Raken de Kath, Nederlanders het juiste politieke zicht kwijt? PARTIJRAAD VAN DE K.V.P. Men kan alles spuien, maar er zijn grenzen van verantwoordelijkheid Kati Sandwina, de sterkste vrouw, stierf in New York OOK ARTISTEN STERVEN J Paasnachtwake in bisdom Haarlem VRIJDAG 29 FEBRUARI 1952 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 2 Overleg met groep-Steenberghe was nuttig De voorzitter van de Katholieke Volkspartij, de heer W. J. Andriessen, heeft hedenmorgen de Partijraad ge opend met een rede, waarin hij wees op de ernst van de verkiezingen, wel ke voor de deur staan en op de posi tie van de K.V.P. in Nederland. Sprekend over de innerlijke ver houdingen in de Partij, benadrukte hij het belang van de verschillende contact-commissies, gevormd uit be paalde maatschappelijke groeperin gen. De gedachte waardoor het Partij bestuur zich bij het formeren van deze commissies liet leiden, was de ze aldus de heer Andriessen dat do hedendaagse staatkunde in de practijk van het leven dikwijls zo verweven of annex is met maatschap pelijke vraagstukken, dat er wegen moesten worden gezocht om zich re gelmatig met deze vraagstukken te kunnen confronteren. Zou men dit achterwege laten, dan dreigen er ge vaarlijke leemten te ontstaan, wat temeer het geval is, wanneer men bedenkt, dat de verschillende maat schappelijke groeperingen, door mid del van hun organisaties hoe langer hoe meer in het maatschappelijk be stel worden ingeschakeld. Op deze wijze meent het Partijbe stuur de Partij meer en beter in ons Katholieke Volksdeel te verankeren en de politiek van de partij, binnen het raam van het algemeen welzijn, zo evenwichtig mogelijk te doen zijn. Waarom ik een en ander nog eens releveer? Om daardoor tot uitdruk king te brengen, dat de partij een echte Volkspartij wil zijn, dat wil dus zeggen een partij, waarin niet een of ander deel of groep van het Katholieke Volksdeel overheerst of de boventoon voert, maar waarin naar een harmonieuse en evenwich tige belangenbehartiging, met in achtneming van de verdelende recht vaardigheid, van de concrete omstan digheden en de actuele behoeften, in alle ernst wordt gestreefd. Dit is niet altijd eenvoudig en het vraagt meer dan eens langdurig en ernstig beraad, maar aan de oprecht heid en de waarachtigheid van het streven mag niet getwijfeld worden, ook dan niet, wanneer men het met de verkregen resultaten niet altijd eens is. Een partij van „leden". Het is mede op grond van wat ik zo juist memoreerde aldus spr. dat de partij plaats biedt voor alle Katholieke Nederlanders en er der halve geen vrees behoeft te bestaan voor een beleid, waarbij rechtmatige belangen van welke groeperingen ook zouden worden ten achter gesteld, of bepaalde belangen bij voorkeur wor den behartigd. Men kan dus zijn ver trouwen aan de partij geven. Dit kan men ook doen, omdat de Partij een partij van leden is. Het zijn dus de leden, ondergebracht in afdelingen en deze op hun beurt in Kringen, welke de Partij vormen. Hieruit volgt en dit als antwoord op aan mij ge stelde vragen, dat geen organisaties constituerende delen van de Partij zijn en dat derhalve de Partij van deze organisaties, welke die ook zijn, geen directieven aanvaardt. Er zijn zoals ik zeide, via bepaalde repre sentatieve commissies en op andere wijze, contacten, maar Partij zowel als Fractie blijven tegenover advie zen, uit deze contacten voortkomen de, volledig hun vrijheid behouden. Dat zelfde geldt en dit wederom naar aanleiding van tot mij gerichte vra gen, ten aanzien van personen. Ma ken deze deel uit van de Partij of van haar organen en spreken zij der halve in Partijverband, dan wordt hun optreden als zodanig gewaar deerd. Spreken zij echter in andere kwaliteiten, dan hebben zij in die kwa liteit hun eigen verantwoordelijkheid te dragen. De Partij is aan dit op treden niet gebonden, noch kan daar aan gebonden zijn. Het scheen mij nuttig de posities juist af te bakenen, opdat men wete hoe de verhoudingen, vanuit de Par tij gezien, liggen. Men kan naar hartelust spuien Binnen het kader van dit deel van mijn beschouwingen meen ik de vraag te moeten beantwoorden hoe de positie van de partij in het land is. En dan bedoel ik daarmede de po sitie binnen het eigen volksdeel. Voor wat het eigen volksdeel aan gaat is er de laatste maanden binnen dat volkfdeel nog al enige deining geweest. De besprekingen met de Groep Steenberghe ik kan daar in het laatste gedeelte van deze ope ningsrede op terug waren daartoe vooral aanleiding. Op zichzelf is dit volkomen begrij pelijk en ook niet zonder nut, mits de juiste grenzen in acht genomen worden. Een in ontwikkeling zijnd volksdeel, zoals ook het katholieke is, moet zich kunnen uiten en naar buiten kunnen brengen, wat er in leeft. Daarvoor bestaan zowel in als "buiten de partij voldoende mogelijk heden. Binnen de partij doordat men in afdelingen, kringen, weekends, Kaderdagen, Congressen en commis sies naar hartelust kan spuien; bui ten de partij, doordat wij een rijk ge varieerde en geschakeerde Katholieke pers hebben, waarin de Katholieke Neder' nders hun hart kunnen luch ten. Zij doen dat dan ook wel; hij of zij die ambtshalve geroepen is van de inhoud van onze Katholieke bla den .tijdschriften en periodieken ken nis te nemen, zal dit wel willen beamen. Soms niet te veel van het goede? Toch maak ik mij wel eens zorg en rijst bij mij wel eens de vraag ik zeg dit in alle oprechtheid of wij van het goede soms niet te veel krijgen. Het wordt voor de lezer wel eens wat mistig om de juiste koers te blijven vinden. De eenheid ira de le vensbeschouwing, in de beginselen en in de te hanteren normen wordt algemeen aanvaard. Maar bij de toet sing van deze aan wat gebeurd is, of gebeuren moet, blijken vaak belang rijke meningsverschillen. Is dit, op zich zelf genomen, erg verwonderlijk? Neen. Het leven van vandaag is zo gecompliceerd, bevat een zodanig aantal problemen, stelt zulke eisen, vraagt zodanige offers en eist het dragen van zulke verantwoordelijk heden, zowel voor zich zelf, zijn ge zin en onderneming, als ook voor de gemeenschap, dat meningsverschillen niet kunmen uitblijven. Wei ze zou willen ontkennen, verdoezelen of ne geren, zou in een partij als de. onze, spanningen oproepen, welke ontwij felbaar tot explosies zouden leiden. Een en ander behoeft echter niet te betekenen ,dat bij het belichten en beoordelen van deze meningsver schillen geen grenzen in acht moeten worden genomen. Ook hier draagt hij of zij, die meent daartoe geroepen te zijn een grote en dikwijls publieke verantwoordelijkheid, die vaak niet gering is. Men vraagt zich wel eens af, of op bepaalde momenten er niet van een soort vertrouwenscrisis moet worden gesproken, een crisis welke door velen, los van hetgeen hier be handeld wordt, aanwezig geacht wordt. Ik wil hierover geen oordeel uitspreken, evenmin als ik mij een oordeel wil aanmatigen over een an dere mening, welke er ook is, nl. de aanwezigheid van een crisis in de verantwoordelijkheden. Men bedoelt daar dan mede te zeggen, dat er ve len zijn, welke het liefst de verant woordelijkheid maar op anderen af schuiven, of bij critiek op bepaalde feiten, steeds proberen anderen daar voor verantwoordelijk te stellen. Een al te veelvuldig hameren. Nog eens: ik laat dit alles voor wat het is, maar vraag mij wel eens af of de Partij met deze veelheid van be en veroordelingen wel gediend is. Of er niet het gevaar dreigt te ontstaan, dat de Katholieke Nederlanders het juiste zicht kwijtraken. Een tikje méér eensgezindheid in het waarde oordeel zou, dunkt mij, geen kwaad kunnen. De Partij kan een gezonde critiek niiet ontberen, maar er moet wel wor den gewaakt tegen het wekken van de indruk als zou het signaleren of aandikken van meningsverschillen op zich zelf een groot goed zijn. Wij moeten de weelde van een staatkun dige eenheid, zoals wij die in ons goede Vaderland kennen, ook kun nen en willen dragen. Wij moeten het gevaar durven on derkennen, dat een al te luid en te veelvuldig hameren op het aambeeld van de al dan niet terecht aanwezige meningsverschillen, de offerzin on dermijnt, de overtuiging verzwakt, de onverschilligheid in de hand werkt, het niveau van de Partij naar beneden haalt, haar invloed doet ver minderen en dus aan de innerlijke kracht van de Partij afbreuk doet. Dit alles voltrekt zich langzaam, is meermalen niet eens direct waar te nemen, totdat op een gegeven mo ment de feiten bloot liggen. Dan is het echter niet zelden te laat, met al de gevolgen van dien. Vandaar dat een waarschuwend woord, in alle ge moedelijkheid, maar ook in alle op- W. J. ANDRIESSEN. gesproken, verantwoord rechtheid scheen. In dit verband moet mij ook iets van het hart ten aanzien van de voerder van de groep, dat men zijn groep zeker niet moest zien als een conservatieve groep. Het varen door de Partij van een conservatieve koers werd dan ook niet verlangd, waarbij ik opmerk, dat het Partijbestuur een dergelijke koers niet zou hebben geaccepteerd. In de resolutie van de Partijraad van 22 December 1945, alsmede in de herderlijke brieven en de Pauselijke waarneembare critiek op de Partij en de door haar gevoerde politiek. Voorop ga ook hier de stelling, dat gezonde critiek er moet zijn. Het is het levenssap voor een partij en dus ook voor onze Partij. Maar er zijn grenzen. Pijnlijk getroffen. Wanneer men b.v. de mening hoort uiten, dat de nieuwe candidatenlijst van zo'n groot belang is, omdat dan de mogelijkheid van een principiële politiek aanwezig is, dan moet zo'n mening pijnlijk treffen. In ons katholieke kamp is men op het punt van de principes ge lukkig gevoelig, maar dan moet men ook beseffen, dat zij, die voor de ge voerde politiek veranitwoordelijk_zyn, die daaraan al hun krachten en méér dan deze hebben gegeven, die zich gewetensvol van hun dikwijls zware taak hebben gekweten, zich door deze uitingen ernstig en pijnlijk gegriefd moeten gevoelen. Ontmoedigend. Critiek van de soort als hier ge signaleerd, kan en zou medewerken, onze beste krachten te ontmoedigen en de neiging doen ontstaan om hen, die wij toch zo hard nodig hebben, af te stoten. Men onderschatte het gevaar van deze mogelijkheden niet. Om geen misverstand te wekken ik heb nie mand concreet op het oog maar dat behoeft aan de juistheid van het geen mij zorgen baart geen afbreuk te doen: laat men het toch beden ken, de partij heeft aan goede en gezagvolle krachten nog een zeer gro te behoefte, vooral nu de problemen, waarvoor wij staan, nationaal zowel als internationaal, in omvang en ge compliceerdheid toenemen. Dit klemt temeer, wanneer men de plaats en de positie en de verantwoordelijkheid van de Partij in onze Nederlandse Staatkundige verhoudingen daarbij ten volle laat wegen. Laat ieder op de plaats, welke Onze Lieve Heer hem gegeven heeft, zijn verantwoordelijkheid begrijpen en dienovereenkomstig handelen. Ook hier geldt: Wacht niet waar men U vraagt, maar vraag waar men U wacht. Voor een rechtgeaard politi cus is willen dienen nog altijd een noodzakelijke drijfveer. Zonder deze beweegreden verarmt men de poli tieke arbeid en wordt land en volk daarvan de dupe. Het overleg met de groep- Steenberghe. In het licht en tegen de achter grond van wat ik ten aanzien van de positie van de Partij binnen het ka tholieke volksdeel heb opgemerkt, moge ik thans iets zeggen over het overleg, dat door het Dagelijks Be stuur van de Partij, waarbij ook aan wezig waren prof. Romme en pater Mag. Stokman, als voorzitter en vice- voorzitter van de Katholieke Tweede Kamerfractie, met de groep Steen berghe is gevoerd. Dit overleg heeft de intense belang stelling gehad van velen in de Partij, zowel als daarbuiten. Het is be- en veroordeeld, waarbij jammer genoeg niet altijd aan de objectiviteit de plaats is gegeven, waarop deze aan spraak maken mocht. Het overleg zelf is in een goede sfeer gevoerd geworden. Van weers zijden is gepoogd begrip voor eikaars standpunten op te brengen, terwijl de wil voorzat om, met behouden van .de structuur en het karakter van de Partij, de juiste synthese te vinden. Van> de zijde van de groep-Steen berghe was het niet de bedoeling slechts critiek te leveren op het ge voerde beleid. Men was ernstig be zorgd over hetgeen in de Partij aan critiek leefde. Met nadruk verklaar de de heer Steenberghe, als woord- Encyclieken ligt de onaangevochten koers besloten, welke de Partij bij haar staatkundig beleid zal gaan. Er is dus terzake voor niemand reden tot ongerustheid. Ten aanzien van dj resultaten van het gevoerde overleg geeft het com muniqué de nodige inlichtingen. Spr. behandelde de instelling van het z.g. adviescollege en de uitbreidng van het partijbestuur. Tenslotte zijn aan de orde geweest een aantal punten van practische po litiek, waaronder enkele van princi piële aard. Voor de punten zelf ver wees spr. naar het communiqué. Door de groep zijn deze en nog andere pun ten geformuleerd en daarna doorge zonden aan de Verkiezingsprogram- commissie. Rondom deze punten is aanvanke- lijk natuurlijk van gedachten gewis seld en daarbij was wel eens me ningsverschil aanwezig. Doch zeker niet altijd. Erkend kan rustig worden, dat er tal van zaken zijn, die feitelijk anders zouden moeten zijn en er blijven tal van desiderata. Wel echter rijst de vraag of en in hoeverre het beleid van de katholieke fractie daaraan te vens debet is. Zo kan b.v. worden toegegeven, dat op het terrein van de charitas er een situatie is, welke moet worden verbe terd. Daar is te weinig vrijheid en te veel bemoeienis. Dit is echter veel al niet een kwestie van wetgeving, maar van beleid. Staatssocialistische tendenzen moeten hier worden terug gedrongen. Ten aanzien van de nivellerings geest, welke niet moet worden ont kend, heeft de fractie stelling geno men, waarbij natuurlijk niet mag worden vergeten, dat, wanneer men erkent, dat de na-oorlogse loon- en salarisverhoudingen te schrille tegen stellingen te zien gaven, een dichter bij elkaar brengen daarvan, een ni vellerende tendenz heeft. De verhou dingen zijn echter opnieuw scheef getrokken en daarin moet verbete ring worden aangebracht. Voor wat de collectivistische ten denzen betreft. Men onderscheide hier wel tussen collectieve regelin gen en colectivistische regelingen. Partij en Fractie hebben daarbij te waken voor een aantasting van de persoonlijkheid en het beleid was daarop steeds gericht. De zelfwerk zaamheid bevorderen was en is het doel, wat uit de jongste behandeling van het wetsontwerp op de reorgani satie van de sociale verzekering nog eens weer is gebleken. Men bedenke echter, dat wij ons bevinden in een tussenfase, n.l. in de overgang van een semi-individualistische naar een organische maatschappij-structuur. Al naarmate deze laatste meer ge stalte krijgt de P.B.O. zal daaraan Zij wierp een jongeman uit de piste en werd zijn vrouw Ook circusartisten ster ven! Meestal realiseert men zich dat niet zo. Onder het betoverende licht van de geraffineerd aangebrachte schijnwerppers ziet .men hen optreden in een vitali teit, die eeuwig schijnt te duren. Sterven zij ..in het harnas" dan zijn zij een martelaar geworden voor hun romantisch maar ge vaarlijk beroep. Worden zij echter oud, dan ver dwijnen zij ongemerkt uit de piste en de stroom van nieuwe sterren verhindert, de toeschouwers om hun heengaan te betreuren. Deze overpeinzing is het gevolg van een klein berichtje in een New- Yorks tijdschrift, waarin eemeld wordt, dat mevr. Kati Sandwina eind Ja nuari in een een zieken huis overleden is. Niet velen van de he dendaagse circusbezoekers zullen zich deze dame her inneren. want alhoewel zij tot in de oorlog bleef op treden. dateert haar laat ste optreden in Nederland van jaren voor de oorlog en haar grootste triomphen vierde zij in het begin van deze eeuw. Tegen de tijd, dat Kati op de achtergrond begon te geraken, kwam ook het genre programma, dat zij bracht, in het vergeetboek. Alhoewel het nog wel eens een gaatje in het circus programma vult, heeft het zijn populairiteit verloren. Kati ging in haar tijd door voor de sterkste vrouw ter wereld en deze faam berustte niet op trucjes, haar aanleg voor acroba tiek, terwijl zij op bijzon dere wijze de balance der voorwerpen wist te vin den. Toen zij een bakvisje was ging behalve de reeds genoemde eigenschappen, haar kracht een woordje meespreken. Op zestienjarige leeftijd daagde de directeur van het circus, waar zü toen aan verbonden was. iedere man uit de tent in de oiste, om met haar te vechten. Het slachtoffer, dat hierop inging bracht het niet ver, want zij bezat inderdaad een buitengewone kracht. die mede opviel, daar zij een vrouw was. Kati was een circuskind- pur-sang! Haar ouders waren tra pezewerkers en reeds als* kind van twee jaar trad zij op in het nummer van haar ouders. Spoedig bleek want voordat hli goed en wel voor Kati aangekomen was. had deze hem als een speelballetje weer uit de piste geslingerd. De eerste keer, dat zij dit stoute stukje uithaalde, leverde dit staaltje van kracht haar een echtgenoot op, want de 24-jarige Max Heyman, die door haar uit de piste gesmeten werd, kwam hiervan zo onder de indruk, dat hij haar op slag ten huwelijk vroeg. Kati's hart was sch""1r kwets baarder dan haar spieren, want zij capituleerde on middellijk. Gedurende 38 :aren bleef Kati de wereld boeien. Zij torste kanon nen van 500 kilo op haar schouder, liet een draaimo len waarin 6 volwassen personen hadden plaats genomen op haar borstkas draaien en ging een «ehele dag op een bed van 500 scherpe konsrdikertjes lig gen. terwijl een aambeeld op haar maag door hamers van 5 kilo zwaarte be werkt werd. Voorts ver brak zij kettingen, ver boog staal en wist zich uit iedere boei te bevrijden. De twee zoons, die uit het huwelijk geboren wer den. hebben de „stem van het geslacht' gevolgd: Theodore is bokser en Alfred speelt toneel. In 1941 gaf Kati haar loopbaan op en begon met haar man een restaurant in New-York. moeten medewerken zullen de verhoudingen zich wijzigen. De bestrijding van het perfectionis me moet inderdaad krachtig ter hand worden genomen. Hier zijn wij op de verkeerde weg. Uit een en ander volgt, dat naar mijn mening het overleg nuttig ge weest is. Het is verklaarbaar, dat in bewogen jaren, als welke wij hebben beleefd en nog beleven, meningsver schillen aan de dag treden. Deze ja ren hebben van ons volk enorme of fers gevraagd en vragen die nog. Zij stellen zware eisen aan alles en allen. Een toetsing van bepaalde afwijkende inzichten aan het gevoerde beleid en ontstane verhoudingen, kan dan heil zaam en vruchtbaar werken. Een Partij als de onze kan op gegeven momenten niet zonder beraad, wan neer in zich redelijke doeleinden worden nagestreefd. Het resultaat van dat beraad is me. de belichaamd in het concept-ver kiezingsprogram, dat behandeld wordt. Het is een harmonieus en even wichtig concept-program, waarin bij eengebracht is, wat de Partij de ko mende vier jaar wil. De principiële lijn is er ook thans duidelijk in te onderkennen. Spr. herhaalde wat hij reeds elders schreef: de geest van het concept- program is er op gericht, de staat niet meer invloed toe te kennen dan door het algemeen welzijn wordt ge- eist. Algemene leiding derhalve en niet meer, waardoor de zelfwerk zaamheid de meeste kansen voor ont plooiing krijgt. De persoonlijke verantwoordelijk heid moet zoveel mogelijk worden be vorderd en collectief te treffen rege lingen mogen niet ontaarden in col lectivistische regelingen. De verdelende rechtvaardigheid moet worden beoefend en een te ver doorgevoerde nivellering worden te ruggedrongen. De teleurstelling van de groep-Steenberghe. Gij hebt naar ik mag aannemen intussen kennis genoemen van het communiqué, dat van de zijde van de Groep-Steenberghe Woensdag 1.1. in de pers verschenen is. Hieruit blijkt, dat de groep zich heeft ont bonden, een besluit dat na het ge pleegde overleg en het verschenen communiqué als juist moet worden aangemerkt. In het communiqué wordt o.m. uit gesproken dat kennisneming van ver schillende reacties niet nagelaten heeft bjj de groep teleurstelling te wekken. Ik ben geneigd te veronder stellen, dat de Groep Steenberghe hiermede niet heeft willen zeggen, dat deze teleurstelling slechts aan één zijde aanwezig is. Overigens behoeft het niet zó sterk te verwonderen, dat besprekingen als hier gevoerd, meer dan de gewone belangstelling hebben. Politiek pleegt nu eenmaal ook de gemoederen van de Neder landers te beroeren. Intussen behoeft dit naar mijn me ning geen afbreuk te doen aan het effect van het gevoerde overleg. Dit effect zou pas wezenlijk veranderen, wanneer deze Partijraadsvergadering onverhoopt zijn goedkeuring aan de in het communiqué en ook in het con cept-verkiezingsprogram belichaam de resultaten zou onthouden. Het is immers slechts in laatste instantie de Partij en zij alleen, welke bij mon de van haar hoogste orgaan, een be slissend en maatgevend oordeel uit spreekt. Wanneer de Groep-Steenberghe verklaart, dat uitvoering naar geest en inhoud, door Fractie en Partij, van de in het gezamenlijk communiqué Perzische Tapijtjes Mooi en tegen lege prijzen Beluchistau 0.85x1.50 M. f 247.- Shirsz 0 75x0.90 M. (115.. Schoorsteenlopers f 90.- Ziet HASSELMAN 4 PANDER BREESTRAAT 146 BOTERMARKT2I-22 TELEFOON 26662 E l DE' Lid Finenc. Instituut (Advertentie.) belichaamde overeenstemming de beste waarborg zal zijn voor de een drachtige bevordering van het alge meen welzijn in katholieke zin, dani kan ik dit onderschrijven. De bedoel de overeenstemming is immers door het Dagelijks Bestuur en het Partij bestuur aanvaard geworden.. Wan neer ook Gy daaraan Uw goedkeuring niet onthoudt, dan is van de een drachtige bevordering van het alge meen welzijn in katholieke zin spra ke en zijn er noch voor de Partij noch voor de Fractie beletselen, voor het voeren van een christelijk voor uitstrevende politiek. Aan het slot van het communqué verklaart de Groep-Steenberghe, dat een herziening vanhet tot nu toe ge voerde beleid, naar het inzicht van de groep, uit dia overeenstemming voort vloeit. Het hier bedoelde beleid wordt derhalve terugevoerd tot de in het overleg verkregen overeenstemming. De inhoud van een dergelijk herzien beleid kan dus uitsluitend uit dat overleg worden gekend, omdat uitin gen van individulele leden van de groep Partij noch Fractie regarde ren. Welnu: wensen ten aanzien van een aantal punten van practische po litiek door de groep Steenberghe ge formuleerd, zijn naar de verkiezings- programcommissie ter verdere behan deling" door gezonden. Het concept- verkiezingsprogram met zijn amende menten en prae-adviezen ligt ter be- handeling vóór U. Kennisneming, met name van de beknopte samen vatting van het ontwerp-program, en een beleid van Fractie en Partij, dat de uitvoering der daarin vervatte puniten naar geest en inhoud wil ver wezenlijken, deed de Groep verkla ren, dat zij een dergelijk beleid gaar ne en actief zal steunen, waaraan toegevoegd, dat zulk een beleid ook de actieve steun van alle katholieke Nederlanders verdient. In dit licht beschouwd en met in achtneming van hetgeen mijnerzijds in deze openingsrede over het con cept-verkiezingsprogram is opge merkt. meen ik dat het door de groep bedoelde beleid zijn concrete en ove rigens aanvaardbare inhoud, heeft gekregen. Met dit program staat de Partij midden in de problemen van deze tijd, onderkent zij de noden van deze tijd, aanvaardt zij de verantwoorde lijkheid, welke deze tijd ook op haar, als grootste partij van het land, legt. Die verantwoordelijkheid is groot en zwaar en zy moge door allen in, zowel als buiten de Partij, worden beseft. VANAVOND 20.40 UUR I K.R.O.: HET GEKSTE KOMT NOG J een vrolijk verhaal, door Mr. A. Diepenbrock pr. Nadere richtlijnen van mgr Huibers Zoals wij onlangs reeds berichtten zullen de Paasnachtwake en de Mid- dernachtmis in de nacht van Paas zaterdag dit jaar ook in ons land op tal van plaatsen kunnen worden ge vierd. Het zou n.l. aan de pastoors overgelaten worden of tot deze vie ring zal worden overgegaan. Nu de Ritencongregatie officieel voorschrif ten ten deze heeft gegeven, heeft Z.H. Exc. mgr. J. P. Huiibers aan de geestelijkheid van zijn bisdom een brief gezonden, waarin hij nadere richtlijnen voor de viering geeft. Het schrij-ven dat gedateerd is op 21 Februari 1952, luidt: „Na het verschijnen van het de creet der Ritencongregatie van 11 Januari 1952 verlenen Wij aan alle pastoors en rectoren van Ons bis dom verlof om de Paasvigilie te vieren op de wijze als het door het decreet van 9 Februari 1951 en van 11 Januari 1952 is vastgesteld en ge regeld. Niemand is hiertoe verplicht maar wie de nieuwe ritus volgt kan niet gedeeltelijk de oude ritus vol gen, noch omgekeerd. De ernstige reden van algemeen belang welke de Congregatie vereist voor het verlof dat de ordinarius kan geven om de plechtigheid zo ver te vervroegen dat zij op Paaszater dag te acht uur namiddag kan be ginnen, achten Wij voor de meeste kerken en kapellen van Ons bisdom zeker aanwezig. Daarom geven Wij •bij deze aan allen die dit wensen verlof om van deze faculteit gebruik te maken. Op plaatsen waar meerdere paro chies zijn, zal naar onderling over leg zoveel mogelijk eenzelfde ge dragslijn dienen gevolgd te worden, niet alleen betreffende de tijd der viering zelve maar ook betreffende de tijd voor het biechthoren. De Vrijdagavond en de Zaterdagmorgen! en een gedeelte van de middag kun nen worden benut. Zeker moet het| biechthoren één uur voor het begin der plechtigheden beëindigd wor den. Onder de plechtigheden worde nergens biecht gehoord. Wie deze plechtigheden volgens de nieuwe ritus wil verrichten moet eerst nauwkeurig zich van de regels op de hoogte stellen en ook de mi- nistri en het gelovige volk met bij zonder zorg voorbereiden. JOANNES PETRUS, Bisschop van Haarlem. MIDDAG-MIS OOK IN ROTTERDAM. Om de Katholieken, die in de bin nenstad van Rotterdam werken, ge legenheid te geven gedurende de H. Vastentijd de H. Mis bij te wonen, wordt dagelijks om kwart voor een de H. Mis opgedragen. Dit geschiedt in de dekenale kerk van O.L. Vrouw Onbevlekte Ontvangenis aan de Westzeedijk. Het ligt in de bedoe ling, dat een speciale kapel, welke op een gunstig punt is gelegen, voor deze middagdiensten wordt gereed gemaakt. Enige tijd geleden is in Brussel ten behoeve van het grote aantal ambtenaren een soortgelijke rege ling getroffen. PAKJES VOOR KOREA. Gedurende het tijdvak van 10 tot 22 Maart 1952 wordt de gelegenheid opengesteld, om ter gelegenheid van Pasen aan de opvarenden van Hr. Ms. „Piet Hein", alsmede aan de mi litairen behorende tot het Neder landse detachement Verenigde Na ties te Korea niet aangetekende pakjes tot een maximum gewicht van 500 gram, per luchtpost te ver zenden tegen betaling van het nor male internationale tarief (zonder luchtrecht).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1952 | | pagina 6