Verhoging topsalarissen door Kamer afgewezen R 12.' Jtaliano VRIJDAG 8 DECEMBER 1950 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 Tweede Kamer Zuid-Holland bij woningbouw achtergesteld De Tweede Kamer heeft gisteren de beraadslaging over de artikelen 2 en 113 bis van de begroting van het departement van Binnenlandse Za ken, betrekking hebbende op de z. g. topsalarissen voortgezet. De heer TUIN (arb.) replicerend, zegt dat de minister mededeling doende over de vergelijkingscijfers gezorgd heeft voor een verrassing voor de Kamer. Het was de Kamer namelijk niet bekend, dat boven een salaris van f 12.840,— nog toelagen verstrekt werden. De Kamer heeft nooit enigerlei mededeling ontvan gen, dat nog met toelagen gerekend moest worden. Z. i. was het gewenst geweest, dat vóór het K. B. van Sept. gepubli ceerd werd, de Kamer gehoord was. De zaak zou naar zijn oordeel bij suppletoire begroting geregeld kun nen zijn, opdat de Kamer eindelijk eens over de toelagen ware geinfor- meerd. Spr. zou jaarlijks overgelegd willen zien een lijst, waarin een overzicht wordt gegeven van de be staande situatie ten aanzien van de toelagen. 's Ministers klacht, dat er bij de betrokken ambtenaren repercussies «ouden kunnen worden verwacht, als de verhoging niet doorgaat, lijkt spr. weinig reeël en overigens heeft de minister weinig oog gehad voor repercussies in het land. De heer SCHOUTEN (A. R.) is van oordeel, dat de minister in zijn rede wel argumenten heeft bijge bracht voor het standpunt van hen, die tegenover hem staan. De rege ring had moeten luisteren naar wat er verleden jaar in de Kamer ter zake van de toelagen aan wensen naar voren kwam. Spr. zegt o. m. van oordeel te zijn, dat de zaak van de zijde der rege ring te veel gebagatelliseerd wordt. De. heer DASSEN (K. V. P.) acht het betoog van de minister alleszins steekhoudend; hij onderschrijft de argumentatie. De heer BEERNINK (C. H.) merkt op, dat men een ambtenaar, .die weg wil, toch niet kan vasthouden, of men hem een ambtstoelage of een secretaresse geeft of niet. Spr. zegt, dat nog steeds niet duidelijk is of de regering in 1950 representatietoela gen heeft uitgekeerd. Vaststaat, al dus spr., dat de Kamer dit niet heeft gewild. De heer GORTZAK (C. P. N.) handhaaft zijn opvatting, dat er sprake is van een scheeftrekken der verhoudingen.. Minister TEULINGS betoogt an dermaal, dat als men vergelijkingen wil maken tussen het salaris van 12.840 en dat van f 16.200,moet men rekening houden met de sala risverhogingen. Over 1950 zijn geen toelagen ver strekt, over 1949 zijn toelagen toege zegd aan de secretarissen generaal en de Kamer heeft deze bij supple toire begroting toegestaan. Wat het K. B. van Sept. betreft herhaalt spr., dat de regering volko men te goeder trouw meende te moeten aannemen, dat de zaak door de Kamer als redelijk zou worden aanvaard. De budget post f 16.200,is het bedrag „ten hoogste". Over de grootte de salarissen heeft het ka binet nog niet beslist, dit geschiedt op voordracht van de betrokken nisters. De minister merkt op, dat vorig jaar gesproken is over de represen tatie-toelage der secretarissen-gene- raal, de niet declarabele onkosten. Wat de andere toelagen aangaat, daarvan wilde de minister gaarne af en zo kwam men tot de techni sche herziening der topsalarissen. Na de rede van de minister komt aan de orde stemming over het amendement-Tuin. de heer ZAND (S. G.) verklaart met het oog op 's lands financiën voor het amende ment te zullen stemmen. Het amen dement wordt aangenomen met 43 tegen 36 stemmen. Vóór: P. v. d. A.; A. R.; C. H. u.; C. P. N. en St. Ger.; tegen K V. P., V. V. D. en K. N. P. De VOORZITTER stelt volor be handeling der begrotingsartikelen thans te schorsen, aangezien het amendement 't karakter van een mo tie heeft en het moet worden ver werkt in de begrotingshoofdstukken, hetgeen door de regering moet ge schieden. De MINISTER verklaart schorsing zeer op prijs te stellen. Besloten wordt overeenkomstig 't voorstel van de voorzitter. De Kamer heeft daarop een aan vang gemaakt met de behandeling van de begroting van wederopbouw en volkshuisvesting. De heer ANDRIESSEN (K.V.P.) achtte de woningbouw bevredigend wat het aantal betreft. Hij vroeg naar 's ministers inzicht inzake hoogbouw, uit stedebouwkundig oogpunt. Ook wilde hij diens ziens wijze vernemen over de vergelij king van Scandinavië en ons land met betrekking tot woningbouw- en inrichting. Over het woningpeil bleek de heer Andriessen niet zo te vreden te zijn. De minister denkt in 1951 50.0ÖC woningen te' bouwen, maar dringt de materiaalpositie niet tot een zekere reserve? De houtprij zen stijgen onrustbarend en in het licht van 's lands financiën kunnen wel eens tegenwerkende factoren optreden, meende spr. Het ware z.i. gewenst over het bouwvolume in tensiever overleg te plegen met de daarvoor in aanmerking komende organisaties. Systeembouw vond hij het aangewezen middel om de pro ductie tot een redelijk peil op te voeren. Een procent van het volu me wordt besteed voor kerkenbouw en dat vond spr. te weinig. De heer TEN HAGEN (Arb.) zei- de, dat het beleid van de minister van een zekere gedurfdheid getuigt. Hij informeerde naar de toeneming van het aantal geschoolde arbeiders en de bijdragen voor woningwet- bouw wilde hij meer ingesteld zien op directe rentabiliteit. Spr was be vreesd, dat het aantal arbeiderswo ningen zal teruglopen en dat er te veel middenstandswoningen zullen komen. Ten slotte vroeg de heer Ten Hagen of het al vast staat dat de huurwet 1 Januari in werking treedt De heer VAN DER FELTZ (C.H.) meende, dat van de premieregeling 1950 slechts enkele particulieren ge bruik zullen maken. Z.i. kunnen de bouwkosten niet verder gedrukt worden door rationalisatie. Een slui tende exploitatie is naar zijn oordeel niet te bereiken. De minister wil geen hogere premie, men zal dus tot een hogere huur moeten komen. Komt er geen aanpassing van de huur dan zal het woningpeil dalen. In de avondvergadering pleitte de heer ALGERA (A.R.) voor grotere vervanging van krotwoningen Ook deze spreker vond het voor kerken bouw uitgetrokken bedrag te laag. De vrije bouw moet zo weinig mo gelijk worden tegengegaan. Het bes te ware de vrije sector geheel vrij te laten. De heer VAN VLIET (K.V.P.) herinnert eraan, dat hij bij de be handeling der huurwet getracht heeft de huurverhoging bepaald te krijgen op 20 en hij vroeg of de minister kan erkennen dat de ster ke stijging der materiaalprijzen en de loonsverhoging een verhoging van 20 rechtvaardigen Wanneer de regering niet wil komen tot een verder gaande verhoging dan over- wege zij verlaging der fiscale lasten of financiële steun. De huurcompen- satie voor degenen, die niet worden tegemoetgekomen door belasting verlaging is er nog niet, evenmin als de zekerheid, dat ze zal komen. Daarover is sprekers fractie niet te vreden. Spr. vroeg de minister dui delijk te willen mededelen of hij het in de destijds aanvaarde motie gestelde zal uitvoeren en hoe dit zal geschieden. De heer BIEWENGA (AR.) zeide het onjuist te vinden, dat de com pensatie voor huurverhoging uitslui tend in de belastingen is gezocht. De verhoging behoort tot ten minste 20 te gaan. Verder uitstel dan 1 Januari voor de inwerkingtreding achtte hij niet verantwoord. De heer RITMEESTER (V.V.D.) opmerkend, dat hij de voornemens van de minister niet begrijpt, becij ferde, dat er de eerste drie jaren 60.000 woningen per jaar gebouwd zullen worden. Dit is niet zo een voudig omdat de arbeidsproductivi teit te wensen overlaat. De montage- bouw bewonderde hij niet. De heer GORTZAK (CP.N.) be toogde, dat de achterstand in de wo ningvoorraad is toegenomen. De huurverhoging moet z.i. niet ingaan voor er een compensatie is gevon den voor hen, die geen baat hebben van de belastingverlaging. De heer BEERNINK (CH.) be pleitte wedertoepassing der landar- beiderswet om te komen tot vergro ting van het aantal landarbeiders- woningen. Minister IN 'T VELD zeide ten aanzien van de overspanning van de woningmarkt, dat het 't departe ment een beetje uit de hand is gelo pen door allerlei omstandigheden. Veel belangrijker dan het aantal woningen, dat in uitvoering is is het aantal, dat gereed komt. Daarover heeft men niet te klagen. In October kwamen er bijna 5.000 gereed; tot November zijn dit jaar reeds 39.000 nieuwe woningen tot stand geko men. Gaat het zo door, dan zal men over 1950 niet ver af blijven van 50.000. In zijn aan de Kamer voor gelegde program was spr. uitgegaan van 40.000 woningen. Getracht wordt het evenwicht te herstellen tussen het werk, dat aan de markt wordt gebracht en de beschikbare arbeiders en materialen Een deel van de nieuwbouw zou in Deslag ge nomen kunnen worden ten behoeve van de gerepatrieerden. Gestreefd moet worden naar zo rationeel mo gelijk gebruik van de grond. Wil men komen tot 55.000 woningen per jaar dan is het noodzakelijk; dat in dit aantal ten minste 10 a 15.000 montagewoningen worden begrepen. Het leek spr niet gewenst de vrije sector geheel vrij te laten; hij zal wel soepel optreden. De minister zeide dat het hem niet verstandig lijkt de Landarbeiderswet op de hel ling te zetten. Spr. verklaarde zich bereid medewerking te verlenen aan vergroting van het volume voor ker kenbouw. Zeeland heeft z.i. geen re den zich te beklagen. Men is geneigd te beweren, dat het Westen wordt bevoorrecht, maar wat de woning bouw betreft is het juist andersom: Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht zijn achtergebleven bij de andere provincies. Tegen half twaalf brak de minis ter zijn rede af, de vergadering werd J verdaagd tot hedenmiddag Gevecht om de bromfiets De positie van de bromfiets is nog zeer onduidelijk, niet alleen als weg- verkeersobject, maar vooral met be trekking tot de Vestigingswet, zo werd geconcludeerd op een vergade ring te Utrecht van de Bond van automobiel- en garagebedrijven. Door de bemoeiingen van de Bo- vag was het gelukt een vestigings- besluit afgekondigd te krijgen. Zo wel de rijwielhandel als de motorrij- wielhandel eisten de service aan de gebruikers van bromfietsen voor zich op. De Bovag stond op het stand punt, dat slechts diegenen gerech tigd moesten zijn bromfietsen te ver handelen en te repareren, die daar voor het meest geschikt zijn. On danks het Vestigingsbesluit bleven er op dit terrein moeilijkheden be staan. De vergadering nam een motie aan waarin wordt gezegd, dat de afde ling middenstandwetten van het mi nisterie van economische zaken, de rijwielhandel en de motorrijwielhan- del. die zijn georganiseerd in de Br, vag, het er geheel over eens zijn, dat het regelen van deze materie ligt op de weg van de afdeling motorrijwie len van de Bovag. HERDENKING GEVALLENEN le DIVISIE „7 DECEMBER". Even als in Indonesië, waar in tegenwoor digheid van de Nederlandse militai re autoriteiten door de oudste in In donesië aanwezige officier der 7 De cember divisie een krans werd ge legd op het ereveld Menteng Poelo werden ook in Nederland gisteren de gevallenen van de „7 December Divisie" herdacht. Namens de Band Oud Strijders werd een krans ge legd bij de Indonesische urn in het monument op het Damplantsoen te Amsterdam. Na de kranslegging werd een ere saluut gebracht; op de voorgrond rechts de oud-commandant van de le Divisie 7 December, Generaal Majoor H. J. J. W. Dürst Britt. Kwestie bloedproef open vraag De Amsterdamse Rechtbank heeft geen beslissing genomen in de vraag of de bloedproef al of niet mag wor den toegepast, een vraag die was op geworpen door mr. S. J. Timmenga, toen hij als raadsman in een straf zaak optrad. In het vonnis wordt alleen gezegd, dat er niet is gebleken, dat de ver dachte onder zodanige invloed van sterke drank heeft verkeerd, dat hij zijn toestemming voor de bloedproef niet kon geven. Mr. Timmenga had veertien dagen 'geleden in zijn pleidooi betoogd, dat een dronken autobestuurder zijn toestemming tot het nemen van een bloedproef niet kan geven omdat zijn wil door de drank krachteloos is. Wanneer dus met een bloedproef wordt geconstateerd dat de be stuurder dronken is geweest en niet in staat was zijn wagen te be- stuien, dan maakt de justitie ge bruik van een bewijsmiddel dat de verdachte tegen zijn eigen belan gen in, zeif heeft helpen verschaf fen, zonder dat hij daarin heeft kunnen toestemmen. Volgens de verdediger zou de bloedproef alleen mogen worden toe gepast, wanneer deze door een wets wijziging rechtsgeldigheid verkrijgt. De aannemer die veertien dagen geleden terecht stond, werd veroor deeld tot twee weken gevangenis straf met ontneming van zijn rijbe wijs voor de tijd van een jaar. NIEUWE KERKORDE DER HERV. KERK AANVAARD De generale synode der Ned. Her vormde Kerk aanvaardde de ont- werp-Kerkorde met 76 tegen 14 stemmen. Het vereiste aantal voor stemmen (60 werd dus overschreden, overschreden. K.V.P.-partijraad op 16 December Zaterdag 16 December wordt in Utrecht een buitengewone partij raadsvergadering van de Katholieke Volkspartij gehouden. Naast 'n rede van de voorzitter, de heer W. J. An driessen, vermeldt de agenda o. a. een bespreking van het rapport van de commissie ter uitwerking van de wensen geuit op de kaderdagen 1950 te Weert, in te leiden door de voorz. Op deze kaderdagen hebben pater prof. dr. L. J. C. Beaufort O. F. M. en drs. G. J. M. Horbach verschei dene suggesties t. a. v. program, werkzaamheden en propaganda der patrij gedaan. Pater Beaufort heeft o. m. bepleit het buitenlands-deskundig element der fracties in de Eerste en Tweede Kamer op te voeren. De commissie, die dit punt heeft uitgewerkt, acht het nodig dat dit punt de bijzondere aandacht krijgt bij de samenstelling van de candidatenlijsten voor de volgende verkiezingen. Drs. Horbach wilde doen nagaan of een systeem van directe verkie zingen voor afvaardiging naar de Partijraad te prefereren is boven het huidige systeem van getrapte ver kiezingen. De commissie, die op de ze wens nader ingaat, meent dat deze kwestie het best aan de partij raad voorgelegd kan worden. a. v. de voorlichting had deze in'eider o. a. de wens uitgesproken dat aan het Partijbureau een pers chef en propagandaleider verbonden moet worden. De commissie, die op de komende partijvergadering haar ranoort indient, heeft hieraan de ggestie tot instelling van een functionaris voor de bu'tendienst toegevoegd. Dit punt heef het be stuur zij het enigszins gewü^i^d overgenomen. Het reeft de Par- türaad in over^vegin"' e*n functiona- aan te stellen, die tot taak heeft het nar+'^hpst.nur en de in d<* kr'noen Amster^^m Den «t en Fn*'er,!>m h'i te staan b«i hun winden om de afdelingen in sleden in omvang en ac*!vite't te doen toenemen. Deze functi» is te combineren met die van de functio naris bulten dienst. Voorts stelt het bestuur voor gel- deliike s*eun te verlenen ten behoe ve van de ae+lvite't on 't re^'ed van de buitenlandse po'Piek en 'n wxs- funet'onar's aan te stellen ten be hoeve van de voor":ch+5ng en van de verruiming van ,.De Opmars.'* BRAND IN EEN FABRIEK TE HEELS UM. In de nacht van Donderdag op Vrijdag heeft een felle uitslaande brand te Heelsum gewoed in de fa briek van meubelen en schoolmeu- belen van de firma J. Rothuizen en Zn. Tegen half drie werden omwo nenden gewekt door het geknetter van vlammen. De brand woede in het gedeelte achter het kantoor, waar de machines staan. Op het ogenblik zijn brandweerploegen uit Renkum en Oosterbeek op het ter rein aanwezig. Men vermoedt dat de brand is ontstaan door het stoken van houtspaanders. Bij rheumatiek: R 12 bestrijdt rheumatlsche ontste kingen en werkt snel pijnstillend. Met R 12 is het mogelijk het voor een doeltreffende behandeling van rheuma tiek benodigde aantal tabletten zonder bezwaar in te nemen. Het preparaat werkt snel, daar de actieve stof in een korte tijd in het bloed wordt opgenomen en daar zon der onaangename of schadelijke neven verschijnselen de ontstekingshaarden bestrijdt en de ziektekiemen langs na tuurlijke weg uit het lichaam verwijdert. R 12 wordt aanbevolen tegen spier-, zenuw- en gewrichtsrheumatlek, ischias, spit, lumbago, verkoudheden en pijnen. Kuurverpakking. inh. 48 tab -Hen, Gld. 3.20. Verkrijgbaar bij apothekers en drog'.sten. De afgelopen nacht is bij de pa pierfabriek var Van Gelder en Zn. te Wormer de 38-jarige arbeider C. Molenaar uit de Rijp met zijn hoofd tussen de lifvloer en de liftkoker bekneld geraakt. Het slachtoffer overleed onmiddellijk. De oorzaak van het ongeval is nog niet bekend. Aanslag op de Gele Tram Voor de Haagse Rechtbank ver scheen Donderdagmorgen H. de H. uit Wassenaar, aan wie ten laste was gelegd dat hij op 20 Maart 1950 een staaf ijzer van een meter lengte had gelegd op de rails van de tramlijn Den Haag-Leiden. Gelukkig had de tram, die kort daarop de betreffende plaats moest passeren, weinig snelheid zodat er geen ontsporing volgde. Ter zitting bekende verdachte vol mondig. Reeds enkele malen tevoren had hij dergelijke aanslagen gepleegd Uit eigen beweging gaf de H voor de Rechtbank een uitvoerige verkla- het lekkerste middel tegen verkoudheid de H.T.M. ook een dergelijke instel ling was en dat de daar gemaakte winsten ten goede kwamen aan oor logsophitsers in Engeland en Ame rika. Na zijn arrestatie had men hem angeraden vooral de C.P.N. niet te noemen, daar hij in dat geval onge twijfeld in het ziekenhuis zou wor den geslagen. Hij zag nu volkomen in, dat hij misleid was. De off. van justitie, mr. de Lint, sprak er zijn verwondering en blijd schap over uit, dat er geen persoon lijke ongelukken zijn gebeurd bij de diverse aanslagen van verd. en dat de pogingen tot het doen ontsporen van de tram niet eenmaal met succes zijn bekroond. Spr. vond dergelijke misdaden zeer ernstig en de onrust onder de trampassagiers was dan ook groot De be wijsconstructie was vrij eenvoudig, maar de strafmaat is een moeilijk geval, aldus de off. Verd. is psychiatrisch onderzocht en het rap port kenschetst verd. o.m. als emo tioneel, snel bewogen en zijn agres siviteit moeilijk bedwingend. Destijds had verd. vergeefs gesolli- citeert bij de H.T.M. Zou hij nu uit wrok gehandeld hebben of was hij opgeruid? De off. kon de impulsen niet juist beoordelen en requireerde tenslotte zeven maanden met aftr. en terbeschikkingstelling van de rege ring met de bijz. voorwaarde, dat hij zich onder toezicht moet laten stellen by een vereniging, die werkzaam is op psychiatrisch gebied. De verdediger van de H., mr. Schuering, concludeerde op juridische gronden tot vrijspraak Voorts schet ste hij hoe de communistische propa ganda op sommige mensen invloed kan krijgen. De voorw. terbeschik kingstelling zou ongetwijfeld tenge volge hebben, dat de betrokken ver eniging verd. in een inrichting zou plaatsen. Dit acht spr. een strenge straf met het oog op de gevolgen voor het verdere leven. Spr. bepleitte plaatsing in een jeugdgevangenis. Uitspraak 21 Dec. a.s. ARCHITECT-WETHOUDER VEROORDEELD. Veertien dagen geleden stond voor de Leeuwarder rechtbank te recht Douwe W., architect en wet houder van Openbare Werken al daar, aan wie ten laste was gelegd dat hij een kerk te St. Jacobie Pa rochie gedeeltelijk verbouwd en ge deeltelijk vernieuwd had, zonder de vereiste goedkeuring van de alge mene commissarissen voor de we deropbouw De officier van Justitie eiste toen f 7.500,— boete of drie maanden hechtenis. De rechtbank veroordeelde verdachte heden tot f 3.000,boete subsidair 90 dagen, hechtenis. AFDREIGING. Conform de eis werd de Leidenaar D. v. d. B. door de Haagse Rechtbank tot 10 mnd. met aftrek veroordeeld wegens dreiging. Men had een ge fingeerde diefstal op touw gezet, die ring van zijn motieven. Hij had in echter tenslotte niet doorging V. d. nauw contact gestaan met de Com munistische Partij, luisterde veel naar Radio-Moskou en was zodoende op gehitst tegen kapitalistische instellin gen. Destijds was hy van mening dat B. had toen een broeder in de mis daad gedreigd naar de politie te gaan als hij niet 2000.kreeg om de vrouw van een gearresteerde collega te helpen. Een cjetiiiqe1 die niet óptaH —I Roman van: R. AUSTIN FREEMAN (vertaald door F. van Veï«»en). 26) Ik streek het gekreukte linnen glad en keek met gespannen aan dacht naar het onderwerp. Het stelde Millfield Lane voor; ik zag duidelijk de hoge iepenlbomen, de witte afpaling en de hoge schutting, waartegen ik voor de regen had ge schuild. Het scheen inderdaad precies van de plek genomen te zijn, waar ik 't lijk had gevonden en van waar ik zelf mijn schets had gemaakt; deze laatste omstandigheid had niets te betekenen, want het was het enige schetsbare plekje van de laan. „Dit is werkelijk een aardige schets," zei ik. Het is eigenlijk jam mer, dat zo iets hier in de vuilnis bak moet blijven liggen. „Dat is het zeker, mijnheer," stemde de boswachter toe. Als u het een aardige schets vindt, kunt u hem beter oprollen en in uw zak steken. U doet er niemand schade mee." Ik volgde de raad van de bos wachter op en nadat ik alles ge zien had, wat er te zien was, het geen bedroefd weinig was, verlieten wij het huis, waarna de boswachter bij het hek afscheid van my nam. Langzaam wandelde ik door Ham- stead Lane en Spaniard's Road in de richting van mijn huis terug en peinsde over hetgeen ik deze morgen had gezien. Van het bestaan van de vijver, wist ik te voren niets. Nu ik echter de watervlakte had gezien, twijfelde ik er geen ogenblik aan, dat de geheimzinnige moordenaar ook met deze plek bekend was en zijn slachtoffer er in geworpen had. Niet zonder een gevoel van on voldaanheid over de passieve rol, welke ik in deze misdaad had ge speeld, wandelde ik in diep naden ken door het draaihek naar de in gang van Millfield Lane. Het was bijna zeker dat de moor denaar, of zijn slachtoffer, of bei den door ditzelfde hek op die avond van de moord waren gepasseerd. Onwillekeurig en onbewust ver traagde ik mijn stappen en slenterde veel langzamer dan gewoonlijk ver der. De laan werd gewoonlijk zeer weinig bezocht en nu tegen het mid daguur was zij bijna even stil en verlaten als te middernacht. Het was er zo stil en vredig kalm als in een oerwoud. Toch was de stilte niet ongerept. Ergens in de verte, in de slingerpaden, die daar een waar doolhof vormen, hoorde ik het geluid van haastige voetstap pen. Ik- bleef staan om te luisteren. Het waren twee mensen, een lichte tred, de andere een zware voetstap; blijkbaar een man en een vrouw. Een beiden liepen hard zeer hard. Misschien was dit niets bijzonders; maar toch trof het geluid mijn ge hoor als een soort alarmsignaal, zo dat het mij mijn stappen deed ver snellen en scherper luisteren. Plotseling hoorde ik opnieuw een geluid; een onderdrukte, smekende gil, als van een angstige vrouw. Onmiddellijk gaf ik door een schreeuw antwoord en rende op het geluid af. Ik vloog door bochtige laantjes en kronkelpaden en was juist aan 'n recht eind in de laan gekomen, toen op een gegeven ogenblik een vrouw de hoek om kwam rennen en met uitgestrekte handen op mij aan stoof Ik herkende haar onmiddeUijk, niettegenstaande haar kleren en ha ren verward, haar geziht lijkbleek en haar ogen van schrik en angst uit hun kassen puilden. Ik vloog haar tegemoet; zij was zeker aangerand, dacht ik. Doch toen ik haar wilde voorbij rennen om de aanrander achterna te zetten, greep zij mij woest met beide han den vast en hield mij tegen. „Laat mij gaan en die schurk in rekenen!" riep ik, doch zij greep mij nog steviger vast. „Neen," hijgde zij, naar adem snakkend, „laat mij niet alleen hier, ga niet weg!" Ik klemde mijn tanden op el kaar. Terwijl wij daar tegenover el kaar stonden, kon ik de schurk ho ren wegvluchten. Binnen enke'e ogenblikken zou hij buiten mijn be reik zijn. „Laat mij die kerel grijpen," riep ik smekend. „U is nu volkomen veilig, u kan mij volgen en mij in het oog hou den." Zij echter schudde hartstochtelijk met haar hoofd; met haar ene hand klemde zij zich aan m'n mouw vast, terwyl zij de andere tegen haar hart drukte. „Neen, neen, neen," hijgde zij met stemonderbreking, alsof zy snikte. „Ik kan niet alleen blijven. Ik ben te veel geschrokken. O, ga toch niet weg!" Wat moest ik doen? Het arme meisje was blykbaar buiten zichzelf van schrik en uitgeput door haar overhaaste vlucht. Het zou wreed geweest zijn, haar in die toestand alleen te laten. Doch het was niet temin toch, om razend te worden. Ik had er geen idee van, wat die man had gedaan, om haar zo van streek te maken. Doch dat was van geen belang. De eerste aandrang van een nor maal jongmens, wanneer hij een vrouw slecht behandeld ziet is, de aanrander eerst te lijf te gaan en dan te vragen, wat er eigenlijk aan de hand was. Dat was ook mijn voornemen, doch het mocht niet zo zijn. „Nu," zei ik bijwijze van com promis „laten wij dan samen terug gaan. Misschien kunnen wij dan ontdekken, welke weg hij heeft ge nomen. Dat vond zij goed. Ik trok haar arm door de niijne want zij beefde nog sterk en was nog zeer bleek en zo wandelden wij de weg, welke zy gelopen had, terug naar Highate, Natuurlijk was de man nergens te zien en toen wy de hoek omsloe gen, bij de plaats waar ik het lijk van de geestelijke had gevonden, was de man niet alleen uit het ge zicht, doch waren zijn voetstappen zelfs niet meer te horen. Toch wandelden wij nog een eind verder, in de hoop, dat iemand ons wellicht kon zeggen, waarheen de schurk was gevlucht. Doch wij ont moetten niemand. Al'een zagen wy, voorbij de afpaling, een schilders doos en een linnen stoeltje, welke aan de' kant van de weg lagen. „Dat zijn zeker uw spulletjes," zei ik. „Ja," antwoordde zij. „Ik had ze helemaal vergeten. Ik heb ze laten vallen, toen ik wegvluchtte." Ik raapte de doos en het stoeltje op en overwegende, dat verderlopen overbodig was, zei ik: „Ik geloof niet, dat het nog enig nut heeft, u verder te vermoeien. De man is er blijkbaar vandoor ge gaan." Zij scheen door mijn besluit enigs zins opgelucht en toen schoot het mij te binnen haar voor te stellen een ogenblikje op een bank te gaan zitten, om wat tot haarzelf te ko men. Hiermede scheen zij ten zeer- ingenomen. (Wordt v«i rutgüfr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1950 | | pagina 5