M-Avond MEJ.DE WAAL (KVP) ALS EERSTE VROUW IN DE REGERING De vlucht uit het Oosten schept grote problemen Engeland overweegt geen toetreding tot F V*G* Brand aan de „Queen boord van Elizabeth" Directeur: C. M. v. HAMERS VELD. Hoofdredacteur: L. C. J. ROOZEN. KATHOLIEK DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DONDERDAG 29 JANUARI 1953 44ste JAARGANG No. 12801 Bonn niet enthousiast over zijn gasten Papengracht 32, Tel. 20015, Adm. en Adv. 20826, Abonn. 20935. Giro 103003. Abonnementsprijs f 0.47 p. w., f 2— p. mnd., f 6— p. kwart. Franco p. p. 1 6.80. - Advert.: 15 ct. p. mm. lelefm.ntjes 1 1.50 WAT WIL HET HUMANISME? |_|ET is wonderlijk, dat een ver- **bond, hetwelk pas zeven jaren I (17 Febr. '46) geleden werd opgericht en nog geen tienduizend leden telt, zoveel beroering heeft weten te wek ken, dat zowel de Tweede als de Eerste Kamer van het parlement er aandacht aan hebben geschonken. Deze beroering is gewekt door de eis van het Humanistisch Verbond, een eis in zijn statuten vastgelegd gelijk berechtigd te worden als le vens- en wereldbeschouwing „naast ne erkende godsdiensten". Het verbond moge dan klein in ge tal zijn, het telt onder zijn leaen vele politiek-vooraanstaanaen o.a. de minister-president dr. Drees en de oud-minister In 't Veld. Ofschoon het verbond uitdrukkelijk verklaart geen partijpolitiek te voeren, zal het niet ontkennen, dat vele prominente leden van het verbond, o.a. de voor zitter dr. J. P. van Praag, lid zijn van de P. v. d. A., en omgekeerd. In de Eerste Kamer trad de voorzitter van de P. v. d. A.-fractie, mr. dr. In 't Veld, op als een warm verde diger van de humanistische aanspra ken. In een tweetal artikelen hebben wij tegen deze aanspraken stelling genomen op grond van de levensbe schouwing, welke het Humanistisch Verbond huldigt Om deze nog eens kort samen te vatten met een uit spraak van een der volgelingen: „De levensbeschouwing, die aanneemt dat de krachten, die de mens zowel omhoog als omlaag voeren, alleen menslijk zijn, noemt men humanis tisch" (M. G. Warffemius). Het gaat uit van het algemeen waardebesef, dat de mens als redelijk-zedelijk we zen kenmerkt. Een méns is vrij in zijn doen en laten, doch „m gehoor zaamheid" aan het menselijk norm gevoel. Omdat het „geen geopenoaar- de waarheid erkent, kan (het) ook niet zeggen: als ge zus of zo leeft,, leeft ge goed. Voor hen kan goed le ven niet anders betekenen dan* leven vanuit het menselijk waardebesef; dat is toetsend, zoekend, vaak dwa lend, en aldus vindend". Dat men „aldus" door te dwalen het rechte spoor vindt, kan natuurlijk niemand garanderen en is een omslachtige methode! Nu zou men er zich niet druk over behoeven te maken, dat een gezelschap Nederlanders ging filosoferen over het wijsgerig systeem van Auguste Comte, die naar de mening van de voorzitter van het H. V. „gemaakt heeft, dat het humanisme zijn eigen wezen kan openbaren". Schaepman heeft het echter in zijn tijd, dunkt ons, goed ge zien, toen hij schreef: „Een ongelo vig wijsgeer kan een braaf en eer lijk man zijn, maar een ongelovig volk is een horde van monsters." Deze brave en eerlijke mensen van het Humanistisch Verbond moesten begrijpen, dat hun naar kamerge leerdheid riekende overpeinzingen, indien zij wortel zouden schieten in het leven van het volk, zeer gemak kelijk tot een morele anarchie aan leiding zouden geven. Zij willen on der het buitenkerkelijk volksdeel de bezem hanteren, maar dit huiselijk ge bruiksvoorwerp zou op dezelfde wij ze gaan boenen als in de „Zauber- lehrhng" van Goethe. Zij zouden er van schrikken, doch de opgeroepen geesten, niet meer kwijt kunnen ra ken door een bezwering van een zwemmende ethica. WIJ onderschatten dus niet de goe de bedoelingen van het Huma nistisch Verbond, welks oprichters „vooral bewogen (worden) door de geestelijke armoede in grote kringen van het buitenkerkelijk volksdeel", maar wij kunnen niet doorgronden (en we hebben er toch werkelijk wel moeite voor gedaan) wat het aan het buitenkerkelijk volksdeel wil schenken, behalve dat wat dit volksdeel reeds in zijn poverste le vensopvattingen bezit, namelijk een fatsoensmoraal, welke, voortsprui tend uit een menselijk waardebesef, in zijn normen nog zeer sterk door de christelijke traditie wordt overeind gehouden. Zou men het van die christelijke normen ook nog be roven, dan is dat algemeen menselijk waardebesef de speelbal van luimen er driften, alleen nog in toom gehou den door de wetten van de Staat. Het is onverantwoordelijk een kleine groep Nederlanders, die theo logisch: godloos zijn, philosofisch: het met elkaar oneens en ethisch een mo raal zonder leiding voorstaan, de welzijnsverzorging onder het buiten kerkelijk volksdeel toe te vertrou wen. Dat nu wil en eist het Humanis tisch Verbond, waarbij het niet al leen on-christelijke (dat blijkt uit zijn levensbeschouwing overduide lijk), maar ook anti-christelijke trek ken openbaart. Zoals het Verbond zich officieel gedraagt, kan men het niet zien als een vriendelijk filoso ferend genootschap, het is „strijd baar" en het moet gelijk de voor zitter van het Ned. Verbond op het Intern. Congres zei „eerst een hand hebben um een vuist te kun nen maken". Op dat congres zei de Duitse afge vaardigde H. Hertz: „Onze strijd gaat tegen het christendom en tegen het Rooms-Katholicisme, die een gods- Twee nieuwe Staatsecretarissen Twee katholieken versterken de regering Bij Koninklijk Besluit van 29 Januari 1953 zijn met ingang van 1 Februari a.s. benoemd tot staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen mej. dr. A. de Waal te Utrecht, lid van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal en tot staatssecretaris van Financiën dr. W. H. van den Berge te Voor burg, directeur-generaal voor fiscale zaken in algemene dienst op het Departement van Financiën. De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen zal de staats secretaris meeï in het bijzonder belasten met de behandeling van de" zaken van het middelbaar onderwijs, het voorbereidend hoger onderwijs en van het nijverheidsonderwijs. De Minister van Financiën is voornemens de staatssecretaris meer in het bijzonder de behartiging van de fiscale aangelegenheden op te dragen. aflegde. Daarna was zij een tiental jaren werkzaam bij het middelbaar onderwijs, o.m. te Nijmegen en bij het gouvernements middelbaar on derwijs in Nederlands-Indië. In 1943 promoveerde zij te Utrecht tot doctor in de letteren en wijsbegeerte. In 1945 volgde haar benoeming bij de afdeling sociale geographie van het geografische instituut te Utrecht, waar zij tot 1952 werkzaam was, laatstelijk als wetenschappelijk amb tenaar le klas. In deze functie gaf zij o.m. de colleges over de didactiek der aardrijkskunde, terwijl zij enkele malen tijdens langdurig ontbre ken van een hoogleraar in de sociale geographie een leeropdracht voor dit vak vervulde. Mejuffrouw De Waal was sedert 1949 lid van de gemeenteraad te Utrecht. In 1951 behoorde zij tot de DESKUNDIGE Mejuffrouw dr A. de Waal is 25 November 1906 geboren te Culem- borg, alwaar zij de openbare lagere school en de R.K. Muloschool be zocht. Daarna bezocht zij de Chris telijke H.B.S. te Leeuwarden en stu deerde sociale geographie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, alwaar zij in 1931 cum laude haar doctoraal dienst zijn van het pessimisme" waarbij we het de geachte afgevaar digde niet eens kwalijk nemen, dat hij het Katholicisme niet tot het Christendom schijnt te rekenen. En wat dat pessimisme betreft de juffrouw van een rijwielstalling mo ge eens in zalige onwetendheid het Humanistisch Verbond voor een Hu moristisch Verbond hebben versleten, zo opgewekt is 't humanisme met zijn opvatting van: „de mensheid (die) haar hachelijke levensgang gaat tus sen hoop en vrees, chaos en kosmos" en onvoldoende geestelijk toegerust, „bij voortduring vatbaar voor iedere daomonische verleiding" zo opge wekt is dat humanisme toch ook niet. Weliswaar wordt onderscheid ge maakt tussen, ongodsdienstigheid en anti-godsdienstigheid, maar „terstond moet hieraan worden toegevoegd", dat Kerk en godsdienst critièk van het H. V. uitlokken en „de practijk is dan ook, dat het on-godsdienstige standpunt in dat geval geenszins tot een minder strijdbare houding leidt" (dan de anti-godsdienstige). Het zoekt zulke reactie op zeer bepaalde fei ten of leerstellingen echter niet, doch alleen als het er op „stuit". Dat het Christendom „in zijn zuiver ste vorm, geenszins een uiting hoeft te zijn van huichelarij of domheid", is eén mededeling, waarop we echt niet trots hoeven te zijn, wanneer we vernemen, dat de humanistische over tuiging zichzelf voor „één zuiver der, vollediger, en waardiger benade- j ring van de waarheid houdt dan dc godsdienstige, en het aarzelt niet daarnaar zijn houding te bepalen", terwijl het daarenboven „kerkelijke onverdraagzaamheid of priesterlijke willekèur", waar zij voorkomen, „met beslistheid afwijzen" zal. Het klinkt nogal blafferig voor een kleine or ganisatie in haar zevende jaar Tot welk een aanmatigende hou ding humanisten zonder aarzelen komen, toonde prof. dr. L. van dei- Wal, buitengewoon hoogleraar in de humanistische wijsbegeerte aan de Technische Hogeschool te Delft en bestuurslid van het Verbond. Hij vond, blijkens een onweersproken verslag in een van de Friese bladen, door het Tweede Kamerlid Algra ge citeerd, dat het zover moest komen, dat de Staat het Christelijke onder wijs niet alleen niet ondersteunt, „maar het niet eens duldt". Voorts wilde spr. bereiken: „dat men niet eerder dan op achttienjarige leeftijd lidmaat van een kerkgenootschap kan worden en dat men beneden deze leeftijd niet wordt toegelaten tot de kerkelijke plechtigheden als processies". Bij een latere gelegenheid heeft prof. Van der Wal in een toespraak gezegd, dat hij wat een Staatsverbod van de Christelijke school betreft, de consequentie uit zijn redenering niet meer aanvaardde, „maar de re denering zelf niet wijzigde". Deze, volstrekt onbevredigende, terugtocht betrof alleen het onderwijs, maar niet de bruidjes in de processie! Deze hardhandige taal van de humanisti sche hoogleraar zal ook vele humanis ten niet welgevallig geweest zijn. Wij willen dat tenminste liefderijk ver- mene vergadering der Verenigde Na ties. Zij is presidente of hoofdbe stuurslid van verschillende vrouwen organisaties. In 1952 werd zij lid van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal voor de K.V.P. Belastingspecialist. Dr van den Berge is geboren te Tholen in Zeeland in 1905. Na de H. B.S. te Goes te hebben afgelopen is hij benoemd tot surnumerair der di recte belastingen, invoerrechten en accijnzen. Vervolgens heeft hij de onderscheidene hogere rangen bij 's Rijksbelastingdienst doorlopen tot hij enkele jaren geleden is benoemd tot directeur-generaal voor fiscale zaken i.a.d. aan het Ministerie van Financiën. Dr van den Berge, die zich naast de voorbereiding van de belasting wetgeving veelvuldig heeft bezigge houden met internationale aangele genheden van fiscale aard, is o.m. lid van de raad van presidenten en voorzitter van de Nederlandse Dele gatie voor de douaneregelingen in Beneluxverband. Hij is raadsheer plaatsvervanger in het gerechtshof te 's Gravenhage. De heer van den Berge studeerde rechten aan de Rijksuniversiteit te Leiden en promoveerde aan de ge meente-universiteit van Amsterdam op een proefschrift getiteld „Begin selen van de Belastingheffing". Daarnaast verschenen van zijn hand verschillende andere publicaties op belastinggebied. De nieuwbenoemde staatssecretaris is katholiek doch bij geen der po- Nederlandse delegatie naar de alge- ütieke partijen aangesloten. Het is 'n internationaal vraagstuk geworden De stroom van Oost-Duitse vluohtelingen naar Berlijn blijft zodanige afme tingen aannemen, dat in de West-Duitse pers steeds meer op internationale hulpverlening wordt aangedrongen. Het gaat hier niet langer om een Duits, doch veeleer om 'n Europees probleem, zo heet het in de te München verschij nende „Sued-Deutsehe Zeitung". „Wanneer men ons geen hulp verstrekt cij het vervullen van deze taak, die onze eigen krachten te boven gaat, dan moeten wij inderdaad de hoop op een Europese solidariteit en ook op een door de practijk bevestigd gevoel van saamhorigheid tegenover iedere be dreiging uit het Oosten opgeven", aldus dit blad. „Al deze mensen brood en werk te geven gaat boven onze krachten. Men moet in het Westen be grijpen dat het hier gaat om een internationale taak, aan welker vervulling alle vrije volken moeten medewerken," zo heet het in het Hamburgse week blad „Die Zeit." EMIGRATIE ALS OPLOSSING. Volgens een verklaring van de vertegenwoordiger der regering te Bonn in Berlijn voert het ministerie van buitenlandse zaken reeds bespre kingen over een emigratie van de uit Oost-Duitsland gevluchte boeren naar Australië, Canada en Argentinië. Om tot een interne Westduitse so lidariteit bij de behandeling van het probleem te komen zijn voor volgen de week de ministers-presidenten van de negen Westduitse staten naar Eonn geroepen. De scherp geformuleerde klachten van het Westberlijnse stadsbestuur over een onvoldoende hulp van de Bondsrepubliek bij de afvoer van de vluchtelingen hebben te Bonn ken nelijk indruk gemaakt. Een der eer ste problemen, waarvoor men bij het opvangen van de vluchtelingen stroom staat, is de vraag of het ge bruikelijke onderzoek der om asyl vragenden in Berlijn dan wel in de vluchtelingenkampen in West-Duits- land zal moeten plaats' vinden. Dit is van belang aangezien slechts diegenen, die kunnen aantonen, dat zij met vervolging bedreigd werden, faciliteiten als politiek vluchteling worden verleend. De overigen, en dat is bij de nu tot 1500 of 2000 man per dag ge groeide stroom wellicht de meerder heid, moeten op eigen gelegenheid onderkomen en werk zoeken. Het ge volg waarvan is, dat deze mensen geen kans zien om raar West-Duits- land te vluchten en zich in Berlijn ophopen. In het Westen dezer stad huizen nu reeds 200.000 van deze illegale" vluchtelingen in alle mo gelijke onwaardige onderkomens en de meesten hebben geen regelmatige bestaansmiddelen. Nu de stroom, die over West-Berlijn golft, zulke wil de vormen heeft aangenomen, gaan dan ook meer en meer stemmen op om het onderscheid tussen politieke en andere vluchtelingen niet meer zo scherp stellen. In West-Duitsland ziet men de stroom echter met grote zorgen na- onderstellen Maar veelzeggend is deren Tens]otte kan men de Oost- duitse broeders niet veel anders bie d/en dan een moeizaam bestaan. deze professorale uitflapperij als een uitbloei van het meerwaardig heids-complex van het officiële strijd bare humanisme en van zijn hoog- heidswaan boven het Christendom, waar het niet zacht (zoals men aan vankelijk meende, niet eens „half zacht" (aldus de voorzitter van het Verbond), maar hard tegenover staat. ffi Het gevaar dat zich uit de nieuwe vluchtelingen een soort pariaklasse gaat ontwikkelen, die voor rechtse extremistische beloften vatbaar zou zijn wordt niet gering geacht. Een tweede bezwaar tegqn hettrpe- nen van de luchtsluizen tussen Ber lijn en West-Duitsland ziet men te Bonn in het feit, dat daardoor de stroom der vluchtelingen nog veel groter zou kunnen worden, aange zien de mensen in Oost-Duitsland er een soort aanmoediging in zouden kunnen zien om hun huis en haard te verlaten. Tot nog toe heeft men de Russische bezetting nog niet veel zien ondernemen om de stroom te gen te houden en velen l'.iden daar uit af, dat het de Russen niet on welkom is een groot deel van de hun vijandige bevolking te zien af vloeien. Daar staat echter tegenover dat onder de vluchtelingen steeds meer jonge en tot werken in staat zijn de personen komen, hetgeen de Oostduitse machthebber bij het daar toch reeds bestaande gebrek aan ar- biedskrachten moeilijk zouden kun nen toejuichen. „jAiompA deA tccfuUed" te. Amlteidam Momenteel is men bezig op het Museumplein te Amsterdam voorbereidingen te treffen voor de tentoonstelling „Triomf der Techniek", de grote jubileum tentoonstelling van de Philipsfabrieken, die in speciaal geconstrueerde trucks van de D. A. F. een tournee door ons land zal maken, die in Amster dam zal beginnen. Tijdens het 60-jarig bestaan van de Philipsfabrieken in 1951 is deze expositie, in een normale hal ingericht, te zien geweest in Eindhoven. Thans is de tentoonstelling ingericht in 24 trucks, waarvan er reeds acht in de hoofdstad zijn gearriveerd. De zijwanden van deze wagens worden verwijderd, zodat zij een ruimte vormen, wanneer zij aan elkaar worden geschoven. Enige weken zal de expositie in de hoofdstad blijven, waarna de rijdende hal weer in 24 delen zal worden gesplitst en andere plaatsen van ons land zal bezoeken. De trucks worden samengevoegd. Het dak, dat ook verwijderd kan worden, wordt weer op de laatste wagen in de rij gezet. Verklaring van Eden De Britse minister van buitenland se zaken, Eden, heeft Woensdag in het Lagerhuis een voorstel van de hand gewezen, dat Engelands toetre ding tot de Europese Verdedigings gemeenschap beoogde, wanneer hier over opnieuw onderhandeld zou wor den. In antwoord op een vraag van de Labour-afgevaardigde Wyatt zeide de minister, dat het doel van het E. V.G.-verdrag de vorming van een politieke federatie van Europa is en dat het niet juist van het parlement zou zijn, de toetreding van- Engeland tot de E.V.G. te steunen, indien zij niet dit doel aanvaardt. Op een vraag, of Eingeland was uitgenodigd tot de E.V.G. toe te tre den, antwoordde Eden ontkennend. „De zes betrokken regeringen zijn zich wel bewust van de redenen, wel kt? dit land verhinderen, lid van de E.V.G. te worden", zo zeide hij. De minister verklaarde echter, dat zijn regering wel de spoedige be krachtiging van het E.V.D,-verdrag beschouwt als een „essentiële factor Zie annonce. Was het sabotage? Aan boord van de Queen Elizabeth, die te Southampton in een droogdok ligt, is gisteren brand uitgebroken. Zodra men had geconstateerd, dat één van de hutten in brand stond, werden alle brandweerwagens en blusmiddelen, waarover de haven beschikt, in ijltempo naar het droog dok gezonden. Brandweerlieden ver schaften zich met bijlen toegang tot de brandende hu en konden op die manier de brand in de kiem smoren. De hut werd zwaar beschadigd. Nader werd gemeld, dat de brand ontstaan is in een kleerkast. De leden van de bemanning, die tijdens het dokken aan boord ver blijven, werden door de politie on dervraagd, toen zij van avondverlof terugkeerden. Ongeveer 50 arbeiders, die aan boord aan het werk waren, toen de brand uitbrak, werden even eens ondervraagd. De politie bleef de gehele nacht aan boord. De hoofdcommissaris van Sou thampton, Cox, verklaarde: „Wij moeten deze brand met enige achter docht beschouwen. Het kan toeval zijn geweest, maar het is ook moge lijk dat kwaadwilligheid in het spel is". De vorige maand is op onver klaarbare wijze brand uitgebroken op het zusterschip van de Queen Elizabeth", de „Queen Mary", even eens toen het schip in een dok lag. Zondag j.l. werd de „Empress of Canada" in Liverpool door brand verwoest. Het wrak smeult nog. Hoge functies en aandelenbezit De Amerikaanse minister van de defensie, Wilson, heeft Woensdag een order uitgevaardigd, welke klaarblijkelijk bedoel is om de weg vrij te maken voor de aangewezen ministers van leger en luchtmacht om hun functie te aanvaarden zon der van een bepaald aandelenbezit afstand te doen. De order schrijft n.l. voor, dat de functionarissen van het departement van defensie zich moeten onthouden van het overwegen van contracten met maatschappijen, waarbij zij ge- interesseerd zijn. De betrokken func tionaris moet in voorkomend geval de verantwoordelijkheid voor een bepaald contract overdragen aan een collega van gelijke of hogere rang. De benoeming van Robert Stevens tot minster van het leger en van Ha rold Talbott tot minister van de luchtmacht is aangehouden hangen de een onderzoek naar hun aande lenbezit door de senaatscommissie voor de strijdkrachten. voor het versterken van dc Europe se defensie". Overigens, zo vervolgde Eden, heeft Engeland reeds zijn steun aan de E.V.G. getoond door het tekenen) van een verdrag voor wederzijdse bijstand met de leden der Gemeen schap, door het ondertekenen van het additione Navo-protocol en de drie- mogendhedenverkiaring van steun in Mei van het vorig jaar en door het tot stand brengen van politieke be trekkingen en militaire samenwer king met de E.V.G. Als commentaar op een uitlating van Wyati., die het „hoogst onwaar schijnlijk" had genoemd, dat Frank rijk tot de E.V.G. zou toetreden, in dien Engeland dit niet zou doen, zei de minister Eden tenslotte, dat hij het „heel goed mogelijk" acht, dat zowel Frankrijk als West-Duitsland het verdrag zullen ratificeren. Een goedaardig griepje Maar millioenen in bed De directeur van de afdeling voor besmettelijk ziekten van de wereld gezondheidsorganisatie te Genève, de Nederlander, dr. W. Bonne, heeft ver klaard, dat de huidige griep-cpidemic in een groot aantal landen als goed aardig wordt beschouwd. Het virus van deze epidemie is reeds geïsoleerd en het schijnt te geliiken op dat van de epidemie van 1950'51. Intussen liggen millioenen mensen in Europa en het Verre Oosten met griep te bed. De Japanse autoriteiten hebben last gegeven, scholen te sluiten om ver spreiding van de griep te voorkomen. Meer dan anderhalf millioen Japan ners merendeels kinderen heb ben griep. Veertien dagen geleden was er reeds sprake van, dat de helft van de 7 millioen inwoners van Tokio aan griep leed. De toestand wordt thans beter. Het aantal griepgevallen in Kopen hagen is de afgelopen woek bijna verdubbeld en bedraagt nu ongeveer 2.500. Slechts weinige zieken zijn in een ziekenhuis opgenomen en er is niemand aan griep gestorven. De Tirolse stad Innsbruck, waai de griepepidemie in Oostenrijk het eerst is uitgebroken, telt thans 10.000 zieken. Ook in Salzburg en Linz heerst griep. Wenen is tot dusver vrij van griep. Maria Conti, een boerenvrouw uit het dorp Zeri nabij Le Spezia (Italië) heeft Woensdag haar 106e verjaardag gevierd. Zij zeide nog noit ziek te zijn geweest. Een viermotorig vliegtuig, dat op weg was van de basis Alameda (Californië; naar de vlootbasis Whid- bey Island heeft sedert Woensdag avond geen contact mere met Whid- bey Island gehad. Verscheidene vlieg tuigen zijn uitgezonden om het ver miste toestel te zoeken. Het toestel heeft een tiental mensen aan boord. Jiamettje Een enkele keer eens dwaas zijn, is wel leuk. Seneca.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1953 | | pagina 1