Faam der Hollandse kaaskoppen werd door zelfkazers gevestigd LEIDEN, MELK-WRONGEL-GOUDSE KAAS ZOALS U HET NIET ZIET VRIJDAG 14 AUGUSTUS 1953 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 bemachtigen op de vraag: „Hoe maakt men kaas?" Ja, hoe Op de boerderij van Dirk Zwet sloot in Hoogmade heeft men ons antwoord gegeven op die vraag, niet alleen in woorden, maar ook met de daad. Het begin is eigenlijk weinig spectaculair. De totale hoeveelheid melk, die 36 welwillende koeien ten gerieve van de hongerige mensheid hadden afgestaan, werd in een grote kuip gedaan. Een meter bracht aan het licht, dat dit 230 liter was. Dat ■Risten we tenminste! Vervolgens werd er stremsel, zuursel en salpe- HYPOTHEKEN en voor alle andere saken op het gebied ran on roerende goederen Bouw- errMakaliarsbedrijf v.d. Drift Oude Vest 29 Leiden Telet. 20513 De kaas heeft lang genoeg in het vat gezeten en wordt uit de doeken Zo op het oog is dan een toestand bereikt, waarin de kaas er al vrij smakelijk uitziet. Men krijgt het idee van: In een half etmaal kan er heel wat gebeuren. Maar het is allemaal nog maar schijn. Indien men een stukje van een dergelijke kaas zou. proeven, kreeg men populair zegd het zelfde gevoel, dat gëV paard gaat ^en een flinke klap in het gezicht. Ontzettend flauw! Neen, om 't pittige plakje kaas te krijgen, waarmede men oom Koos na het nuttigen van een horretje weer EIGENLIJK hoort deze foto niet thuis in de rubriek Leiden zoals U het niet ziet, want zo ziet iedereen Leiden, althans iedereen dit z'n ogen open heeft en wel eens de richting van de Herensingel inslaat, waar men de parochiekerk van O. L. Vrouw Hemelvaart en Sint Jozef ziet. We vonden dit kijkje echter toch wel aardig en maakten er dus een plaatje van, waarbij U de kerktoren gevan gen ziet in de boog van de Hout- marktbïug, die als het ware verbon den schijnt te zijn aan de Ververs- brug, dit alles gezien op de hoek LangegrachtOude Herengracht. (Foto: „De Leidse Courant"). Boven: Om het hapje wat hartigheid te geven, krijgen de kazen een pekelbad van vier dagen. Cnde*-: Drie a vier weken rust in de kelder en dan gaat de volvette naai* de Leidse kaasmarkt. Het zelfkazen is in de meeste ge vallen het hoofdrhiddel van bestaan. Practisch het hele gezin van de boer komt er aan te pas. De koeien vra gen verzorging, er moet gehooid worden, kortom voor de mannen is er voldoende werk. De meisjes zijn natuurlijk vaak bij het melken be trokken en in de meeste gevallen maakt de boerin de kaas. Het kostelijke vocht, waarvan één liter volgens de advertenties gelijk staat aan vijf eieren en een flinke partij krentenbollen, spoqt met krachtige straatjes in de emmeren na 'n kleine tien minuten zat er zoveel in, dat een aardige koppel kippen min stens een hele dag onder hoogspan ning zou moeten werken, om een voedingswaarde te produceren, die zou opwegen tegen hetgeen mevrouw De Koe zich in luttele ogenblikken liet ontfutselen. Het is 'n merkwaardig gehoor, om die dunne melkstraaljes te beluisteren, als ze met zo'n onfeilbare regelmaat in de reeds gevormde melkplas dui ken. Een soort zoevend geluid, dat doezelig maakt en de luisteraar aan moedigt, om zijn avond een beschou wend karakter te geven. Het begint met naïeve filosofietjes, die na iedere zeven straaltjes een gedachte doen opborrelen van „Alweer een ei" of „Daar liggen weer drie krentenbol len", maar allengs gaat men dieper graven om tenslotte te vergeten, dat men aan de rand van een weiland staat, vlak bij een boerderij. Precies op de grens van die droomwereld hebben we ons nog wakker kunnen schudden, want we hadden niet de opdracht iets te schrijven over „Zui velproducten en Wijsbegeerte", irraar de taak om een antwoord te ter aan de witte massa toegevoegd en daarna kregen we twintig minuten vrij. De verschillende vloeistoffen moesten op elkaar inwerken. De pauze werd opgevrolijkt doo? een logeetje, dat op een trekharmo- nica „De ouwe taaie" gestalte gaf en in een kortstondige klassieke aan doening zelfs was „Donauwellen" door de boerderij poogde te laten rollen. Maar laten we het bij de kaas houden. Als de kennismaking tussen melk en toevoegingen tien minuten geduurd heeft, gaat het eigenlijke werk pas beginnen. De substantie moet geroerd wor den. Vroeger deed iedereen dat met de hand d.w.z. met een apparaatje, dat door de hand werd voortbewogen. Tegenwoordig gebeurt dat ook nog wel, maar wij hebben liet machinaal zien doen. Een groot apparaat wordt boven de kuip met melk gezeten zodra de motor draait, begint zich een soort uit de krachten gegroeide vork door de vloeistof te bewegen. De assen zijn zo gemonteerd, dat geen plekje in de kuip onberoerd blijft. Wrongel Al spoedig beginnen zich dan klei ne kluitjes te vormen, die in vak kringen worden aangeduid met „de wrongel". De kluitjes worden steeds groter in aantal en na ongeveer tien minuten is de hoeveelheid zo groot, dat de machine voorlopig wordt stil gezet. Deze onderbreking dient om de De boerin zet de roermachine in werking. (Foto's: „De Leidse Courant"). wrongel gelegenheid te geven naar de bodem van de kuip te verhuizen. De temperaturen spelen bij de be reiding van kaas een belangrijke rol. Als het roeren begint, moet de melk een temperatuur hebben van onge veer 28 graden Celsius. In de zomer dag, wanneer de koe heerlijk genie tend van de zon door de weide wan delt, levert ze haar kostelijke pro duct af op een temperatuur van '30 tot 32 graden, zodat de melk even moet afkoelen. Later in het proces moet de tem peratuur in de kuip worden opge voerd. Zodra de wrongel van de op pervlakte verdwenen is, begint de boerin met het afscheppen van de wei, een groen-kleurig, waterach tige product, dat het resultaat is van de aftreksom melk min wrongel. Als er voldoende wei verwijderd is, moet de temperatuur worden opgevoerd tot 36 graden Celsius. Zijn deze voorwaarden .vervuld, dan wordt de roermachine weer een poosje in werking gesteld. Men is dan in het stadium van het zgn. warm- roeren gekomen. Dit moet twee keer gebeuren, telkens tien minuten, met daartussen even rust. Het resultaat Op het eerste gezicht misschien een beetje vreemd. Waarom doet de boer dat zelf nooit. De varkens, mijnheer! Wie met de varkens in aanraking komt, mag zich niet met de kaasma kerij bemoeien. De mogelijkheid be staat, dat hij dan bacillen meebrengt, die zeer ongunstig op de kaas inwer ken. Dat op veel boerderijen de kaas makerij op de achtergrond is geko men, vindt zijn oorzaak niet in het feit van niet lonend zijn. Het is bij na altijd te wijten aan personeelge- brek. Heel wat meisjes op het plat teland zoeken in de steden werk en voor een boerin, die wat kleine peu ters heeft, is het ondoenlijk om zich naast haar huishouden ook nog aan de kaasmakerij te wijden. Onmogelijk Men zou zich nog kunnen afvra gen, of de mogelijkheid niet bestaat om één keer per dag kaas te maken. Men zou de melk van 's morgens kunnen bewaren en 's avonds na het melken kunnen beginnen met de werkzaamheden. In Mei en Juni, als de koeien de meeste melk geven, zou dat mis schien op bezwaren stuiten, maar la ter in de tijd, als de melkproductie afneemt, lijkt dit toch een aanmerke lijke vereenvoudiging. Maar toch gaat het niet! De volvette kaas staat namelijk onder een zeer sterke controle. Ip de vroege ochtend komen de contro leurs vaak kijken, of men reeds met de verwerking begonnen is. Anders zou men kunnen afromen. En tenslotte komen we .nog even op de wei terug. Zoals we in het begin schreven, was 't een groene waterachtige vloei stof. Maar hèt schijn bedriegt. De boerin is zuinig op de wei, want daar zitten nog zoveel vetbestanddelen in, dat er boter van gemaakt kan wor den, Wei-boter! Het leek ons een beetje te sterk, maar toen we de wei terug zagen, nadat ze een flink tijd je gestaan had, dreef er een flinke roomlaag op. Toen we na ruim twee uur kaas- cursus weer door de polder naar Leiden fietsten, raakten we weer in de beschouwende stemming, die we bij het melken beroepshalve moes ten laten varen. Hoe bestaat het, dachten we, toen we de koeien in de wei zagen. Zorgen zulke beesten nu, dat we heerlijke kaas op tafel kun nen krijgen? En om onze verbazing nog wat aan te wakkeren, kwam er zo'n koe met haar kop over een hek hangen en keek ons lodderig aan, terwijl ze op zijn Hollands gezegd verruk kelijk stond te kwijlen. Zo'n mooie kaas en zo'n koe, dach ten we. Maar toch is het mogelijk, want we hebben het zelf gezien. tot zijn positieven brengt, moet nog htt een en ander gedaan worden. On geveer 24 uur bjijft de kaas liggen, dan volgt een bad in de pekel van vier dagen en tenslotte gaat het pro duct nog een week of vier op de plank in de kaaskelder. Eerst dan is het ogenblik aangebroken, waarop de boer naar de Vrijdagse markt gaat Als het proces geëindigd is, komen natuurlijk bij de ondeskundige toe schouwer de vragen los. Op de eer ste plaats of zo'n kaas nou wel eens 1 mislukt? Bij een geroutineerde boerin zal dat niet gauw gebeuren. Het is mo gelijk, dat een kaas uiteen valt, maar dan is dat te wijten aan het veron achtzamen van de temperaturen. Wordt de methode echter goed ge volgd, dan 'zal er niet gauw misluk king voorkomen. Na ongeveer twee uur, want zo'n tyd nemen de werkzaamheden in beslag, is het ogenblik aangebroken, waarop men het resultaat in ogen schouw kan gaan nemen. De grote kuip is dan schijnbaar alleen gevuld met wei, maar op de bodem bevindt zich een hoeveelheid wrongel, die in dit geval van 230 liter melk voldoende is voor twee kazen van ongeveer 12 kilo. Maar voor de boer ze naar de markt kan brengen, dient er nog wel het een en ander gedaan te worden. De wrongel verzamelt men in een doek en wordt vervolgens in het kaasvat gedaan Dit is een vat, dat de vorm heeft vandebekende Goud se kazen. Een hefboominstallatie, die druk kan uitoefenen op de kaas in het vat. zorgt voor het juiste mo del. De doek is van vrij grof linnen, waardoor het water in de wrongel gelegenheid krijgt te ontsnappen. Na verloop van tijd wordt de doek ge wisseld en voor de nacht aanbreekt als de melk in de namiddag ge wonnen is kunnen reeds fijnere doeken worden gebruikt. Om vijf uur 's morgens wordt de kaas voor de laatste ma-; gekeerd en is dan reeds gemerkt. Wanneer de volgende aflevering melk van het land komt, is de kaas van de vorige avond reeds van een d'ergel:ike stevigte en vorm, dat zij het vat kan verlaten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1953 | | pagina 5