Hachelijk avontuur van twee Polen
Pogingen exporteurs en kwekers
tot elkaar te brengen
„Marelita'' opende speelweide
en clubhuis
ingtóneeuiude
MAANDAG 11 APRIL 1949
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
BEGRAFENIS MEVROUW
NOORDERWIER—REDDINGIUS.
Het stoffelijk overschot van de zan
geres mevr. Aaltje Noorderwier
Reddingius is te Hilversum ter aarde
besteld. De plechtigheid ving aan met
een rouwdienst. Dr. Anthon van. der
Horst opende de dienst met een or
gelsolo, het praeludium in bes kl.
terts van Baeh. Vervolgens werd een
aria uit Bachs Mattheus Passie"' ge
zongen, welke de overledene in vroe
ger jaren zelf talloze malen zo be
zie'd en ontroerend heeft gezongen:
..Aus Liebe wiU mein Heiland ster
ben". De sopraan, mevr. Dora van
DoornLindeman zong deze aria, be
geleid door de fluitist Nic, Klasen en
dr. v. d. Horst aan het orgel. Nadat
dr. J. B. A. Kipp, zwager van mevr.
Noorderwier namens de familie de
overledene had herdacht, vertolkte
d^ cellist Carel van Leeuwen Boon
kamp het „E'egie" van Gabriël Fau-
ré. De dienst werd besloten met de
aria uit het „Requiem" van Brahms.
..Ihr habt nun traurigkeit". Onder de
velen, die de grote zangeres de laat
ste eer kwamen bewijzen bevonden
zich dr. N. R. A. Vroom als verte
genwoordiger van de Minister van
Onderwijs. Kunsten en Wetenschap
pen. Aan de groeve sprak allereerst
dr. Vroom. De burgemeester van
Deurne, haar geboorteplaats, her
dacht haar jeugd en de grootse huldi
ging. welke Deurne mevr. Noorder-
wier bij haar 60ste verjaardag in haar
geboortehuis bereidde, waarna dr.
Anthon v. d. Ho-st het woord voerde
namens het Amsterdams Conserva
torium en de vele leerlingen. Ten
slotte sprak mevr. Dora van Doorn
Lindeman tot haar ..zang-moeder""
een laatste afscheidswoord.
TELEFOON GESPREKKEN
AFGELUISTERD.
Door politieke gevangenen.
Tijdens werkzaamheden in het
kamp Crailoo bij Laren, waaruit on
langs de laatste politieke delinquen
ten zijn vertrokken, hebben ambtena
ren van de P.T.T. ontdekt, dat de te
lefoonkabel, welke het kamp Laren
met het directoraat-generaal verbindt
een aftakking had naar de zogenaam
de reparatiewerkplaats. Hierdoor zijn
de politieke delinquenten in staat ge
weest alle gesprekken tussen het
kamp en het directoraat-generaal af
te luisteren- Aan de aftakking was te
zien, dat deze lijn geruime tijd in
werking moet zijn geweest.
Zij verkozen de vrijheid
Aetherklanken
DINSDAG
HILVERSUM I, 301 meer. 7.00
Nieuws. 7.15 Ocht.gymn. 7.30 Het
gedicht van dé dag. 8.00 Nieuws. 8.15
Ochtendvaria. 8.55 Van vrouw tot
vrouw. 9.00 New Yorks Philharmo-
nisch Symphonic Orkest. 9.30 Auba
de,-- 10.15 Arbeidsvitaminen. 10.50
Kleutertje luister! 11.30 De Wekker.
12.00 Het Promenade orkest, 1^.30
Land- en tuinbouwnieuws. 12.33
„Voor ons platteland. 12.40 Gerard
van Krevelen, piano. 13.00 Nieuws.
13.20 Dolf van der Linden. 13.50 „Met
naald en schaar". 16.25 Honderd be
roemde componisten. 16.40 De School
bel. 17.00 „Jèicob Hamel". 18.00
Nieuws. 18.15 Tom Erich, piano, „Oud
en nieuw, van alles wat". 18.30
Strijdkr. 19.00 Pepi, radiostrip. 19 45
Voor de scheepvaart. 19.50 Wederop
bouw,. 20.00 Nieuws. 20.05 Radio-zoek
licht. 20.15 Het Divertimento Orkest.
20.45 Hersengymnastiek. 20.55 „Can
zones". 21.45 Buitenlands overzicht.
22.00 „Ik zou zo graag22.30
Bijnamen in de kamermuziek. 23.00
Nieuws.
HILVERSUM II, 415 meter. 7.00
Nieuws. 7.15 Gramofoonmuziek. 8.00
Nieuws. 8.15 „Pluk de dag". 8.05
Lichtbaken. 9.35 Piano. 10.00 „Wie
komt er in mijn hokje?" 10.40 „Mu
ziek houdt fit 11.30 „Als de ziele
luistert". 11.40 Orgelwerken van
Mendelssohn en Schuman. 12.03 „Het
orkest zonder naam". 13.00 Nieuws.
13.20 Pierre Boessen, bas. 13.45 Pia
nokwartet. 14.30 ..Onder ons". 15.00
Lichte klanken. 15.30 Licht piano
spel. 16.00 „De Zonnebloem"'. 17.00
Na schooltijd. 17.15 „Lang zullen ze
leven!" 17.45 „De Karekieten". 18,20
Actualiteiten. 18.30 Het huis Islam.
19.00 Nieuws. 19.15 Lichte Franse
orkestwerken. 19.45 „Dit is leven".
20.00 Nieuws. 20.05 De gewone man.
20.12 Sonate, Debussy. 20.30 Medita
tie door pater Eusebius Peters. 2130
Radio Cembalo gezelschap. 22.00
Westeuropese commentaar. 22.10 Col
legium Musicum Amstelodamense, o.
1. v. Toon Vranken. 23.00 Nieuws.
23.15 Avondconcert.
Twee Polen, die de sfeer in hun
vaderland blijkbaar te benauwd
vonden, hebben als verstekeling op
het 500 ton metende houtschip „Fe-
roica", dat Woensdag jl. uit Stettin
naar Zaandam vertrok, een hache
lijk avontuur beleefd, aldus .Trouw",
waaraan het volgende is ontleend.
Onderweg ten Oosten van de
monding van het Kaiser Wilhelmka
naal, hoorde de 16-jarige lichtmatroos
Van Drenkelaar uit Rotterdam, klop
pen in het vooronder. Terstond
waarschuwde hij de kapitein van de
„Feroica", die eigendom is van het
Rotterdamse bevrachtingskantoor
Spiethoff N.V.
Men kwam tot de verrassende ont
dekking, dat zich in het vooronder
twee verstekelingen bevonden, die in
een zeer gevaarlijke situatie waren
geraakt. Door de woelige zee was de
houtlading gaan verschuiven, waar
door er voor de mannen nog slechts
een zeer kleine ruimte was overge
bleven.
Daags voor het vertrek had zich
nog een derde Pool in het schip ver
stopt. Deze was ontdekt en verwij
derd.
De beide verstekelingen hadden
slechte een half kilogram brood en
een fles water meegebracht. Twee
maal 24 uur hebben zij zonder enig
voedsel aan boord vertoefd. Na de
ontdekking heeft de bemanning een
gat geboord door het metalen z.g.
graanschot en daardoor een gummi
slang in de kleine ruimte van de
vluchtelingen gebracht. Door de slang
werd vloeibaar voedsel geleid,, dat
de mannen om beurten opzogen. Op
dezelfde manier kregen zij gelegen
heid nu en dan een sigaret te roken.
Terstond na aankomst' in Zaandam
om twaalf uur Zondagmiddag is een
groep arbeiders geheei vrijwiilig met
de lossing van het schip dat be
tekent de bevrijding van de verste
kelingen begonnen. Veertig last
hout van het dek en vijftien last
hout uit het ruim moesten daarvoor
worden verplaatst.
„Wie in Polen niet van de partij is
kan geen werk krijgen. Het is in
Holland veel beter en daarom zijn
wij gekomen
Terwijl hij nog in zijn vrijwillige
gevangenschap zit, vertelt de oudste
Poolse verstekeling, een 24-jarige
monteur van vliegtuigmotoren, aldus
wat de reden is van zijn vlucht uit
zijn geboorteland.
Van de jongste ver-stekeling zijn
de ouders door de partij wegge
haald, zo vertelt hij, zij leven mis
schien niet eens meer.
Het werken werd Zondagmiddag
om half vijf beloond en de versteke
lingen van wie "Vrijdag nog gevreesd
werd, dat zy omgekomen waren, kon
den uit him schuilplaats komen: door
en door vervuild met een baard van
een week en knipperend tegen het
zonlicht, dat zij een week lang niet
hebben kunnen aanschouwen.
De jongste gooit een kaal versle
ten colbert over zijn hoofd en lacht
welgemoed. Nu voelt hij pas hoe hij
een week lang in een verwrongen
houding heeft gelegen. De oudste is
er erger aan toe. Men moest hem
helpen overeind te komen. Strompe
lend gaat hij van dek, ondersteund
door een der bootwerkers. Zijn lin
kervoet is abnormaal dik. De hout
lading heeft hem geraakt.
Met een boot van de rijkspolitie
worden de Polen naar de kantoorark
van de douane gebracht. Daar staat
een ziekenauto te wachten, die hen
naar het gemeenteziekenhuis ver
voert
„Ik heb wel meer zware tochten
meegemaakt", vertelt kapitein H.
Sloots uit Groningen, wanneer wij
hem vrijwel direct na aankomst van
het schip in zijn hut opzoeken, „maar
deze was wel een van de aller
zwaarste: storm, mist en dan nog
deze twee Polen."
Thans verblijven de Polen in het
ziekenhuis, waar ook de politie hen
aan een verhoor zal onderwerpen.
Hun namen zijn nog niet bekend ge
maakt.
Met J* 1900feest je niet lang.
In October 1948 is vanwege een mo
demagazijn in de Kalverstraat te Am
sterdam aangifte gedaan van verduis
tering van een bedrag van f 1900.—.
De 25-jarige cassiêre van dit maga
zijn mej. K. S. was namelijk op 5
October, drie weken nadat zij bij de
firma in dienst was getreden, met de
kas verdwenen. Het gelukte de poli
tie niet mej. S. te achterhalen, tot zij
dezer dagen een brief stuurde, waar
in stond dat zij Weer in Amsterdam
was en zich onder bepaalde voor
waarden graag wilde melden. Een
inspecteur begaf zich naar de in de
brief vermelde plaats en nam de
vluchtelinge mee naar het bureau.
Voorlopig is zij daar opgeborgen,
want na haar vlucht was tevens een
reeds eerder door haar gepleegde
diefstal van o.a. een camera en een
schrijfmachine, waarvan aanvanke
lijk het bewijs niet kon worden gele
verd, opgelost
Haar avonturen met de gestolen
f I960 vormen een roman op zich zelf.
Na het geld uit de kas te hebben ge
nomen is zij per taxi naar Putte in
Noord Brabant gegaan. Hier was juist
kermis, welke zij dapper mee heeft
gevierd. Zij maakte kennis met een
gezelschap Belgen en is met deze
over de grens gegaan. In enkele da
gen tijds had zij al f 900 opgemaakt.
Zij besloot de rest om te zetten in
Franse francs en vertrok naar Parijs.
Hier is zij gebleven tot 13 Maart. Toen
was zij volkomen platzak en zo ver
vuld van verlangen naar Amsterdam,
dat zij maar is teruggekeerd. Voor
lopig zal zij in bewaring blijven.
Daar het verwondering wekte dat
Zondagmorgen laat bij een perceel
aan de Henseniusstraat te Venray de
jalouzieën neergelaten bleven, ver
schaften buren zich toegang tot de
worïipg. Men vond de beide bewoon
sters, de 55-jarige mej. Goemans en
de 74-jarige mej. Verbeek in bewus
teloze toestand, terwijl er een ster
ke kolendamp werd waargenomen.
Mej. Goemans is in de loop van de
dag overleden, mej. Verbeek ver
keert nog in levensgevaar.
ALG. VER. VAN BLOEMBOLLENCULTUUR
Bij aankomst te Zaandam, was
één der verstekelingen zo verzwakt,
dat hij met een brancard van boord om bereid te zijn.
moest worden gehaald.
Op de 207e algemene vergadering1
10 April 1949 der Alg. Vereniging
voor Bloembollencvultuur heeft de
voorzitter jhr. dr. O. F. A. H. van
Nigpen tot Pannerden een openings
rede uitgesproken, waaraan het vol
gende is ontleend:
Als er één onderwerp aldus spr.
vandaag en voortdurend de aan
dacht vraagt is het wel het or^anisa-
tieleven van de beoefenaren van het
bloembollenvak. Ik wil nu niet spre
ken over de verdeeldheid van belan
gen en de daaruit mede voortkomen
de verdeeldheid der meningen, hoe
droevig ook, doch deze heeft het min-
se een natuurlijke oorzaak en zal
wel nimmer geheel kunnen worden
opgelost. Daarnaast zien wij echter
ook een te grote veelheid van instel
lingen en lichamen, welke zich met
de belangen van ons vak bezighou
den en juist door hun veelheid en on
voldoende samenwerking zo spoedig
aanleiding tot verschillende menings-
varming geven.
De samenwerking met de „Bond"
Als wij zien hpq de onderhandelin
gen tussen de Bond van Bloembol
lenhandelaren en ons Hoofdbestuur
door aanvankelijke toegevendheid en
begrip beiderzijds vrijwel tot eeo
goed resulitaat voor een nadere rege
ling van de betalingstermijnen had
den geleid en slechts met een weinig
méér goede wil tot een goed einde
hadden kunnen worden gebracht, dan
dringt zich toch de conclusie op dat
de volledige en juiste wil tot samen
werking nog niet aanwezig is.
Het Hoofdbestuur is zich zijn roe
ping getroifw gebleven om te trach
ten de belangen van beiden, expor
teurs en kwekers, tot elkaar te bren-
I gen, doch het mocht zich niet losma-
ken van wat redelijk is en diende «le
belangen van allen nauwkeurig af te
wegen, zoals ook thans is geschied
Het verheugt ons dat de Boni vin
Bloembollenhandelaren ons heeft
doen weten tot nader overleg weder-
Uit hetgeen'ik U reeds heb ge/egd
en nu nogmaals wil onderstrepen zal
het U allen duidelijk zijn dat naar
mijn mening de vrije organisaties in
ons vak juist nog veel nauwer dienen
samen te werken dan ooit het geval is
geweest, willen zij niet in de toekomst
bieden als vrije vakorganisaties te
gronde gaan.
„Dwaze gevolgen.'
Als wij vervolgens terugdenken
hoe op onze vorige vergadering vol
komen tegengestelde voorstellen alle
verworpen werden, dan zullen wij
toch moeten erkennen da er in onze
wijze van vergaderen en in de wijze
van het uitbrengen van de stemmen
der afdelingen fouten zijn, welke tot
zodanige dwaze gevolgen kunnen lei
den dat herziening daarvan geboden
wordt. De afgevaardigden zullen
mèer dan tot nu toe de vertrouwens
mannen der afdelingen moeten wor
den in plaats van stemautomaten,
waartoe de afdeling Grootebroek
-reeds een gewaardeerde eerste stap
heeft gedaan door in het afdelingsreg-
lëment te bepalen dat indien tijdens
een vergadering van de Alg. Ver. v
Bloembollencultuur voorstellen wor
den gewijzigd door amendementen,
moties of - anderzins, de afgevaardig
den niet gebonden zijn aan hun man
daat. Zij dienen echter overeenkom
stig de mening van de afdelingsvér-
gadering te handelen.
De uitvoer-vooruitzichten.
Ten aanzien van de afzet onzer pro
ducten stemt het tot voldoening dat
de export naar Engeland zodanig
verruimd dat een hoeveelheid van
1500 ton méér kan worden uitgevoerd
en het gewichtscontingent primair is
gesteld. De grote teruggang van de
verkoop aan de broeiers in Amerika
wordt gelukkig' steeds meer gecom
penseerd door de afname voor de dro
ge verkoop. Het staat wel vast dat de
onpersoonlijke Reclame aldaar op -de
goede weg is en vruchten begint af
te werpen.
Juist nu wij voor een gunstige af-
zetontwikkeling staan naar deze lan
den zou het onvergeeflijk zijn als wij
door kortzichtigheid aan hen, die on
ze import aldaar ongunstig gezind
zijn, zelf dc wapenen in handen zou
den geven om deze te weren. Dat met
name de aardappelmoeheid en haar
bestrijding grote problemen opwer
pen en tot haast onoverkomelijke
moeilijkheden, met name in de Noord,
aanleiding geven, is ongetwijfeld vol
komen juist. Even juist is het echter
dat deze problemen nog veel groter
en., onverkomelijker zouden worden
als de afzet onzer producten naar de
ze zo belangrijke afnemers zou wor
den stopgezet. Het is hier ongetwij
feld kiezen tussen twee kwaden, doch
niet zonder reden wordt steeds aan
bevolen daarvan nog maar de minste
te kiezen, zelfs als dit betekent poet
sen van onze bollen en wisselteelt
van aardappelen.
Burgemeester verrichtte de ceremonie
In de gure wind, die van het
open veld kwam aanwaaien,
stonden mensen, diep in hun jas
kragen gedoken, en kinderen,
koukleumend met handen in hun
zakken en een vuile neus, in
spanning te wachten op een
hoogepunt, waar het Maredijk-
kwartier al sedert maanden naar
uitzag en dat Zaterdagmiddag
eindelijk plaats vond. de opening
van de speeltuin „Marelita" en
het daarop staande, eigenge-
bouwde clubhuis. Links en rechts
waaiden de vlaggen en voor de
ramen verdrongen zich belang
stellende buurtbewoners, die het
onaangename weer niet durfden
te trotseren.
„Laten we maar gauw beginnen",
zei burgemeester jhr. mr F. H. van
Kinschot, die prompt daarop, per
microfoon, werd welkom geheten
door de voorzitter van „Marelita",
de heer P. D. Visscher, en even later
zelf -het geïmproviseerde podium be
steeg, om te vertellen dat hij blij
DE WERKGELEGENHEID IN
MAART.
De daling van het aantal werklo
zen, welke in de loop van Februari
een aanvang nam, zette zich als ge
volg van het aflopende wintersei
zoen voort. Het aantal bij de gewes-
te'ijke Arbeidsbureax gereristreerde
werkloze mannen nam van 77.439 af
tot 63.240. te weten 34.942 geheel
werklozen (vorige maand 45.508),
778 wachtgelders (963) en 27.520 bij
een duw-object tewerkgestelden
(30.968).
Deze vermindering van het aantal
werklozen kwam voornamelijk tot
uiting in de bouwbedrijven (van
11.148 tot 8 499), de veenderijen (van
3.380 tot 1.371), de landbouw (van
20.637 tot 14.344) en in de groep losse
ongesclioolde arbeiders (van 11.610
tot 10.197).
Het aantal aanvragen voor manne
lijk personeel steeg van 25.719 tot
26.449.
Vergelijken wij einde Maart 1948
en 1949 de aantallen werklozen, dan
zien wij een stijging van 40.409 tot
63.240 of van 57 pet; vergelijken wij
daarentegen de aanvragen dan zien
wij een daling van 42.804 tot 26.449
of vtn 38 pet.
In Nederland zijn er per 1000
mannelijke inwoners gemiddeld 14
werklozen.
CACAOFABRIEK TE ZAANDAM
UITGEBRAND.
Zaterdagnachtis in enkele uren
de cacaofabriek „De Halve Maan"
te Zaandam uitgebrand. Honderden
tonnen grondstoffen (cacao en pinda-
afval) en afgewerkte producten
(vooral cacaoboter) gingen verloren.
De schade, welke honderdduizenden
guldens bedraagt, wordt gedekt door
de verzekering. Omdat de producten,
die in de fabriek opgeslagen lagen,
uiterst brandbaar waren en omdat
„De Halve Maan" alleen kon wor
den bereikt via een wankel brugge
tje, kon de. brandweer niet veel suc
ces boeken.
DE 109.000-
De 100.000 is gevallen op 9956.
De driejarige A. de K. te Zaan
dam is gisteren voor een stilstaande
taxi gekropen, toen de chauffeur af
rekende met zijn passagiers. De
chauffeur, die haar niet had gezien,
startte en reed over haar heen. Het
kind was op slag dood.
was deze speeltuin te mogen ope
nen. Het gemeentebestuur ziet im
mers zeer goed het grote belang van
speeltuinen i* de stad, omdat de
kinderen van de straat gehouden
worden. Dat de buurtbewoners bo
vendien zelf een clubhuis gebouwd
hadden, achtte de burgemeester te
kenend voor de goede buurtgeest.
Met de beste wensen voor de toe
komst, eindigde spreker en daalde
van het podium af, om met de op een
kussen aangeboden schaar, het lint
door te knippen, dat de belangstel
lenden scheidde van de nieuwe speel
tuin. En terwijl het jonge volkje
zich onmiddellijk ging vermaken met
de prachtige schommels en wippen,
kwam een klein gezelschap bijeen in
het clubgebouwtje, waar verversin
gen werden aangeboden. Hier sprak
de heer Visscher een dankwoord tot
de schenkers en medewerkers, in het
bijzonder tot architect v. d. Kraan
en de heren Th. Breuring en P. W.
Ammerlaan, die zich zeer verdien
stelijk hadden gemaakt.
Gelukwensen werden aangeboden
door de voorzitter van de „Nuso",
de heer E. G. Bergers, de voorzitter
van buurtvereniging „Marediikkwar-
tier", de heer Sassen, die een dubbele
baby-schommel aanbood, de voorzit
ter van de Leidse Bond van Speel
tuinver., de heer M. I. Smit, tevens
voorzitter van de Fed. van Buurt
verenigingen, de heer Mulder, namens
het Polderbestuur, de heer J. Hek-
king, namens het personeel van de
Rijnsburgersingel-school en de heer
B. Broers, namens de speeltuin ver.
„Ons Eiland".
Hierna bezichtigden de aanwezi
gen het gebouwtje, dat, behalve een
recreatiezaaltje, ook een portiers
loge en enkele toiletten bevat. Reeds
eerder gaven wij een beschrijving
van dit clubhuis, dat geheel door
buurbewöners in hun vrije uren
werd gebouwd en. waarvan boven
staande foto de voorzijde vertoont.
Ook in „De Professorenwijk"
de vlag in top.
Ongeveer gelijktijdig ging ook in
een ander deel van onze stad, „De
Professorenwijk", de vlag in top.
Hoewel mén in deze omgeving nog
wel geen clubhuis in gebruik kon
nemen, zijn de omstandigheden vrij
wel gelijk aan die als in het Mare-
dtikkwartier. Ook hier wordt met
man en macht gewerkt aan de bouw
van een clubhuis, waarvoor zich een
aantal vrijwillige arbeidskrachten
•heeft beschikbaar gesteld. Zaterdag
middag was men met de uitvoe
ringswerkzaamheden zover gevor
derd, dat de eerste kapspanten kon
den worden geplaatst. Voorzitter P.
D. Beversluis greep deze gelegen
heid aan om allen te daniken, die in
hun vrije tijd zich tot deze bouw
hadden gezet. Ofschoon er nog veel
moet gebeuren, had spreker goede
hoop, dat kort na de wederopenstel-
ling van de speelweide, waarvoor
men zich de datum van 5 Mei had
gedacht, ook het clubhuis kan wor
den geopend. Met het uitspreken
van de beste wensen voor een vlotte
afbouw, besloot de heer Beversluis
zijn korte toesoraak, waaraan hij
nog de mededeling verbond, dat
men op 30 April a.s. met de bouw
reeds zover gevorderd denkt te zijn,
dat in het dan gereed zijnde gedeel
te een bazar kan worden gehouden.
LEIDSE UNIVERSITEIT
Geslaagd voor het taalkundig can-
didaatsexamen Indologie: de heren
B. J. Smit te Den Haag,- H. Rotteveel
te Leiden en A. H. J. J. Meertens te
Maastricht.
50)
r SLAAPWAGEN "S
DOOR AGATHA CHRISTIE
„Ik vergis me niet. Waarom heeft
miss Debenham tegen me gelogen?"
Kolonel Arbuthnot haalde zijn
schouders op.
„Vraagt u het haar liever zelf. Ik
geloof nog, dat u het mis hebt."
Poirot verhief zijn stem en riep Een
van de kellners kwam van het ande
re eind van de wagen.
„Ga de Engelse dame van no. 11
vragen, of ze zo goed wil zijn hier
te komen."
„Ja mijnheer."
De man vertrok. De vier manner.
wachtten in stilzwijgen. Kolonel Ar-
buthnot's gezicht leek van hout ge
sneden, het was strak en onbewecg-
lijK
De man kwam terug.
„De dame komt, mijnheer."
„Dank u."
Een paar minuten later kwam Ma
ry Debenham binnen.
HOOFDSTUK XXX
Ze had geen hoed op. Haar hoofd
hield ze uitdagend achterover. De
val van haar haar, haar gezicht, de
gehele houding van haar hoofd en
hals deden denken aan de vrouwen
figuren die vroeger wel aan de boeg
van zeilschepen waren aangebracht.
Op dat ogenblik was ze werkelijk
mooi.
Haar ogen gingen even naar Ar-
bu'hnot even maar. Ze zei tegen
Poirot: „Wilde u me spreken?"
„Ik wilde u vragen, juffrouw,
waarom u ons vanmorgen heeft voor
gelogen."
„Voorgelogen? Ik weet niet wat u
bedoelt."
„U verborg het feit, dat u, in do
tijd van het Armstrong-drama woon
de in het zelfde huis. U zei me, dat
u nooit in Amerka was geweest."
Hij zag haar even terugdeinzen,
toen herstelde ze zich.
„Ja," zei ze. „Dat is waar."
Neen, juffrouw, het was niét
waar."
„U begrijpt me verkeerd. Ik be
doel. dat het waar is, dat ik tegen u
loog."
„O, geeft u dat dus toe?"
„Zeker. Nu u het ontdekt hebt."
„U is tenminste oprecht, juffrouw".
„Er schijnt niets anders op te zit
ten."
„Ja, dat is waar, natuurlijk. En nu
juffrouw, mag ik u de reden vragen
van die ontwijkingen?"
„Ik zou zeggen, dat de reden dui
delijk was, mijnheer Poirot."
„Niet voor mij, juffrouw."
Ze zei met een rustige vlakke stem,
zonc.er een spoor van hardheid er in:
„Ik moet mijn brood verdienen."
„U bedoelt
Ze sloeg haar ogen op en zag hem
aan.
„Wat weet u. mijnheer Poirot, van
de slrijd voor het verkrijgen en be
houden van een behoorlijke baan?
Denkt u, dat een meisje dat is aan
gehouden in verband met een
moordzaak, wier naam en, mogelijk,
portret, zijn gepubliceerd in de En
gelse kranten denkt u, dat een de
cente, gewone, Engelse uit goede
kringen dat meisje zou willen aan
nemen als gouvernante voor haar
dochters?"
„Ik zie niet in, waarom niet, als u
geen schuld treft."
„O, schuld daar gaat het niet
om; het is de publiciteit! Tot nu toe
mijnheer Poirot, ben ik geslaagd in
'net leven. Ik heb goed-betaald pret
tig werk gehad. Ik ga de positie, die
ik heb verworven niet riskeren, als
er geen goed doel mee te bevorde
ren was."
„Ik waag het op te merken, juf
frouw, dat ik dat het best had kun
nen beoordelen, niet u."
Ze haalde haar schouders op.
„Bijvoorbeeld, u hadt me kunnen
helpen in de kwestie van de identi
ficatie."
„Wat bedoelt u?"
„Is het mogelijk juffrouw, dat u in
jongere zuster, die u hebt les gece-
gravin Andrenyi, mrs Armstrong's
ven in New York, niet hebt her-
kpnd?"
„Gravin Andrenyi? Neen". Ze
schudde haar hoofd. „Het mag eigen
aardig lijken, maar ik heb haar niet
herkend. Ze was nog niet volwassen,
ziet u, toen ik haar kende. Dat is
meer dan drie jaar geleden. Het is
waar, dat de gravin me aan iemand
deed denken: ze interesseerde me
even.
Maar ze is net een vreemdelinge.
Ik bracht haar niet in verband met
dat Amerikaanse schoolmeisje. Het
is waar, dat ik maar vluchtig naar
haai- keek, toen ik de restauratie
wagen binnenkwam. Ik lette meer op
haag kleren dan op haar gezicht,"
Ze glimlachte flauw. „Zo zijn wij
vrouwen! En bovendien wel, ik
had mijn eigen zorgen."
„Wilt u me uw geheim niet ver
tellen, juffrouw?"
Poirot's stem was heel zacht en
overredend.
„Ik kan niet ik kan niet."
Er» plotseling zonder waarschu
wing, verloor ze de moed, liet haar
gezicht op haar uitgestrekte armen
vallen en huide of haar hart zou
breken.
De kolonel sprong op en ging on
handig bij haar staan.
„Ik.kjjk eens
Hij hield op en zich omdraaiend,
keek hij woedend naai- Poirot.
„Ik breek je alle benen in je lijf,
vuil beunhaasje," siste hij.
„Mijnheer!" protesteerde mijnheer
Bouc.
Arbuthnot had zich weer tot het
meisje gekeerd.
„Mary, om Gods wil
Ze sprong op.
„Het is niets. Ik ben best. U heb
me niet meer nodig, wel, mijnheer
Poirot? Wel? Ja, dan moet u maai
bij me komen. O, wat stel ik rie idioot
idioot aan."
Ze snelde de wagen uit. Arbuthnot
wendde zich voor hij haar vcflgde,
nog eens tot Poirot.
„Miss Debenham hééft niets te ma
ken met d'ye zaak niets, hoort u?
En als ze gehinderd wordt en lastig
gevallen, krijgt u met mij te doen."
Hij stapte weg.
„Ik zie heel graag woedende En
gelsen," zei Poirot. „Ze zijn erg ver
makelijk. Hoe meer geëmotioneerd
ze zich voelen, hoe minder beheer
sing ze over hun woorden hebben.
Maar mijnheer Bouc was allesbe
halve geïnteresseerd in de emotio
nele reacties van Engelsen. Hij was
eenvoudigd overweldigd door bewon
dering voor'zyn vriend.
„Mijn beste, je bent geweldig!"
riep hij. „Weer zo'n wonderbaarlijke
gissing."
„Het is ongelooflijk, hoe u die din
gen bedenkt," zei dr Constantine be
wonderend.
„O, hier komt mij de eer niet toe.
Het was niet eens een gissing. Gra
vin Andrenyi vertelde het me toch."
„Wat? Neen toch?"
„Je weet wel, ik vroeg haar naar
haai- gouvernante of gezelschapsda
me. IV had al bij bezelf uitgemaakt
dat, als Mary Debenham betrokken
was in de zaak, ze een dergelijke po
sitie moest hebben bekleed in dat
gezin."
„Ja, maar gravin Andrenyi be
schreef een totaal ander iemand."
„Juist. Een lange vrouw van mid
delbare leeftijd met rood haar in
derdaad, precies het tegenoverge
stelde in ieder opzicht van miss De
benham zo opvallend, dat het be
paald opmerkelijk was. Maai- toen
moest ze vlug een naam verzinnen
en daar verried de onder bewuste
ideeën associatie haar."
(Wordt vervolgd)