Hjalmar Andersen thans door Kees Broekman verslagen Samrupriek Lif LEfCHUD? De Lierenaar won de 3000 meter 3\dakje nan ÏPjtin&eó Matifüe, freötemd naai CLm&aka (Snze m g* Wi 'f m m 1 m m m i JucLtUwcen aan ffiim Czijn reis om de wereld") WOENSDAG 6 FEBRUARI 1952 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 2 l/OOR DE TWEEDE MAAL binnen enkele dagen werd Hjalmar Ander- sen, het onoverwinnelijk Noorse fenomeen, door een Nederlandse schaatsenrijder geslagen. Zag Wim van der Voort te Oestersund tijdens de Europese kampioenschappen kans op de 1500 meter Andersen achter zich te houden, Kees Broekman haalde gisteravond voor 4.000 toeschou wers te Dronthcim, de stad waar Hjalmar woont, het stoute stukje uit op bijzonder fraaie wijze de 3.000 meter te winnen en wel op zo'n over tuigende wijze, dat het zelfvertrouwen van de Europese kampioen weder om een geduchte knauw heeft gekregen. Met een tijd van 4 min. 58,7 sec. kwam Broekman zeer dicht bij het baanrecord van Dronthcim, dat An dersen in zijn bezit heeft met 4 min. 56,9 sec. Door het dooiweer overdag (sneeuw en regen wisselden elkaar af) moest de baan- in de avonduren opnieuw gerepareerd worden, waar door de bochten te vers waren en niet al te snel. Bovendien stond er een lichte wind, hetgeen de tijden minder gunstig beïnvloedde, faaar Broekman kwam, evenals op de 10.000 meter te Oestersund, geladen aan de start. Hij wilde vechten voor een goed resul taat. Veel houvast aan de tijden, wel ke voor hem werden afgedrukt had hij niet, want van der Voort, Henry Wahl en Andersen reden allen na de Lierenaar. „Zet maar een schema op van 5 min. 02.sec., misschien bl^jf ik er wel onder", zei hij vlak voor het begin tegen Klaas Schenk. Prachtig gleed Broekman door de bochten, en elf technisch volmaakte slagen brachten hem over de rechte stukken. Zijn tegenstander Odd Berg liet hij ver achter zich. Na drie ron den van de zeven en een half bleek reeds, dat onze landgenoot verschei dene seconden binnen zijn schema kon blijven. En wederom werd be wezen, dat Broekman dit seizoen in tactisch opzicht veel is vooruit ge gaan. Want na de helft van de af stand bleef hij soepel doordraaien, in elke ronde aanzienlijk tijd winnend op zijn schema. En toen de bel luid de voor de laatste ronde gingen aan de overkant van de eretribune de handen los, in volle spurt vloog Broekman de laatste bocht door en fel vechtend tegen de tijd hield hij het verbeten slottempo tot de eind streep vol, een laatste ronde van 39,5 sec. noterend. Na een mooie strijd tussen Pajor en van der Voort, door de Zweed op de laatste meters gewonnen, begon An dersen, tegen zijn clubgenoot Henry Wahl rijdend, aan zijn schema van 4 min. 55 sec., maar al spoedig bleek, dat hij te snel was begonnen. Het schijnt zeer moeilijk voor het feno- OLYMPISCHE SPELEN. DE TOEGANGSBEWIJZEN VOOR HELSINKI. Het Finse organisatie comité heeft tot nu 400.000 toegangsbewijzen, dus meer dan de helft van het voor het buitenland bestemde quotum, ver zonden. Hiervan heeft Zweden reeds alle kaartjes vcikooht. De Verenig de Staten ontvingen 15.000 kaarten en krijgen er op verzoek nóg mee'" toegestuurd. Engeland ontving er 51.000 en Frankrijk 20.000, terwijl in de afge lopen dagen 32.000 kaartjes, voor het merendeel bestemd voor het stadion en de zwemwedstrijden, naar Duitsland werden gezonden. Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid- Amerika en Zuid-Afrika komen nu aan de beurt. OLYMPISCHE SPELEN EN PRODUCTIVITEIT. De Noorse werkgeversvereniging heeft een der grootste vakverbonden verzocht een oproep tot de arbeiders, om gedurende de olympische win terspelen de productie op peil te houden, mede te ondertekenen. Aanleiding tot deze maatregel van de werkgevers zijn de verschillende verzoeken, die zij hebben ontvangen van hun arbeiders, die graag zo veel mogelijk van de olympische winter spelen willen zien of horen. In som mige bedrijven vroegen de arbeiders om luidsprekers in de werkplaatsen, in andere wilde men graag gewij zigde werktijden gedurende de spe len. Twee vakverbonden hebben met het oog op de winterspelen gezorgd voor hotelruimte in de omgeving van Oslo. 97.700 pnt.; 6. Maarse 97.733 pnt.; 7. Pajor 97.917 pnt.; 8. Huiskes 98.650 pnt.; 9. Karlsen 99.133 pnt. 10. Vaar- vik 100.317 pnt. meen Andersen, te zijn om zijn krach ten op het juiste maatgevoel te ver delen. Hij kan alleen maar zeer snel rijden. Van een minder snel begin is bij hem nooit meer sprake. En toen na een aanvankelijke voorsprong op de overeenkomstige tempi van Broekman bij het ingaan van de laat ste ronde Andersen geen tijdwinst bleek te hebben op Broekman, kwa men bij de Europese kampioen die laatste 400 meters iets te krampach tig eruit, waardoor hij een ronde maakte van bijna 41.sec., waarmee hij de overwinning aan Broekman moest afstaan. Een golf van teleur stelling ging langs de tribunes: de grote Andersen had de meerderheid van Kees Broekman moeten erken nen op eigen terrein. En de laatste werd door zijn 3 makkers en door Klaas Schenk op de schouders ge klopt: „Goed zo Kees, en denk aan Oslo", werd er geroepen. Andersen kwam Kees Broekman gelukwensen. Veel zei de Noor niet, hy was sterk onder de indruk van zijn nederlaag tegen onze landgenoot, intuïtief we tend, dat Broekman met elke wed strijd meer in vorm komt. Huiskes herstelde zich na zijn min der goede rijden te Oestersund goed door als vierde te eindigen op de 3.000 meter vóór cracks als Pajor, van der Voort, Nic Stene en Yngvar Karlsen. Gerard Maarse was weer de snelste op de 500 meter van alle Nederlan ders. Met 45,3 sec. nam hij een voor treffelijke derde plaats achter de „pur sang" sprinter Nic Stene met 44,9 sec. en Hjalmar Andersen? met 45,2 sec. De uitslagen luiden: 1. Nic Stene (Noorw.) 44.9 sec. 2. Hjalmar Andersen (Noorw.) 45.2. 3. Gerard Maarse (Ned.) 45.3. 4. Wim van der Voort (Ned.) 45.5. 5. Kees Broekman (Ned.) en Kor- nel Pajor (Zweden) 46.5. 7. Kaase Vaarvik (Noorw.) 46.8. 8. Henry Wahl (Noorw.) 46.9. 9. Berg (Noorw.) en Yngvar Karl sen (Noorw.) 47.0. 11. Huiskes (Ned.) 47.8. 3000 M.: 1. Kees Broekman» 4 min. 58.7 sec. 2. Hjalmar Andersen 4.59.6. 3. Henry Wahl 5.04.8. 4. Anton Huiskes 5.04.1. 5 Kornel Pajor 5.08.5. 6. Wim van der Voort 5.08.7. 7. Nic Stene 5.11.9. 8. Ingvar Karlsen 5.12.8. 9. Gerard Maarse 5.14.6. 10. Einar Indal (Noorw.) 5.17.2. Het klassement na de eerste dag luidt: 1. Andersen 95.183 pnt.; 2. Broekman 96.283 pnt.; 3. Stene 96.883 pnt.; 4. v. d. Voort 96.953 pnt.; 5. Wahl In Zweedse schaatsenrijderskrin gen houdt men er ernstige rekening mee, dat de wereldkampioenschap pen in het hardrijden het volgend jaar in Japan zullen worden georga niseerd. Het bestuur van de Interna tional Skating Union zal over enkele maanden daaromtrent een beslissing nemen. Mochten de wereldkampioen schappen in Japan worden gehouden, dan ligt het in de bedcijing met Noorse, Zweedse, Finse, Éngelse en Nederlandse rijders gezamenlijk per vliegtuig naar Japan te gaan. Verder wil men met de Russische schaat sen rij dersbond contact opnemen om vóór of na de wereldkampioenschap pen in Japan een internationale wed strijd te Alma Ata, de wintersport plaats in Kazakhstan, te organiseren, waarop alle" deelnemers van de we reldkampioenschappen kunnen star ten. ROLHOCKEY. DEN HAAGANTWERPEN. 3—5. In de Dierentuin te Den Haag werd onder flinke belangstelling een rol- hockey-wedstrijd gespeeld tussen de „Roller club residentie (Den Haag) en de „Koninklijke Antwerp Skating i club" (Antwerpen) De Belgen won nen met 5—3, nadat zij bij de rust een 21 voorsprong hadden gehad. VOETBAL. GEEN JAARLIJKSE WEDSTRIJD TUSSEN BELG. EN NED. OUD INTERNATIONALS? Het bestuur van de KNVB heeft zioh onlangs gericht tot de Kon. Belg. Voetbalbond met het voorstel een jaarlijkse wedstrijd -tussen Ne derlandse en Belgische oud-interna tionals op de kalender te plaatsen. Het Brusselse blad „Les Sports" verklaart thans uit goede bron te hebben vernomen, dat de KBVB bier niets voor voelt. Indertijd hgeft men in Belgische voetbalkringen ernstig overwogen of het niet zaak was de traditionele ontmoetingen tussen de Rode Duivels en de Zwa luwen te laten vervallen. Op aan drang van Nederlandse zijde is dit niet gebeurd, zodat er thans zes Ne derlandBelgië wedstrijden op het program staan: twee tussen de A- elftallen, twee tussen de B-elftallen en twee tussen de Rode Duivels en de Zwaluwen. Daarbij komen dan nog de steden wedstrijden en de jeugdwedstrijd. In verband met deze overvloed, zegt „Les Sports", heeft de KBVB geen aanleiding gevonden in te gaan op het voorstel van de KNVB om een jaarlijkse ontmoeting tussen de oud-internationals te or ganiseren als pendant van de jeugd wedstrijd. Naar de heer L. Brunt, secr.-pen- ningmeester van de KNVB, ons mee deelt, is de brief aan de Belgische Bond 28 Jan. j.l. uitgegaan. Hierop werd nog geen antwoord ontvangen, wat overigens niet zeggen wil, dat het bericht van het Brusselse blad in twijfel moet worden getrokken. Op 14 Februari zal aan Prinses Marijke een klokje overhandigd worden met het verzoek dit aan haar moe der ter hand te stellen. Dit kleutcrklokjt zal door H.M. de Koningin aan President Truman overhandigd wor den, als symbool voor het klokkenspel, dat aan het Amerikaanse volk zal worden overgedragen zodra dit gereed is. Op het klokje zal het boven afgebeelde embleem, dat de volgende voorstellingen symboliseert, worden aangebracht: Vanuit Amsterdam komt de gesty leerde twijg met vier oranje appelen voorstellende de Javier kinderen van het Oranjehuis, symboliserend de jeugd van Nederland. Vanuit de laafste en kleinste appel komt Marijke, die aansluit op de vuist met de fakkel van het Amerikaanse vrijheidsbeeld, tegelijk het symbool van de vrije wereld. Uit de fakkel komt de kaart van Amerika waarop gemarkeerd de stad Nieuw- Amstcrdam, het latere New-York. Tussen Nederland en Amerika ligt de Oceaan, waarop het eerste schip van Amsterdam naar Nieuw-Ams erdam vaart, als symbool van de eerste band tussen Nederland en Amerika.. Het embleem is ontworpen door de schilder Louis Meys, terwijl de beeldhouwer Gerard van Remen Jr. het gictmodel vervaardigde. Ben van Eyselstein verzorgde de tekst. Met weinig materiaal is hier iets fraais geschapen en het is ook zo leerzaam om dergelijke wonderpro- bleempjes even van diagram op te lossen. Het sterkt het combinatie vermogen, doch nu moeten onze le zers echt trachten de gehele winst gang zich voor ogen te stellen. Alle correspondentie oetrefiende WATERPOLO. Z1AN H—DE ZIJL I, 5—3. Met invallers voor Rietbergen en Prevoo heeft de Zijl een kleine ne derlaag geleden. Reeds dadelijk liep de Zijlmachine hard van stapel en vrij spoedig werd het door Kok en Roman 0—2. De thuisclub bleef ech ter gevaarlijker en na vele mislukte deze rubriek gelieve mei» te zenden pogingen kon eindelijk een tegen- aan W J v d. Voort, Rustoord punt gemaakt worden lr-2. Nog voor itraat 3. Nieuw-Vennep rust moest een speler van de Zijl het ni»i oqcrrq vuf nctrvin water verlaten en ondanks verwoedeOPLOSSERS-WEDSTRIJD, pogingen van Zian bleef de stand tot1 Voor onze deelnemers aan de op rust ongewijzigd. j los-wedstrijd, geven wij hieronder In de tweede helft (nog steeds met ter oplossing een vraagstuk dat een 7 tegen 6) een fel aanvallend Zian inle met als gevolg twee goede doelpun ten (32). Enthousiast kwam ook de Zijl naar voren, maar vond de Zian- werkt, bekend motief, achterhoede nu in prima conditie. Een ver schot besloten met 'n goede doorslagbal (42) werd onzu stad genoten echter noodlottig. Wel wist Steehouer de achterstand nog te ver kleinen (43) maar nadat Zian nog maals had gedoelpunt (53) kwam spoedig het einde. DE SLEUTELSTAD—ZWIP 3—0 In een enthousiaste wedstrijd heeft de thuisclub voor de K.N.Z B.-beker verdiend gewonnen, alhoewel Zwip zeker een tegenpuntje had verdiend. Direct waren de gasten in de aanval, maar door slecht schieten en goed verdedigen werden doelpunten voor komen. Toch wist de thuisclub de leiding te nemen en wel na een vrije worp goed geplaatst door P. Erades, waarna van Berkel de stand on 10 bracht. Ondanks heftige aanrollen bleef de stand onveranderd. Ook Wedstrijd-Probleem no. 72. Auteur: J. A. J. Wortman, H'woude. Ie Publicatie. S3 O O g 1 1 i 18 I O o IÉ H Zwart: 8, 9, 13, 15, 18, 20, 22, 23 29, 31 en 36. Wit: 21, 27, 32, 34, 35, 40/42, 44. tweede helft begon met 45, 47 en 49. felle aanvallen van de gasten en ze ker was in deze periode een tegen- punt verdiend geweest. P. Erades zorgde uit een strafworp voor 20 en nadat was uitgezwommen kreeg Dool door goed afhouden van Eradss een niet te missen kans en met een goed schot werd het zelfs 30, waarmede tevens het einde kwam. Wit speelt en wint. Oplossingen van alle geplaatste problemen over de maand Februari kunnen worden ingezonden tot 10 Maart a.s. LADDER-WEDSTRIJD Dat het damspel verrassend schoon getuigt wel het hieronderstaand probleempje van de heer Scheijen. Wedstrijd-Probleem no. 105. Auteur: J. H. H. Scheijen, Kerkrade. Ie Publicatie. (Miniatuur). 59 Basli werd door de achterbakse verschijnend hoofd neervallen. Maar aanval van de Rus zo woedend, dat h(j zyn tegenstander in een grote boog door de kamer gooide. Intussen was een tweed hoofd opgedoken uit een luik in de vloer Basli liet de deksel van dit luik met kracht op het het werd vechten tegen de bierkaai Achter hem verschenen twee nieuwe vüanden. Ze kwamen nu van alle kanten. „Geei U maar lieveï over" riep één van de mannen „Wij heb ben opdracht om U te arresteren. omdat U zich in verboden gebied be- vinót.'' „Ik ben hierheen gelekt" rien Basli terwyl hij links en rech*<= dreunende slagen uitdeelde. Wie my wil arresteren speelt met zijr, ge zondheid." Maar het hielp allemar! niets De overmacht werd te groo* Zwart: 5, 9, 12, 22, 24, 33 en 37. Wit: 15, 32, 34, 40, 41, 47 en 50. Vervolgens een zeer mooi stukje van de ex-wereldkampioen I-.aichen- bach, dat, hoewel reeds elders gepu bliceerd, zeker een herplaatsing waard is. Wedstrijd-Probleem 106. Auteur: M. Raichenbach, Frankrijk. (Miniatuur). Stand in cijfers: Zwart: 8, 12, 13, 16, 18 26 en 29. Wit: 17, 27, 31, 32, 38, 43 en 48. Voor beide vraagstukjes geldt: wit speelt en wint. Oplossingen kun nen worden ingezonden tot 27 Fe bruari a.s. aan bovenstaand adres. EINDSPELEN. Voor de eindspelliefhebbers vol gen hieronder een tweetal bijzonder leerzame stukjes, welke 't bestude ren ten volle waard zün. A. Zwart: 6, 8, 11, 18, 22, 35 en dam op 50. Wit: 32, 36, 46 en dammen op 4 en 19. In bovenstaande stand, welke voortkwam in een partij wist zwart wit's roofzucht, ingeleid door wit's laatste zet 519, op voorbeeldige en fraaie wyze af te straffen. Het volgende standje is, hoewel het er wel op lykt, niet in de partij voorgekomen. Het is een „verzinsel" van de heer Winter. De stand is ma terieel gelijk, doch ondanks dat weet wit winst van de party te for ceren. B. Zwart: 10, 13, 30, 37 en dam 23. Wit: 6, 20, 32, 45 en 47. CORRESPONDENTIE. Th. de Z. te S.: problemen in dank ontvangen; plaatsing volgt. J G. R. te O.-A.: uw schrijven in dank ontvangen, doch alle zyn cor rect hoor! Veel succes. L. W. T. te N.: problemen in dank ontvangen. In no 2 geeft U een zwar te dam op 40 aan, is dit juist? Wat no. 1 betreft, kunt u mij de winst van 't slotspel aantonen. B. W. B. te L.: richt u zich hier voor een tot de heer J. G. Reurings, Zwarte weg 2 A, Oud-Ade. wie wordt DOOR CHARLES GARVICE 14) Neen, ik vrees van niet. Is iets anders misschien ook goed? Cham pagne?" Haastig verklaarde May, dat champagne of wat ook even goed was. Maar Sir Heron was haar te vlug af. „Water?" vroeg hij. „Maar dat noet toch ergens te krygen zijn! ïullie doet of er nectar gevraagd ordt. Haal wat water, kellner." De kellner verdween van achter het buffet blijkbaar teleurge steld en verbijsterd. Water scheen een artikel te zijn, waar bitter wei nig vraag naar was. „Blijf maar!" zei Sir Heron, „Ik zal het zelf wel halen!" En zonder in 't minst te letten op een gemom peld protest van May, was hy met een paar lange passen verdwenen en keerde weldra terug met een glas van het blijkbaar zeldzame vocht. „Dank u," zei Sir Curling Wilmot, de feestcommissaris, terwijl hij als vanzelfsprekend het glas van hem overnam en het May aanbood. „Ik ben bang, dat 't niet erg pittig is, niet de ware verfrissing als je moe en verhit bent; maar de wens van een dame May dronk het glas water gretig leeg en Sir Curling nam het haar af. „En wilt u nu wat wyn hebben?" Nog voor ze haar „Neen, dank u", kon uitspreken, zei Sir Heron: „Wilmot, ze roepen om je. Je bent toch feestcommissaris, he? Ik zal ver der wel voor je dame zorgen en er voor waken, dat het haar aan niets ontbreekt" „O ja, riepen ze me?" vroeg Sir Curling, die zyn taak van deze avond ernstig opvatte. „Excuseert u me dan dank u. Sir Heron, ik houd u aan uw woord. „Ik heb niemand horen roepen," zei May, met iets strijdlustigs in haar ogen. „Ik evenmin," antwoordde Sir Heron onverstoorbaar. „Maar ik twijfel er niet aan, of de een of an der heeft hem nodig en ik wilde u een ogenblik alleen spreken om u te vragen of u me nu eindelijk ver geven hebt," voegde hy er by, op uiterst deemoedige en eerbiedige toon. „U vergdven! Wat vergeven?" „Ah!" zei hy, „u hebt 't vergeten. Dat is ook niet meer dan begrype- lyk." „Neen, ik heb 't niet vergeten," zei ze met enige nadruk. „Vergeten noch vergeven?" „Is dat werkelyk van enig belang voor u?" vroeg May eenvoudig en zonder een zweem van coquetterie. „Ja. 't Is van zoveel belang voor me, dat ik me aldoor slecht op myn gemak gevoeld heb sinds u me zo zo nu ja, zo woedend liet staan en dat zonder dat ik ergens iets aan doen kon Een snelle blik van de bruine ogen deed hem met klem herhalen: „Zonder dat ik er gens iets aan doen kon. Bent u nog steeds boos op me?" Ze aarzelde. Het was onmogelyk, die ernstige gryze ogen te weerstaan, die haar zo doordringend, byna streng aanzagen. „Als u er dan op staat," zei ze, nog wat onwillig, „wil ik zeggen, dat ik 't u niet langer kwalyk neem." Ze stond op. Daarbij viel het balboekje, dat op haar schoot gelegen had, op de grond. Hy raapte het op, maar gaf het niet terug. „U hebt me een pak van het hart genomen," zei hy ernstig. „Maar meende u 't wel werkelyk?. 't Was zo'n aarzelende verzekering. Mag ik ze eens op de proef stellen?" „Op de proef?" „Wilt u me de volgende dans ge ven of welke u maar wilt?" „Ik heb ze besproken," zei ze koeltjes. „Allemaal?" vroeg hij. „Ik heb hier uw balboekje. Mag ik eens zien?" Ze stak vlug haar hand uit, maar het was te laat. „Ik ben een geluksvogel," zei hy. „De volgende dans is nog vrij. Die mag ik dus hebben? Als u weigert moet ik wel de indruk krijgen, dat uw vergevingsgezindheid niet erg diep gaat." „Ik geloof heus, dat ik hem be sproken heb," zei May aarzelend. „Gfen kwestie van. Kyk maar!" zei hfj, haar het boekje voorhoudend. „Ziet u wel! Hij is vry. Ik kryg hem dus? 't Is eigenlyk een schande dat ik 't u durf vragen, want ik ben waarschijnlijk de allermiserabelste danser in de hele zaal; maar toch blyf ik 't eisen als bewys wan ver giffenis." Zonder een woord te zeggen, legde May haar uiterste vingertoppen op zyn arm en hy leidde haar naar de danszaal terug. Vóór de band tien maten gespeeld had, had hy al een dozijn verkeerde passen gemaakt. >rNu ziet u eens," zei hij, „wat uw toegeeflijkheid u kost. Ik weet net zoveel van dansen als een nijlpaard, en ik zal dit nummer hopeloos voor u bederven. Ik zou ik-weet-niet- wat-willen geven om goed met u te kunnen dansen." Er klonk zo'n op rechte ernst in zijn stem, dat May er door geroerd werd. „Kijk," zei ze, „u moet uw voeten zo zetten, en zo, en dan zo." In haar hulpvaardigheid illustreer de ze haar bedoeling op een paar passen afstands, zonder zach om iemand te bekommeren. „O juist, ik zei het, zei hy leven dig. „Laat my het nu eens proberen. Gaat het zó beter?" „Een een klein beetje beter," zei May. „U moet niet zulke ontzet tend lange passen nemen." „Ik zal trachten het af te leren," zei hy nederig. Hij was zó verdiept in zyn pogin gen, dat hij geheel vergat, dat zij beiden niet de énige rechthebben den waren op de dansvloer van „Het Wapen van Cranford", dat twee- of driehonderd mensen zijn verrukt, opgewonden gezicht bestudeerden en dat zyn moeder star rechtop zat en hem fixeerde met een strak gezicht en ogen die een half-verontwaardig- de verbazing uitdrukten. „Wil iemand zo goed zyn, me te vertellen, met wie mijn zoon danst?" vroeg ze ten laatste. „Ik ken haar werkelyk niet," was het antwoord, waarop Vane, die vlak bij haar stond en Heron's ma noeuvres met onverholen afgunst gadesloeg, inviel: „Ik ook niet. Maar ik gaf wat, als 't wél zo was." „Ik dacht dat Sir Heron juffrouw Vavasour had meegenomen!" kweel de een oude douairière. „Maar hij is zo vriendelijk, zo tegemoetkomend! Hij begrypt zo volkomen, wat er by gelegenheid als deze van hem ver wacht wordt, en nu offert hy zich zelf op! Ze staarde naar Sir Heron's gezicht, dat erg weinig leek op dat van een martelaar en grinnikte ver holen achter haar waaier. Mevrouw Geoffrey Turner straalde van voldoening. Sir Heron de Gro\ had nog maar tweemaal gedanst. Eens met die Londense schoonheid een kort poosje maar en nu een heel lange poos met haar protégeé. Het was een triomf. Volmaakt onverschillig voor de verrukking of de ergernis der toe schouwers, tobde Sir Heron verder. Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1952 | | pagina 6