Bezoekt de consultatiebureaux Onze militairen in Indië De K.L.M. vliegt naar Sjanghai NIEUWE BOEKEN RECHTZAKEN VRIJDAG 17 SEPTEMBER 1948 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 BUITENPOST In de grensgebieden verrichten on ze militairen politiediensten. Zij zijn gebonden aan a'lerlei beperkingen die gebaseerd zijn op de veronderstel ling dat de best andsbepalingen we derzijds worden nageleefd. In wer kelijkheid is dit niet overal het ge val. Soms komen over de grenslijn vernielers en rovers, die de bevol king van hef randgebied teisteren. De beperkende voorschrilten over bewapening en sterkte en de grens lijn waarachter de onruststokers zich ongestraft kunnen lerugtrekken, ma ken onze troepen daar vrijwel mach teloos en met verbittering zien zij toe hoe hun gebied ten gronde wordt gericht. In de meeste grensstreken is de situatie niet of niet zo ongustig en daarom nog te meer gaan de sol daten, die een slecht gebied hebben getroffen, gebukt onder die toestand. Het kamponghuis is vermoeid en stoffig, stoffig als het oude groen van de eeuwige palen rondom. De lucht is grijs en effen. De luitenant zit in ae kleine kamer. De vloer is verstofte aarde van Midden-Java, de kleur van verbleekte cacao. Dit stof waast ook op de khaki-uitgaansuniformen aan de wand met de verfloze legkast. Een herinnering aan die eerste onwetende maanden in Batavia, deze uniform. Een grootsteedse herinnering, een uniform voor concertavonden en re ceptie-met-dame. Stof ligt op de hang klok met slinger, een huiselijk stuk. Een Hollandse kjok, ouderwets meu bel gevonden in een verlate kam ponghuis. Het opwinden is altijd een heel karwei. Dan gaan eerst de wij zers eraf en daarna de wijzerplaat. Met een nijptang wordt de klok op gedraaid. Dan worden er meteen een paar wolken DDT in gespoten. In DDT zit iets van olie. De plaat en de wijzers gaan er weer op en het pe- leton weet weer zesendertig uur on geveer hoe laat het is. Sorps blijft de klok eerder stPstaan. Dan wordt hij op de zonnestand gelijkgezet. De kleine kamer van de luitenant is door een van bolikstroken gevlochten mat wand afgeschoten in het voor vertrek van het kamponghuis. In de halfdonkere ruimte aan de andere kant van de wand liggen wat solda ten op hun veldbed te doezelen. De luitenant is vierentwintig jaar en komt uit Amsterdam uit de Concert gebpuwbuurt. De meeste jongens van zijn peleton komen van het Brabant se land. Anderhalf jaar geüeden zijn ze samen naar Indië gekomen. Drie van zijn jongens zijn in West-Ja va gesneuveld, bij Tasik. Een paar zijn zenuwziek teruggegaan, een paar om andere redenen afgekeurd. Vóór het huis wordt met hoge bedragen gesme ten. Vier man zijn daar aan het mo nopoliën. Er wordt al wekenlang fel monopolie gespeeld. De luitenant schrijft een patrouille-rapport. Op het ruwe blad van zijn bureau ligt een pisangschil en uitgelezen Saturday-evening Post met reclames over herenmode. Over de draad van het telefoontoestel met verroeste bel lopen mieren af en aan. Hij verjaagt ze nutteloos met de rook van zijn si garet. Ze eten het vet uit het toestel. Een"'uniformjas met vuile kraag ligt op zijn veldbed. De verkleurde VP- band zit nog aan de linkermouw; het bivak ligt dicht bij de status quo- lijn in de gedemihtairiseerde zóne. De luitenant zit met ontbloot boven lijf aan het bureau zonder laden. Er was vanmorgen geen mandiwater. Hij staart op 'n hoopje vuile was dat in 'n hoek ligt en denkt aan de afgelopen nacht. Met vijf man hadden ze een hinderlaag betrokken aan de lijn. De wereld bestond uit wat vochtige struiken en uit nachtgeluiden. Het was aardedonker en de lucht was kille nevel en insecten. Hier en daar, was het geblaf van kamponghonden. Aan de andere kant van de lijn huil de ergens een baby. De geweren waren klem .Toen hadden ze op eigen gebied de rode gloed gezien. Daar gingen weer een paar huizen. Strui kelend en in stilte vloekend, turend en luisterendx waren ze op het schijn sel afgegaan. Onder dekking van een hoge berm hadden zij kunnen toekijken hoe drie kamponghulzen in lichterlaaie stonden en snel werden verteerd door vlammen," die vonken wierpen tot boven de palmenkronen in d ezwar-te lucht. Vlak vóór hen waren de harde silhouetten geweest van struiken en van een paar ver wonderlijk roerloze kippen. Vrij doelloos waren zij sluipend op zoek gegaan in het terrein. Een soldaat had iets opgeraapt. Ipn stel dunne koperen lepels die door de rampok- kers waren verloren. Achter hen knapte het smeulende bamboe met droge knallen als van geweervuur. Na een half uur grimmig sjouwen hadden ze nog een eindeloze tijd in hinderlaag gelegen tot de maan op kwam. Slaperig, kleumend sjouwden ze terug naar het bivak .Een paar vroege passargangers schoven met krakende rietmanden voorbij in het verblekende donker. Bij enkele huis jes was al het schijnsel van een houtvuurtje. De aarde onder het nat te struikgewas rook bitter en het zweet was kil in hun kleren. De wachtpost stond zwijgend voor het huis. Binnen sliep nog alles. Zwijgend hadden ze hun krib opgezocht en zonder de klamboe te spannen waren ze in slaap gevallen tot ze gewekt werden door de geluiden van de ochtend, 's Morgens waren een paar man gaan kijken naar de verkoolde resten van de huizen. Bij de berm op de plek waar de patrouille 's nachts had gelopen, lagen een paar van handgranaten gemaakte mijnen met houten paddestoeldakjes. Een won der dat niemand er op had getrapt. Dan had hij dit patrouillerapport niet meer behoeven te schrijven, een rapport uit de gedemilitairiseerde zóne waar volgens het bestand geen vijandelijkheden konden voorko men Een sneldienst naar het „Hemelse Rijk" Sjanghai, de millioenenstad in het onmetelijke China, zal met ingang van 28 September in het luchtnet van de K.L.M. worden opgenomen. De openingsvlucht welke op die dag plaats heeft, luidt niet alleen een eenmaal wekelijkse dienst in tussen Amsterdam en China's eerste haven stad, maar door het opnemen van Sjanghai in het reeds meer dan 100.000 km. lange luchtnet der K.L.M worden ook Amerika, Oost-Indië en Brits Malakka door een „Constella tion Sneldienst" verbonden met het uitgestrekte Hemelse Rijk. Dinsdagsavonds vertrekt de Con stellation van Schiphol naar Cairo, de volgende middag is de machine in Basrha, Donderdags vliegt het toestel van Karachi via Calcutta naar Bang kok. In deze plaats wordt overnacht en in de vroege morgenuren van Vrij dag wordt koers gezet naar Sjanghai, een afstand van 2860 km. naar de deltamonding van de Pangtze Kiang. Zondagsmorgens vertrekt de Constel lation weer van „Lungwah", Sjang- hai's vliegveld om Dinsdagmiddags op Schiphol te landen; hier staat de machine voor New York gereed. Door China's achterdeur. Sedert duizenden jaren hadden rei zigers op weg naar China een enor me omweg moeten makefi om door China's voordeur, haar 8630 km. lange grillige kustlijn, het land binnen te komen. Het geheimzinnige en ontoe gankelijke berggebied in het Westen en Zuiden was slechts door enkelen betreden. Tot in 1940 de achterdeur werd geopend, doordat de UNRA in dit' oorlogsjaar een luchtdienst over de Birma China grens opende. Nu had men de kortste weg gevonden naar het uitgestrekte rijk met haar mogelijkheden, tegenstellingen en af standen. De ontwikkeling van China stond reeds vele eeuwen geleden op een hoog peil, getuige o.m. de vele ge schriften, waarvan de eersten reeds uit 1200 v. Chr. dateren. Hoewel er. nooit een moderne volkstelling werd gehouden, schat men het aantal in woners dat op China's 11 'A' millioen km2 woont, op 364.000.000, jaarlijks neemt de bevolking met 4 a 5 millioen toe. Sjanghai, het eindpunt van de KLM-lijn heeft 4y, millioen inwo ners, het neemt in de rij van China's steden een dominerende positie in. Het is de eerste doorvoerhaven, is één der grootste opslagplaatsen voor petroleum en heeft de belangrijkste katoenindustrie van geheel China. De stad is omringd door 5 vliegvelden. Hoewel in 1938 nog 80 pet. der be volking uit analfabeten bestond er de economische ontwikkeling van het land steeds weer werd geremd- door oorlogen, binnenlandse woelingen en slechte verbindingen, heeft de mo derne groot-industrie, die geconcen treerd is in de grote steden de laat ste jaren belangrijke vorderingen ge maakt. Dit niet in het minst door bui tenlandse bemoeiingen. (Sinds VJ- Day heeft o.m. de Amerikaanse Re gering aar. leningen en credieten reeds meer dan dan 1.400.000.000 verleend voor onmiddellijke hulp aan China-. Behalve de katoen neemt ook de zijdeproductie een voorname plaats in, voorts heeft China vele graslinnenweverijen, metaalnijver heid, hoogovens, scheepsbouw en een uitgebreide glas- en porceleinindu- strie 75 a CO pet. der bevolking legt zich toe op .".e landbouw. Tarwe is een belangrijk gewas, evenals rijst, waarvan in 'n normaal jaar 42.000.000 ton wordt geproduceerd. Sojabonen worden voor de consumptie, maar tegenwoordig ook als grondstof voor plastic benut. China is ook een der grootste tabaksverbouwende en -con sumerende landen ter wereld. Per maand wordt voor 7000.000 Am. doll, aan thee uitgevoerd. Wol, huiden en borstelhaar zijn de producten van China's veeteelt, de pluimveestapel is aanzienlijk en be staat uit pl.m. 311 ipillioen kippen, ganzen en eenden. China is rijk aan delfstoffen. Er wordt veel steenkool gedolven (de grootste potentiële krachtbron van het rijk- alsmede ijzererts, mangaan bismuth, tin, kwik, koper, lood, zink, wolfram, zilver en goud. China be-zit verschillende hei lige bergen, waarop in vroeger tijden de Keizer aan Hemel en Aarde offer de. Hoog boven deze bergen uit vlie- j gen thans viermotorige luchtreuzen, Banneberg, G. P. J., Drs. Pr. Sint Willibrord in Waalre en Val- kenswaard. Ontstaan en ontwik keling ener vroege christenge meenschap tot parochie. Geill. met fig. -f 4 blz. reprod. 1 uitsl. krt. Nijmegen, De Koepel, (Brabantia), V. Localiserende kerkelijke geschiedenis van Bra bant. Alle lof! Chesterton, G. K. De Eeuwige Mens. Vert. uit h. Engels (The everlasting man) en van aan teken. voorzien dr. H. Reijnen Utrecht; Brussel, Het Spectrum, IV. De geschiedenis van de mens en van de christen; een boeiend speelsdiepzinnige critiek op de moderne kwasi-wetenschap, in goede vertaling. Dawson, Christopher, Voor uitgang en Religie. Een histo risch onderzöék. Vert. uit h. Engels (Progress and Religion) dr. Daniël Houtman Nijme gen, De Koepel, Brussel, Sheed Ward. IV. Analyse van het optimistische bijgeloof in de vooruitgang. Zeer belangrijk boek met een eigen visie op het verschijnsel der culturele evolu tie. van Duinkerken, Anton, Be grip van Rome. Geill. met 16 blz. reprod. Bussum, Paul Brand. V. Indrukken bij een be zoek aan Rome. De Eeuwige Stad werd door schrijver diep beleefd. Een bijzonder mooi boek. Kloos, Willem. Verzen. Geill. met 1 portr. A'dam, Wereld bibliotheek, 1948. IV. Vele son netten uit deze beroemde bundel zullen hoogtepunten blijven van onze poëzie. Meijer, J., Dr. Het verdwenen Ghetto. Wandelingen door de. Amsterdamse Jodenbuurt. Geill. met reprod. A'dam, Joachim- sthal, 1948. (24 x 16), 160 blz., IV. Veel wetenswaardigheden omtrent de Jordaan-bewoners, hun religie en zeden. Objectief, maar niet gemakkelijk leesbaar voor niet-Joden. Monro, Margaret T., Margaret Clitherow. Een martelares uit de tijd van Koningin Elizabeth. Vert. uit h. Engels (Blessed Mar garet Clitherow) dr. A. J. H. Boezeman Utrecht; Brussel, Het Spectrum. V. Het nobele le ven vah een dappere vrouw, uit stekende moeder en goede écht- genote, ten tijde .van de Engelse geloofsvervolging op het einde der 16e eeuw. Zeer aanbevolen. du Moustler, Benoit. Onze God. Een jaar des Heren met de mystieken der Franse school. Geill. met 3 teken. dr. Ans van Zeijst Bussum, Paul Brand. V. Keur van beschouwingen, ontleend aan de grote meesters der Franse mystiek, over de ac tieve contemplatie. Neurdenburg, Elisabetr, Dr. De Zeventiende eeuwe Beeld houwkunst in de N. Nederlanden Hendrik de Keyser, Artus Qual- linus, Rombout Verhulst en tijd genoten. Geill. met 210 afb. t.d.t. A'dam, J. M. Meulenhoff, 1948. IV. Een schat van gege vens en een model van wetensch. studie omtrent onze teveel ver geten goudeneeuwse figurale beeldhouwkunst. Meesterlijk uit gegeven. Nordhoff, Charles, en James Norman Hall. Botany Baai A'dam,, J. W. Fritz (1948, (22 x 15), III. De geschiednis van de eerste kolonisten in Australië, in romanvorm. Ruw en rauw, maar wel spannend geschreven. van der Plas, Michel. I Hear America Singing. A'dam, Vrij Nederland, (1948) (23 x 15), IV. Geslaagde vertalingen van de beste Engelse en Amerikaanse gedichten, die ontstonden uit de oorlog en daaruit voortkomende zielsconflicten. Uyldert, Maurits. Dc Jeugd van een dichter. Uit het leven van Albert Verwey. Geill. met 8 blz. foto's. A'dam Allert de Lange, 1948. IV. Talrijke per soonlijke herinneringen en ine- dita, die een apart licht werpen op de persoonlijkheid -van Ver wey, vooral op de verhouding Kloos-Verwey. Rustig objectief. Waterink, J., Dr., en Dr. II. Smitskamp. Onze jonge Konin gin thuis. Geill. met fig. -f 32 blz. foto's Wageningen, Zo mer en Keuning, (Spiegel-serie) V. Zeer lezenswaardig overzicht van Haar leven, en tevens een voortreffelijke karakteristiek vn Haar persoonlijkheid. Een stijl vol boek. Werkman, Gerhard. Kent gij het land der zee ontrukt. Enige hoofdstukken uit de waterstaat kundige geschiedenis van ons woongebied. Geill. met fig. -f 32 blz. foto's Bussum, F. G. Kroonder, V. Een prachtboek over onze strijd tegen het water van de Romei nen tot de jongste inundatieé toe. Uitstekend geillustreerde po pulaire wetenschap. van Zenderen, A. De gouden Diadeem. Geill. met foto's Utrecht, Sint Gregoriushuis. V Geschiedenis van het Koninklijk Huis, van 1877 tot heden. Een aardig boek. Eyckeler, J., Drs., S.M.M. Uit de oudste geschiedenis van de Kerk. Geill. met teken. dr.. An- toon Heyn Haarlem, De Spaarnestad. V. Overzicht van de oudste geschiedenis van de Kerk tot het einde van de eerste eeuw. I verboden; II is streng voorbehouden; III voorbe houd; IV volwassenen; IVV rijpere jeugd; VI voor allen waaronder nu ook de Vliegende Hol landers. De ontwikkeling van de burger luchtvaart bevordert de vrede en de ontwikkeling van handel, verkeer en indifctrie van de gehele wereld, die steeds kleiner wordt, naarmate de vliegtuigen groter en sneller worden. Daartoe zal ook deze „Constellation Sneldienst'', welke „Orient-Star zal worden genoemd, een belangrijke bij drage kunnen leveren! Zwemmen ls een mooie sport, doch nuttig als het „reddend" wordt! Leidse Reddingsbrigade Door een onvermoeibaar bureau moeten stellen, het streven van talrijke des- geen, behoudens enkele kundige enthousiasten in ons land in de laatste driekwart eeuw de zuige lingensterfte gedaald van ongeveer 1 op 5 tot onge veer 1 op 20. Het is een verblijdend resultaat, dat echter nog niet volkomen bevredigend is. Of die zui gelingensterfte nog verder uitzonderingen, waar moeder de voorkeur geeft aan huis- en kinderarts bo ven het consultatiebureau betekent, dat baby- maar moet zien hoe hij vrij blijft van ^zuigelingenziekten. Want het is een feit, dat de vrouwen, die hun kindje niét vertonen op het con- tekent, dat elke baby ge- ders vergeten, dat de ge middeld. in zijn baby-jaar, routineerde arts met een iets meer dan 7 keer op ,,half oog" meer ziet over een consultatiebureau ver- de toestand van baby, dan scheen. Dat getal van 7 is een of andere buurvrouw, veel en veel te laag. Eens die lange betogen houdt. En in de twee a drie weken c'e nuchtere, soms zeer kor- daalt, hangt voor een groot sultatiebureau, heel vaak gedeelte af van degenen, die het meeste belang erbij hebben, dat het kindje ge zond en tierig opgroeit: de moeders. Want dit resul taat is voor een niet gering deel bereikt door de moe dercursussen en de consul tatiebureaux voor zuige lingen. v In het jaar 1947 werden de consultatiebuiéaux van het Wit-Gele en het R.K. Limburgse Groene Kruis bezocht door ongeveer 67.500 nieuw ingeschreven zuigelingen. Dat lijkt heel wat. maar wannéér wij het geboortecijfer van ons katholieke bevolkingsdeel nagaan, dan zien we dat nog heel wat zuigelingen het zonder bezoek aón het een juiste tussenruimte voor zoo'n bezoek en dat bezoekcijfer over 1947 toont, dat er wel behoor lijke belangstelling bestaat voor de bureaux, maar dat (j)loe.de1 itafi mei de. kteiniie) juist degenen zijn, die hun baby onbewust het ergste mishandelen. Het zijn de ■ouderwetse, achterlijke, eigenwijze moeders, en het excuus ..mijn kindje man keert niets" is geen excuus, omdat het doel van het con sultatiebureau is: te berei ken, dat het kindje niets gaat mankeren en dat het de allerbeste kansen krijgt om gezond en sterk op te groeien. In het jaar 1947 bezochten deze 65.000 ba by's de consultatiebureaux ruim 480.000 'keer. Dat be te opmerkingen, die in de paar minuten van het con sult worden gemaakt, zijn nu net datgene wat nodig is. En voor moeilijkheden voor vragen, is er altijd tijd genoeg. Men kan moeilijk ver wachten, dat elke baby als het achtste wereldwonder zal worden beschouwd, al is natuurlijk uw baby iets het bezoek niet geregeld héél bijzonders, genoeg geschiedt en onge- De moeders die haar ba- regeld bezoek aan consul- by de beste kansen wil tatieburèau maakt het nut geven heeft er de tijd voor daarvan minstens veel over om naar het consul- kleiner, misschien zelfs tatiebureau te gaan zo vaak twijfelachtig. Juist de ge- de consultatiebureauarts regelde controle is de dit nuttig vindt, en ze kracht van dit werk. blijft het hele babyjaar Nu zijn er altijd moeders door geregeld terugkomen, die vinden dat er zo wei- En als ze deze tekenen nig aandacht wordt besteed van volharding een jaar aan hun baby. Deze dwaze lang heeft gegeven, dan moeders kan men alleen mag ze opnieuw beginnen maar gelukwensen, omdat meF: bezoek aan het con- het dan blijkbaar best gaat sultatiebureau voor kleu- met baby. Maar die moe- 'ters. HAAGSE RECHTBANK. INBRAAK IN STATIONSGEBOUW BODEGRAVEN. Ernstige gevolgen van schietpartij. De slager G. H. van W., zonder vaste woonplaats, had op 5 Juni 1946 geholpen bij een inbraak in het stationsgebouw te Bodegraven. Toen men per auto terugkeerde, werd de ze aangehouden door ambtenaren van de C.C.D. Aan het bevel tot stoppen werd echter niet voldaan, waarna een achtervolging plaats vond waarbij door de C.C.D.-ambte- naren werd geschoten. Uit de achter volgde auto werd terug geschoten door van W. Hierdoor werd de con troleur A. J. Jungslager uit Leiden in het oog getroffen. Behalve dat hij dus een oog verloor, verminderde ook het gezichtsvermogen van het an dere oog. Wegens deze schietpartij had van W. zich Donderdagmiddag voor de Haagse Rechtbank te ver antwoorden. Verdachte ontkende de bedoeling te hebben gehad de amb tenaren te treffen. De Officier wees erop, dat verdachte zeer ongunstig bekend staat, en reeds lange tijd in de gevangenis doorbracht. De eis luidde vier jaar gevangenisstraf met aftrek van preventief. De raadsman, mr. Strieker, betoogde, dat verdachte meer uit angst heeft gehandeld door het schieten van de andere partij, en pleitte clementie. Vervolgens moest terecht staan de bestuurder der auto, de brand- stoffenhandelaar H. II., die met de auto naar Bodegraven was gegaan. Verdachte zei niet te hebben gewe ten wat zijn passagiers van plan wa ren doch de Officier meende, dat verdachte dit wel had kunnen begrij pen. Bovendien stopte hjj niet, toen het bevel werd gegeven. Verdachte had enkele goederen aangenomen van de diefstal afkomstig. Wegens heling vorderde de Officier negen maanden gevangenisstraf met aftrek van preventief, mr. Schuering be toogde dat H. had gedacht met zwar te handelaren te doen te hebben. De koopman A. F. Y. uit .Am sterdam was degene, die in de nacht Bodegraven, en daaruit enige paren damesschoenen, .pakken rijwielon derdelen en andere goederen had gestolen. Verdachte bekende het feit, en de Officier wees erop, dat Y. reeds viermaal is veroordeeld tot stevige straffen. De eis luidde een jaar en drie maanden gevangenis straf. De chauffeur-monteur E. B. C. de P. uit Rotterdam, die even tevo ren wegens een inbraak in het West- land terecht had gestaan, behoorde tot degenen, die mee naar Bodegra ven was getogen om daar te gaan plpnderen. Maar bij de inbraak in het stationsgebouw, was hij in de auto blijven zitten. Toch stond hij wegens medeplichtigheid terecht, en in verband met zijn strafblad, vor derde de Officier ook tegen hem l jaar en drie maanden gevangenis straf. mr. Royaards pleitte clementie. Opnieuw moest de verdachte uit de.eerste zaak (de schietpartij), de slager G. H. van der W. in de ver- dachtenbank plaats nemen, vanwege zijn aandeel aan de inbraak in het station van Bodegravèn. Hij had het slot geforceerd, en hielp de goederen naar buiten dragen. Verdachte ver telde dat hij momenteel totaal bijna vier jaar aan straffen nog moet uit zitten. zodat hij vroeg daarmee reke- ning te houden. Gezien echter zijn ongunstige reputatie, eiste de Offi cier een jaar en drie maanden ge vangenisstraf. Ook mr. Strieker wees op de op eenstapeling van straffen, en vroeg daarmee rekening te houden ten einde verdachte een kans te geven zijn leven te beteren. TARIEVEN LUCHTPOST VERZENDING. Suriname: gewone porten volgens landmailtarief, luchtrecht boven ge wone porten 30 ct. per 5 gram. Ge drukte stukken, acten *en monsters t/m. 20 gr. 30 ct., 20 t/m. 50 gr. 75« ct., boven 50 gr. 75 ct. per 50 gram. Aruba, Bonaire, etc.: tarief als Ned.-Indië luchtrecht per 5 gram van 25 ct. Gedrukte stukken, acten en monsters t/m. 20 gr. 25 ct., 20 t/m. van 56 Juni 1946 zich toegang had I 50 gr. 65 ct., boven 50 gr. 65 ct. per yerschaft tot het stationsgebouw te 50 gram. HET GEHEIM VAN DE 6) Jimmy stond op; trok een la van een grote kast die in de hoek stond open, nam er een bundeltje brieven uit en schoof ze zijn vriend over de tafel toe. „Alsjeblieft. Kijk ze maar eens door.'' „Is dat bepaald noodzakelijk? Ik voel er eerlijk gezegd niet veel voor" „Kijk eens hier. Na wat jij me van die Zeven Schoorstenen verteld hebt, zal ze er wel niet wonen. Alle kans, dat ze er gelogeefd heeft. En daar om ben ik ervoor, om die brieven door te lezen. Misschien dat we op die manier er achter komen, waar ze ergens uithangt." „Tja. a's je de zaak zó stelt, heb je gelijk." Ze lazen de brieven zorgvuldig door, maar wat ze gehoopt hadden te vinden, vonden ze niet. Toen ze klaar waren, bond Anthony ze weer bijeen. „Arme stakker,'' zei hij. „Wat is ze bang!'' „Denk je, dat je haar zult kunnen vinden?" vroeg hij ongerust. „Ik ga niet uit Engeland weg, vóór het me gelukt is. Jij maakt je nogal bezorgd over die onbekende juffer, Jimmy!" Jimmy streek met z'n wijsvinger een paar maal nadenkend over de ondertekening. „Het is zo'n leuke, lieve naam,"' zei hij dan verontschuldigend: Virginia Reve." HOOFDSTUK UI Onrust in hogere kringen „Zeker, beste kerel, zeker!" zei Lord Caterham. Dezelfde formule had nij al mins tens vier keer herhaald en steeds weer was hij in de hoop, dat het ge sprek daarmee een einde zou nemen, teleurgesteld. Hij vond - het buiten gewoon onaangenaam, om op de stoep van een van de chicste Londen- se clubs te moeten staan en het ein deloze gepraat van George Lomax te moeten aanhoren. Clement Edward Alistair Brent, negende markies van Caterham, be zat een uiterlijk, dat niet de minste overeenstemming vertoonde met de voorstelling, die de mensen zich ge woonlijk van een markies maken. Hij was een kleine, magere oude heer, met een lajpge spitse neus en bleek blauwe ogen. Zijn manieren waren wat vaag en wat nonchalant, maar lieten verder niets te wensen. Zijn kleding echter liet, voor een heer, alles te wensen. Het drama in het leven van Lord Caterham was, dat hij zijn broer vier jaar geleden had moeten opvolgen. De vorige Lord Caterham was een man van betekenis geweest, iemand wiens naam, als de naam van de man die het model was van alles wat een edelman moest zijn, op ieders lip pen gelegen had. AJs minister van Buitenlandse Zaken had hij jaren lang in de diplomatieke kringen een grote rol gespeeld en zijn buiten ver blijf de' „Zeven Schoorstenen" was beroemd om de gastvrijheid, die men daar genoot. Met zijn echtgenote, een dochter van de hertog van Perth, als. gastvrouw, werden daar week ends gehouden, die verstrekkende gevolgen hadden. In heel -Engeland was er niemand van naam te vinden, die niet enige tijd op „De Zeven Schoorstenen"' gelogeerd had. Dat was nu alles goed en wel. De negende markies van Caterham had de grootste eerbied voor de prestaties van de achtste. Henry had zich in al le opzichten werkelijk voorbeeldig gedragen. Maar ze moesten nu niet verwachten, dat hij een imitatie van zijn onvergetelijke voorganger te zien zou geven. Hij voelde er niets voor, om gewillig in de voetstappen van zijn broer te treden en hij voelde er absoluut niets voor, om de „Zeven Schoorstenen" als een soort van na tionaal hotel te laten gebruiken. En niets verveelde hem meer dan politiek of het moesten de politici zijn. Daar om werd hij zo kregel onder het za gen van George Lomax. Georg Lo max de bekende politicus, een man van een jaar of veertig met een em bonpoint, uitpuilende ogen en hoog rode gelaatskleur, en zéér hoge dunk van zijn gewichtigheid. „Je begrijpt toch, waar het om gaat, is het niet, Caterham? We kun nen, we mogen eenvoudigweg geen schandaal riskeren. De toestand is héél precair, héél precair." „Dat is hy altijd," zqi Lord Cater ham gelaten. „Maar beste kere1, ik weet het po sitief, door mijn positie, weet ik zul ke dingen!" „Zeker, zeker,"' zei Lord Caterham. Hii had er al spijt van, dat hij zich tot het prijsgeven van zijn gewone af- weer-tactiek had laten verleiden. „Een faux-pas wat deze Herzo-Slo- wakijse geschiedenis aangaat en we hebben de poppen aan het dansen. Is het absoluut noodzakelijk, dat een Engelse vennootschap die petroleum- concessies krijgt. Dat begrijp je toch zeker wel?" „Zeker, zeker". „Prins Michael Obolovltch komt tegen het einde van de week hier. Onder de mom van een jacht-bijeon- komst kunnen we dus de hele zaak op de „Zeven Schoorstenen" op poteri zetten," betoogde Lomax, wie blijk baar aan de petroleum-concessies in Herzo-S'owakije veel gelegen was. „Ik was van plan om één dezer da gen op reis te gaan," ve»weerde Lord Caterham zich zwakjes. „Onzin waarde Caterham. Wie gaat er nu in October op reis!" „Mijn dokter vindt me niet? zoals ik zijn moet," zei Lord Caterham met een verlangende blik naar een taxi, die langzaam voorbij reed. Hij zou er wat voor gegeven hebben om in die taxi te zitten, maar weg komen kon hij niet, daar Lomax de onplezierige gewoonte had om dege ne met wie hij stond te praten, beet te pakken. In het onderhavige geval had hij zich aan de jaslapel van zijn slachtoffer vastgeklemd. „Maar, mijn waarde heer nu vraag ik je nu vraag ik je in ge- moede op ogenblikken van nationaal gevaar, bij een dreigende crisis..." Lord Caterham begon zich voor zichtig los te wringen. Hij voelde duidelijk, dat hij alles liever zou doen dat hij, liever tien jacht-bijeenkom sten zou houden, dan het rustig te moeten aanhoren, dat Lomax gedeel ten uit zijn eigen speeches ging reci teren. Hij wist bij ondervinden, dat hij dan de eerste twintig minuten nog niet klaar was. „Goed;" zei hij daarom haastig. „Ga je gang maar. Jij zorgt dan wel, dat alles voor elkaar komt, wat?" „Maar mijn waarde heer, er valt niets te zorgen! De Zeven Schoor stenen zijn renommée als historisch bouwwerk daargelaten, is voor dat soort dingen ideaa1! Ik ben Zaterdag en Zondag op de Abbey, geen tien kilometer er vandaan. Het zou in dit geval natuurlijk niet in orde zijn, als ik deel uitmaakte van jullie gezel schap." „Nee, natuurlijk niet," zei Lord Ca terham met overtuiging. In werkelijk heid begreep hij absolput niet, waar om dit niet in orde zou zijn, maar hij was niet bepaald nieuwsgierig naar de reden. „Misschien wil je Bi'l Ev^rsleigh dan ook inviteren. Dat is zo handig als er boodschappen overgebracht moéten worden." 1 „Met het meeste genoegen,1' zei Lord Caterham met eén klein sprank je animo. „Bill is een uitstekend schutter, Bundie heeft een hoge dunk van hem." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1948 | | pagina 7