LEIDEN, My[l
De snelheidstouristen in Parijs
dragen gelaten de grote hitte
Vijf dagen naar de wereldstad
En vliegen van links naai* nechts
Wie de stad wil leren kennen, moet
het veel rustiger doen 1
En toch zullen we het niet afraden
ZATERDAG 30 MEI 1953
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA I
r\E ZON STAAT koper-heet aan
een vlekkeloze hemel; 't rubber-
zachte asphalt slaat een penetrante
damp uit; auto's jakkeren naast-,
voor en achter elkaar in tomeloze
vaart over de boulevards, waar zij
de stank van benzine en het helse
lawaai van claxons in duizend varia
ties achterlaten; het is alsof de som
ber-grauwe gevels de hitte drievou
dig weerkaatsen; ach, waarom zijn
ze niet thuisgebleven? Waarom zijn
ze gekomen, de duizenden, honderd
duizenden vreemdelingen in Parijs?
Daar gaan de stakkerds, zeulend met
tassen en overbodige colbertjasjes.
Ze luisteren nauwelijks nog naar de
student, die als touristen-gids een
avondhapje bij elkaar probeert te
praten, en zouden niets liever wil
len dan hun voeten eens even in die
verlokkelijk klaterende fonteinen
waterval willen steken. Brandende
voeten, die zoveel moeten verdu
ren; omdat hun eigenaren Parijs
wilden zien
De echte Parij zenaar moet die
sprinkhanenzwermen wel met een
tikje ironie bekijken, al zal hij dat
niet laten blijken, omdat een Frans
man nu eenmaal zoiets niet doet.
Hij kan natuurlijk niet waarderen,
dat die snelheidstouristen menen zijn
stad in vier dagen te kunnen „doen",
maar in werkelijkheid niet veel wij
zer worden dan na het bekijken van
een geïllustreerde folder over deze
onvolprezen stad. Want Parijs zien
is niet alles; Parijs moet men ont
dekken, proeven, veroveren. Parijs
geeft zijn charme slechts prijs aan
hen, die bewijzen het te waarde
ren, die willen doordringen tot de
plekjes waar geen vreemdelingen
komen, doordringen tot het leven
van de Parijzenaar zelf, doordrin
gen tot het mysterie waarom in Pa
rijs een wereld opengaat.
Duizenden leiden aars zui
len dagelijks langs dit plekje
gaan zonder het ooit gezien te heb
ben. Nu moeten we toegeven, dat
het op straat niet zichtbaar is en dat
men speciaal aan moet bellen om
een blik te kunnen werpen op dit
plaatsje, dat de geur van eeuwen
draagt. Deze 18e eeuwse patriciërs
gevel vindt men op de binnenplaats
van het Weeshuis aan de Hoogland
se Kerkgracht. Wie er toevallig pas
seert, wanneer de poort geopend
wordt voor het in- of uitlaten der
kinderen, staat verrast stil bij het
plotseling ontdekken van zo'n on
gerept stukje ongekende architecto
nische schoonheid.
(Foto: „De Leidse Courant")
ALLES INBEGREPEN.
yE SCHREEUWEN het uit, de
raambiljetten, reisfolders en ad
vertenties: „Pinksteren in Parijs,
vijf dagen voor 98 gulden, alles in
begrepen". „Dat alles inbegrepen"
betekent om te beginnen, dat de
heen- en terugreis in die vijf dagen
vallen en dat er voor Parijs dus
eigenlijk maar drie dagen overblij
ven. Drie dagen waarin de argelozen
in autobussen of lopend worden
meegesleurd van de Eiffeltoren naar
de Noti'e Dame, van de Sacré Coeur
naar de Döme des Invalides, van de
Are de Triomphe naar de Tuilerieën
en na vijf dagen afgebekt thuisko
men om te vertellen, dat ^e Onbe
kende Soldaat onder de Eiffeltoren
begraven ligt en Napoleon in de Are.
Dan zijn er ook nog reisschema's,
die meer of min opvallend vermel
den, dat er ook gelegenheid is „nach
telijk Parijs" te bezoeken, hetgeen
betekent een uurtje drentelen op de
Place Pigalle of op de Place du Ter-
tre, een nachtclub binnengaan, waar
de kwaliteit en de prijs van de ver
plichte al of niet echte cham
pagne evenzeer tegenvallen als de
sensatie van het met zoveel ophef
aangekondigd*- programma en de at
tracties van het nachtleven, dat niets
met Parijs te maken heeft.
Wie ooit de verrukkelijke film
„Plus de vacances pour le bon Dieu"
gezien heeft („Boefjes van Montmar-
tre") kan weten, dat zelfs in het vroe
ger zo romantische Montmartre voor
namelijk doodeenvoudige manne
tjes wonen, die er voor zorgen
's avonds tijdig hun hondje uitgela.
ten te hebben, vóórdat de buitenland
se horden er aankomen, en vrouw
tjes die een beetje schuw langs de
onenstaande cabaretdeuren lopen,
afkerig van het geschreeuw en de
muziek. Een vermaak-centrum waar
meer vreemde talen gesproken wor
den dan waar ook ter wereld en dat
in het buitenland maar al te zeer
als hèt summum van Parijs gezien
wordt. Helaas.
WEL EN NIET.
IITAT HEBBEN die touristen van
Parijs Geprofiteerd? Zij hebben
de Notre Dame gezien en zo hun
bezoek in de ochtenduren viel, heb
ben zij met hun holle voetstappen
op de plavuizen slechts storing ge
bracht in de schemerachtige kapel
len. terwijl daarin een H. Mis werd
opgedragen. Maar hebben zij ooit de
wijdingsvolle sfeer ondereaan van
een H. Mis in deze gothische ka
thedraal, waarin de koele geur van
eeuwen onder de gewelven zweeft?
Ze zullen wel naar Sint Germain-
des-Prés geweest zijn, want heeft niet
de grote existentialist, Jean-Paul Sar
tre zelf, aan een tafeltje van café
De Flore zijn „Les Mains Sales" ge
schreven? Maar zullen zij ooit afge
dwaald zijn naar het schilderachtige
Marais aan de linker-oever van de
Seine, waarvan sommige straatjes nog
Middeleeuws aandoen?
Hebben zij tijd gevonden om eens
te gaan neuzen op de Marché aux
Puches bij de Porte de Clignancourt
de Parijse „Vlooienmarkt", waar
men kunst en kitsch in de megsl.
fantastische verscheidenheid kan
vinden. De echte snuffelaars vinden
op deze romantische rommelmarkt
altijd wel iets van hun gading: meu
bels in de stijl van Louis XVI, twee
dehands kleren, schilderijen, servies
goed en sieraden. Ondertussen spe
len er muzikanten, schreeuwen er
standwerkers en vertonen kracht
patsers er hun lawaaierige toeren.
Een verrukelijk brokje Parijs, dat
echt van en voor de Parijzenaars is.
Hoeveel snelheidstouristen zullen het
ooit ontdekt hebben?
AAN DE SEINE-OEVER.
]vtu WIJ DIT schrijven is het Pink-
A 11 ster-Maandag, vijf uur in de mid
dag. De hitte golft over de stad, maar
aan de Seine-oever is het goed zit
ten. Onder de ,Pont au Change, een
van de bruggen over de Seine, zit
een groepje studenten te muciseren,
wanneer dit grote woord tenminste
niet al te overdreven is. Twee paar
tjes dansen op blote voeten iets
wilds, dat uit Amerika geïmpor
teerd moet zijn. en tientallen men
sen hangen over de brugleuning om
dit grappige toneeltje te zien. Zij
eooien francs omlaag, die door een
der knapen handiig worden opge
vangen.
Ondertussen doen de clochards
hun middagdutje, de Parijse zwer
vers, die men altijd aan de Seine-oever
vinden kan, slapend op een hoop
vodden, de lege wijnfles nog in hun
hand geklemd. Hier en daar doet
een Zondagsvissertje vergeefse moei
te om uit het groenige water een
visje te slaan en tegen de muur ge
leund staat een paartje ongegeneerd
te vrijen alsof niemand het ziet.
Dat is Parijs. Maar het kost een
middag. Arme touristen, die door
hun reisscherpa naar de Eiffeltoren
gejaagd werden
BIJ DE HALLEN.
TMATUURLIJK wordt er gewandeld
op de Champs Elysées, de lang
ste, breedste jn beroemste boule
vard van Parijs. De touristen, die er
komen, genieten van de pracht en
rijkdom, welke daar tentoongesteld
worden, en weten niet, dat de mooi- i
ste winkels in de Rue Faubourg St.
Honoré gezocht moeten worden. Zit
tend op een terrasje bewonderen
zij er de paraderende Parisiennes, le
vende etalage-poppen uit de duurste
mode-magazijnen.
Maar om de betrekkelijkheid hier
van in te zien moet de tourist ook
eens gaan kijken bij de Hallen,
waarin 's nachts voor millioenen
mensen vlees en groente worden aan
gevoerd en gekocht. Als de nieuwe
dag aanbreekt, het eerste licht de
Seine met een zilveren waas bedekt
en de millioenenstad ontwaakt, zwer
ven er honderden vrouwen tussen de
vrachtwagens en stapels kisten, op
zoek naar wat nog bruikbaar is voor
hen tussen het afval. Hopen ver
lepte groenten worden doorwroet en
de kropjes sla, die nog een heel klein
beetje ogen, verdwijnen in de grote
tassen, jutezakken of kinderwagens.
Hier schrijnt de keerzijde der me
daille, een wond die iedere grote
stad draagt, maar die in Parijs wel
zeer duidelijk zichtbaar is. Ziet de
tourist er iets van? En zo ja, heeft
hij de moed zo'n vrouwtje achter een
kinderwagen met groente-afval te
volgen naar het stinkend slopje,
waarin zij achter een verveloze deur
verdwijnt naar haar gezinskamer, er
gens in een woonkazerne? Een ogen
blik zijn we in de verleiding ge
weest dit schrijnend beeld op een
foto vast te leggen, maar wat doet
men wanneer zo'n vrouwtje de lens
op zich gericht ziet en dan wat snib
big vraagt wat die vreemde snuiter
te maken heeft met haar armoede?
Dan klapt het toestel dicht, dan
wordt er maar een extra foto van de
Notre Dame gemaakt....
DE MIDDENMOOT.
HPUSSEN DEZE uitersten ligt een
middenmoot, vanzelfsprekend. De
middenmoot van dc echte Parijze
naar en zijn gezin, dat 's Zondags
middags wandelen gaat met de
mooiste spullen aan. Wanneer het
warm is, wordt spoedig de richting
ingeslagen van het Bois de Boulogne,
een groot bos met prachtige bomen,
de Tuilerieën, het Bos de Vincen-
nes, de Jardin du Luxembourg of
een der kleinere parken, die Pa
rijs in groot aantal kent. Dan is het
een puur genoegen die bedrijvigheid
te zien bij de vijvers, waarin de kin
deren hun bootjes laten varen, wan
neer papa-zelf tenminste de verlei
ding kan weerstaan dit spelletje te
spelen. Ondertussen zit maman on
der de bomen op een bankje, krij
gen de kinderen ez „sucette" of
wordt de ijs-juffrouw bestormd.
Temidden van deze bedrijvigheid
vindt men studenten, die altijd een
boek bij zich hebben, doch er zelden
in lezen. Hier en daar bovendien een
verdwaalde artist, meestal iets min
der extravagant dan men in Saint-
Germain of in de Montparnasse aan
treft, waar meisjes-in-spijkerbroe-
ken met hun paardestaarten parade
ren.
Ook dit is Parijs. Maar men moet
er de tijd voor hebben. En hoeveel
touristen kunnen zich dat permitte
ren? Zij moeten immers de Sacré
Coeur nog zien
1MU ZOU de moraal van dit alles
moeten zijn, dat het verkeerd is
zo'n trip van vijf dagen naar Parijs
te maken, omdat men dan toch niet
de tijd en gelegenheid heeft het ech
te Parijs te leren kennen. Moeten
we dit afraden, nu er vooral de laat
ste jaren honderden autobussen met
Parijs-gangers u:-, Nederland naar
de Lichtstad rijden?
Er zijn voldoende argumenten
aan te voeren om voorzichtig te zijn
met afraden. Want hoe gemakkelijk
verdwaalt men op z'n eentje in zo'n
wereldstad en hoe moeilijk is het zich
verstaanbaar te maken wanneer men
geen woord Frans spreekt? Hoe wei
nig weten de meeste mensen van
Parijs om zelf in staat te zijn de
charmes van deze stad te gaan ontdek
ken? Hoe gelukkig zijn uiteindelijk
toch degenen, die na zuinig sparen
de grote stap gewaagd hebben en
hoewel vermoeid met een schat
van onvergetelijke indrukken thuis
komen? En hoe zouden zij ooit kans
gezien hebben zo'n reis op eigen ge
legenheid te betalen?
Maar laat men niet de indruk krij
gen, dat zo'n uitstapje gelegenheid
biedt Parijs te leren kennen en zijn
echte sfeer te proeven. Dat blijft
weggelegd voor hen, die Parijs keer
op keer als een oude vriend tege
moet willen treden, die met de Pa
rijzenaar over het zinc van de bistro
willen hangen om samen een Per
nod te drinken, die behalve de Notre
Dame ook Saint Julien-le-Pauvre
weten te ontdekken, die niet alleen
koffie gedronken hebben in café De
le Paix, maar ook de uiensoep van de
Hallen kennen. Kortom zij, die be
reid zijn zich in de huid van een Pa
rijzenaar te steken. Want slechts
zij zullen waarlijk begrijpen waarom
men Parijs mag noemen de koningin
onder de steden!
NIC. SCHRAMA.