
ren Coppi, Bobet en Kuebler wegge
sprongen uit het peloton. Zij maak
ten jacht op de groep Roks, Stan
Ockers en de Filippis (uit zes man
bestaande) en liepen tevens op de 7
vluchtelingen in. Wagtmans, van
Breenen met 44 sec. voorsprong op
11 renners (dé tweede en de derde
groep waren samengesmolten) en
keren, had het aan het verkeerde
einde, want Fausto Coppi nam het
initiatief geheel in handen, hij de
marreerde zo fel in fabelachtige
stiji, dat alleen Germain de Rijcke
zijn wiel kon houden. Alleen kop
doen was voor de grote Fausto geen
bezwaar om steeds verder uit te lo
pen en toen het tweetal de tribune
passeerde bleek, dat de ronde was af
gelegd in 24 min. 1 sec., een gemid
delde van 37.449 km/h.
Coppi reed voortdurend in het
zelfde hoge tempo met De Rijcke aan
zijn wiel. In de 14e ronde wist dit
tweetal, of zou men niet beter kun
nen spreken van één man, de voor
sprong op het drietal Ockers, Gis
mondi en Varnajo te vergroten tot 2
min. 36 sec. Op 4 min. 3 sec. volg
den negen man o.w. Kuebler en
Wagtmans en Roks. Daarachter
Ernzer, Gaul en Van Breenen op 4
min. 10 sec. Op 7 min. 20 sec. kwa
men Gerrit Voorting, Trobat en Brik
Schotte voorbij en op 10 min. 40 sec.
een groep van tien man, waarin zich
Van Est, Dekkers en Magni bevon
den.
Was het bluf van De Rijcke, dat hij
glimlachend en opgewekt telken
male de eretribune passeerde? De
situatie na de 16e ronde was in ieder
geval zo, dat Coppi en de Belg met
3 min. 39 sec. voorsprong op Ockers
en Gismondi voorbijkwamen, terwijl
de groep Kuebler met Wagtmans en
Roks wederom terrein had verloren
en een achterstand boekte van 7
min. 50 sec.
Achter onze beide landgenoten
kwam alleen nog Gerrit Voorting
door in gezelschap van de renners,
die in de voorafgaande ronden steeds
bij hem waren gebleven, ook Hein
van Breenen had de strijd ge
staakt.
Machts-vertoon.
In de 17e ronde, de voorlaatste
klonk plotseling door de luidspre
ker, dat Coppi zijn schaduw De
R\jcke had laten staan en alleen op
kop lag, een situatie, welke volko
men in de lijn der verwachtingen lag.
Men telde op dat moment nog slechts
30 renners op het parocurs, geheel
verspreid. Te Manno, op 24 km. van
de finish, had Coppi een voorsprong
van 1 minuut 40 sec. op De Rijcke,
een voorsprong, welke met ingang
van de laatste ronde van 15 km. tot
3 min. 58 sec. was vergroot. Toen de
Italiaan langs de tribunes kwam
klonk uit duizenden kelen gescan
deerd: Coppi. Coppi, Coppi!!!
Het werd een zegetocht, deze
laatste 15 km. over het parcours
waar de massa dicht Opeen gedron
gen Coppi enthousiast toejuichte. De
tijd van Coppi over de voorlaatste
ronde bedroeg 23 min. 36 sec.
Op 5 min. 45 sec. lagen Ockers en
Gismondi, met Ockers voortdurend
aan de kop, want de Italiaan dacht
er niet aan de leidipg van de Belg
over te nemen.
In de voorlaatste ronde viel Roks
uit dp groep Kuebler—Wagtmans
Tn de laatste ronde was de
ruim 2 minuten op de rest van hetspanning verdwenen; niets stond
peloton, waarin zich Van Est, I meer een wereldkampioenschap aan
Gerrit Voorting, Dekkers en Nolten Coppi in de weg. En toen de blauwe
bevonden, alsmede de Italiaan Mag-1 trui* Van Coppi op de witte beton-
ni. Daarachter reed Adrie Voorting j weg) in de stralen van de laag-
alleen. staande zon, viel te ontwaren, ston-
In de 13e ronde voegden de 11 man
(Advertentie).
den de duizenden toeschouwers als
één man op om hun favoriet, de
sterkste onder de sterken, uitbundig
toe te juichen. Lachend, een hand
van het stuur ging hij rustig over de
eindstreep. Zijn tijd over 270 km. be
droeg 7 uur 30 min. 59 sec., een ge
middelde van 35.235 km. per uur.
Als tijd over de laatste ronde werd
24 min. 28 sec. genoteerd. De Rijcke
ging met 6 min. 16 sec. achterstand
als tweede over de eindstreep en
Stan Ockers won de sprint gemak
kelijk voor Gismondi en veroverde
daarmede de derde plaats.
De uitslag luidt:
1. en wereldkampioen Coppi (Ita
lië) 7 uur 30 min. 59 sec.
2. De Rijcke (België) op 6 min.
16 sec.
3. Ockers (België) op 7 min. 33
'sec.
4. Gismondi (Italië) op 7 min.
34 sec.
5. De Filippis (Italië) op 9 min.
11 sec.
6. Gaul (Luxemburg) op 9 min.
12 sec.
7. Kuebler (Zwitserland) Op 12
min. 57 sec.
8. Bobet (Frankrijk) zelfde tijd.
9. Geminiani (Frankrijk) zelfde
tijd.
10. Ernzer (Luxemburg).
11. Van Geneugden (België).
12. Vórnara (Italië).
13. Wagtmans (Nederland) allen
zelfde tijd als Kuebler.
Roks (Ned.) werd 16e in 7 uur 45
min. 43 sec. en Gerrit Voorting
(Ned.) 20e in 7 uur 50 min 46 sec.
Van de Nederlanders hebben al
leen Wagtmans Roks en Gerrit
Voorting de wedstrijd uitgereden.
De anderen gaven op.
GEMIDDELDE ÜURSNELHEID WN 0E WERELDKAMPIOENSCHAPPEN OPOE WEG 1
km. 1927 '28 .'29 .'30 '31 -32J33J34 '35 '36 37 '38'46 "47 '48 V3 '50 '51 1952
Ricardo Filippi in de Regenboogtrui
In Lugano is het wereldkampioenschap op de weg voor amateurs verre
den over een parcours van 180 km. Winnaar en wereldkampioen werd de
Italiaan Ricardo Filippi, die wij hier de regenboogtrui zien aantrekken,
een karweitje, waarbij hij wordt geholpen door de voorzitter van de In
ternationale Wielren Unie, Joinard.
een groep ex aequo elfde en Van 't
Hof werd 30e.
Over de slechte prestaties van de
Nederlanders behoeft niemand ver
wonderd te zijn. Wij hebben des mor-
gens in Pensione Muzzano een kleine
scène meegemaakt, welke typerend
mag worden genoemd inzake de voor
bereiding van onze Nederlandse ama-
teurploeg voor de wereldkampioen
schappen. De amateurs moeten met
een complete fiets en reservemate
riaal naar de wereldkampioenschap
pen komen, de K.N.W.U. draagt daar
voor geen verantwoordelijkheid. Het
doet echter vreemd aan, dat niettemin
drie mecaniciens ter beschikking
staan, want wat moeten drie man
doen als de amateurs met compleet
materiaal aanwezig zijn? Bij inspectie
bleek echter, dat de fiets van Daan
de Groot de toets van zelfs de meest
oppervlakkige critiek niet kon door
staan. En het was Pellenaars, die de
Amsterdamse renner daarop opmerk
zaam maakte en nog zoveel mogelijk
geprobeerd heeft het racekarretje in
orde te laten maken, niet dan nadat
over en weer tussen de diverse offi
cials harde woorden waren gevallen.
Te Lugano werd het wereldkam
pioenschap op de weg voor amateurs
verreden over een parcours van in
totaal 180 km. De uitslag was als
volgt:
1. en wereldkampioen Ricardo Fi
lippi (Italië) 4 uur 59 min. 19 sec.,
gemiddelde snelheid 36.250 km. per
uur; 2. Nencini (Italië) zelfde tijd;
3. Rick van Looy (Belg.) 4.59.27; 4.
Van Aerde (Belg.) z.t.; 5. Gellhausen
(Lux.) z.t.; 6. Van Gauterf (Belg.)
z.t.; 7. Dalgaard (Denemarken) z.t;
8 Noyelle (Belg.) z.t.; 9. Piet van
den Brekel (Nederland) z.t.; 10. Win
ter (Zwitserland) z.t.; 11. exaequo:
Post (Nederland) z.t.; 30. Van 't Hof
(Nederland) 5.01.45.
Onze landgenoten De Groot, Wolfs
én Paymans zijn tijdens de wedstrij
den uitgevallén.
Nederlanders in
de achterhoede
Voor de derde achtereenvolgende
maal is het wereldkampioenschap op
de weg voor amateurs door een Ita
liaan gewonnen. Het was dit keer Ri
cardo Filippi, die na een laatste
schermutseling met zijn landgenoot
Nencini met ruime voorsprong over
de finish ging.
Onder een brandende zon vertrok-
ken de meer dan honderd amateurs
voor de 12 ronden op het 15 km. lan-
ge circuit, een totaal dus van 180 km.
Nadat de mindere goden, zoals de
Hongaren, Polen, Nieuwzeelanders en
deelnemers uit Hindoestan, Colum
bia en India, een achterstand hadden
opgelopen en de kanshebbers wat
meer armslag kregen, ontwikkelde
zich een strijd, waarin aanvankelijk
de Fransman Le Dissez, de Denen
Andersen en Rasmussen en de Belg
Van Raoy 'n rol van betekenis speel
den.
Van de Nederlandse renners hebben
de duizenden, die langs het circuit
stonden geschaard, niet veel grote
dingen gezien. Daar de Groot, Pay
mans en Wolfs staakten de strijd kort
na elkaar en Van der Brekel, Post en
Van 't Hof zag men nimmer in de
voorste gelederen.
Halverwege de strijd hadden de
Denen Dlagaard, Rasmussen, de
Spanjaard Segu en de Italiaan Pon-
zini de leiding, maar groot was hun
voorsprong niet. Tegen het einde van
de wedstrijd was*er een kopgroepje
bestaande uit Le Dissez, Andresen en
de Italiaan Nencini. In de laatste
ronde werden zij ingehaald en de Ita-
lianen Filippi en Nencini maakten in
een eindsprint uit wie zich wereld
kampioen moent noemen. Filippi won.
Van den Brekel werd als snelste Ne
derlander negende, Post eindigde in
Waar ligt de grens?
Op de vraag of de wegrenners van
vandaag zoveel sneller rijden dan in
1927, toen de eerste wereldkampioen
schappen gehouden werden en Alfre
do Binda met een gemiddelde snel
heid van 27,8 km. per uur wereld
kampioen werd, geeft bijgaande te
kening een juist antwoord. De gemid
delde uursnelheid is in meer dan 20
jaar inderdaad toegenomen. Pas 7
jaar na de eerste kampioenschappen
op de weg kwam de gemiddelde uur-
snelheid boven de 35 km. p. u. De
laatste 10 jaar is deze gemiddelde
uursnelheid constant boven de 35 km.
per uur gebleven.
Een niet te verwaarlozen factor is
natuurlijk de terreingesteldheid van
het parcours waarop de kampioen
schappen werden verreden. Een vlak
ke weg en een sterk geaccidenteerd
terrein zijn nu eenmaal onvergelijk
bare grootheden. Tevens komt hier
nog bij de strijdlust onder de ren
ners en de weersomstandigheden, die
sommige wedstrijden tot een leven
loos geheel maakten, waarbij de ren
ners op een kluitje bleven zitten, niet
Voor 20.000 toeschouwers werden in
het Pare des Princes te Parijs revan
ches van de wereldkampioenschappen
wielrennen gehouden.
De uitslagen luiden:
Internationaal omnium:
Algemeen klassement: 1. Patterson 3
pnt., 2. Hasseforder 8 pnt., 3. Nielsen 9
pnt., 4. Van Steenbergen 10 pnt.
Sprint:
De series werden gewonnen door onze
landgenoot Van Vliet, de Brit Harris en
de Italiaan Sacchi. In de repêchages
werden de Fransman Gerardin en de
Nederlander Derksen winnaar. Vervol
gens wonnen Van Vliet, Harris en
Derksen de kwartifinales en in de her
kansing ging Bellenger (Fr.) als eerste
over de eindstreep.
De verdere uitslagen luiden:
le nalve finale: 1. Harris 11.4 sec., 2.
Derksen.
2e halve finale: 1. Van Vliet 11.4 sec.,
2. Bellenger.
Finale: 1. Harris 11.3 sec. .2. v. Vliet.
Voor de derde en vierde plaats werd
gereden tussen Derksen en Bellenger.
Bellenger won in 12.sec.
Een wedstrijd achter grote motoren
werd gewonnen door de wereldkam
pioen Verschueren (Belg.). Hij legde de
100 km. af in 1 uur 22 min. 27.6 sec.
van zins om onder abnormale om
standigheden zich leeg te rijden.
In 1931 kwam de gemiddelde uur-
snelheid voor het eerst ver boven de
30 km. Het was de Italiaan Guerra,
die met een gemiddelde uursnelheid
van 34,8 km. opvolger werd van zijni
beroemde landgenoot Binda. In 1937
was Kopenhagen weer de plaats van
de strijd en dat de kwaliteit van de
renners stijgende was, blijkt wel uit
de overwinning van de Belg Meulen-
berg, die voor het eerst bij de we
reldkampioenschappen op de weg de
40 km.-grens bereikte en per uur
42,3 km. aflegde. Toen in 1949 Kopen
hagen opnieuw de gastvrouw voor de
U.C.I. was, behaalde de Belg Van
Steenbergen vóór Coppi en Kübler
een uursnelheid die belangrijk lager
lag n.l. 38,3 km. per uur. Echter geen
wonder, deze wedstrijden werden on
der een moordende temperatuur ver
reden en het veld paste er voor zich
zo heel erg druk te maken!
Onze landgenoot Theo Middelkamp,
onze eerste en enige wereldkampioen
die we ooit op de weg hadden, be
reikte in 15f47 zijn- titel na'het par
cours in de omgeving van Reims met
een gemiddelde snelheid van 36,8
km. te hebben afgelegd.
Voor hen die even in de wielerhis-
torie willen toeven volgt hieronder
een staatje met de winnaars sinds
1927:
1927: Nurburgring: A. Binda, Italië.
1928: Boedapest: G. Ronsse, België.
1929: Zürich: Ronsse, België.
1930: Luik: Binda,Itaftë.
1932: Kopenhagen: Guerra, Italië.
1932: Rome: Binda, Italië.
1933: Montlhory: Speicher, Frank
rijk.
1934: Leipzig: Kaers, België.
1935: Floreffe: Aerts,België.
1938: Bern: Bagne, Frankrijk.
1937: Kopenhagen: Meulenberg, Ber-
gië.
1939—1945: Niet verreden i.v.m. de
oorlog.
1946: Zürich: Knecht, Zwitserland.
1947: Reims: Middelkamp, Nederland.
1948: Valkenburg: Schotte, België.
1949: Kopenhagen: v. Steenbergen,
België.
1950: Moorslede: Schotte, België (2e
werd Middelkamp).
1951: Farese: Kübler, Zwitserland.
1952: Luxemburg: Müller, Duitsland.
Het „landenklassement" ziet er als
volgt uit:
België totaal 9 x wereldkampioen.
Italië totaal 4 x wereldkampioen.
Frankrijk totaal 2 x wereldkam
pioen.
Zwitserland totaal 2 x wereldkar-
pioen.
Duitsland 1 x wereldkampioen.
Nederland 1 x wereldkampioen