oveR óRie jaaR heeft leióen een pRima stRaatveRlichtinq Vandalisme aan óe óonkeRte komt een einóe De electrische lantaarns zul'en straks gaan verdrijven öuistepnis in öe staö aLq. neöeRUnöse invAliöen-Bonö gaat in Leiöen een Loopschool Beginnen Qauden &iuideg.am weide 24 jaai van tÜiipiueteütuj naai £eiden ZATERDAG 4 NOVEMBER 19 50 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD - PAGINA i TTOEN DE LEIDSE GEMEENTERAAD op 3 December 1845 besloot tot oprichting van een Stads-gasfabriek als „Toestel tot de algemeene straatverlichting", heeft waarschijnlijk niemand vermoed, dat deze fa briek haar doel schromelijk voorbij zou streven. De gasleverantie voor straatverlichting is echter een onbelangrijke factor geworden in verhou ding tot de leveranties voor industriëel en huishoudelijk gebruik. Mis schien heeft men wèl gedacht, dat mèt het stichten van dit „toestel" de misère van een onbeholpen straatverlichting (tot 1848 met olielan taarns) definitief tot het verleden zou behoren. Doch hierin hebben de vroede vaderen ongelijk gehad. Want nu we honderd jaar verder zijn, kla gen nog steeds de Leidenaars terecht- steen en been over de slech te verlichting van vele straten. Weer heeft de Leidse Gemeenteraad zich over deze netelige kwestie beraad. En weer is een plan aangenomen: dat iedereen met gejuich heeft begroet, als zijnde een radicale oplossing. Maar wie zal zeggen hoe de Leidenaars over honderd jaar zullen denken over de straatverlichting, die we straks ultra-modern vinden? Hoe het ook zij, binnen enige jaren zal een totale modernisering worden uitgevoerd. De Raad voteerde enige maanden geleden een bedrag van bijna zeshonderd-duizend gulden, om alle nog in Leiden aanwezige (en niet aanwezige!) gaslantaarns te vervan gen door electrische en daarmede zelfs de donkerste straathoeken in een helder licht te zetten. tot 6 maanden bedragen, zal het wel 1951 worden, voordat met de moder nisering op grote schaal kan worden begonnen. In de Groenesteeg zijn de Sted. Lichtfabrieken thans bezig elec trische lantaarns te plaatsen, nadat de laatste nog brandende gaslantaarip (tussen Hooigracht en Herengracht* bij een aanrijding sneuvelde. De plannen voor eiectrificatie van de Rijn- en Schiekade verkeren in een vergevorderd stadium. De palen worden volgende week verwacht en spoedig- mogelijk zal met het plan1 QAS- en LichtveRBRUik niet van Betekenis De buitenwijken zijn grotendeels voorzien van een electrische straat verlichting; daar zal dus weinig aan veranderd behoeven te worden. Be halve enige stukken als de Vreewijk- buurt, het Utrechts Jaagpad en de Hansenstraat, die nog steeds met gas verlicht worden. In de binnenstad echter, d.w.z. de stad binnen de singels, hebben-slechts de grote verkeersaders als Bree- straat, Haarlemmerstraat, Noordein de, Steenstraat, Hoogewoerd, enz., electrisch licht. De rest moet het nog steeds stellen met gaslantaarns. Toch ligt de verhouding anders dar velen zullen vermoeden. Leiden telt momenteel reeds 2343 electrische lantaarns en nog slechts 871 gaslan taarns, waarvan er echter nog geen 600 branden. De rest is kapot. Wilt U nog meer cijfers? De bran dende gaslantaarns hebben te samen 2520 gaskousjes en de electrische 3582 gloeilampen. De gaslantaarns zullen volgens het nieuwe plan ver vangen worden door ongeveer 1.200 electrische. Het zullen niet allemaal, lantaarns op palen worden; dat is slechts mogelijk in straten mèt bre de trottoirs. De overige lampen zul len aan kabels tussen de huizen ge hangen worden. Wat de electrische lantaarns be treft, kent Leiden reeds de z.g.n. ter- razzopalen van 4, 6K of 8 meter hoog te, zoals b.v. op de Sitterlaan, en de gietijzeren pal^n (Keuls model) van 4 meter hoogte, die o.a. op de Sta tionsweg geplaatst züh. ."talen buisman De nieuwe eieciricciie lantaarns krijgen stalen buismasten van 4, en 8 meter en zullen op onderlinge afstanden van ongeveer 30 meter ge plaatst wor/len. Dit is een hele voor uitgang, want de gaslantaarns staan op 55 a 60 meter afstand van elkaar. Hoewel dus het aantal lantaarns aanmerkelijk groter wordt, zullen de totale kosten toch kleiner zijn, om dat het stroomverbruik minder kos ten vraagt dan gas, en vooral omdat het onderhoud (geen kousjes!) ge ringer kan zijn. Het materiaal voor dit alles is reeds besteld, maar aangezien' de levertij den voor diverse onderdelen wel 5 we lang niet zeker van, de jeugd on ze nieuwe electrische lantaarns zal willen ontzien! Surrogaat-romantiek? Maar er komt nog een andere kwestie om het hoekje kijken. Wat moet er gebeuren met mooie oude stadsplekjes, als het Rapenburg, de Steenschuur, hofjes, e.d., die 'alle maal met gas worden verlicht? De gasverlichting gaat weg, dat is ze ker. Maar ook de gaslantaarns? Er zijn sternen opgegaan, om op het Ra penburg e.d. de oude gaslantaarns te handhaven en er. electrische lampen in aan te brengen, zoals dit o.a. ook op verschillende plaatsen in Am sterdam is gedaan. Op deze wijze blijft het idee van een romantische straatverlichting bewaard, meent men. Of deze oplossing gelukkig mag heten? Als het gas verdwijnt, is het echte er af. En dan heeft het weinig zin een surrogaat-romantiek er op na te houden. Dan kan men beter ra dicaal zijn en geheel nieuwe lan taarns aanbrengen, al is het natuur lijk wenselijk deze zoveel mogelijk aan het cachet van de omgeving aan te passen. Overal i.i dc stad kan men ze aantreffen, de oude, afgeleefde lantaarns, gesloopt door de tand destijds en door de jeugd. Dit is er een op de Middelstegracht, uit een ietwat ongewoon gezichtspunt bekeken. (Foto's „De Leidse Courant"). En dit is een z.g.n. „Haags model", ?rgens op de Middelstegracht. Kindje verkouden? Dan rug. keel en borstje sen begonnen worden Het kan echter nog wel twee maanden duren, alvo rens de electrische lantaarns daar zullen branden. Maar dat is van min heer zorg; de bewoners zijn er al het een en ander gewend: zij weten wat wachten is! Straatverlichting eist slechts weinig van totaal verbruik. Thans gebruiken de electrische lantaarns in Leiden 800.000 Kwh. stroom 'per jaar. Als over drie jaar alle gaslantaarns verdwenen zijn, zal het stroomverbruik 1.200.000 Kwh. bedragen. Dat lijkt reusachtig veel. maar het totale Leidse stroomver bruik is niet minder dan 94.000.000 Kwh. per jaar! De gaslantaarns vragen thans nog 400.000 kub. meter gas per jaar, wat maar een schijntje van het jaarlijk se gasverbruik in Leiden is: ander half procent van de 26.100.000 Kwh., die jaarlijks in Leiden verbruikt wor den. -liet iedere gaslantaarn is zomaar een gaslantaarn. Er zijn wel degelijk ver schillen tussen. Dit is een z.g.n. „Leids model", die we aantroffen naast een der bruggen aan de Steen- schuur. jaaRlrjks woRöt voor óuizenöen qulöens óoor öe Lieve jeuqö veRneló We schreven, dat de Leidi naars terecht! steen e. been klagen over de slecht straatverlichting. En we zul len de laatsten zijn, die be weren, dat men van gemeen tewege steed.1? het alleruiter ste heeft betracht, om dezi verlichting zo goed mogelijl te maken. Maar dit neem niet weg, dat een der grotf oorzaken van de slechte straatverlichting gezocht moe worden bij de Leidenaars zeil voornamelijk onder het jeug dige deel van de bevolking Ge moet hierover eens spre ken met de heer C. v. d Hoogt, technisch hoofdambte naar van de Sted. Lichtfabrie ken, die belast is met het ontwerpen van de nieuwe straatverlichting Hij kan U de ongeloofwaardigste verhalen vertellen over het van dalisme van de jeugd! De schade aan glaswerk en lampen loop' in de duizenden guldens. Een voorbeeld: Twee weken geleden wer den in de Groenhovenstraat vijf electrische lantaarns geplaatst, ter vervanging van gaslantaarns. Na drie dagen waren van twee lan taarns alle lampen met stenen kapot gegooid!!! En zo zijn er tien tallen voorbeelden te geven. Op de Herengracht heeft men enige lantaarns zelfs moeten „muilkorven", d.w.z. kappen van gaas om de lampen doen, omdat ze herhaaldelijk stuk gegooid werden.... De Leidse bevolking heeft recht op een behoorlijke stadsverlich ting. Maar als men er prijs op stelt, dient dit aangetoond te worden met een bijzondere zorg voor het vooral thans zo kostbare mate riaal. Ouders, leiders van jeugdverenigingen en onderwijzers kun nen er bij de jeugd niet genoeg op aandringen om de lantaarns te ontzien. Envolwassenen dienen op de eerste plaats zelf het goedevoorbeeld te geven. Ook dat gebeurt niet altijd. Pas als het ■mdalisme niet meer bestaat in Leiden, kan men met alle kracht pleiten voor een betere straatverlichting! De stad lag stil, doodstil. De re gen viel neer in eindeloos trieste stromen. Vijandig glimmend schoof het asphalt onder onze fietswielen door en de gladde keien schenen hun uiterste best te doen om ons te la ten slippen Zo reden we door nach telijk Leiden, over de hel-ver lichte Breestraat en het Levendaal, om plotseling, doo een eenvoudige draai aan het stuur, midden in een inkt zwarte duisternis terecht te komen. Kent u de Vierde Binnenvest gracht? En weet u hoeveel lantaarns er staan? Misschien wel twintig, Maar stuk vor stuk weigeren zij dienst, oud en versleten, of uitge schakeld door steenworpen van de lieve jeugd. Ge moet daar eigenlijk 's nachts niet komen. Want het is geen opwek kende fietstocht. Ergens ligt een hond voor de deur te janken. En juist als je even omkijkt, of de deur soms opengaat, moet je het stuur een acrobatische zwenking geven om een botsing te voorkomen met een stil staande handwagen, die in de duis ternis een nieuwe dag staat af te wachten. Is dit een uitzondering, die Vier de Binnenvestgracht? Fiets dan eens langs de Nieuwe Rijn en kijk naar de lantaarns langs de grachten, waarvan de meeste het levenslicht voorgoed hebben uitgeblazen. Rijd eens door de Kaarsenmakersstraat en in de omgeving van de Heren gracht. Let dan ook eens op de lan taarns aan de Steenschuur, maar pas op voor het ongedempte stukje Levendaal, dat dezer dagen door ^n gemeenteraadslid zo voortreffelijk als „open riool" werd aangeduid. Ga dan verder over het Rapenburg, keurig verlicht, door ,de Doelensteeg naar de Doelengracht, die in" de richting Paterstraatje in volsagen donkerte is gehuld Zo zijn er voorbeelden te geven bij tientallen. Maar erg bezorgd ma ken we ons er niet meer over. Want als straks met de uitvoering van het grote plan wordt begonnen, zal aan al deze ellende een einde komen. Als tenminste...., maar daar zijn Er zijn tegenwoordig zóveel soor ten van scholen, dat men er bijna geen wijs meer uit kan worden. Al leen om deze reden zou men het de Algemene Nederlandse Invaliden- bond, afd. Leiden, kwalijk kunnen nemen, dat hij door het stichten van een school in Leiden de verwarring nog gaat vergroten. Maar dan ook slechts om deze ene reden. Voor de rest zal iedereen, die kennis neemt van de plannen, er van harte ac- coord mee kunnen gaan, omdat met deze oprichting voorzien zal worden in een lang gevoelde behoefte. Bin nenkort zal namelfjk een z.g. Loop- en oefenschool worden opgericht voor lichamelijk invaliden. Het woord Loopschool geeft eigen lijk niet .voldoende weer wat men met de oprichting er van beoogt. Lichamelijk invaliden, die deze school zullen bezoeken, worden niet alleen geoefend in het weer gebrui ken van hun benen of andere lichaamsdelen (eventueel prothesen), maar krijgen een heropvoeding, zo wel in lichamelijke en geestelijke als in sociale zin. Zij zullen b.v. hun spieren geheel anders moeten gaan gebruiken. Een eventuele prothese moet op de juiste wijze gedragen worden en dat eist zeer veel oefe ning. Maar ook geestelijk zal er bij som mige invaliden iets opgeknapt moe ten worden. Zij die door een onge val o.i.d. een lichaamsdeel verlie zen, krijgen daarmede geestelijk een enorme klap. Niet zelden ontstaat er een minderwaardigheidscomplex en her-opvoeding op psychisch gebied zal dan moeten plaats hebben. Ook op sociaal gebied. Het ge bruik van dagelijkse voorwerpen zal aangeleerd moeten worden, hetzij een fiets of een scheermes. Een om schakeling van beroep zal eveneens vaak nodig zijn; mensen die een been verloren hebben, zullen zit tend werk moeten krijgen, enz Op deze school kunnen bepaalde eigen schappen ontlokt worden die een duidelijke vingerwijzing zijn, in welke richting het nieuwe beroep gezocht moet worden Gratis voor iedereen Om dit alles uitvoerbaar te ma- xen heeft de Ned. Invalidenbond contact gezocht en verkregen met dr. C P van Es directeur van de An- na-kliniek te Leiden, die tezamen met zijn assistent, dr. van Duren, de toekomstige „leerlingen" van deze school zal keuren. Wanneer blijkt, dat er foutieve of gebrekkige pro thesen gedragen worden, zal daarin verandering moeten komen Blij ken de moeilijkheden op ander ter rein te liggen, d'en kan dr. van Es de patiënt overgeven aan dr. G. Brou wer, die het verdere onderzoek zal leiden. De lessen zulen gegeven worden door de heer J. B. Setters, leraar heil-gymnastiek, voor de heren, en door mej. A. van Dorsten voor de dames. Begonnen zal worden met mensen, wier been geamputeerd is. Het systeem is er daarbij op gericht om de overgebleven spieren zo sterk mogelijk te maken. Veel aandacht wordt besteed aan een algemene conditie-training. Spoedig zullen ook cursussen starten voor invaliden met andere gebreken. De cursus zal drie maanden duren en wordt eenmaal per week gehouden, op Woensdag avond van 7 tot 9 uur in de gym.- zaal van de Gemeente H.B.S. aan de Burggravenlaan Niet alleen leden van de Alg. Ned. Invalidenbond, maar iedereen zon der uitzondering, die op een of an dere wijze lichamelijk invalide is, kan zich als leerling laten inschrij ven. De lessen worden geheel gra tis gegeven en Leiden is na Den Haag de tweede plaats, waar de Bond een dergelijke cursus geeft. Het ligt in de bedoeling om deze cursussen jaarlijks te herhalen. Op Woensdag 8 Nov. a.s. zal de heer St. Menken, wethouder van So ciale Zaken, deze school om acht uur in genoemde gym.zaal openen. Wie morgen even door de ramen gluurt van Van der Hoevenstraat 16, zal zien, dat er iets bijzonders aan de hand is. Dan zal het huis vol men sen zijn, die allemaal een blij ge zicht zetten, midden tussen de bloe men en onder de kleurige slingers, die kris-kras door de kamers han gen. Want morgen wordt in dat huis het gouden huwelijksfeest gevierd van het echtpaar J. van DiemenJ. M. Th. Smeelen, die beiden gebo ren en getogen zijn in Rijpwetering, doch sedert 16 jaar in Leiden wonen. Uit dit huwelijk werden 13 kinde ren geboren, waarvan er nog 10 in leven zijn. Negen kinderen zijn ge trouwd en schonken hun ouders al 32 kleinkinderen en zelfs 7 achterklein kinderen! In Leiden mag de heer van Die- men, die met z'n zeventig jaar nog een krasse oude baas is, niet zo heel bekend zijn; in het Lage Land en de „Rip" is dat anders. Daar kent ieder een Jan van Diemen, althans de ouderen. Want het was Jan van Diemen, die op 12-jarige leeftijd reeds de voet sporen van zijn vader ging drukken en iedere morgen om 2 uur opstond, om met een roeibootje van Rijpwe tering naar Leiden te roeien en daar brood te gaan halen, wat hij in het Lage Land overal aan huis bezorgde! Nog is het roeibootje in leven. Het ligt in Oud Ade, vlak voor het café „Klein Rustoord" van de heer v. d. Hulst. Maar het is al lang geleden, dat het schuitje voor broodhalen werd gebruikt, want toen Jan van Diemen dit 24 jaar achtereen had gedaan, schafte hij zich in 1917 een paard en wagentje aan. Per bootje duurde een enkele' reis twee en een half uur; met het wagentje ging het veel vlugger. En dat moest ook wel, want toen de nachtarbeid werd afge schaft kon hij 's morgens pas veel later brood krijgen in-Leiden. Om toch op tijd te zijn, moest de reis sneller gaan. Tot 1934 heeft van Diemen het volgehouden. Toen vertelde de dok ter hem, dat dit werk, wegens de koude, te zwaar werd. Het gezin ver huisde naar Leiden en daar heeft de gouden bruidegom nog jarenlang als los-werkman z'n boterham ver diend. „Maar nu werk ik niet meer", vertelt hij, „sinds we „van Drees krijgen", is het niet meer nodig. Als we heel zuinig doen, kunnen we er komen. Laat nu de jongeren het werk meer opknappen. Hij heeft gelijk en z'n vrouw, die ook 70 jaar is en nog even kras beaamt dit. Over haar valt niet zoveel te vertellen. Zij is maar „ge woon" moeder geweest. Doch wie zich even kan indenken, wat het zeggen wil zo'n groot aantal kinde ren groot te brengen, zal voor deze gouden bruid z'n petje af nemen! We zouden het haast vergeten: de bruidegom is vanaf de oprichting bijna 25 jaar lang bezorger geweest van .,De Leidse Courant" in Rijpwe tering. Begrijpt u nu, waarom wij over dit gouden huwelijksfeest, dat a.s. Woensdag op de eigenlijke dag kerkelijk gevierd wordt, zo'n groot stuk schrijven?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1950 | | pagina 7