Mensen Sn hun Moeder tekent een kruis op het brood Pleidooi voor corporatie en coöperatie AAN KOLPING TROUW C^eld, geld, wat doet men er mee ZATERDAG 20 NOVEMBER 1948 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD - PAGINA 1 Roomsigheden I E'EN BOER aan wie eens op een ver jaarpartijtje bij andersden kenden de vraag werd gesteld: „Waar om ben je nu eigenlijk Katholiek?" antwoordde, terwijl hij bedacht zaam aan zijn pijp lurkte- „Omdat mijn vader het was!" De vreugde was algemeen en iedereen vond het antwoord zo heer lijk stom, dat men om die Roomse man te sparen maar vlug van „het geloof" afstapte en overwipte op het gebruikelijk onderwerp van gesprek bij boeren en dus over koetjes en kalfjes ging praten. Op een of andere manier was dit voorval echter ook de pastoor ter ore gekomen die zijn parochiaan er- cver aansprak: „Maar Bertus verweet de pastoor, goedaardig het hoofd schuddend. Bertus was echter allerminst uit het veld geslagen:„Pastoor, ze lieten me niet meer aan het woord komen. Had een van die lui nu maar gevraagd (en daar loerde ik op) van wie mijn vader het katholiek geloof kreeg, dan had ik kunnen antwoor den: „Van zijn vader". „Nou ja" zei pastoor ontstemd „je moet er geen grap van ma ken". „Dat is het om de verdorie ook niet. De vader van mijn vader had het geloof van zijn vader en als je zo door blijft gaan, kom je bij de oude Germanen en bij St. Willibrord terecht. Nu zou ik opnieuw kunnen gaan vaderen, te beginnen met de vader van Willibrord. Maar in een preek heb ik wel eens gehoord u denkt, dat ik zat te dutten! dat Engeland het geloof kreeg uit de mond van Augustinus, die door de paus was uitgezonden. De paus had het ge],oof ook weer van zijn vader, grootvader, overgrootvader en hoe veel vaders dan ook, maar in ieder geval kreeg hij het in lijnrechte af stamming van Petrus en Pauius en die hébben het ontvangen van Christus". „Het is bepaald jammer" meen de pastoor „dat ze je in dat ge zelschap niet hebben laten uitpra ten!" „Dat docht ik ook" zei Bertus. AAN HET VERHAAL VAN BER- TUS moeten wij wel eens den ken, als we onder de Mis de priester te-kenmale het altaar zien kussen. Iedereen weet behoort tenminste te weten, dat in elk altaar gebeente van heiligen ligt besloten. Niet iedereen weet dat hetj zonder dat daar een uitzondering op wordt toegelaten, het stoffelijk overschot van een mar telaar moet zijn. Het was in de eer ste Christen-eeuwen gewoonte, de II. Geheimen te vieren op het graf van martelaren in de catacomben. Dat eerbiedwaardig gebruik, herin nerend aan de ontzettende geloofs- vervo.gingen, is bev/aard gebleven en zal onze Moeder de H. Keric kennend! ook altijd trouw be waard blijven. Wanneer men op deze kleine bizonderheid ir. de eredienst let. voelt men zich bijna tastbaar vereend met de Christenheid van alle eeuwen en wordt men met één ruk midden in de voltallige gemeen schap der heiligen verplaatst. Het is helemaal niet nodig, maar het kan wel zijn nut hebben, van der gelijke geschiedkundige wetenswaar digheden kennis te dragen. Hef voor naamste is. dat men, evenals de landbouwende en vee-telende Bertus. de ontzagwekkende eenheid van de Kerk van Christus over alle eeuwen heen aanvoelt en er zich onverbre- ke'ijk mee verbonden weet. In het Latijn heet dat de „sensus catho'i- cuseen soort zesde zintuig, waar mede een Katholiek heel nauwkeu rig, maar dikwijls onbewust, op snuift, wat de geleerde theologen in dikke folianten hebben uiteengezet of zullen gaan uiteenzetten. Een ont wikkeld Katholiek is niet beter Ka- tholiek, ómdat hij ontwikkeld is. Moeder met de rozenkransvader met zijn schietgebeden.daar kan jong en oud en hooggeleerd een voorbeeld ter navolging aan nemen. •70 IS HET in ieder Rooms huis- houden een vroom gebruik om als het brood of vlees wordt aan gesneden er een kruisje op te maken, (met de stille verzuchting): God ze gen dit brood tot heil van lichaam en ziel"). Er is wel geen Katholiek deze adeLlj'.e naam met ere en fierheid dragend die niet, als hij 's morgens wakker woidt, zichzelf heiiigt met het kruisteken en de gehele dag met al-zijn werk en zorgen zet onder het kruisteken en 's avonds, met een kruisje gezegeld, weer onder de wol kruipt. Een Katholiek wordt daar wel eens, hetzij in het openbaar, hetzij achter de hand, om uitgelachen, maai er is er nog nooit een geweest, die het daarom zou laten. Het is het zesde zintuig, dat er hem toe aan zet bij al zijn doen .en lateji een kruis te maken ter ere van de ge kruiste Christus onder aanroeping van de Drie-ene God. In de bouw vallen van het keizerlijk paleis te Rome is een tekening ontdekt (ten toongesteld in het Nationale Mu seum te Rome), waarop in onbehol pen krabbels een kruis is getekend met God vergeve het! een ezel erop en daarvoor een mannetje. Erbij staat geschreven: „Alexamenos aan bidt zijn God." Deze godslasterlijke voorstelling zet ons weer midden in de eerste eeuwen der christenheid, toen onze geloofsgenoten moedig de dood ingingen, omdat zij trouw bleven aan Christus' kruis. Hoe ont roerend is het te weten, dat zij, a1- vorens te stervén, hetzelfde kruisje met hun duim maakten, dat gij r.-?->' t bij uw te ruste gaan. De eer ste Christenen maakten het kruis- men lezen kan in deze passage uit „De Corona Militis" (Soldatenkroon) d. w. z. Martelaarskroon) van Tertul- van Tertuliiaan. Tertullianus schreef omstreeks het jaar 200: Bij iedere schrede en stap, bij het ingaan en uitgaan, bij het aantrekken van kleren en schoe nen, bij het wassen, aan tafel, bij het licht opsteken, bij het slapen gaan, bij het rusten en bij iedere arbeid, die we verrichten, teke nen wij. Christenen, het voor hoofd met het teken des krui- In de dagen van keizer Julianus de Afvallige (331363) blijken de Christenen op straat een kruisje te maken als ze langs heidense tem pels gaan. Zijne afvallige majesteit verweet de Christenen: Gij aanbidt het ordinaire hout van een kruis, gij vormt dat te ken op uw voorhoofd, ge grift het op de deur van uw huizen! Cyrillus, bisschop van Jeruzalem (313336) schreef in zijn „Cate chese": I aten we oi)s niet schamen om de Gekruisigde te belijden. Zij het kruis ons zegel met vrij moedigheid door onze vingers gemaakt op ons voorhoofd en overal op, op het brood, dat wij eten en de bekers, die wij drin ken, bij ons komen en gaan, voor we ons ter ruste leggen om te gaan slapen en als we ontwa ken, als we op reis zijn en als yve rusten. U/ANNEER VANAVOND dus moeder de vrouw een kruisje op het brood maakt, vóór ze het aan snijdt, ziet ge haar precies hetze^de doen, wat Tarcisius en Pancratius, Agnes en Cecilia hun moeders heb ben zien doen en dank dan in stilte God, die ons in de Kerk van Christus veilig heeft bewaard waar in al ons doen en laten gestempeld wordt met het kruis van de goddelij ke Martelaar en van alle andere mar telaren. Als ge morgen in de Kerk komt en de priester het altaar ziet kussen, laat uw hart dan opvéren van vreug de, want hij kust namens ons allen het graf van een der eerste marte'a- ren bij de onbloedige viering van de marteldood van Christus. Overweeg dan de schone woorden van Maximus van Turijn, (gestorven in 470): Het is dus passend en als ter wille van een zeker deelgenoot schap, dat daar de martelaren begraven liggen, waar de dood des Heren dagelijks wordt ge vierd volgens Zijn woord: Zo vaak ge dit doet, verkondigt mijn dood tot Ik kom; opdat namelijk degenen die om Zijn dood gedood werden, mogen rusten in de ge heimenis van Zijn sacrament. Hoe heerlijk is het om Rooms te zijn! v. P. VEEHOUDERS IN DE L. T. B „Men tracht de boer in plaats van de koe het spantouw om te doen" TOESPRAAK VAN KAMERLID VAN DER WEIJDEN De vakgroep „Veeteelt" van de L.T.B- is heden te Haarlem in verga- dëring bijeengekemen. De voorzitter, de heer M. P. v. d. Weijden, sprak de openingsrede uit De resultaten der veehouderij in het voorbije jaar geven reden tot tevre denheid, dank zij de zeer gunstige naluur-omstandigheden. De boer mag op deze gunstige factoren niet reke nen voor dc komende jaren. Ook de overheid niet. De land- en tuinbouw gaat in Ne derland thans weer een nieuwe pe riode tegemoet welke, in verband met de Benelux-overeenkomst en de daarmede gepaard gaande afschaf fing van subsidie op levensmiddelen, wat mistig en wazig is. Opmerkingen over de vrije con currentie t.a.v. de buitenlandse prij zen voor de boerenstand maken spr. wat huiverig. Bij ongeordende economie met vrije concurrentie is het de markt prijs van een product die zonder dat de rechtvaardigheid een rol speelt het loon bepaalt. Hiertegenover stellen wij, dat de productiekosten van een product be horen uit te gaan van een rechtvaar dig loon voor de ondernemer en Je arbeider in het betrokken bedrijf. De prijs moe't niet worden bepaald in concurrentie met sociaal soms ach- telijk gerichte bedrijven in het bui tenland, maar de prijs zal moeten worden beheerst door een geordend samenstel van lonen en andere be drijfslasten. De meest gerede oplossing De meest gerede oplossing ligt in de geregelde concurrentie, beheerst door een orgaan dat zelf weer on derworpen is aan de controle ten, be hoeve van het algemeen belang, n.L de corporatieve ordening. Wij houden vast aan de opvatting dat de prijs dient afgesteld te zijn óp een behoorlijk levensonderhoud van de bij de productie betrokkenen. De bepaling van een vloer- of bodem prijs is geenszins dodend, voor de concurrentie omdat binnen dit ka der nog tal van wegen openstaan. Waarom zeggen we dit? Omdat wij het geen kunst achten om naar boven een prijsgrens vast te stellen en naar beneden de boel maar te laten gaan, zoals dat reeds meermalen is geschied als de schaars te over was. Wij zullen ons tegen deze politiek om alleen de rubriek ongelukken voor de boer en tuinder open te hou den moeten verzetten ook al dient men het op als vrije concurrentie, waarmede het echter zo niets van doen heeft. Overigens zijn de boeren bereid rekening te houden met de schier bovenmenselijke taak van de Rege ring om een verantwoord loon- en prijsbeleid te voeren in verband met de armoede van ons land. Zij willen hierin hun rechtmatig aandeel dra ger- Na "de belastingen te hebben be sproken, die het productievermogen van de land- en tuinbouw verlammen omdat hoognodige investeringen van de reparatiën in de bedrijven hier door achterwege moeten blijven, zeide spr. dat, als de tekenen niet bedriegen, er weer moeilijke tijden voor de deur staan. Coöperatie aanbevolen. Spr. zeide, dat de publiekrechte lijke bedrijfsorganisatie, die voor de deur staat, geen tovermiddel is. We zullen onze ogen goed open moeten houden. Daarnaast zal het evengoed nodig kunnen blijken dat ook Een bankier is altijd een rijk man geweest. Hebt u wel ooit een verhaal gelezen, dat begon: „Er was eens een arme bankier"? Een arme bankier is even onbestaanbaar als een rijke schaapherder.* Schaapherders behoren arm te zijn en bankiers rijk. Dat is altijd een wet van Meden en Perzen geweest. Totdat de particu liere bankiers failliet gingen-en het veld ruim den voor de N.V.'s en andere vennootschap pen. Hier in Leiden is het genus particuliere bankiers uitgestorven en ook elders zullen ze wel zeldzaam zijn. Maar nog altijd hangt er om de gebouwen der banken een sfeer van welge dane, imponerende welgesteldheid. Wie in het veen zit, kijkt nie^; op een turfje. Dat spreekt vanzelf. Maar overigens is het ook goed beke ken, want wie zou vertrouwen hebben in een bank, indien deze de indruk wekte alsof hij z'n eigen zaken niet kon behartigen? A?an de andere kant is het misschien wel juist dat imposante uiterlijk geweest, dat „de gewone man" er van weerhield om van de dien sten van een bank gebruik te maken. Maar toen kwam de tijd, dat wij er allemaal een bank rekening op na gingen houden, de tijd van de geldsanering. En plotseling zagen we, dat de drempel van een bankgebouw door iedereen vrij 'kon worden overschreden, dat een bank employé helemaal geen ongenaakbaar iemand was en dat de bemiddeling van een bank toch wel gemakkelijk kon zijn. „O, die geldsaneringzei de man van de bank tegen me; hij nam z'n bril af, streek met zijn hand over z'n ogen en keek me aan alsof hij zeggen wou: „Als ik u daar 'ns wat van ver telde, dan raakte ik niet uitgepraat." „Wat we hier niet allemaal gehad hebben, lijkt ongelooflijk. Tot 12 uur 's nachts hebben we geldstortingen geïnd. In kistjes, in dozen, in pakken. Allemaal vies vuil geld tellen. Het hele huis stonk er naar. Pinda-mannetjes kwamen met dozen-vol aanzetten. Alles moest een re kening openen en de meesten hadden nog nooit een bank gezien. Wat 'n werk was dat; al dat geld op rekeningen verwerken. En juist in een tijd, dat het zo moeillijk was om aan boekhoud kundig geschoold personeel te komen. Wij wa ren dikwijls bek-af; dat kan ik u verzekeren. Maar het ergste was de deblokkering. Toen het geld eenmaal geblokkeerd was, moest er wel een gaatje open gehouden worden voor een gedeeltelijke deblokkering. En daarvan pro beerde iedereen te profiteren. De mensen ver zonnen van alles, om een paar gulden uit hun geblokkeerde rekeningen los te peuteren. Al die aanvragen moesten worden doorgezonden naar de Nederlandse Bank. Wat ook weer handen vol werk gaf. Herinnert u zich nog wel, dat in de eerste we ken van de blokkade het geld voor de salarissen uit de geblokkeerde rekeningen vrij gemaakt I kon worden? Daar is natuurlijk royaal gebruik van gemaakt en de rijksaccountants zijn toen boeren in de beide Hollanden even-1 naar de banken gegaan, om te controleren of al als de boeren in de andere provin- die opgevraagde gelden werkelijk voor sala- veel meer dan wij, gelijk ciën de coöperatie meer nog als ver-Irissen waren uitgegeven. H?t was geen doen, weermiddel gaan aanvatten daar waar de individuele boer het niet af kan. Hierbij denken wij aan de vee- afzetmogelijkheden indien de Rege ring eventueel zou besluiten de taxa- tiemarkten op te heffen en daarmede ons de vaste prijsbasis zou komen te ontvallen, al rrtoet men zeggen, dat de beste soorten steeds te laag ge- klast werden. Moeten we die richting uit, dan kunnen we echter niet wachten tot dat de prijsafbraak een feit is ge worden. Uw bestuur is bereids op deze weg bezig voorbereidingen te treffen. Het is n.l. noodzakelijk maatregelen op dit terrein té nemen en ons te ver diepen op een landbouwpolitiek op langere termijn. Als de Overheid soms de lapdbouw op korte termijn weer in zijn hemd zou willen laten staan, zullen we ons organisatorisch daartegen moeten verzetten, maar eveneens alles moeten doen wat bin nen ons bereik ligt om onze positie te versterken. Dat wil dus zeker zeg gen, dat de boeren de bestaande coö peratie als de C.M.C. de handen bo ven het hoofd houden. Spr. gispte enkele voorbeelden van ambtenarij o.a. bij de weigering van huisslachtingen te Alphen a. d. Rijn en de, t.b.c.-bestrijding onder het rundvee in Zuid-Holland. Men tracht de boer inplaats van de koe het span touw om te doen, met dit verschil, dat het niet meer losgemaakt wordt. Ten slotte herhaalde spr. dat de land- en tuinbouw niet langer kan aanvaarden, dat men hem onbeschut laat en andere bedrijfstakken en groepen beschutting geeft. Er moet komen sociale zekerheid, ook voor de boer en landarbeider in het wel begrepen belang van heel ons volk. Wat de land- en tuinbouw derhal ve wil, is niet dat voor hem een uit zonderingspositie wordt gemaakt. Ook de landbouw moet leven on der dezelfde voorwaarden als het overige bedrijfsleven. Dat wil dus zeggen, dat wij voor de toekomst nimmer accoord kunnen gaan met deze gedachte, b.v. voor wat de melk betreft, uitgaande van de stelling: „De consument kan niet meer betalen tfan 10 centen. De melkhandel moet zoveel hebben dat dit hem een bestaan verschaft, de stander rdisatiebedrij ven eveneens, ook de melkrijder en wat er dan overblijft is voor de boer waardoor deze de sluitpost is en het kind van de rekenin'g". Wij redeneren vanuit een andere gedachtengang: De producent dient een zodanige prijs te ontvangen dat hij en de arbeider in dit bedrijf bij behoorlijke prestatie niet lager be loond worden dan bij overeenkom stige andere arbeid. Wij menen dat geen redelijk mens hiertegen in verzet kan komen. Verwacht men daar heil van. De druk van allerlei lasten op de boer en tuinder is zwaar en evenals in de dertiger jaren dreigt het ge vaar dat sommigen weer weglopen uit hun organisatie. Verwacht men daar wat goeds van? Verwacht men dat daarom andere voor de belangen van de boeren en tuinders zullen op komen? Juist in tijden als deze en die, wel ke misschien weer voor de deur staan, dient het zó te zijn, dat elke boer zich verzekert van de steun van zijn principiële organisatie en van de voorlichting van zijn eigen blad en zo zijn organisatie steunt. Als leider van de Chinese handels missie tekende de heer Chiang een handelsovereenkomst tussen China en Indonesië. Volgens dit verdrag zal China textiel leveren tegen In donesië rubber. Naast de heer Chi ang de heer B'okhui?, Hoofd van het kantoor van Handel van het departe ment Economische Zaken. KOMMENTAAR OP DE KATECHISMUS. U.L.O. Katechismus of Kort Kommenlaar in vraag en ant woord op de Katechismus ten ge- bruike ven de Nederlandse Bis dommen door Pater Cunibertus Sloots C.F.M. Vijfde Druk. Rijs wijk, Nieuwvoorde 1948. Prijs ongebonden 1.50, gecartonneerd 1.90. Van deze merkwaardige Katechis mus verscheen in Maart j.l. de eerste uitgave, die nog gebaseerd was op de oude tekfct van de gewone Katechis mus; nu ligt voor ons de vijfde druk, die, zoals al de vierde druk, volledig aangepast is aan de tekst van de Ka techismus, die onlangs, voor de Ne derlandse Bisdommen werd voorge schreven. Geen beter bewijs voor de kwali teit van dit boekje is wel deze snel opeenvolgend*5 drukken, die tevens aantonen, dat het op verscheidene U.'.O. e.d. als handboek werd inge voerd. Verwonderen doet ons dat niet. Met een eenvoud, die verrassend is, wist de schrijver ook ingewikkelde stof en moeilijk begrijpbare waarhe den aan de jeugd voor te stellen. De methode, om dat te doen in vraag en antwoord, is de aangewezene voor leerlingen van die leeftijd en die ca paciteiten. De auteur beperkt zich echter niet, strikt tot de godsdienstige waarheden alleen. Zijn boek bestrijkt heel het katholieke leven en mer. kan zonder enige aanzeling zeggen, dat het een volledig samenstel is van al les, wat zich in het dagelijks leven voordoet. Een uitg-breid register stelt elke lezer in staat voorkomende kwesties even na te slaan, waarvoor hij dan een duidelijke en afdoende oplossing vindt. De schrijver heeft klaarblijke lijk zoals uit de titel van het boek ^blijkt, zijn werk op de eerste plaats willen bestemmen voor de leerlingen van de U.L.O.-scholen, waarvoor het ook inderdaad alle goede eigenschap pen volledig bezit. Toch zou het te betreuren zijn, als de titel aanleiding zou worden het boek tot die scholen alleen te beperken, 't Werk lijkt ons uitstekend voor cursussen op de la gere klassei van alle inrichtingen, zo als van middelbaar of voorbereidend hoger onderwijs, voor cursussen ook, die men in diverse organisaties- bui ten schoolverband geeft. Zonder eni ge reserve durven wij het aanbeve len, zelfs voor eigen studie. B. V. L. Uw tanden en mond stralend-wit en gezond! FaMa tandpasta vitamine C fluorsilicaat sulfonamide tegen tandbederf Het verschijnen van het artikeltje onder bovenstaande titel in de krant van verleden week Zaterdag heeft de schrijver daarvan een zevental dagen van intens plezier bezorgd. Blijken van belangsePing en in stemming van velen en velerlei kanten kwamen aan het adres van ondergetekende: Witte Singel 85 te Leiden, binnen. Het verheugt mij te kunnen mel den, dat blijkens nader binnenge komen berichten het graf van Adolf Kolping in de verwoeste Mi- noritenkerk te Keulen onbescha digd is. Ook zou het standbeeld van Ado^ Kolping voor genoemde kerk reeds wederom zijn opgebouwd. Dit laatste is echter nog niet bevestigd geworden. Verder kan worden ver meld, dat in het „Kolpingsblatt", hetwelk in Januari a.s. in Keulen zal verschijnen een groet van de Leidse Gezelllen zal worden opge nomen. ,Voor hen, die het artikeltje van verleden week niet mochten hebben gemzen zij medegedeeld, dat het in de bedoeling ligt in December a.s. de geboorte-da? en de da? van het afsterven van Vader Kolping in een plechtige bijeenkomst te herdenken. Die herdenking zal plaats vin- in stijl van de Gezellenvereniging. Het is de bedoeling, dat daaraan medewerken en van hun belang stelling tloen blijken alle gezellen uit Leiden en Omgeving. Van pl.m. 500 Leidse gazellen en ook van gezellen uit de Omgeving wordt daarom aan het boven- vermVde adres van ondergeteken de een berichtje verwacht in de geest: „Ik (naam en adres) doe mee!" Zoek de Kolpings-vlaggen op! In begin December waait de .Oranje-Zwarte letter „K." weer in Leiden uit en klinkt misschien in Rapenburg 52 de gekende en veelzeggende groet vai» Kolping's zonen „God zegene het eerzame handwerk!" P. B. H. Oostdam meneer! Ze zijn van armoe weggelopen. Het was hopeloos. Van een regelmatige gang van zaken was geen sprake meer. Dag en nacht moest er gewerkt worden. Dat had het Rijk zelf eens moeten doen! De giro gaf er de brui van. Wij hadden drie soorten rekeningen bij te houden: vrije rekeningen, girale rekeningen en geblokkeerde rekeningen. Nu loopt het geluk kig af met de geldsaneringsmaatregelen; maar we hebben een paar jaar achter de rug, die ons heugen zullen!" „De effecten-registratie. Dat is ook zo"n puzz le geweest. Aanvankelijk bestond er niet eens een behoorlijke regeling en deed iedere bank maar zo'n beetje, dat hij dacht dat goed was. Nu, na 2V* jaar zijn we er nog niet door heen. Er komen nog altijd niet-geregistreerde effecten voor de dag. Een grote vertraging vormt ook de gang van zaken bij Rechtsherstel. Er zijn 50 millioen stukken gedeponeerd en slechts 1 mil- lioen daarvan wordt betwist. Maar zolang dat niet is uitgezocht, kunnen we niet opschieten. En naarmate de tijd verstrijkt, wordt de kwes tie hoe langer hoe ingewikkelder. Want de stuk ken verwisselen van eigenaar; zij worden ver kocht of geërfd. Dat gaat allemaal gewoon door, maar geeft een grote administratieve romp slomp." „Komen er nog wel eens duizendjes voor de dag?" „O ja, dat komt zelfs vrij veel voor. Zoals u weet, was die inlevering bevolen door de Duit sers en om die maatregel te saboteren, zijn ver schillende duizendjes verstopt. Langzamerhand komen ze voor de dag. Maar het is niet gemak kelijk om van de Ned. Bank toestemming te krijgen tot omwisseling. Zelfs komen er ook wel vèrgeten honderdjes voor de dag, maar die wor den niet meer geaccepteerd. Veel werk hebben wij op het ogenblik met de heffingen ineens en de vermogensaanwas- belasting. Niet alleen moeten allerlei gegevens uitgezocht worden voor het invullen van de aangiftebiljetten, maar na de aanslagen moeten dikwijls vrij spoedig grote sommen betaald worden. Daarvoor moet geld opgenomen wor den, effecten verkocht worden, leningen ge sloten worden, enz. Het ergste is evenwel reeds achter de rug. Maar als de definitieve aansla gen komen, dan begint het lieve leven weer!" „Maar dat zijn alle min of meer buitenge wone werkzaamheden. Wat zijn thans de meer normale bankwerkzaamheden?" „Een voorname bron van inkomsten is na de oorlog de bemiddeling van de handel met het buitenland. Hier vervult de bank weer zijn eigen oude functie van vertrouwensman en be middelaar. Tegenwoordig regeert het wantrou wen de wereld. Dat wantrouwen is niet beperkt tot het Witte Huis te Washington en het Krem lin te Moskou. Maar het zit ook diep geworteld in de handel. Vroeger hadden de grote fihna's hun eigen bevriende relaties in het buitenland. Men kende elkaar en wist wat men aan elkaar had. Maar nu is dat anders. Wie een bestelling uit het buitenland krijgt, gaat maar niet op goed geluk af leveren, maar wil eerst zekerheid hebben, dat hij zijn geld krijgt. Omgekeerd wil niemand betalen voordat hij zeker weet, dat de leverantie onderweg is. Hier vervullen de ban ken de rol van tussenpersoon. Wie iets wil le veren aan het buitenland bedingt een z.g. on herroepelijk geconfirmeerd documentair cre- diet. Dat klinkt heel erg, maar is niets anders dan de verzekering, dat de buitenlandse koper een crediet opent bij een bank, die zich garant stelt voor de betaling. Zodra de goederen zijn afgezonden, brengt de leverancier de benodigde documenten naar de bank en deze betaalt hem uit. Zodoende is de leverancier zeker van de be taling en de koper betaalt niet eerder dan na werkelijke afzending van de goederen." „Vroeger ging dat allemaal met wissels, die je kon accepteren, protesteren, endosseren en wat niet al." „Ja, vroeger had iedere bank een stevige wisselportefeuille. Maar dat is geweldig ach teruit gelopen. Je ziet nog wel eens een wissel brief, maar ze raken uit de tijd. 't Is tegen woordig meest giro-vèrkeer. Hier is natuur lijk de postgiro een flinke concurrent voor ons. Maar de bank is soepeler. Bij de postgiro moet je het geëikte drievoudige papiertje invullen waardoor je dus zelf de administratie ver zorgt maar de bank volstaat met een een voudig krabbeltje en doet de rest verder zelf." „En hoe staat het met de 'gulden tegenwoor dig?" „U bedoelt, of de gulden nog zal devalueren? Ja, wat kan ik daarop zeggen? Dank zij de overheidsmaatregelen en vooral dank zij de fiscus is veel overtollig geld weggezogen. Het geld wordt iriderdaad zelfs schraal en daarmee is een groot gevaar voor inflatie weggenomen. Aan de andere kant is van een inkrimping van de staatsschuld nog weinig te merken. En in zoverre kan ik de saneringsmaatregelen geen volledig succes noemen. Want dat ik bedoel: de vermindering van de enorme staatsschuld moest toch één van de doeleinden zijn van de geldsanering. Overigens is het doel wel be reikt en ik zie de toekomst niet zo somber in, als men er zich maar van bewust wordt, dat er bezuinigd moet worden. Bezuinigen, niet in de zin van noodzakelijke uitgaven besnoeien, maar in de zin van tegengaan van verspillingen. En daarin moet de overheid 't voorbeeld geven. Veel zal afhangen van de ontwikkeling in Indonesië. „En de Benelux!" zei ik.. „Ja, de Benelux. Kunt u dat bekijken?" „Neeft, ik niet." „Ik ook niet." G.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1948 | | pagina 5