Opnieuw tot St. Jeroens- bedevaartsplaats verheven In de Krantentuin Piet - Hein SATERDAG 7 APRIL 1951 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 2 yiaold.uüj& tutti klein tot qAoat NDER DE OPVOLGER VAN PASTOOR SONJEE, Fredericus Francis- cus Meyer, kreeg Noordwijks kerkje een torentje; de luidklok er O in was een geschenk van C. Alkemade; op 17 Augustus 1862 werd die klok gewijd door Van Kints, de president van het seminarie te Warmond. En in de toren kwam het beeld van St. Jeroen, afkomstig uit de oude schuilkerk, te staan. Ook zorgde pastoor Meyer voor een parochiale bewaarschool, die in 1863 werd geopend, terwijl in 1872 op de achterzijde van de kerk nog een klein torentje kwam, eveneens met een klok. Pastoor Meyer werd in 1880 rustend en stierf te Soest. Hij werd door Joannes Josephus van der Horst opgevolgd. Te Haarlem geboren in 1822 werd hij in 1847 priester gewijd. Hij was pastoor te Veere, Wormerveer en Zaandam. Als jong kapelaan had hij een brochure geschreven over het huwelijk van prins Willem van Oranje met Anna van Saksen en was daarover door de Rijksarchivaris Bakhuizen van den Brink vrij hardhandig de les gele zen. Toen nu de oprichting van de Bijdragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem ter sprake kwam en men personen zocht voor de re dactie, werd ook de naam van pastoor van der Horst genoemd, omdat hij reeds vele artikelen had geschreven in de „Volksalmanak voor Ned. Katholieken" en ook andere geschiedkundige werkjes had gepubliceerd. Maar men meende, dat de naam van pastoor van der Horst als historicus te zeer had geleden door de onbarmhartige kritiek van Bakhuizen, om hem als redactielid te kunnen aanvaarden. Dc stichting van het kerkhof. Hij stierf te Noordwijk op 27 Ja nuari 1889 en werd op het nieuwe, door hem gestichte, kerkhof aan de Gooweg, begraven. De kapel op dit kerkhof kwam eerst een jaar later dan het kerkhof klaar en werd op 21 Mei 1889 ingewijd. De volgende pastoor van Noord- wijk was Antonius Jacobus van Hou ten, in 1831 te Heemstede geboren en in 1855 priesters gewijd. Voor zijn komst was hij pastoor te Aarlander- veen en tevens deken van het deke naat Alphen. Maar zeer kort was hij in Noordwijk; al in 1890 op 29 Augus tus stierf hij. Zijn opvolger werd Go- defridus Gabriel Honig, in 1830 te F.nkhuizen geboren en in 1853 pries ter gewijd. Na zijn kapelaansjaren in enkele plaatsen van het bisdom werd hij pastoor te Oude Schild, Edam en Weesp; in de laatste plaats bouwde hij een kerk. Toen werd hij pastoor te Schipluiden, waar hij maar slecht kon wennen; het was er voor de be drijvige en werklustige man te stil en hij vond er weinig of geen begrip voor de plannen, die hy had willen uitvoeren. Het gevolg was, dat hij zenuwziek werd en verplaatsing vroeg; hij werd pastoor te Noordwijk en daar vond hij een ongeveer zelfde kerk als hij te Schipluiden had ge vonden. In Noordwijk kon hij zyn vleugels uitslaan. Hij bouwde er een nieuwe kerk, de eerste hallekerk in het bisdom Haarlem volgens de plan nen van archtiect Nicolaas Molenaar. De eerste steen werd in Augustus 1894 gelegd. Van de kerk werden alleen het priesterkoor met transept, zijporta len en sacristie gebouwd en met een voorlopige en tijdelijke verbinding aangesloten bij het schip van de oude kerk. Want deze bouw van een deel van de nieuwe kerk had al een som van 60 duizend gevraagd. De verdere afbouw van de kerk en van de toren werd tot later uitgesteld. Men had nu ruimte genoeg voorlopig om de grotere toevloed van gelovigen te kun nen opvangen. Vanwaar die toevloed? In 1892 wa ren de relieken van Sint Jeroen naar Noordwijk teruggekeerd. Dank zij het ijveren van pastoor Honig had paus Leo XIII Noordwijk weer als bede vaartsplaats erkend en aan de pel grims bijzondere gunsten en geeste lijke voorrechten toegestaan. Op 17 Augustus van 1892 werd met toestem ming van de bisschop weer een plechtige processie met de relieken van Sint Jeroen gehouden ter viering van de feestdag van de heilige. Daags te voren waren de relieken van deze heilige weer naar de paro chie terug gekomen, nadat zij ruim negen eeuwen elders waren geweest. Het werd een feestelijke en glo- rieuse intooht: aan de grens van de gemeente wachtte een stoet het rij tuig, waarin de pastoor de relieken met zich droeg, op en zo ging het naar de kerk, waar de relieken in een door Brom vervaardigde koperen re- liekenkast werden besloten. Op de feestdag kwam zelfs de nun tius naar Noordwijk het feest opluis teren. Sedert die dag kwamen steeds meer pelgrims naar Noordwijk en daarom werd de oude kerk te klein. Zo werd de terugkeer van St. Jeroens gebeente de aanleiding, dat er te Noordwijk reeds twee jaren daarna met de bouw van een nieuwe kerk I werd begonnen, welke pastoor Honig I evenwel niet mocht voltooien, omdat de bouwkosten de draagkracht van de parochie te boven gingen, te meer ook, wijl de stichting van de scholen van de parochie de nodige offers eisten. De eerste scholen. Pastoor Honig stierf op 18 Februari 1904; zijn opvolger was Theodorus Petrus Conardus Sarter, in 1846 te den Haag geboren. Hij kwam van Nieuw Vennep, waar hij sinds 1888 pastoor was geweest. Hij ijverde voor de scholen. In 1868 hadden de bis schoppen van ons land aangedron gen op de bouw van katholieke scho len. In 1882 kwam te Noordwijk de eerste school; in 1894 een tweede aan de Voorstraat. Nu zorgde pastoor Sar ter voor nieuwe schoollokalen en voor een Ulo. Ook werd er in 1914 een huis ge bouwd voor ouden van dagen: het St. Jeroensgesticht. Architect Brü- ning maakte de tekening en voor 57.500 gulden bouwde aannemer W. de Vreede te Noordwijk het gesticht, dat op 24 September kerkelijk werd ingezegend door pastoor Smeulders van Warmond, die deken van het de kenaat Noordwijk was. Zusters Fran ciscanessen namen de zorg in het huis op zich en zieke militairen en kort daarna Belgische vluchtelingen waren de eerste bewoners. Door dit alles waren de geldelijke zorgen vrij groot geworden en bovendien was de eerste wereldoorlog uitgebroken. Zo kwam er niets van een voltooien van de nog niet afgebouwde kerk. In 1922 ging pastoor Sarter rusten; hij ging in het door hem gestichte St. Jeroensgesticht wonen. De nieuwe kerk. I Joannes Henricus Wilhelmus Bors- boom werd pastoor van Noordwijk; in 1927 bovendien deken van het de kenaat. Hij bouwde een nieuwe pas torie en voltooide de kerk. Half Sep tember 1925 werd met het werk be gonnen: de oude pastorie en de oude kerk werden weggebroken.. De nieu we pastorie was in 1926 klaar en op 1 Februari 1927 kan de nu voltooi de kerk worden ingewijd door ple baan Westerwoudt. Op 18 Mei van dat jaar werd de kerk geconsacreerd. Deken Borsboom werd in 1947 eme ritus; hij nam zijn intrek in het Sint Jeroensgesticht. Opvolger werd Jo annes Petrus Antonius Brinkman. Formaliteit. De jongeman, die al dikwijls met Marietje was uitge gaan, bracht een bezoek aan haar va der. „Ik weet", zei hij, „dat dit lou ter een formaliteit is maar het leek ons beter de norma1'e weg te bewan delen en U te vragen „Mag ik eerst even weten, wie het louter een formaliteit vond?" infor meerde de vader venijnig. „Marietjes moeder", antwoordde de jongeling. Eigenwaarde. Een boer, die toe vallig in de stad was, kwam op een openbare verkoping terecht, juist toen er een papagaai bij opbod zou wor den yerkocht. Zo'n beert wil ik ook wel eens hebben, dacht de boer en hij bood en bood net zo lang tot hij de hoogste was. „Kan dit beest goed spreken", vroeg hij na afloop aan die veiling baas. Dat kunt U zelf het best be oordelen", antwoordde deze. „Die pa pagaai was de enige die tegen U op bood. Oefening. Recruten van het pa rachutistencorps zouden voor het eerst uit een vliegtuig springen. Al les ging perfect, maar toen de laatste man naar voren stapte, om de sprong te wagen, schreeuwde de comman dant: „Stop, stop, je hebt nog geen parachute!"' „Nou, ja, het is toch maar een oefe ning", was het antwoord. Liep er niet in. Twee Schotten waren bergen aan het beklimmen in hun vacantie Op zekere dag gleed er een van een rotspunt af en kon zich maar nauwelijks met de vingertop pen vasthouden aan de steile wand van de afgrond. „Haal gauw een stuk touw, want ik houd het niet lang vol", schreeuwde hij tot zijn maat. Deze rende naar het dorp en kwam tien minuten later terug. „Heb je touw", jammerde het slachtoffer. „Wednee". antwoordde de ander somber, „da< kost hier 6 shilling per meter." Belangstelling. Een Australische boer, die grote belangstelling had voor mechanisatie, plaatste een hu welijksadvertentie. Hij kreeg ant woord van een boerenmeisje. dat mededeelde. ..Mijn vader geeft een tractor als huwelijksgeschenk „Stuur zo spoedig mogelijk een fo to" antwoordde de boer, „van de tractor". Stel je voor. „Hoeveel kinderen heeft U?" vroeg de ambtenaar aan een heer, die meer woonruimte wilde hebben. „Vier", antwoordde deze, „en er zal er helaas geen meer bijkomen, want toevallig las ik gisteren in de krant, dat van elke vijf kinderen, die gebo ren worden, er een een Chineesje is. Goede gelegenheid Dame: O, dokter, mijn man is nu al vijf maan den gestorven en nog steeds ver schijnt hij mij in de droom. Dokter:, Dan moet U hem toch eens zeggen, dat ik nog steeds zeventig gulden van hem krijg. Dat begrepen ze niet Een jonge missionaris, die pas op zijn missie post gearriveerd was, wilde een brief op de post doen. Aan een paar nik kertjes, die op straat speelden, vroeg hij waar de brievenbus ergens was. Een van de jongetjes wees de pater de weg. Toen hij de brief had weg gebracht, zag hij een heleboel ne gertjes, die de grootste pret hadden. „Waarom hebben jullie zo'n pret ZondaqmoAqeri OP NAAR HET PARADIJS! F EN week is in een ommezien voor- bij, maar duurt toch wel zó lang, dat wij na moesten slaan, waar we jongstleden Zaterdag waren blijven steken! In ieder huisgezin is de krant van vorige week reeds in vlammen opgegaan. Daarom een kort „geheu gensteuntje" Wij waren doende een brief te be antwoorden, waarin een soort wan verhouding werd opgemerkt tussen enerzijds de geringe omvang van de aarde en haar onbeduidendheid in het heelal en anderzijds de Christe lijke leer, welke de aarde beschouwt als de wieg van God, die gekomen zou zijn om c'e bewoners van de aar de opnieuw te verheffen. Naar best vermogen hebben we uit eengezet, dat de grootte of kleinte van de aarde niets ter zake doet Als er op een vlakte in Afrika laten we niu eens iets bespottelijks veron derstellen 5 milliard olifanten van 2000 kilo rondlopen en één nikker van 150 pond, dan weegt het negertje volgens de berekening van een slager niet veel in vergelijking met de vUees. voorraad, welke 5 milliard olifanten opleveren! Maar het is voor iedereen duidelijk, dat die slagers-berekening niet opgaat, aangezien het heirleger van olifanten iets mist wat die éne neger torenhoog verheft boven de dikke dikhuiden: hij is mens. Dat voorbeeld kan men toepassen op aarde en heelal. Al zijn er mil'far den, en voor mijn part, trillioenen he mellichamen, die ieder voor zich veel groter zijn dan de aarde, al telt men al die (naar menselijke maatstaf) enorme bollen bij elkaar op de aarde spant verre de kroon, omdat op haar de blijde lach weerschalt van haar bewoners, omdat op haar grond stof de tranen vloeien van menselijk leed. Op de aarde alleen? Dat weet geen mens. Het kan zijn, dat er meer be woonde werelden zijn. Het kan even goed niet zo zijn. Het christendom behelst uitsluitend de openbaring van de betrekkingen tussen God en de merkwaardige aarde-wezentjes, die zichzelf mensen noemen en nieuwsgierig de nachtelijke hemel af turen Maar meent ge dan. riep iemand eens sarcastisch uit, dat God het gan se heelal zou geschapen hebben al leen om die kleine aarde te laten draaien? Nogmaals, we weten het niet. Er is geen sterveling die het geheim van het glorieuse en feilloos lopende uur jongens?", vroeg de missionaris. „Vanmorgen hebt U gezegd, dat U ons de weg naar de hemel zou wij zen", grinnekten de jongetjes. „En U weet nog niet eens de weg naar het postkantoor". Dokter „U moet veel fruit eten en vooral ook de schil van het fruit. Daarin zitten de meeste vitaminen. Wat is eigenlijk Uw lievelingsfruit?" Patient: (onthutst) Cocosnoten, dokter. werk van de schepping kan door gronden. Het enige, wat wij met zekerheid weten, is. dat er ontelbare wezens zijn, veel schranderder en begaafder dan mensen, wezens, in wie de vonk van het verstand niet gebonden is aan de stof. Deze lichtende wezens noemen we engelen, of, als zij door hoogmoed verduisterd zijn: duivels. Vraagt men dus: zijn er alléén op aarde verstandelijke wezens, dan luidt het christelijk antwoord zeer beslist: neen. Er zijn ontzaglijke vol keren van hoger orde dan de men sen, en van lager orde, naarmate zij, hoger geplaatst, dieper gevallen zijn. Wat is nu de rang van de aarde-be woners? Worden zij bij hun sterven engelen of duivels? Het christelijk antwoord *s wederom zeer beslist: neen! Na korte tijd want voor God zijn duizend jaren als „de dag van gisteren" - n orte tijd bud en hel lichaam vertoefd te hebben, keert de menselijke ziel in dat lichaam terug. Wanneer deze aarde zal hebben op gehouden te bestaan, wrocht God door Zijn woord een nieuwe aarde, waarop, na de doorstane beproeving, ongestoorde vrede zal heersen. Een aar*'c zal ne: zijn, geheel verschil lend van de bestaande „geen oor heeft géhoord, geen oog heeft gezien en in geen mensenverstand is het op gekomen' Ook de mensen zullen „in een oogwenk" veranderd zijn. De zon zal hen niet meer beschijnen, zij zullen niet meer eten of drinken of moede worden. Hun lichamelijkheid zal gelijk zijn aan die van Christus na Zijn opstanding. Hun lichaam zal •nel zijn als een gedachte niettemin lichamö'ijk. En het voornaamste is: zij zullen God zien „zoals Hij is" en de heerlijkheid van zijn luister nu voor onze zintuigen ontoeganke lijk zal iedereen vervullen van een ontzaglijke vreugde. Om ons deze vreugde van 't God zien te bezorgen, is de Tweede Persoon van de geheimzinnige Drievuldigheid mens met de mensen geworden. Ten zij men zijn oog voor de nuchtere werkelijkheid sluit, zal iedereen moe ten toegeven, dat de mensheid in een verschrikke'ijke toestand verkeert, waarin haat en nijd té'kens tot uit barsting komen. Deze toestand is de wrange vrucht van de erfzonde, dc hoogmoed, waarin de eerste mensen hapten om „aan God gelijk te zijn". De mensheid weieert te buigen voor haar God. Daarom heeft God zich gebogen naar de mensen van deze aarde, om door vernedering tot de misdadigers-dood de opstandige aarde van haar ingekankerde hoogmoed tc genezen. Zalig zi.i. die de boodschap van de nederige God verstaan. Want alle mensen, die de genade niet hoogmoedig verwerpen, zullen door het verzoenend offer dat God voor alle mensen bracht bij de voleinding van de tijd met ziel en lichaam binnengaan in de door Chris tus herstelde heerlijkheid van het paradijs. Het Paasfeest de verrijze nis van de tweede Adam", is daar van het goddelijk bewijs. Dat bewijs is historisch ze ei' nauwkeurig gedocu menteerd. Heeft men, evenals in Faust. de Paas-k'okken wé1 geboord, maar weifelt men in het geloof van der klokken boodschap, dan v/erpe men zich op de knieën, want: „deze dingen zijn voor wijzen en verstan- digen (in hun eigen oog) verborgen en aan kleinen geopenbaard.#Ja. Va der, zo is Uw welbehagen geweest". MA-RIUS. hout; Peter Develing, Leiden; Anme' d. Elzen, Voorschoten; Cobie Kui pers, Voorschoten; Greetje Koster, Noordwijkerhout; Aagtje de Ridder. Noordwijk (B); Adriaan Langeveld, I Leiden; Sjaak Verdonk, Leimuiden; Reinier Jansen Noordwijkerhout; Ria v. Niekerk, Bodegraven; Piet v. d. Meer, Noordwijkerhout; Kees en Jan Victor van Denzen, Noordwij kerhout; Tineke Peeters, Noordwij kerhout; Jan Floor, Voorhout; Theo en Rietje v. d. Meer, Roelofarends- veen; Siny Offerman. Leiden; Hes ter van Leeuwen, Oud Ade; Wim v. Leeuwen, Zoeterwoude; Willy Snij ders, Leiden; Greetje Borst, Rijpwe- tering; Leo van Houten, Noordwijk (B).; Dora Oudshoorn, Stompwijk; Johan Turenhout, Voorhout; Leo Plasmeyer, Voorhout; Fita en Jantje v. d. Meer Sassenlieim; Jan v. Veen, Roelofarendsveen; Rietje Kuiper, Roelofarendsveen; Mieke van Rijn, Warmond; Ria Lascaris, Sassenheim; Toosje Rodewijk, Z'woude; Theo Op dam, Voorschoten; Ali Bruin, Leiden Coby v. d. Tuin, Leiden; Willie van d. Poel, Voorschoten; Adrie Opdam, Lisse; Ali v. d. Poel, Oud-Ade; Bep v. d. Poel, Oegstgeest; Theo Witte, Leiden; Bep Vergeer, Alphen a. d. Rijn; Jan en Lida van Klink, Roe lofarendsveen; Nanda van Benne- kom, Hazerswoude; Henk Groenen, Voorhout; Rietje v. d. Nieuwendijk, Voorhout; Piet Conijn, Noordwijker hout; Alie Warmenhoven, Noordwij kerhout; Beppie Splinter Zoeter woude; Willie v. d. Werff, Zoeter woude; Anme Hoogervorst, Zoeter woude; Harrie van Mastwijk Nieuw - veen; Ria Klarenbeek, Alphen a. d. Rijn; Jan van Winden, Zoeterwoude; Kees Huigsloot, Roelofarendsveen; Anneke Turk Abbenes; Rietje Heemskerk, Zevenhoven; Anneke Oostdam, Leiderdorp; Corrie Heems kerk, Ter Aar; Tina v d Vliet, j Nieuw Vennep; Jopie Turk Abbe nes; Jan Bartels, Rijpwetering; Ma rijke van Amsterdam, Koudekerk; Leni v. d. Berg, Warmond; Corrie Schrama, Sassenheim; Wil v. d. Geest, Rijpwetering; Hennie v. d. Salm, Lisse; Johan v. d. Hulst, Voor hout; Ria Boere, Zoeterwoude; An- kie Schoo, Rijpwetering; Bep en Co bie Lieverse, Hoogmade; Truda Geer- ling, Lisse; Jan van Nobelen, Sas senheim; Nelly Lut, Leiden; Truusje Holthuis, Leiden; Ansje en Tiny de Groot, Noordwijk; A. v. d Voorn, Nieuwkoop; Beppie Vinkenstijn, Leiden; Leny van Diest, Zoeterwou de; Nico, Jan en Gerard v Putten, Hazerswoude; Ada Hoogduin. Bos koop; Lenie Schrijer, Leiden; Kees en Ria van Berkel, Roelofarends veen; Lenie Grabbee, Leiden; Mar jolein v. d. Meyden, Leiden; Corrie en Nini van Goozen, Hazerswoude; Jannie Berg, Sassenheim. Aan alle kleine neefjes en nichtjes die de volgende weken hun eerste H. Cortimunie doen, wensen we een mooi en heel gelukkig feest. Harte lijk gefeliciteerd kindjes ook de ouders, van TANTE JO en OOM TOON. de schaduw van Djenchis Khan --J. k Tf f I T V Belevenissen van een tweeling Na de vacantie ging het met Piet stukken beter op de school, hij had echt zijn leven gebeterd De juf frouw was heel tevreden en het was nu veel rustiger in de klas. Jammer dat het niet zo lang duurde, want op een morgen ging het weer mis. De hele klas zat reuze haar best te doen op een nieuwe letter die ze pas geleerd hadden en Piet probeer de het ook zo goed mogelijk te doen, magr het lukte vandaag niet erg. Hij ging eens rond kijken hoe het met z'n buurjongens stond, stootte links en rechts en kwam tenslotte met een buiteling terecht op de bank van een jongen in de andere rij. Deze schrok zo erg, dat hij zijn pen met inkt op zijn schrift liet vallen en een dikke inktmop op zijn blad viel. De jongen begon te huilen en gaf Piet een mep boven op z'n hoofd. Piet gaf hem een klap terug en in een paar seconden was er een vechtpartij. De juffrouw die achter in de klas een jongen aan het helpen was, nam Piet bij de arm en zette hem voor de lessenaar. „Wat ben je toch een ondeugende bengel, Piet, ga met je hanlen op je bengel. Piet, ga met je handen op je zei de juffrouw. Even later werd de juffrouw uit de klas geroepen omdat er telefoon voor haar was. Do kleine jongens bleven nu even alleen en Piet draai de zich lachend naar de klas toe. „Nu ben ik de juffrouw", zei hij ondeugend, „en ik schrijf Herman v. d. Veer voor stout op het bord." Piet stapte naar het bord, nam het grootste krijtje dat hij zag liggen, maar keek toch eerst nog eens naar de deur waar vandaan de juffrouw weer terug moest keren. Juist had hij de eerste letter op het bord gezet of de juffrouw kwam Tinnen. Geen van de jongens zag hoe verschrikt en verdrietig ze er uit zag op dat ogenblik, want ze keken allemaal in angst naar Piet Spruit, die nu alweer ondeugend was ge weest. „Foei!" was alles wat de juffrouw zei en haar vinger wees onverbid delijk naar de plek waar Piet de laatste tien minuten had moeten staan. Ze greep een doek, veegde de krabbels van Piet uit en schreef met grote letters op het bord: Piet Spruit is stout, een dikke streep onder „stout". De kinderen moesten nu tekenen en daar stond Piet nu; tekenen was juist zo iets prettigs. De juffrouw zat op de lessenaar en keek heel verdrietig. Zou ze verdriet hebben omdat hij zo stout was ge weest? Hij peuterde voorzichtig een dropje uit z'n zak en wilde het aan haar gaan brengen om het weer een beetje goed te maken, maar op het laatste ogenblik durfde hij weer niet enstak het in zijn eigen mond. Opeens zag hij dat de juffrouw met een zakdoek langs haar ogen streek en een seconde later voelde de juffrouw plotseling een kleverig handje dat de hare greep. „Juffrouw, ik zal nooit meer stout zijn," werd er aan haar oor gefluis terd, zó zacht, dat de andere jongens er geen erg in hadden. De juffrouw legde haar hand op zijn hoofdje. „Zal ik het dan maar weer eens met je proberen?" „Ja," zuchtte Piet. „Maak dan maar gauw, dat je op je plaats komt, rakker." Óm twaalf uur toen de school uit ging, zei de juffrouw dat ze nog een klein gebedje moesten doen, voor een klein ventje, dat plotseling heel erg ziek was geworden. Dat kleine ven tje was haar eigen broertje. Alle jon gens baden nu heel eerbiedig voor het zieke broertje, maar Piet bad toch nog wel met de meeste aan dacht. Bij het uitgaan van de klas legde hij ongemerkt het zakje met over geschoten dropjes neer, dat moest de juffrouw maar aan haar zieke broer tje geven. Wordt vervolgd. TANTE JO. UITSLAG VAN ONZE PAAS- WEDSTRIJD. PIET, HEIN, DIK, KLAAS. KEES, JAN. Een dik pak brieven en kaarten met de oplossing van onze wedstrijd ligt hier voor me. Sommige kinderen hebben hun briefje versierd met een mooie tekening en anderen hebben er zelfs een versje bijgemaakt. De wedstrijd was niet erg moeilijk, want bijna alle kinderen hebben hem goed gemaakt. Na loting vielen de boeken ten deel aan: Fransje .v Rcmundt, Leiden, 9 jaar. Leni v. Diest, Zoeterwoude, 11 jaar. Laura Huizinga, Leiden. Hennie v. d Salm, Lisse. Willy Meyer, Nieuwe Wetering. Bea Wcyermans, Oegstgeest. Gefeliciteerd hoor kinders Goede oplossingen kregen we van: Sjaak van Haastert, Zoetermeer; Wilbert, Marieke, Henk Blom, Lei derdorp; Henk Senne, Oude Wete ring; Engelina v. Steyn, Zoeterwou de; Karei en Ineke Giezen, Leiden; Rini v. d. Steen, Leiden; Gerard v. d. Akker, Katwijk; Dineke de Rooy, Koudekerk; Beppie de Haas, War mond; Corrie en Gerard de Rooy, Koudekerk; Catrientje Lunenburg, Leimuiden; Trees van Leeuwen, Hoogmade; J. v. d. Klaauw Leiden; Leo van Leeuwen, Leiden; Piet Heemskerk, Woubrugge; Thea van Leeuwen. Zoeterwoude; Elsje Kok, Leiden; Bea Weyermans, Oegstgeest; Corrie van Wieringen, Leiden; An- toon, Hans en Willie Pont. Leiden; Lucien Cranssen, Leiden; Rietje An- gevare, Voorhout; Lenie Warnau, Leiden; Corrie v. Kampen, Voor hout; Annie v. d. Heyden, Voorscho ten; Betsie en Keesje Volgering, Langeraar; Jannie v. Rijn. Warmond; Ria Sistermans. Noordwijk; Cobi v. d. Zon, Lisse; Toos Langeveld, Lisse; Rikie en Marijke van Bohemen Noordwijk (B); Sjaantje de Ridder, Noordwijk (B.); Corrie Oostdam, Noordwijk; Adrie Kleyhorst, Lisse; Tootje v. d. Salm, Alphen aan den Rijn; Rudi Roozen, Sassenheim; Koos Montfrooi, Leiden; Theo Vink, Leiden; Willy Goddijn, Leiden; Wil ly v. d. Poel, Zoeterwoude; Joseph Schrama, Voorschoten; Sjaan v. d. Krogt, Zoeterwoude; Nellie v Schie, Noordwijk (B); Ria Kipping, War mond; Trees en Tini van Velsen, Warmond; Henny Hoogweg. Wasse naar; Sjaan Rotteveel, Sassenheim; Nellie Onderwater, Zoeterwoude; L. de Jong, Leiden; A. v. d. Kraan. Lei muiden; Cobi Klijn, Rijnzaterwoude; Ria Greetje, Willie en Adri Meyer, Nieuwe Wetering; Kees v. d. Bosch, Leiden; Dina Zandvliet, Oegstgeest; Ineke Schrama, Wassenaar; Ludo de Haas, Noordwijk (B); Corrie van Rhijn, Noordwijk; Laura Huizinga, Leiden; Gerda Juffermans, Oegst geest; Fie van Santen, Woubrugge; Koos Goddijn, Leiden; Corrie Bak ker, Bodegraven; Herman Allart, Alphen aan den Rijn; Hans Pont, Leiden; Fransje van Remundt, Lei den; Lenie de Greef, Warmond; Ge rard van Dorp, Sassenheim; Cor de Groot, Hazerswoude; Ria Duiven voorde, Sassenheim; Han Duindam, Leiden; Joke v. d. Lans, Voorhout; Jan Witte, Leiden; Harrie Hermans, Voorhout; Betsie van Winden, Voor schoten; Gerda van Vliet, Voorscho ten; Mientje de Greef, Warmond; Wim Vergeer, Alphen aan den Rijn; Betsie de Frankrijker, Hazerswoude; Piet Menken, Hazerswoude; Nico en Riet v. d. Wereld, Roelofarendsveen; Corrie Hoogenboom, Roelofarends veen; Tonnie Beugelsdijk, Leiden; Fietje Knura, Voorschoten; Annie Beljaars, Leiden; Gerard Turk, Voor- 6. Dokie liep langzaam en rustig voort in de richting waarin de kara vaan was verdwenen. „De kans dat ik in leven blijf tot er een andere karavaan langs deze route komt is niet erg groot", dacht hij somber. „Ge middeld komt hier één karavaan in de veertien dagen voorbij. Op dat ogenblik kl'-r.k hoefgetrappel. Snelle ruiters naderden in zijn richting. „De kerels zijn teruggekomen", riep Dokie blij. ,,Ze hebben mij natuurlijk bij het vertrek gemist!" Even later zag hij echter dat de oplossing niet zo eenvoudig was. Een kleine, vo.ko- men vreemde karavaan reed snel op Dokie toe. De mannen sprongen van hun kleine woestijnpaarden. Een lan ge Mohammedaan met een sik stapte rustig met een geladen, ouderwets pistool in de aanslag op de detective af. „Vreemdeling wij komen u bitter beroven", zei hy met een grafstem. „Trek het u echter niet aan. want zonder ons zoudt ge hier vreselijk zijn omgekomen. En wat betekenen aardse goederen, indien men geen lichamen meer heeft om er van te profiteren? Maar zeg mij eerst: hoe komt ge hie'?" Dokie vertelde de ro ver die zich bekend maakte als Mur- ga, hoe hij door de karavaan in de steek werd gelaten De rover keel- nadenkend voor zich. „Merkwaardb mompelde hy.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1951 | | pagina 6