Opnieuw tot St. Jeroens-
bedevaartsplaats verheven
In de Krantentuin
Piet - Hein
SATERDAG 7 APRIL 1951
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
yiaold.uüj& tutti klein tot qAoat
NDER DE OPVOLGER VAN PASTOOR SONJEE, Fredericus Francis-
cus Meyer, kreeg Noordwijks kerkje een torentje; de luidklok er
O
in was een geschenk van C. Alkemade; op 17 Augustus 1862 werd die
klok gewijd door Van Kints, de president van het seminarie te Warmond.
En in de toren kwam het beeld van St. Jeroen, afkomstig uit de oude
schuilkerk, te staan.
Ook zorgde pastoor Meyer voor een parochiale bewaarschool, die in
1863 werd geopend, terwijl in 1872 op de achterzijde van de kerk nog
een klein torentje kwam, eveneens met een klok. Pastoor Meyer werd in
1880 rustend en stierf te Soest. Hij werd door Joannes Josephus van der
Horst opgevolgd. Te Haarlem geboren in 1822 werd hij in 1847 priester
gewijd. Hij was pastoor te Veere, Wormerveer en Zaandam. Als jong
kapelaan had hij een brochure geschreven over het huwelijk van prins
Willem van Oranje met Anna van Saksen en was daarover door de
Rijksarchivaris Bakhuizen van den Brink vrij hardhandig de les gele
zen. Toen nu de oprichting van de Bijdragen voor de geschiedenis van
het bisdom Haarlem ter sprake kwam en men personen zocht voor de re
dactie, werd ook de naam van pastoor van der Horst genoemd, omdat
hij reeds vele artikelen had geschreven in de „Volksalmanak voor Ned.
Katholieken" en ook andere geschiedkundige werkjes had gepubliceerd.
Maar men meende, dat de naam van pastoor van der Horst als historicus
te zeer had geleden door de onbarmhartige kritiek van Bakhuizen, om
hem als redactielid te kunnen aanvaarden.
Dc stichting van het kerkhof.
Hij stierf te Noordwijk op 27 Ja
nuari 1889 en werd op het nieuwe,
door hem gestichte, kerkhof aan de
Gooweg, begraven. De kapel op dit
kerkhof kwam eerst een jaar later
dan het kerkhof klaar en werd op 21
Mei 1889 ingewijd.
De volgende pastoor van Noord-
wijk was Antonius Jacobus van Hou
ten, in 1831 te Heemstede geboren
en in 1855 priesters gewijd. Voor zijn
komst was hij pastoor te Aarlander-
veen en tevens deken van het deke
naat Alphen. Maar zeer kort was hij
in Noordwijk; al in 1890 op 29 Augus
tus stierf hij. Zijn opvolger werd Go-
defridus Gabriel Honig, in 1830 te
F.nkhuizen geboren en in 1853 pries
ter gewijd. Na zijn kapelaansjaren in
enkele plaatsen van het bisdom werd
hij pastoor te Oude Schild, Edam en
Weesp; in de laatste plaats bouwde
hij een kerk. Toen werd hij pastoor
te Schipluiden, waar hij maar slecht
kon wennen; het was er voor de be
drijvige en werklustige man te stil
en hij vond er weinig of geen begrip
voor de plannen, die hy had willen
uitvoeren. Het gevolg was, dat hij
zenuwziek werd en verplaatsing
vroeg; hij werd pastoor te Noordwijk
en daar vond hij een ongeveer zelfde
kerk als hij te Schipluiden had ge
vonden. In Noordwijk kon hij zyn
vleugels uitslaan. Hij bouwde er een
nieuwe kerk, de eerste hallekerk in
het bisdom Haarlem volgens de plan
nen van archtiect Nicolaas Molenaar.
De eerste steen werd in Augustus
1894 gelegd.
Van de kerk werden alleen het
priesterkoor met transept, zijporta
len en sacristie gebouwd en met een
voorlopige en tijdelijke verbinding
aangesloten bij het schip van de oude
kerk. Want deze bouw van een deel
van de nieuwe kerk had al een som
van 60 duizend gevraagd. De verdere
afbouw van de kerk en van de toren
werd tot later uitgesteld. Men had
nu ruimte genoeg voorlopig om de
grotere toevloed van gelovigen te kun
nen opvangen.
Vanwaar die toevloed? In 1892 wa
ren de relieken van Sint Jeroen naar
Noordwijk teruggekeerd. Dank zij het
ijveren van pastoor Honig had paus
Leo XIII Noordwijk weer als bede
vaartsplaats erkend en aan de pel
grims bijzondere gunsten en geeste
lijke voorrechten toegestaan. Op 17
Augustus van 1892 werd met toestem
ming van de bisschop weer een
plechtige processie met de relieken
van Sint Jeroen gehouden ter viering
van de feestdag van de heilige.
Daags te voren waren de relieken
van deze heilige weer naar de paro
chie terug gekomen, nadat zij ruim
negen eeuwen elders waren geweest.
Het werd een feestelijke en glo-
rieuse intooht: aan de grens van de
gemeente wachtte een stoet het rij
tuig, waarin de pastoor de relieken
met zich droeg, op en zo ging het
naar de kerk, waar de relieken in een
door Brom vervaardigde koperen re-
liekenkast werden besloten.
Op de feestdag kwam zelfs de nun
tius naar Noordwijk het feest opluis
teren. Sedert die dag kwamen steeds
meer pelgrims naar Noordwijk en
daarom werd de oude kerk te klein.
Zo werd de terugkeer van St. Jeroens
gebeente de aanleiding, dat er te
Noordwijk reeds twee jaren daarna
met de bouw van een nieuwe kerk
I werd begonnen, welke pastoor Honig
I evenwel niet mocht voltooien, omdat
de bouwkosten de draagkracht van
de parochie te boven gingen, te meer
ook, wijl de stichting van de scholen
van de parochie de nodige offers
eisten.
De eerste scholen.
Pastoor Honig stierf op 18 Februari
1904; zijn opvolger was Theodorus
Petrus Conardus Sarter, in 1846 te
den Haag geboren. Hij kwam van
Nieuw Vennep, waar hij sinds 1888
pastoor was geweest. Hij ijverde voor
de scholen. In 1868 hadden de bis
schoppen van ons land aangedron
gen op de bouw van katholieke scho
len. In 1882 kwam te Noordwijk de
eerste school; in 1894 een tweede aan
de Voorstraat. Nu zorgde pastoor Sar
ter voor nieuwe schoollokalen en
voor een Ulo.
Ook werd er in 1914 een huis ge
bouwd voor ouden van dagen: het
St. Jeroensgesticht. Architect Brü-
ning maakte de tekening en voor
57.500 gulden bouwde aannemer W.
de Vreede te Noordwijk het gesticht,
dat op 24 September kerkelijk werd
ingezegend door pastoor Smeulders
van Warmond, die deken van het de
kenaat Noordwijk was. Zusters Fran
ciscanessen namen de zorg in het
huis op zich en zieke militairen en
kort daarna Belgische vluchtelingen
waren de eerste bewoners. Door dit
alles waren de geldelijke zorgen vrij
groot geworden en bovendien was
de eerste wereldoorlog uitgebroken.
Zo kwam er niets van een voltooien
van de nog niet afgebouwde kerk. In
1922 ging pastoor Sarter rusten; hij
ging in het door hem gestichte St.
Jeroensgesticht wonen.
De nieuwe kerk.
I Joannes Henricus Wilhelmus Bors-
boom werd pastoor van Noordwijk; in
1927 bovendien deken van het de
kenaat. Hij bouwde een nieuwe pas
torie en voltooide de kerk. Half Sep
tember 1925 werd met het werk be
gonnen: de oude pastorie en de oude
kerk werden weggebroken.. De nieu
we pastorie was in 1926 klaar en op
1 Februari 1927 kan de nu voltooi
de kerk worden ingewijd door ple
baan Westerwoudt. Op 18 Mei van
dat jaar werd de kerk geconsacreerd.
Deken Borsboom werd in 1947 eme
ritus; hij nam zijn intrek in het Sint
Jeroensgesticht. Opvolger werd Jo
annes Petrus Antonius Brinkman.
Formaliteit. De jongeman, die
al dikwijls met Marietje was uitge
gaan, bracht een bezoek aan haar va
der. „Ik weet", zei hij, „dat dit lou
ter een formaliteit is maar het leek
ons beter de norma1'e weg te bewan
delen en U te vragen
„Mag ik eerst even weten, wie het
louter een formaliteit vond?" infor
meerde de vader venijnig.
„Marietjes moeder", antwoordde de
jongeling.
Eigenwaarde. Een boer, die toe
vallig in de stad was, kwam op een
openbare verkoping terecht, juist toen
er een papagaai bij opbod zou wor
den yerkocht. Zo'n beert wil ik ook
wel eens hebben, dacht de boer en hij
bood en bood net zo lang tot hij de
hoogste was.
„Kan dit beest goed spreken",
vroeg hij na afloop aan die veiling
baas. Dat kunt U zelf het best be
oordelen", antwoordde deze. „Die pa
pagaai was de enige die tegen U op
bood.
Oefening. Recruten van het pa
rachutistencorps zouden voor het
eerst uit een vliegtuig springen. Al
les ging perfect, maar toen de laatste
man naar voren stapte, om de sprong
te wagen, schreeuwde de comman
dant: „Stop, stop, je hebt nog geen
parachute!"'
„Nou, ja, het is toch maar een oefe
ning", was het antwoord.
Liep er niet in. Twee Schotten
waren bergen aan het beklimmen in
hun vacantie Op zekere dag gleed er
een van een rotspunt af en kon zich
maar nauwelijks met de vingertop
pen vasthouden aan de steile wand
van de afgrond. „Haal gauw een stuk
touw, want ik houd het niet lang vol",
schreeuwde hij tot zijn maat. Deze
rende naar het dorp en kwam tien
minuten later terug. „Heb je touw",
jammerde het slachtoffer.
„Wednee". antwoordde de ander
somber, „da< kost hier 6 shilling per
meter."
Belangstelling. Een Australische
boer, die grote belangstelling had
voor mechanisatie, plaatste een hu
welijksadvertentie. Hij kreeg ant
woord van een boerenmeisje. dat
mededeelde. ..Mijn vader geeft een
tractor als huwelijksgeschenk
„Stuur zo spoedig mogelijk een fo
to" antwoordde de boer, „van de
tractor".
Stel je voor. „Hoeveel kinderen
heeft U?" vroeg de ambtenaar aan
een heer, die meer woonruimte wilde
hebben.
„Vier", antwoordde deze, „en er zal
er helaas geen meer bijkomen, want
toevallig las ik gisteren in de krant,
dat van elke vijf kinderen, die gebo
ren worden, er een een Chineesje is.
Goede gelegenheid Dame: O,
dokter, mijn man is nu al vijf maan
den gestorven en nog steeds ver
schijnt hij mij in de droom.
Dokter:, Dan moet U hem toch eens
zeggen, dat ik nog steeds zeventig
gulden van hem krijg.
Dat begrepen ze niet Een jonge
missionaris, die pas op zijn missie
post gearriveerd was, wilde een brief
op de post doen. Aan een paar nik
kertjes, die op straat speelden, vroeg
hij waar de brievenbus ergens was.
Een van de jongetjes wees de pater
de weg. Toen hij de brief had weg
gebracht, zag hij een heleboel ne
gertjes, die de grootste pret hadden.
„Waarom hebben jullie zo'n pret
ZondaqmoAqeri
OP NAAR HET
PARADIJS!
F EN week is in een ommezien voor-
bij, maar duurt toch wel zó lang,
dat wij na moesten slaan, waar we
jongstleden Zaterdag waren blijven
steken! In ieder huisgezin is de krant
van vorige week reeds in vlammen
opgegaan. Daarom een kort „geheu
gensteuntje"
Wij waren doende een brief te be
antwoorden, waarin een soort wan
verhouding werd opgemerkt tussen
enerzijds de geringe omvang van de
aarde en haar onbeduidendheid in
het heelal en anderzijds de Christe
lijke leer, welke de aarde beschouwt
als de wieg van God, die gekomen
zou zijn om c'e bewoners van de aar
de opnieuw te verheffen.
Naar best vermogen hebben we uit
eengezet, dat de grootte of kleinte
van de aarde niets ter zake doet Als
er op een vlakte in Afrika laten
we niu eens iets bespottelijks veron
derstellen 5 milliard olifanten van
2000 kilo rondlopen en één nikker van
150 pond, dan weegt het negertje
volgens de berekening van een slager
niet veel in vergelijking met de vUees.
voorraad, welke 5 milliard olifanten
opleveren! Maar het is voor iedereen
duidelijk, dat die slagers-berekening
niet opgaat, aangezien het heirleger
van olifanten iets mist wat die éne
neger torenhoog verheft boven de
dikke dikhuiden: hij is mens.
Dat voorbeeld kan men toepassen
op aarde en heelal. Al zijn er mil'far
den, en voor mijn part, trillioenen he
mellichamen, die ieder voor zich veel
groter zijn dan de aarde, al telt men
al die (naar menselijke maatstaf)
enorme bollen bij elkaar op de
aarde spant verre de kroon, omdat
op haar de blijde lach weerschalt van
haar bewoners, omdat op haar grond
stof de tranen vloeien van menselijk
leed.
Op de aarde alleen? Dat weet geen
mens. Het kan zijn, dat er meer be
woonde werelden zijn. Het kan even
goed niet zo zijn. Het christendom
behelst uitsluitend de openbaring
van de betrekkingen tussen God en
de merkwaardige aarde-wezentjes,
die zichzelf mensen noemen en
nieuwsgierig de nachtelijke hemel
af turen
Maar meent ge dan. riep iemand
eens sarcastisch uit, dat God het gan
se heelal zou geschapen hebben al
leen om die kleine aarde te laten
draaien?
Nogmaals, we weten het niet. Er is
geen sterveling die het geheim van
het glorieuse en feilloos lopende uur
jongens?", vroeg de missionaris.
„Vanmorgen hebt U gezegd, dat U
ons de weg naar de hemel zou wij
zen", grinnekten de jongetjes. „En
U weet nog niet eens de weg naar
het postkantoor".
Dokter „U moet veel fruit eten
en vooral ook de schil van het fruit.
Daarin zitten de meeste vitaminen.
Wat is eigenlijk Uw lievelingsfruit?"
Patient: (onthutst) Cocosnoten,
dokter.
werk van de schepping kan door
gronden.
Het enige, wat wij met zekerheid
weten, is. dat er ontelbare wezens
zijn, veel schranderder en begaafder
dan mensen, wezens, in wie de vonk
van het verstand niet gebonden is
aan de stof. Deze lichtende wezens
noemen we engelen, of, als zij door
hoogmoed verduisterd zijn: duivels.
Vraagt men dus: zijn er alléén op
aarde verstandelijke wezens, dan
luidt het christelijk antwoord zeer
beslist: neen. Er zijn ontzaglijke vol
keren van hoger orde dan de men
sen, en van lager orde, naarmate zij,
hoger geplaatst, dieper gevallen zijn.
Wat is nu de rang van de aarde-be
woners? Worden zij bij hun sterven
engelen of duivels? Het christelijk
antwoord *s wederom zeer beslist:
neen! Na korte tijd want voor God
zijn duizend jaren als „de dag van
gisteren" - n orte tijd bud en hel
lichaam vertoefd te hebben, keert de
menselijke ziel in dat lichaam terug.
Wanneer deze aarde zal hebben op
gehouden te bestaan, wrocht God
door Zijn woord een nieuwe aarde,
waarop, na de doorstane beproeving,
ongestoorde vrede zal heersen. Een
aar*'c zal ne: zijn, geheel verschil
lend van de bestaande „geen oor
heeft géhoord, geen oog heeft gezien
en in geen mensenverstand is het op
gekomen' Ook de mensen zullen „in
een oogwenk" veranderd zijn. De
zon zal hen niet meer beschijnen, zij
zullen niet meer eten of drinken of
moede worden. Hun lichamelijkheid
zal gelijk zijn aan die van Christus na
Zijn opstanding. Hun lichaam zal
•nel zijn als een gedachte niettemin
lichamö'ijk. En het voornaamste is:
zij zullen God zien „zoals Hij is" en
de heerlijkheid van zijn luister
nu voor onze zintuigen ontoeganke
lijk zal iedereen vervullen van
een ontzaglijke vreugde.
Om ons deze vreugde van 't God zien
te bezorgen, is de Tweede Persoon van
de geheimzinnige Drievuldigheid
mens met de mensen geworden. Ten
zij men zijn oog voor de nuchtere
werkelijkheid sluit, zal iedereen moe
ten toegeven, dat de mensheid in een
verschrikke'ijke toestand verkeert,
waarin haat en nijd té'kens tot uit
barsting komen. Deze toestand is de
wrange vrucht van de erfzonde, dc
hoogmoed, waarin de eerste mensen
hapten om „aan God gelijk te zijn".
De mensheid weieert te buigen voor
haar God. Daarom heeft God zich
gebogen naar de mensen van deze
aarde, om door vernedering tot de
misdadigers-dood de opstandige aarde
van haar ingekankerde hoogmoed tc
genezen. Zalig zi.i. die de boodschap
van de nederige God verstaan. Want
alle mensen, die de genade niet
hoogmoedig verwerpen, zullen
door het verzoenend offer dat God
voor alle mensen bracht bij de
voleinding van de tijd met ziel en
lichaam binnengaan in de door Chris
tus herstelde heerlijkheid van het
paradijs. Het Paasfeest de verrijze
nis van de tweede Adam", is daar
van het goddelijk bewijs. Dat bewijs
is historisch ze ei' nauwkeurig gedocu
menteerd. Heeft men, evenals in
Faust. de Paas-k'okken wé1 geboord,
maar weifelt men in het geloof van
der klokken boodschap, dan v/erpe
men zich op de knieën, want: „deze
dingen zijn voor wijzen en verstan-
digen (in hun eigen oog) verborgen
en aan kleinen geopenbaard.#Ja. Va
der, zo is Uw welbehagen geweest".
MA-RIUS.
hout; Peter Develing, Leiden; Anme'
d. Elzen, Voorschoten; Cobie Kui
pers, Voorschoten; Greetje Koster,
Noordwijkerhout; Aagtje de Ridder.
Noordwijk (B); Adriaan Langeveld,
I Leiden; Sjaak Verdonk, Leimuiden;
Reinier Jansen Noordwijkerhout;
Ria v. Niekerk, Bodegraven; Piet v.
d. Meer, Noordwijkerhout; Kees en
Jan Victor van Denzen, Noordwij
kerhout; Tineke Peeters, Noordwij
kerhout; Jan Floor, Voorhout; Theo
en Rietje v. d. Meer, Roelofarends-
veen; Siny Offerman. Leiden; Hes
ter van Leeuwen, Oud Ade; Wim v.
Leeuwen, Zoeterwoude; Willy Snij
ders, Leiden; Greetje Borst, Rijpwe-
tering; Leo van Houten, Noordwijk
(B).; Dora Oudshoorn, Stompwijk;
Johan Turenhout, Voorhout; Leo
Plasmeyer, Voorhout; Fita en Jantje
v. d. Meer Sassenlieim; Jan v. Veen,
Roelofarendsveen; Rietje Kuiper,
Roelofarendsveen; Mieke van Rijn,
Warmond; Ria Lascaris, Sassenheim;
Toosje Rodewijk, Z'woude; Theo Op
dam, Voorschoten; Ali Bruin, Leiden
Coby v. d. Tuin, Leiden; Willie van
d. Poel, Voorschoten; Adrie Opdam,
Lisse; Ali v. d. Poel, Oud-Ade; Bep
v. d. Poel, Oegstgeest; Theo Witte,
Leiden; Bep Vergeer, Alphen a. d.
Rijn; Jan en Lida van Klink, Roe
lofarendsveen; Nanda van Benne-
kom, Hazerswoude; Henk Groenen,
Voorhout; Rietje v. d. Nieuwendijk,
Voorhout; Piet Conijn, Noordwijker
hout; Alie Warmenhoven, Noordwij
kerhout; Beppie Splinter Zoeter
woude; Willie v. d. Werff, Zoeter
woude; Anme Hoogervorst, Zoeter
woude; Harrie van Mastwijk Nieuw -
veen; Ria Klarenbeek, Alphen a. d.
Rijn; Jan van Winden, Zoeterwoude;
Kees Huigsloot, Roelofarendsveen;
Anneke Turk Abbenes; Rietje
Heemskerk, Zevenhoven; Anneke
Oostdam, Leiderdorp; Corrie Heems
kerk, Ter Aar; Tina v d Vliet,
j Nieuw Vennep; Jopie Turk Abbe
nes; Jan Bartels, Rijpwetering; Ma
rijke van Amsterdam, Koudekerk;
Leni v. d. Berg, Warmond; Corrie
Schrama, Sassenheim; Wil v. d.
Geest, Rijpwetering; Hennie v. d.
Salm, Lisse; Johan v. d. Hulst, Voor
hout; Ria Boere, Zoeterwoude; An-
kie Schoo, Rijpwetering; Bep en Co
bie Lieverse, Hoogmade; Truda Geer-
ling, Lisse; Jan van Nobelen, Sas
senheim; Nelly Lut, Leiden; Truusje
Holthuis, Leiden; Ansje en Tiny de
Groot, Noordwijk; A. v. d Voorn,
Nieuwkoop; Beppie Vinkenstijn,
Leiden; Leny van Diest, Zoeterwou
de; Nico, Jan en Gerard v Putten,
Hazerswoude; Ada Hoogduin. Bos
koop; Lenie Schrijer, Leiden; Kees
en Ria van Berkel, Roelofarends
veen; Lenie Grabbee, Leiden; Mar
jolein v. d. Meyden, Leiden; Corrie
en Nini van Goozen, Hazerswoude;
Jannie Berg, Sassenheim.
Aan alle kleine neefjes en nichtjes
die de volgende weken hun eerste
H. Cortimunie doen, wensen we een
mooi en heel gelukkig feest. Harte
lijk gefeliciteerd kindjes ook de
ouders, van
TANTE JO en OOM TOON.
de schaduw van Djenchis Khan
--J.
k Tf f
I T V
Belevenissen van een
tweeling
Na de vacantie ging het met Piet
stukken beter op de school, hij had
echt zijn leven gebeterd De juf
frouw was heel tevreden en het was
nu veel rustiger in de klas. Jammer
dat het niet zo lang duurde, want op
een morgen ging het weer mis.
De hele klas zat reuze haar best
te doen op een nieuwe letter die ze
pas geleerd hadden en Piet probeer
de het ook zo goed mogelijk te doen,
magr het lukte vandaag niet erg. Hij
ging eens rond kijken hoe het met
z'n buurjongens stond, stootte links
en rechts en kwam tenslotte met een
buiteling terecht op de bank van een
jongen in de andere rij. Deze schrok
zo erg, dat hij zijn pen met inkt op
zijn schrift liet vallen en een dikke
inktmop op zijn blad viel. De jongen
begon te huilen en gaf Piet een mep
boven op z'n hoofd. Piet gaf hem een
klap terug en in een paar seconden
was er een vechtpartij. De juffrouw
die achter in de klas een jongen aan
het helpen was, nam Piet bij de arm
en zette hem voor de lessenaar.
„Wat ben je toch een ondeugende
bengel, Piet, ga met je hanlen op je
bengel. Piet, ga met je handen op je
zei de juffrouw.
Even later werd de juffrouw uit
de klas geroepen omdat er telefoon
voor haar was. Do kleine jongens
bleven nu even alleen en Piet draai
de zich lachend naar de klas toe.
„Nu ben ik de juffrouw", zei hij
ondeugend, „en ik schrijf Herman v.
d. Veer voor stout op het bord."
Piet stapte naar het bord, nam het
grootste krijtje dat hij zag liggen,
maar keek toch eerst nog eens naar
de deur waar vandaan de juffrouw
weer terug moest keren.
Juist had hij de eerste letter op
het bord gezet of de juffrouw kwam
Tinnen. Geen van de jongens zag hoe
verschrikt en verdrietig ze er uit
zag op dat ogenblik, want ze keken
allemaal in angst naar Piet Spruit,
die nu alweer ondeugend was ge
weest.
„Foei!" was alles wat de juffrouw
zei en haar vinger wees onverbid
delijk naar de plek waar Piet de
laatste tien minuten had moeten
staan. Ze greep een doek, veegde de
krabbels van Piet uit en schreef met
grote letters op het bord: Piet Spruit
is stout, een dikke streep onder
„stout".
De kinderen moesten nu tekenen
en daar stond Piet nu; tekenen was
juist zo iets prettigs.
De juffrouw zat op de lessenaar en
keek heel verdrietig. Zou ze verdriet
hebben omdat hij zo stout was ge
weest? Hij peuterde voorzichtig een
dropje uit z'n zak en wilde het aan
haar gaan brengen om het weer een
beetje goed te maken, maar op het
laatste ogenblik durfde hij weer niet
enstak het in zijn eigen mond.
Opeens zag hij dat de juffrouw
met een zakdoek langs haar ogen
streek en een seconde later voelde
de juffrouw plotseling een kleverig
handje dat de hare greep.
„Juffrouw, ik zal nooit meer stout
zijn," werd er aan haar oor gefluis
terd, zó zacht, dat de andere jongens
er geen erg in hadden.
De juffrouw legde haar hand op
zijn hoofdje.
„Zal ik het dan maar weer eens
met je proberen?"
„Ja," zuchtte Piet.
„Maak dan maar gauw, dat je op
je plaats komt, rakker."
Óm twaalf uur toen de school uit
ging, zei de juffrouw dat ze nog een
klein gebedje moesten doen, voor een
klein ventje, dat plotseling heel erg
ziek was geworden. Dat kleine ven
tje was haar eigen broertje. Alle jon
gens baden nu heel eerbiedig voor
het zieke broertje, maar Piet bad
toch nog wel met de meeste aan
dacht.
Bij het uitgaan van de klas legde
hij ongemerkt het zakje met over
geschoten dropjes neer, dat moest de
juffrouw maar aan haar zieke broer
tje geven.
Wordt vervolgd.
TANTE JO.
UITSLAG VAN ONZE PAAS-
WEDSTRIJD.
PIET, HEIN, DIK, KLAAS.
KEES, JAN.
Een dik pak brieven en kaarten
met de oplossing van onze wedstrijd
ligt hier voor me. Sommige kinderen
hebben hun briefje versierd met een
mooie tekening en anderen hebben
er zelfs een versje bijgemaakt. De
wedstrijd was niet erg moeilijk, want
bijna alle kinderen hebben hem
goed gemaakt. Na loting vielen de
boeken ten deel aan:
Fransje .v Rcmundt, Leiden, 9 jaar.
Leni v. Diest, Zoeterwoude, 11 jaar.
Laura Huizinga, Leiden.
Hennie v. d Salm, Lisse.
Willy Meyer, Nieuwe Wetering.
Bea Wcyermans, Oegstgeest.
Gefeliciteerd hoor kinders
Goede oplossingen kregen we van:
Sjaak van Haastert, Zoetermeer;
Wilbert, Marieke, Henk Blom, Lei
derdorp; Henk Senne, Oude Wete
ring; Engelina v. Steyn, Zoeterwou
de; Karei en Ineke Giezen, Leiden;
Rini v. d. Steen, Leiden; Gerard v.
d. Akker, Katwijk; Dineke de Rooy,
Koudekerk; Beppie de Haas, War
mond; Corrie en Gerard de Rooy,
Koudekerk; Catrientje Lunenburg,
Leimuiden; Trees van Leeuwen,
Hoogmade; J. v. d. Klaauw Leiden;
Leo van Leeuwen, Leiden; Piet
Heemskerk, Woubrugge; Thea van
Leeuwen. Zoeterwoude; Elsje Kok,
Leiden; Bea Weyermans, Oegstgeest;
Corrie van Wieringen, Leiden; An-
toon, Hans en Willie Pont. Leiden;
Lucien Cranssen, Leiden; Rietje An-
gevare, Voorhout; Lenie Warnau,
Leiden; Corrie v. Kampen, Voor
hout; Annie v. d. Heyden, Voorscho
ten; Betsie en Keesje Volgering,
Langeraar; Jannie v. Rijn. Warmond;
Ria Sistermans. Noordwijk; Cobi v.
d. Zon, Lisse; Toos Langeveld, Lisse;
Rikie en Marijke van Bohemen
Noordwijk (B); Sjaantje de Ridder,
Noordwijk (B.); Corrie Oostdam,
Noordwijk; Adrie Kleyhorst, Lisse;
Tootje v. d. Salm, Alphen aan den
Rijn; Rudi Roozen, Sassenheim;
Koos Montfrooi, Leiden; Theo Vink,
Leiden; Willy Goddijn, Leiden; Wil
ly v. d. Poel, Zoeterwoude; Joseph
Schrama, Voorschoten; Sjaan v. d.
Krogt, Zoeterwoude; Nellie v Schie,
Noordwijk (B); Ria Kipping, War
mond; Trees en Tini van Velsen,
Warmond; Henny Hoogweg. Wasse
naar; Sjaan Rotteveel, Sassenheim;
Nellie Onderwater, Zoeterwoude; L.
de Jong, Leiden; A. v. d. Kraan. Lei
muiden; Cobi Klijn, Rijnzaterwoude;
Ria Greetje, Willie en Adri Meyer,
Nieuwe Wetering; Kees v. d. Bosch,
Leiden; Dina Zandvliet, Oegstgeest;
Ineke Schrama, Wassenaar; Ludo de
Haas, Noordwijk (B); Corrie van
Rhijn, Noordwijk; Laura Huizinga,
Leiden; Gerda Juffermans, Oegst
geest; Fie van Santen, Woubrugge;
Koos Goddijn, Leiden; Corrie Bak
ker, Bodegraven; Herman Allart,
Alphen aan den Rijn; Hans Pont,
Leiden; Fransje van Remundt, Lei
den; Lenie de Greef, Warmond; Ge
rard van Dorp, Sassenheim; Cor de
Groot, Hazerswoude; Ria Duiven
voorde, Sassenheim; Han Duindam,
Leiden; Joke v. d. Lans, Voorhout;
Jan Witte, Leiden; Harrie Hermans,
Voorhout; Betsie van Winden, Voor
schoten; Gerda van Vliet, Voorscho
ten; Mientje de Greef, Warmond;
Wim Vergeer, Alphen aan den Rijn;
Betsie de Frankrijker, Hazerswoude;
Piet Menken, Hazerswoude; Nico en
Riet v. d. Wereld, Roelofarendsveen;
Corrie Hoogenboom, Roelofarends
veen; Tonnie Beugelsdijk, Leiden;
Fietje Knura, Voorschoten; Annie
Beljaars, Leiden; Gerard Turk, Voor-
6. Dokie liep langzaam en rustig
voort in de richting waarin de kara
vaan was verdwenen. „De kans dat
ik in leven blijf tot er een andere
karavaan langs deze route komt is
niet erg groot", dacht hij somber. „Ge
middeld komt hier één karavaan in
de veertien dagen voorbij. Op dat
ogenblik kl'-r.k hoefgetrappel. Snelle
ruiters naderden in zijn richting. „De
kerels zijn teruggekomen", riep Dokie
blij. ,,Ze hebben mij natuurlijk bij
het vertrek gemist!" Even later zag
hij echter dat de oplossing niet zo
eenvoudig was. Een kleine, vo.ko-
men vreemde karavaan reed snel op
Dokie toe. De mannen sprongen van
hun kleine woestijnpaarden. Een lan
ge Mohammedaan met een sik stapte
rustig met een geladen, ouderwets
pistool in de aanslag op de detective
af. „Vreemdeling wij komen u bitter
beroven", zei hy met een grafstem.
„Trek het u echter niet aan. want
zonder ons zoudt ge hier vreselijk
zijn omgekomen. En wat betekenen
aardse goederen, indien men geen
lichamen meer heeft om er van te
profiteren? Maar zeg mij eerst: hoe
komt ge hie'?" Dokie vertelde de ro
ver die zich bekend maakte als Mur-
ga, hoe hij door de karavaan in de
steek werd gelaten De rover keel-
nadenkend voor zich. „Merkwaardb
mompelde hy.