In de nog bruisende smeltkroes ontstaat het Amerikaanse volk De Janvossensteeg is een gezellige en meestal zeer drukke winkelstraat Hei verschrikkelijke ZATERDAG 4 O.CTOBER 1952 DE LEIDSE COURANT gERDE BLAD PAGINA 1 EEN WERELDDEEL WERD BEVOLKT D© verhouding tussen Amerika en Europa is eigenlijk een heel bijzon dere. We aanvaarden dollars uit al lerlei fondsen en accepteren een Amerikaanse generaal ais opperbe velhebber van onze legers. Politici aan de andere zijde van de Oceaan beschouwen we meestal als onze spreekbuizen en van de tien films, die we gaan bekijken, komen er ze ker negen uit het land van Uncle Sam. Maar desondanks is Europa ver vuld van wantrouwen tegenover de machtige vriend en bestaat er over het algemeen een zekere minachting voor de Amerikaanse cultuur. Wij zien in Amerika een land van fan tasten. Een land, waar iedere se conde een auto van de lopende band komt en om de vijf minuten een nieuw vliegtuig startklaar wordt ge maakt. Een land ook, waar men voor zijn plezier altijd haast heeft en waar laten we dat vooral niet vergeten huizen worden gebouwd, die wat het bovenste gedeelte be treft practische in de waterwol ken schuil gaan. We kunnen Amerika echter ook op een andere manier bekijken. Een manier, dat kunnen we voorop vast stellen, die tot op heden sterk ver waarloosd is en die toch de enige is, om een juist begrip te krijgen van het volk der Verenigde Staten. GEEN AMERIKAANS VOLK Aan weerskanten van de Oceaan spreekt men met een nonchalante zelfverzekerdheid van „het Ameri kaanse volk". In werkelijkheid is er echter voorlopig nog geen Ameri kaans volk, zoals wij een Engels, een Frans of een Deens volk kennen. Een der sleutels tot het begrijpen /an de Verenigde Staten is begrip voor het feit, dat dit enorme gebied wordt bevolkt door een volk in wor ding. Het is waar, dat de fundamen ten van de Amerikaanse cultuur werden gelegd in de 17de eeuw, toen groepen Europese kolonisten aan de Oostkust neerstreken, Engelsen en Nederlanders vooral, die spoedig de politieke hegemonie van het Britse rijk erkenden. Men mag echter ook de betekenis van het Spaanse ele ment, dat in de 18de eeuw Missis sippi en Californië binnendrong en van de Fransen, die van Canada uit zuidwaarts trokken, niet onderschat ten. Er kan voorts gewezen worden op Duitse immigranen, die zich in Pennsylvanië vestigden en op an dere bevolkingsgroepen. Maar steeds dient ons voor ogen te staan, dat de kolonistenbevolking in de 17de eeuw niet veel groter was dan een half millioen. In de 18de eeuw vestigden zich naar ruwe schatting nog ongeveer anderhalf millioen personen in de Nieuwe Wereld. Eerst in de 19de eeuw begon de grote toevloed van Europese geluk zoekers: van 1814 tot 1914 bijna der tig millioen. De geschiedenis van de Amerikaan se cultuur voor zover deze betrek king heeft op het blanke ras, is drie en een halve eeuw oud; de ontwik keling van het Amerikaanse volk valt m hoofdzaak in de laatste an derhalve eeuw. De aanpassing van de immigranten der 19de eeuw ge schiedde binnen het raam van een helder omschreven cultuurideaal, ge formuleerd vóór de vloedgolven der immigratie Amerika bereikten. De Onafhankelijkheidsverklaring van 1776 stelde nadrukkelijk vast, dat er onvervreemdbare rechten beston den: Het recht op leven, vrijheid en geluk! NIET VOOR ELKAARS VOETEN Dit individualistische vrijheidsr ideaal bood een uitstekend uitgangs punt voor de jaren, waarin de „le vensruimte" bijna eindeloos mocht worden genoemd. De vulling van de ruimte kon beginnen! Na twee eeuwen Oostkust-kolonisatie lag de weg naar het Westen open en begon de grimmige strijd tegen een vijand, die de West-Europese immigrant bij aankomst nog niet kende: de mee dogenloze ruimte, afstanden die in ogenblikken van ontmoediging een obsessie konden worden. Als de tegenwoordige Europese reiziger Amerika wil leren kennen moet hij westwaarts trekken, om in de onmetelijke vlakten van de Mid west of de woestijnen van het verre Westen de afmetingen te beleven van een land, dat niet alleen groot, maar ook groots mag worden ge noemd. Wie daarbij het hulpmiddel van de cartografische vergelijking toepast, verruimt zijn inzicht: Texas is gro ter dan Frankrijk, België en Neder land samen; een kaart van Califor nië op die van Europa uitgespreid, zou de afstand van Amsterdam naar Rome beslaan. Verder dan dergelijke vergelijkin gen brengt ons echter de fantasie. Men denke zich in, comfortabel rei zend in een der moderne verkeers middelen, wat het voor de pio niers moet hebben betekend deze paard of in huifkarren af te leggen duizenden kilometers lopend, te over ongebaand terrein, blootgesteld aan alle wisselvalligheden van het klimaat en aan aanvallen van India-' nen. Het is moeilyk zich het verkeer voor te stellen in een gebied, dat destijds nog geen wegen kende. De vulling van de ruimte, het 19de eeuw- se epos van de trek naar het Wes ten, is een der vormende krachten geworden in de ontwikkeling van het Amerikaanse volkskarakter. LEIDSE STRATEN EN STEGEN 21. dingmagazijn, een horlogewinkel, een hengelsportzaak, kortom ongeveer al les wat in een winkelstand vertegen woordigd moet zijn. Daarbij komen dan nog de knusse kroegjes en van die heerlijk schemerige zaakjes in tweedehandsartikelen, waar men uren kan snuffelen tussen de meest uiteenlopende en vaak waardeloos schijnende rommel. Op het uur, dat wij door de Jan vossensteeg wandelden, viel er een trieste regen omlaag, zodat er niet veel mensen op straat waren, maar anders kan het hier gezellig druk zijn van winkelende mensen en wande lende moeders, die hun kroost met luidruchtig geroep bijeen trachten te houden, bang voor het inderdaad vry drukke verkeer in de steeg. De naam Janvossensteeg is afkom stig van Jan de Vos, die in 1315 schout was van het Marenidorp (het stadskwartier benoorden de Oude Rijn) dat toen reeds van de voorma lige ambachten Oegstgeest en Leider dorp was gescheiden, doch nog geen deel van Leiden uitmaakte. Tien jaar later werd het Marendorp bij Leiden ingelijfd. Er moet vroeger aan het einde van de steeg op de vestwal (Oude Vest) een Janvossentoren gestaan hebben, aldus vermelden de oude kronieken. Bij de stadsuitbreiding van 1611 werd de toren afgebroken, gelijk met de Marepoort, die er nauwelijks elf jaar gestaan had. Zó snel breidde de stad zich in die jaren üit, in 1611 tot de Maresingel. Er zijn Janvossensteeg-bewoners, die beweren, dat Leiden een stand beeld van Jan de Vos- heeft. Hij zou i apotheker geweest zijn, hetgeen ndet I overeenkomt met wat wij hierboven schreven. Dat standbeeld zou zich bevinden op het hoekhuis van de Oude Vest, nummer 97. Inderdaad vindt men hier een 18e eeuwse top gevel, met festoenen versierd en be kroond met een beeld, kennelijk ech. ter een aesculaap, zodat wij het standbeeld-verhaal niet kunnen aan nemen. De Janvossensteeg heeft aan het einde van de 16e eeuw ook wel Bees tenmarkt geheten, wat ons begrijpe lijk voorkomt, wetend, dat in die tijd de veemarkt op de Haarlemmerstraat gehouden werd. Namen als Koestraat en Rundersteeg wijzen hier trouwens ook op. De koeien zijn verdwenen, de Janvossensteeg is gebleven, tot vreug de van hen, die een dergelijk stads beeld kunnen waarderen! 1 LIET WOORD „STEEG" heeft on- tegenzeggeljjk een onsympathie ke klank: men denkt het eerst aan smal en bedompt, oud en niet al te fris. Er zijn in Leiden echter voor beelden genoeg, die aantonen, dat een steeg ook anders kan zijn, b.v. de Maarsmansteeg en de Donkersteeg. Hierbij moet ook de Janvossensteeg genoemd worden. De Janvossensteeg is in ieder geval een ordentelijke straat, niet eens zo heel erg smal en zeker wel zo gezellig als menige mo notone straat in de nieuwe stadswij ken. De Janvossensteeg heeft sfeer; dat zal iedereen opvallen, die eens van Haarlemmerstraat naar Oude Vest wandelt, dwars door een der oudste volksbuurten van Leiden. We hebben in deze rubriek al eens eerder ge schreven over vooruitstrevende men sen, die zeer terecht overigens pleiten voor sanering van oude stads, wijken en die kunnen putten uit een grote voorraad hygiënische, sociale (Foto: „De Leidse Courant"). en stedebouwkundige argumenten om hun pleidooi kracht bij te zetten. Dit alles geldt ook voor deze wijk, waarvan b.v. de Zuid Rundersteeg niiet bepaald een toonbeeld is van stadsschoon. Maar dit neemt niet weg, dat die oude, vaak vervallen, wijken een bijzonder gemoedelijke sfeer hebben, waarvan na sanering meestal niet veel overblijft. Die sfeer treft men ook aan de Janvossensteeg steeg, een winkelcentrum van deze oude stadswijk. Het woord „winkelcentrum" is niet te groot. Bijna onafgebroken rijgen de winkels en winkeltjes zich in de Jan vossensteeg aaneen, oud en nieuw, romantisch en zakelijk. We hebben ze niet geteld, maar we geloven er niet ver af te zijn, wanneer we be weren, dat er wel vijf slagerijen in deze steeg zijn, terwijl ook de groen tehandelaren, kruideniers en melkza ken ongeveer even sterk vertegen woordigd zijn. Bovendien vindt men er rywielzaken, bakkerijen, een kle- Foto rechts: De postkoetsen, die de verbinding onderhielden met de pio niers, werden vaak door zwervende Indianen overvallen. Foto links: Hier maakten de immi granten kennis met de onmetelijke ruimten, die in moeilijke dagen soms moedeloosheid opwekten. Foto's: Warner Bros. Door een andere brl Nevenstaand artikel is ont leend aan het boek „Volk in be weging" van prof. dr. P. J. Bou- man. Op een buitengewoon interes sante wijze geeft de schrijver een uiteenzetting over het On begrepen Amerika. Behalve over de wordingsgeschiedenis van het Amerikaanse volk, een geschie denis, die nog niet is afgesloten, wijdt prof. Bouman hoofdstuk ken aan het oude en nieuwe Amerika, Mens en techniek, Welvaart en cultuur, School en leven, Wetenschap en kunst, Amerika en Europa. In dit werk leert men Amerika zien door een andere bril dan de gebruikelijke, welks glazen vaak geslepen zijn voor een blik in de sensatie. Wie Amerika wil leren ken nen, moet niet verzuimen om dit boek, dat werd uitgegeven bij Van Gorcum en Comp. te Assen en waarvan de prijs slechts 3.90 bedraagt, aan te schaffen. EEN RUIG STUK LEVEN In de Amerikaanse geschiedenis van de 19de eeuw vormt het op schuiven van de grens naar het "Wes ten de dominerende factor. Het was een ruig stuk leven, dat zich afspeel de rond de zelfgebouwde woningen van de pioniers. Wee degenen, die de tijd tussen zaaien.en oogsten niet wisten'te overbruggen! Grote af standen en uitputting van de paar den sneden de terugweg af. Bij ziek te en bevalling was doorgaans geen medische hulp aanwezig. Bij de op richting van "kerken en scholen moest men vaak met de meest zonderlinge improvisaties genoegen nemen. Aan vallen van de Indianen dwongen vaak tot een strijd op leven en dood. Veel kwam hierbij neer op de vrouw, die tezamen met de geestelijken en onderwijzers het leven aan de gren zen heeft weten te behoeden voor anarchie. Waar de pioniers zonder vrouwen oprukten, zag men slechts een snelle verdorring van de ge meenschapsvormen. In de pionierstijd plaatste men een premie op de gave van het impro viseren. Men moest van alle mark ten thuis zijn. Technische verbete ringen werden dankbaar aanvaard. Zonder het draaiend revolvermaga zijn en het Winch ester-repeteerge weer zou de strijd tegen de Indianen vaak hopeloos zijn geweest. Zonder het prikkeldraad (sommige revolu- tionnaire uitvindingen hebben wei nig algemene bekendheid verwor ven) zou de veeteelt op de prairiën niet tot bloei zijn gekomen. In de gebieden, waar men zich hecht gevestigd had, bloeide 'het le ven vrij snel op. Verzendhuizen wer den opgericht en via de door paar den getrokken huifkarren, die nog vaak overvallen werden door zwervende Indianen, kwam er enig comfort op het platteland. Zonder revolvers of het Winchester repeteergeweer zou dc strijd tegen de Indianen vaak hopeloos zijn geweest. IMMIGRANTEN STROOMDEN TOE Voor de vulling der gigantische ruimte waren ongekende aantallen immigranten nodig. Op het moment echter, dat de Verenigde Staten aan de grote expansie naar het Westen toe waren, was Europa in staat een groot gedeelte van zijn bevolking af te stoten. Niet het halve millioen Europeanen, dat in de 17de eeuw de oceaan overstak, noch de anderhal ve millioen immigranten van de 18de eeuw, maar de dertig millioen, die na 1800 binnenkwamen, gaven de doorslag bij de vorming van het Amerikaanse volk, waarvan de wor dingsgeschiedenis nog niet is afge sloten. Van 1830 tot 1890 'stootte West- Europa mensen af. Nadien stopte de West-Europese toevoer en richtte de bevolkingsoverschotten van Italië, Rusland, Polen enz. zich op het nieu we land. Deze volken, die in taal en cultuur sterk afweken van het An gelsaksische element, bracht de Ame rikaanse smeltkroes eerst recht in beroering. Het is de grote verdienste van de Amerikaanse sociologie, dat zij de problemen en gevaren, die hierdoor ontstonden op een practi sche manier heeft weten aan te vat ten. De stroom van immigranten, die in de periode 18301915 Amerika overspoelde was als volgt samen gesteld: Duitsers 5.520.000, Scandinaviërs 1.811.000, Russen en Polen 3.410.000, Italianen 4.029.000, Engelsen 3.190.000 Schotten 564.000, Ieren 4.294.000. Geslaagde aanpassing betekende in de V. S. een stijging op de maat schappelijke ladder, sneller dan in Europa mogelijk zou zijn geweest. Mislukte aanpassing leidde echter tot een zeer diepe val. De criminali- de werkelijke zin van het woord ge sproken kan worden over Het Ame rikaanse Volk. teit berust voor een groot gedeelte op het wangedrag van kinderen van slecht aangepaste immigranten, voor al in de Oost-Europese groepen, die na 1890 binnenkwamen en in een volkomen vreemde levenssfeer be landden. SMELTKROES BRUIST NOG Wie begrip wil hebben voor het Amerikaanse volk moet weten, dat generatiewisseling in de V. S. een andere betekenis heeft dan bij ons. Men kent er namelijk het generatie- verschil zowel in afstand tussen leeftijden als tussen dè mate van aanpassing van de immigranten, hun kinderen en kleinkinderen. Gerekend van het moment van vestiging van zijn voorouders spreekt de Ameri kaan over de eerste, de tweede, de derde en vierde generatie. Deze plaatsbepaling drukt de mate van Amerikaan-zijn uit. Bij de tweede generatie heeft de aanpassing zich ternauwernood voltrokken. Volgens de gegevens van de volks telling in 1940 bleken 11.419.000 per sonen buiten de V. S. geboren te zijn en 23.158.000 uit zogenaamde „gemengde" huwelijken. Het meren deel van deze laatste werd in een niet-Engelssprekend milieu opge voed. Als men op een Amerikaans kerkhof komt, leest men meerdere talen op d<* grafzerken b.v. „Vater" en „Mutter" (overleden 1907 en 1920) en ter weerszijden daarvan „Son" (met de data 1942 en 1945). Sinds de drastische immigratiebe perkingen in 1924 is de Amerikaan se smeltkroes enigszins tot rust ge komen. Dat wil zeggen de toevloed is opgehouden, maar men dient voor een juiste beoordeling van het „Amerikaanse volk" in het oog te houden, dat het nog steeds borrelt in de smelkroes en er nog vele jaren mee gemoeid zullen zijn voor nr in vervolgverhaal Reeds lang leefden wij in grote spanning, maar de geruchten, die ons bereikten, leken ons zó on gelooflijk, dat wij er niet toe konden besluiten tot actie te ko men. Nu zijn we echter voor de bar re werkelijkheid gezwicht. Per speciale straaljager is onze spe ciale spion uit Nederland ver trokken, om de wilde geruchten aan de waarheid te toetsen. In het zonovergoten Mexico, waar de revolver wet is en de lasso de uitvoerende macht vervangt, broeit een momenteel nog stille beroering, die echter voor ons allen, voor U en voor mij, zeer grote gevolgen kan hebben. Geloof ons, liever waren wij niet met dit verschrikkelijke ver volgverhaal begonnen, maar een macht, die sterker is dan wij, dwingt ons er toe. Het liéfst zouden wij U advi seren: Lees dit verschrikkelijke vervolgverhaal niet, doch de ernst van het ogenblik noopt ons, U toe te roepen: Lees en leer de vloedgolf van gebeurtenissen kennen, voordat gij er door wordt meegesleurd. Tracht het geen onvermijdelijk komen moet manmoedig onder ogen te zien, opdat het moment van actie wanneer U allen in gesloten ge lederen zult moeten aantreden U paraat mag vinden. Onze speciale spion zond ons aan boord van de speciale straal jager het volgende spionnage- code-telegram: Reisroute gewij zigd (stop) Vlieg niet naar To- luca maar naar Tonala aan de Golf van Tetuantepec (full stop). Wil dit zeggen, dat onze specia le spion reeds een spoor opge speurd heeft? Wil dit spionniage- code-telegram f zeggen, dat de ontknoping van dit kwellende mysterie zeer nabij is? Heus, wij weten het echt niet, maar de mogelijkheid is niet uit gesloten, dat onze speciale spion zijn (schamele) salaris zal moe ten verdienen met een tocht door de woeste vlakten van dit merk waardige land, tot wellicht in het barre Noorden. Dit is echter slechts een ver moeden, want wij tasten nog ini een diepe ondoordringbare duis ternis. Het tweede spionnage- code-telegram, dat wij Donder dag a.s. hopen te publiceren zal wellicht klaarheid schenken. KRONUS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1952 | | pagina 6