De „Sleutelflora 1952" geopend
in sprookjesachtige Stadszaal
In nachtelijke arbeid kwam
de tentoonstelling gereed
Burgemeester van Kinschot
opende de tentoonstelling
Mgr* Jac* Buis is gisteren per boot
naar zijn missiegebied vertrokken
DONDERDAG 28 AUGUSTUS 1952
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA. 1
BLOEMENTENTOONSTELLING IN LEIDEN
r\E THANS 75-JARIGE LEIDSE AFDELING van de Kon. Ned. Maat
schappij voor Tuinbouw en Plantkunde heeft duizenden mensen uit
Leiden en omgeving, ja uit heel Nederland, uitgenodigd haar te komen ge
lukwensen in een feestzaal die een sprookje gelijk is. Burgemeester jhr mï.
F. H. van Kinschot, die als eerste zijn gelukwensen kwam aanbieden, was
dan ook vol lof over de schitterende entourage waarin de jarige haar gasten
ontvangt, toen hij hedenmorgen de officiële opening verrichtte van de na-
lionale bloemententoonstelling „Sleutelflora 1952", die tot Zondagavond in
alle zalen van de Stadsgehoorzaal wordt gehouden. Na de burgemeester
volgden vele andere officiële personen en ongetwijfeld zullen er in de ko
mende dagen nog zeer veel andere mensen zijn, die de afdeling willen feli
citeren door middel van een bezoek aan deze grote tentoonstelling vol over
weldigende bloemen- en kleurenpracht.
Grote verscheidenheid
aan bloemen en planten
Het is haast onbegonnen werk een
gedetailleerde beschrijving te geven
van de veelheid en verscheidenheid
aan bloemen en planten, die hier
tentoongesteld zijn. De aandachtige
bezoeker, ook al is hij een leek op
bloemisterij-gebied, komt er diep
van onder de indruk en neemt in
gedachte zijn hoed af voor hetgeen
liefde, vakmanschap en taaie vol
harding in harmonieuze samenwer
king hebben bereikt. Laat een vak
man spreken; hij zal vertellen hoe
veel moeite en werk het kost een
nieuwe bloem te kweken of een
ontdekte variëteit te veredelen.
Het oog van de bezoeker valt eerst
op de middenpartij in de grote zaal:
een decoratieve inzending dahlia's
met als pièce de milieu een hoge
bloemenbak, waaruit rose dahlia's
(Ami George) zich in alle richtingen
buigen. Daar omheen zijn nog vele
andere dahlia-variëteiten te zien, zo
als de enorm grote oranje Croydon
Masterpièce, te groot voor onze huis
kamers, maar zeer gewild in Ame
rika, waar blijkbaar ook op het ge
bied van bloemen het ,,lioe groter
hoe mooier" geldt.
Bloeiende Victoria Regia
In een tuin van exotische pracht
is het podium herschapen. De Leid
se Hortus Botanicus heeft deze in
zending verzorgd. Tegen een achter
grond van palmen in verschillende
soorten ligt daar een kleine vijver,
waarin de statige bladeren drijven
van de beroemde Victoria Regia,
bladeren rond als reuze-schotels met
een middellijn van een meter, waar
tussen gisteravond nog een roze
bloem in volle bloei stond. Enige
knoppen doen vermoeden, -dat men
Prachtige zonnebloemen in* een ko
peren vaas, een klein detail uit de
grote tentoonstelling.
ook dezer dagen de Victoria Regia
nog bloeiend kan zien, hetgeen een
bijzondere attractie mag heten, want
het is voor de eerste keer, dat deze
bloem, die uit de Amazone-rivier
stamt, buiten de Hortus-kassen ten
toongesteld wordt.
Een aantal planten en heesters uit
deze botanische tuin completeren de
prachtige inzending.
Aan de voet van het podium vindt
men welk een contrast met de
reuze-dahlia's in het midden der
zaal! een collectie Topmix-dahlia-
tjes in bonte kleuren, die ten volle
beantwoorden aan het gezegde „klein
maar fijn". Aan de andere zijde van
het pad, dus aan de rand van het
grote middenperk, valt een kostelijke
verzameling cacteeën op.
Werk van een tuinbaas
De drie zijkanten van de zaal wor
den geheel in beslag genomen door
enige kleinere inzendingen, waarvan
we achterin de decoratie-groep snij
bloemen in koperen vazen en pot
ten, op een ondergrond van warm-
gekleurde tapijten, zeer bewonder
den. Daarnaast ontdekten we een
inzending kwaliteitsrozen, koningin
nen onder de bloemen, in bloed-rode
en zacht-gele kleuren. Magnifiek!
Aan de overzijde troffen we een
zeldzame iding Bougainvillia
aan in een practisch onbekende
oranje-roze kleur. Aan deze kant
valt ook de inzending op van jhr. J.
A. G- Sandberg uit Wassenaar, wiens
tuinbaas H. Aartse in de tuin en
kassen van Huize „De Vrije Bliek"
een collectie planten en bloemen
kweekt, zoals men ze tegenwoordig
zelden meer aantreft op buiten
plaatsen: prachtige varens in ver
rassend felle kleuren, een mooie
groep Calariums en crotons, zelfs de
bonte Ananas met vrucht. Het werk
van een tuinbaas, die zijn hart ver
pand heeft aan de tuin!
Bloemen en planten in huis
Hoewel overtuigd, dat boven
staande opsomming verre van volle
dig is, wordt het nu toch tijd een
kijkje te gaan nemen in de foyer,
waar de meubel-afdeling van V. en
i D. enige interieurs geëxposeerd heeft,
die door vaklieden met bloemen en
planten zijn aangekleed. Menige
huismoeder zal hier nieuwe ideeën
opdoen over bloemschikken en over
de wijze waarop met enige kleine
stukjes de huis- of slaapkamer een
en al fleur en vriendelijkheid wordt.
e andere helft van deze zaal
wordt in beslag genomen door een
grote inzending zeer decoratieve va
rens, een aantal heesters en een
proefje uit de proeftuin van Aals
meer, o.a. met prachtige cyclamen.
In de kleine bovenzaal vindt men
de vaste planten, heesters, beshees
ters en rozen, waarvan vooral de
vakman zal genieten.
Tenslotte kan men beneden in een
der receptiekamers de „nieuwighe
den" bewonderen, die vier firma's
inzonden voor de nationale keuring,
welke hedenmorgen werd gehouden.
Een leek ziet niet direct wat de
practische waarde van zo'n inzen
ding is. Hij begrijpt ook niet waarom
die mooie rode dahlia's een nieuwig
heid zijn, maar de ernst, waarmede
hedenmorgen de jury aan het werk
is geweest, moet hem er toch van
overtuigen, dat het hier iets bijzon
ders geldt.
De bekroningen
Ereprijzen: 1. Medaille H. M. de
Koningin: Hortus Botanicus, Leiden;
2 Medaille Z.'K. H. Prins Bernhard:
Jhr. J. A. G. Sandberg, Wassenaar;
3. Medaille Ministerie v. Landbouw:
J G. Ballego en Zonen, Leiden; 4.
Medaille van mevr. Sandberg—de
Vlieger: fa. Stemerding, Den Haag.
5. Medaille d'Hangest Baron d'Yvoy
Mijdrecht: Kon. Kw. „Moerheim"
v/h B- Ruys, Dedemsvaart.
Gouden medailles: 1. Tropische
gewassen: Hortus Botanicus, Leiden;
2. warme en koude kasplanten van
jhr. J. A. G. Sandberg, Wassenaar:
tuinbaas Aartsen; 3. warme kasplan
ten: A. J. Stemerding te 's-Graven-
hage; 4. afgesneden Dahlia's: fa. J.
G. Ballego en Zn., Leiden; 5. afge
sneden bloemen' van vaste planten,
enz. van Kon. Kw. ..Moerheim" v/h
B. Ruys, Dedemsvaart.
Kleine gouden medailles: 1. snij
bloemen: P. v. d- Bosch, Rijnsburg;
2 Dahlia's: J. H. Smit, Leiden; 3. id.
C. van Egmond, Voorschoten; 4. Ne-
phrolepis: fa. J. Dubbeld, Aalsmeer;
5. bloemen vaste planten: E. Grif
fioen, Voorschoten; 6. bindwerk: C.
Kriest, Leiden.
Verguld zilveren medailles: 1. kas
en vollegrondsrozen: Ad. Noordam
N.V., Aalsmeer; 2. Cacteeën: J.
Smit, Leiden; 3. Knolbegonia's:
Star, Leiden; 4. Cacteeën: C. Kriest,
Leiden; 5. Bougainvillea's enz.:
Keessen Jr. en Zonen, Aalsmeer; 6.
kasplanten: Proefstation Aalsmeer;
7. bloemen vaste planten: Hooger-
vorst, Oegstgeest; 8. bindwerk: bloe-
menmag. „Regina" Leiden.
Zilveren medailles: 1. Bindwerk:
Alb. Riel, Leiden; idem: Streng „De
Zonnebloem", Leiden; 3. Gem. Was
senaar: Bloemenmag. „Regina", Lei
den; 4. Gem. Voorschoten: bindwerk
C. Kriest, Leiden; bloemwerk: C.
Kriest, Leiden.
Bronzen medailles: i n natura
(Smit) aan groep Terra Nova, Aals
meer; idem (Leidsch Dagblad) groep
Cacteeën Smit; idem (oud-leerlin
gen) voor schikking E. Griffioen,
Voorschoten; plaquette Bond v.
Volkstuinders: aan Kroon van J. En-
trop, Leiden.
Op het podium vindt men de inzen ding van de Hortus Botanicus met
in het midden de bloeiende Victoria Regia. (Foto's „De Leidse Courant"
Voordat de oficiële opening he
denmorgen aanving, werd aan mevr.
Van Kinschot bij het betreden van
de hal een prachtig bouquet anjers
aangeboden. Inmiddels hadden enige
honderden genodigden zich in de
grote zaal verzameld; onder hen be
vond zich ook mr. J. Th. Bonnerman,
secretaris-generaal van het Min. van
Landbouw.
Voorzitter Joh. Jonker wees er in
zijn begroetingswoord op, dat er in
De Leidse Markt- en Havendienst
schrijft ons:
Kon enige tijd geleden bericht
worden dat naast de „veelading" (die
buitengewone voldoening geeft aan
alle betrokkenesn) ook de afdeling
voor tuberculose-vrij rundvee was
gereed gekomen, thans is te vermel
den dat ook de voorbereidende maat
regelen daarbuiten getroffen, de in
gebruikneming op de vastgestelde
datum, Vrijdag 5 September 1952,
mogelijk maken.
Het voor deze afdeling bestemde
vee, al of niet per automobiel aan
gevoerd, moet, met uitsluiting van
elke andere weg, komende van de
Mare, langs de weg noordelijk van
het gebouw van de Gemeentelijke
Geneeskundige- en Gezondheids
dienst naar de ingang aan de Schei
straat worden geleid.
Deze weg is verboden voor alle
andere vee en, evenals de loopgang
oostelijk van de veebalies en de be
trokken afdeling, geheel afgescheiden
van het overige gedeelte der markt.
Hiermede is voldaan aan de eisen
door de Provinciale Gezondheids
dienst voor Dieren in Zuid-Holland
gesteld voor erkenning als markt
voor tuberculose-vrij rundvee.
Deze erkenning houdt in dat door
de Gezondheidsdienst aan belang
hebbenden wordt geraden hun aan
kopen van tuberculose-vrije runde
ren op deze markt te doen.
Met grote belangstelling wordt van
vele zijden het resultaat van deze
medewerking der Leidse overheid
aan de dwingend voorgeschreven ge
zondmaking van onze veestapel, te
gemoet gezien.
deze tijd moed voor nodig is een
dergelijke tentoonstelling te houden,
maar dank zij veler medewerking
had de Leidse afdeling het toch aan
gedurfd. Spr. dankte het Leidse ge
meentebestuur, de vele schenkers
van prijzen en niet op de laatste
plaats de talrijke inzenders, die deze
tentoonsteling tot een succes maken.
Burgemeester jhr. mr. F. H. van
Kinschot herinnerde aan de Jubel
flora van 1948, waaraan de Leidse
bevolking zulke goede herinneringen
bewaard heeft, dat mén met vreugde
het bericht over deze Sleutelflora
heeft vernomen. Spr. bracht bijzon
dere hulde aan de Leidse afdeling,
die met zoveel zorg de grote Stads
gehoorzaal weer in een bloementuin
veranderd heeft. De burgemeester
wilde niet uitweiden over hetgeen op
deze tentoonstelling te zien is, om
dat men bij bloemen stil wordt, dus
niet spreekt. Daarom tot besluit
slechts de bekende versregels van
Guido Gezelle: „Mij spreekt de blom-
me een tale".
Hierna werden de genodigden ver
zocht de tentoonstelling te bezichti
gen. De „Sleutelflora 1952" zal ook
's avonds geopend zijn, tot en met
a.s. Zondagavond. Zondagmorgen is
de tentoonstelling echter niet te be-
i zichtigen.
Leidse Missie-bisschop nam afscheid
Uitgeleide gedaan door zijn vier
broers en een zwager, is mgr. Jac.
Buis, Apostolisch Vicaris van Jessel-
ton (N. Borneo) gistermiddag met
het m.s. „Oranje" van de Mij. „Ne-,
derland" uit Amsterdam weer naar
zijn missiegebied vertrokken. Na
mens de Plaatselijke Raad van Maat
schappelijk en Cultureel Overleg, die
op 8 Juni 1.1. de huldigingsavond or-
ganseerde, was de heer F. C. de Hos-
son bij dit afscheid tegenwoordig.
Om half één begaf mgr. zich aan
boord, waar hij, behalve zijn secre
taris, father Klein, ook mgr. J. Vos
uit Amsterdam, Apostolisch Vicaris
van Kuching, aantrof. De beide mon
seigneurs reizen gezamenlijk eerst
naar Djakarta, waar zij een bezoek
zullen brengen aan de Pauselijke In
ternuntius, vervolgens naar Pontia-
nak, om een vergadering van Bis
schoppen bij te wonen, en tenslotte
naar Singapore, van waaruit ieder
zijn eigen weg zal gaan.
Om vier uur vertrok de boot van de
Woensdagavond nog
een grote ravage
Woensdagavond, tien uur. De
Stadsgehoorzaal is één grote chaos
en de nieuwsgierige bezoeker, éic
heel on-officiëel stilletjes even komt
binnenwippen, kan met z'n leken-
verstand niet begrijpen, dat hieruit
binnen twaalf uur een complete bloe
mententoonstelling groeien kan. Tien
tallen mannen lopen heen en weer,
snel maar niet gejaagd, alsof zij er
zeker van zijn, dat alles op tijd klaar
komt, hetgeen volgens tentoonstel-
li ngsbegrippen wil zeggen: op de
laatste minuut!
Men struikelt er bijna over kis
ten, bakken en potten met bloemen,
heesters, planten en varens. Hier
wordt turfmolm gestrooid, daar wor
den graszoden gelegd, elders is een
jongen bezig tuintegels te versjou
wen en aan de andere kant knipt
een feilloze tuinschaar de coiffure
van een vreemdsoortige heester.
Het is overal nog even smerig. In
de gangen glijdt men uit over ver
trapte bloemen, de vloeren zien er
uit alsof een propere werkster min
stens een week nodig zal hebben en
van enig nuttig systeem in de werk
zaamheden is nauwelijks iets te be
merken; in de ene hoek wekt een in
zending de indruk practisch klaar te
zijn, aan de andere kant ziet men al
leen nog maar turfmolm. Op hun
Midden in de zaal staan de dahlia's
in bonte pracht te pronken.
knieën kruipen de tuinlieden er door
heen, wroetend en plantend. Onder
hun werkzame handen groeit lang
zaam maar zeker de- tentoonstelling.
Iedere twijfel over het tijdig ge
reedkomen wordt weggenomen wan
neer de late bezoeker de heer Joh.
Jonker tegen het lijf loopt, de voor
zitter van de jubilerende afdeling,
die in deze drukte z'n hoofd niet ver
liest en overal tegelijk is om aanwij
zingen te geven, hetgeen hij in zijn
kwaliteit als voorzitter van het ten-
toonstellingsbestuur wel moet doen.
„Ik maak me helemaal niet onge
rust", vertelt hij ons. „De Leidse af
deling heeft reeds vaak een ten
toonstelling gehouden en altijd zijn
we op tijd klaar gekomen. Let op
mijn woorden: Donderdagmorgen
om elf uur mankeert er niets meer
aan". „Pasterop", klinkt het achter
ons. Een grote mand met dahlia's
wordt over het pad geschoven en
wonderlijk zoals die eeltige tuin-
handen met tederheid een bouquet
kunnen schikken binnen tien mi
nuten is er weer een lege plek ge
vuld.
De hele nacht zal hier doorgewerkt
worden en morgenochtend om elf
I uur, wanneer de eerste bezoekers
binnen komen, zal niemand weten
hoe groot Woensdagavond nog de
ravage was!
Aan de Katholieken van Leiden.
Wanneer deze regels onder Uw aandacht komen, zal ik alreeds
op de Noordzee zijn, op weg naar mijn Missie, waar het werk
wacht: de verdere opbouw van dit zo zwaar getroffen missie
gebied, waar desondanks „de velden wit van de oogst staan"
en dat een rijke zielenoogst belooft.
De herinnering aan de tijd, die ik in Uw en mijn stad heb
doorgebracht, zal een zeer prettige zijn: overtalrijk waren de
bewijzen van sympathie welke ik mocht ondervinden sinds de
dag, dat ik j.l. April voet op vaderlandse bodem zette. Maar
behalve een mooie en prettige, is de herinnering aan U ook
een dankbare. Nederland neemt als missionerend land een
eerste plaats in. En dat het deze plaats ten volle verdient, is
mij in de maanden, die ik onder U mocht doorbrengen, over
vloedig gebleken. Met hoeveel gulheid is er geofferd voor de
Missie van Noord-Borneo, een vrijgevigheid geïnspireerd
door ware Missieliefde.
Met speciale erkentelijkheid mag ik gewagen van het vele dat
de bewoners van de Waldeck Pyrmontstraat en omgeving voor
mij en mijn Missie hebben gedaan.
Hartelijk dank ik U allen voor Uw sympathieke belangstelling,
die ik zo dikwijls heb mogen ondervinden en waarin ik steeds
weer Uw eerbied voor de Kerk en haar bedienaren zag weer
spiegeld. Dank ook aan de vele gevers, bekende en onbekende.
God zegene U en Uw gezinnen overvloedig. Ik zal niet nalaten
U steeds in mijn gebeden te gedenken.
Bidt gij voor mij en voor de uitbreiding van Christus' Rijk
op aarde.
t J- BUIS,
Apost. Vic. van Jesse!ton.
Javakade, nagewuifd door vele fami
lieleden en kennissen van de passa
giers. De broers van mgr. Buis wa
ren inmiddels al naar de Hembrug
vertrokken, om mgr. daar een laatste
afscheid toe te zwaaien.
Hoewel mgr. Buis aan boord nog
enige werkzaamheden te verrichten
heeft in verband met de a.s. verga
dering van Bisschoppen, mag deze
bootreis toch als een vacantie be
schouwd worden, iets wat mgr. zeer
hard nodig heeft na de buitengewoon
drukke maanden, die hij na zijn
aankomst in Nederland op 20 April
1.1. heeft doorgemaakt. Begrijpelijk,
dat er zeer veel zaken geregeld moes
ten worden alvorens mgr. kon ver
trekken.
Bovendien heeft hij vele afscheids
bezoeken moeten afleggen bij fami
lieleden, kennissen en mensen, die
hem in de afgelopen maanden tot
grote steun geweest zijn. Zonder an
deren ook maar iets tekort te doen,
mag hier de naam genoemd worden
van de heer De Hosson, die zich we
kenlang heeft ingespannen om mgr.
te voorzien van alles was zijn bis
schoppelijk ambt hem voorschrijft te
bezitten. Bij zeer velen heeft de heer
De Hosson moeten aankloppen; vaak
vond hij een gewillig oor en een ge
opende beurs.
De laatste woorden, die mgr. Buis
tot ons richtte, voordat hij de loop
plank naar de boot betrad, waren vol
dankbaarheid voor het zeer vele, dat
katholiek Leiden voor hem heeft ge
daan. Zóveel, dat hij geen kans ge
zien heeft iedereen persoonlijk of
schriftelijk te bedanken Daarom
stelde mgr. ons nevenstaand schrij
ven ter hand, waaraan wij gaarne
plaatsruimte willen verlenen.
Nog even een praatje bij de in
gang van de douane-loods. Van links
naar rechts: de heer F. C. de Hosson,
de heer J. Buis, mgr. J. Buis, de heer
J. Prins, de heer F. Buis, de heer A.
Buis en de heer H. Buis.
(Foto: „De Leidse Courant")
