De middenstand in de knel
Het verlofcentrum te Prapat
Amateur
toneelspel
Eerste Hulp Bij Ongelukken
Defective
ZATERDAG 3 JULI 1948
DE LEIDSE COURAN 1
WIVW» BLAD PAGINA 2
Aan de Opmars ontlenen we het
volgende artikel, dat we graag bren
gen ook onder de aandacht van onze
lezers, die de Opmars -niet mochten
lezen.
Er is ontevredenheid bij vele groe
pen van ons volk.
Als je een vergadering meemaakt
cn als na de ineliding van de spre
ker de gedachtenwisseling komt,
dan is de critiek niet van de lucht.
Meer of minder gefundeerd. In ge
kuiste en piet gekuiste taal. Wen
sen worden geuit die op lichtvaar
digheid berusten, en er zijn harte-
kreten bij van werkelijk in noodver-
kerenden. Bij aPe verscheidenheid
is men het echter hier over eens
(o! contradictie), dat men zélf in de
hoek zit waar de hardste klappen
vallen.
Dit laatste geldt vooral ook voor
de midden standers die men spreekt
in of buiten vergaderingen.
En 't is zo begrijpelijk!
Wanneer ifien alleen kijkt naar
eigen onderneming of eigen bedrijfs
tak en wat is menselijke^ dan
is men geneigd de maatregelen op
het gebied van de belastingen, de
prijspolitiek, de rantsoenering en de
daarmee verband houdende bureau
cratie, die allen een drastische be
perking van winst- en ermoging-
vorming inhouden, niet alleen onbe
grijpelijk te vinden maar aan te zien
als plagerijen van de Overheid, er
ger als een „aanval" vooral op het
klein en middenbedrijf.
Is dat nu geheel redelijk?
Moet men ook bij de beoordeling
van deze maatregelen (waarop, ik
geef dat grif toe, incidenteel gefun
deerde critiek is te leveren) de ach
tergrond van onze zeer moeilijke na
oorlogse nationaal-sociaal-econo-
mische situatie niet in zijn gezichts
veld betrekken?
De vraag stellen is haar beant
woorden.
Bij de bevrijding waren de voor
raden bij Handel en Industrie met
96 t.o.v. 1$40 teruggelopen (lees:
door de bezetters voor de oorlog
voering aangewend) Onze industrië
le apparatuur was voor een groot
gedeelte weggevoerd terwijl het
overgeblevene verouderd was. Daar
door en door psychologische oorza
ken en het teruglopen van'de vak-
awbkeamheid was de arbeidsproduc
tiviteit catastrophaa1 verminderd.
Anderzijds schreewde ons volk om
sedert lange jaren uitgestelde behoef
ten van gebruiks- en verbruiksgoe-
deren.
Ieder zal het er over eens zijn, dat
in deze moeilijke periode de Over
heid moest ingrijpen om uit deze
ontredderde situatie te komen. Had
zij dit niet gedaan, dan waren wij
in alle vrijheid regelrecht af
gestevend naar een economische ont
reddering, een chaos, een ontwaar
ding van het ruilmiddel, waarvan
Frankrijk en Italië ons een voor
beeld geven.
Stakingen, afglijden naar het com
munisme, practische ontwaarding
van vele vermogens.
Zijn er nu bij het zoeken naar op
lossingen van deze grote na-oorlogse
vraagstukken geen fouten gemaakt?
Zeker, ik geef dat grif toe!
Als gij de critiek hebt gevoegd, die
door de organisaties, ook door de
Katholieke, en vooral ook in de
Volksvertegenwoordiging is geleverd
dan zult gij 'begrijpen dat de genees
middelen die de noodgedwongen
harde heelmeester voorschreef om
het zieke lichaam der maatschappij
te genezen, niet altijd instemming
vonden en tengevolge van de critiek
dikwijls zijn verzacht geworden.
Moet die staatsbemoeiing, met al
de daaraan verbonden lasten, nu
maar steeds zo blijven voortduren
zult ge .vragen?
Neen, deze toestand is abnormaal
en moet zo spdedig mogelijk plaats
maken voor de normale, waarin het
bedrijfsleven weer een zo groot mo
gelijke vrijheid geniet.
Het is daarom noodzakelijk:
dat, naarmate de oorzaken van het
ziekteproces minder worend, de Staat
zich moet terug trekken en wel in
e enzodaniig snel tempo, dat de do
sis geneesmiddelen het gezond wor-
d enniet in de weg staan, d.w.z., dat
mogelijk zijn bemoeiingen beëindigt
de „ondeskundige" Staat zo spoedig
HYPOTHEKEN
en voor alle andere zaken
op het gebied van on
roerende goederen
Bouw- en Makelaarsbedrijf
v. cl. Drift
Oude Vest 29 - Leiden
Telef. 20513
en overgeeft aan het bedrijfsleven
zelf (in dit verband zij gewezen op
de urgentie van de publiekrechtelij
ke bedrijfsorganisatie);
dat de knellende banden van een re-
geringspolitiek, wanneer de grond
stoffen positie en productiemogelijk
heden dit maar enigszins toelaten,
gevierd of zo spoedig mogeijk gehea1
losgelaten moeten worden;
dat dit nog meer klemt, omdat hier
door de ambtenarij weer tot zijn
normale proporties kan worden te
ruggebracht, tot voordeel van de
schatkist en van de wederinschake-
ling van deze krachten in het pro
ductie-proces, maar vooral ter ont
lasting van de martelende bureau
cratie, waaronder het bedrijfsleven
zucht.
dat de fiscale politiek van de Over
heid, én wat de hoe-grootheid van
de heffingen, èn wat de termijnen
van invordering betreft, rekening
houdt met de beperkte draagkracht
van het bedrijfsleven, vooral van
het klein- en middenbedrijf;,
dat de Overheid door een verant
woorde subsidie-politiek nieuwe
wegen helpt banen voor de midden
stand, om zich door commercië'e
bundeling en interne rationalisatie
te consolideren, en zo mogelijk te
vergroten en te verbreden:
dat, tenslotte, de Overheid de voor
waarden schept om de vrije organi
satie van de Middenstand, zowel in
vak- als sthndsverband, zich laten
ontwikkelen, opdat zij eep stevige
onderbouw gaan werden voor de ko
mende publiekrechtelijke boven
bouw.
Daarom staat in ons verkiezings
manifest onder punt 12:
„Het beschermen van het particu
liere bedrijfsleven en het doelmatig
versterken van de gezondheid van
de middenstandsbedrijven door bij
zondere zorg
in de organisatie-politiek
in de voorlichtingspolitiek
in de prijspolitiek
in de belasting-politiek".
HOOIJ
Over een weg op Sumatra rijdt een theek met een keur van boeken. In
drie-tonner vol enthousiaste verlof
gangers, die een viertal dagen het juk
der verzuchtingen zoals het solda
tenleven wel schertsend genoemd
wordt mogen afwerpen om zich
onder te dompelen in veriofsgenietfn-
gen en en passant in het zonovergo
ten Tobameer. Lawaai genoeg uit zp'n
verzameling verlofgangers, maar bij
een bocht in de weg wordt het geluid
wat minder uitdagend, want de er
varen chauffeur, die iedere dag dit
traject Station SiantarPrapat rijdt
als hij de „klussies" verlofgangers
gaat ophalen of wegbrengen, grinnikt,
schakelt feilloos terug met een
„snork" tussengas en loodst de wa
gen, die muurvast op de weg ligt, om
de hoek.
„Royem, ik doch dat we in het ma-
jem kieperde" brult een Amsterdam
mer. „He soepier, beetje plan-plan,'
ja?...
De chauffeur, die heué wel de ver
antwoordelijkheid kent met een twin
tig dure levens, in zijn wagen, heeft
de schoonste schik, want na een
„moord-bocht" davert hij op een stei
le rotswand aan en juist, als de jon
gens denken dat zij met een reuze
vaart tegen de granieten bastion zul
len optornen, blijkt daarin een gat
te zijn en brult de wagen al door de
tunnel die iedere verlofganger en be
zoeker van Prapat kent.. Twintig kop
pen bukken zich automatisch. Even
de schaduw en koelte van het inwen
dige van de bergwand, een flits van
venijnige pijpen druipsteen, die als
krissenmaar dan is daar weer
het zonlicht en kande Mokummer
verademend zijn hart luchten: „Nou
jonges dat was< kiele-kiele. Ik doch
dat ie ons effetjes in de puree zou
schuive
Maar dan vraagt de omgeving weer
de aandacht en de jongens, die toch
wel wat gewend zijn, kijken hun
ogen uit op het panorama dat zich ais
een bonte kaleidoscoop voor hun uit
rolt. Daar beneden is de baai, omge
ven door prachtig groen, waartussen
de verlofshuisjes als rode inktspatten
fel opkleuren.
„Prapat, joch", brult er een boven
het lawaai van de motor uit en wijst
naar de; verspreide inktspatten. Een
Rotterdammer vindt zijn Kralinger
plas groter en wil niet erkennen, dat
hij diep onder de indruk is.
Dan zyn allen stil en staren naar
het oord waar zij, na maanden van
dienstdoen, een handvol dagen mo
gen doorbrengen. En iedere bocht'
wordt het Tobameer groter en ont
dekken de reizigers nieuwe bijzonder
heden
Ook de Mokummer wordt stiller en
zegt dan: „Het Tobameer, eh. Lijkt
wel wat op die, Dingeszee, weet je
wel?
Voor het voormalige Prapt-hotel
stopt de wagen. Einde van de reis en
het begin van het verblijf in een su
bliem verlofcentrum. De reizigers
vermoeid van de lange tocht (soms
duurt de reis naar Prapat voor de
mannen, die ver de binnenlanden in-
liggen, bijna een hele dag),, springen
van de wagen en stappen meteen de
ruime cantinezaal in, waar gemakke
lijke stoelen tot rusten noden.
„Niets is goed genoeg voor de ver
lofganger", is hier het devies-. Banjak
tafeltjes met fleurige kleedjes en
als zij tenminste niet te laat op de
dag zijn aangekomen fleurige bloe
men.
Direct al zijn de nieuwaangekome-
nen opgenomen, in de gezellige can-
tine-sfeer want soldaten maken gauw
vrienden en vinden overal vrienden.
De leestafel is ruim voorzien van
allerhande tijdschriften en voor re
genachtige dagen is er een biblio-
een hoek staat de piano en bij elke
groep verlofgangers is wel een knaap,
die een nummer hierop ten beste kan
geven. Wanneer de piano op non-
actief staat of moet „afkoelen" is- daar
de radio, een fonkelnieuwe van het
thuisfront, waardoor wij laatst de
HollandBelgië-wedstrijd steengoed
konden volgen. Gekke gewaarwor
ding anders. In Prapat, bijna ontoe
gankelijk door de gordel van bergrug
gen en messcherpe doloks hoorden
we op hetzelfde ogenblik een duizend
koppige menigte in Rotterdam brul
len en wij, wel, wij brulden even
hard mee. Jhmmer van dat gelijke
spel, maar dat is een ander verhaal
Voor liefhebbers is er verder nog
een ping-pong-tafel, een Russisch bil
jart en dan nog last but least, de
barVoor een beetje centen wordt
een behoorlijke consumptie verstrekt
en met weemoed denk ik aan de kof
fie die er des morgens op vertoon
van de etenskaart gratis werd ver
strekt en de gebakken spiegeleieren
des avonds. „Paling baik", zeide de
jongens. Voor een halve gulden een
snee brood met een spiegelei. Wie
deed je wat? U kunt me geloven als
ik zeg dat er zo'n 200 eitjes per avond
v/orden weggebakken en dat Cor
Haaksma, de cantine-beheerder, eer
der Stoottroeper, soms om negen uur
al „neen" moest verkopen .als er nog
meer animo was voor „satoe portie
adam en eva op een vlot".
„Joveltjes", vond Herman Lely-
veld, eerder hospik van de 35ste
Hupva, thans culinair-artist, die met
zijn glunderend vollemaansgezicht,
beginnend baardje en echte snor de
eitjes stond te bakken: „Vijfduizend
eitjes in de maand, dat is toch geen
kattedrek, wat? Dat wou ik maar ef
fen tj es zeggen".
Terwijl de nieuwaangekomenen uit
puffen in de cantine, en hun pijpie
bier genieten, gaat de commandant
van het troepje net als in een echt
hotel naar de counter om de komst
te melden bij de directie. Geflankeerd
door twee glazen vitrines, waarin
specimen zijn uitgestald van voor
werpen, die de men zich hier kan
aanschaffen, zoals, toiletartikelen,
zonnebrandolie, schrijfpapier, dran
ken, enz. ziten twee $ames als comi
té de réception achtfer een bureau.
Mevrouw de Boer, rustig en altijd
vriendelijk glimlachend door haar
brilleglazen, kent de kneepjes van het
hotelleven, was elders reeds in ver
lofcentra werkzaam en heeft op het
gebied van entertainment internatio
nale ervaringen. Met mej. Wenthold,
ook geen onbekende op het gebied
van de welzijnsverzorging wie kent
haar niet als bezoekster van de hos
pitalen klein en beweeglijk is dit
sympathieke span, dat weerstand kan
bieden aan iedere batterij vragen.
Hier is -de administratie, de biblio
theek, de uitgifte van sportartikelen
en gezelschapsspelen en het inlich
tingenloket. Doodernstig komen er
soms naar de tijd vragen en prompt
wordt op de minuut af, de tijd op
gegeven.
Hier worden dus de gasten 'inge
schreven, terwijl de verdere admi
nistratie in een apart kantoor wordt
gevoerd door Sgt. Maatjes (3-3-R.I.).
Nu ik toch met namen noemen ben
begonnen, moet ik u ook de rest van
de vaste staf voorstellen. De algehele
leiding van het verlofcentrum berust
bij de Sgt.-Maj. W. de Lange, een
man, die per dag een heel stuk werk
weet te verzetten en deze „fabriek"
van de grond af heeft opgebouwd.
Zijn streven is er uitsluitend op
gericht, om het de jongens naar de
zin te maken en hen enkele dagen
uit de militaire sfeer te kunnèn ha
len. Zijn wens, dat de jongens' hier
enkele dagen geheel „burger" kunnen
zijn, zal wel nimmer in vervulling
gaan, want militaire discipline, orde
en regelmaat moeten er zijn, ook al
is de man met verlofGedurende
de' afwezigheid van Maj. de Lange,
was Sgt. Toonen (4-2 R.I.) een uit
muntend leider. Rustig wist deze
sympathieke kerel alle moeilijkheden
te boven te komen en, ik beloof het
u, het wordt de leiding van een ver
lofcentrum niet altijd even gemakke
lijk gemaakt. Ik herinner me nog de
avond van mijn aankomst toen een
bepaald onderdeel een veel te grote
groep verlofgangers naar Prapat
stuurde en alles allang volgeboekt
was. Uit zijn grote tabakspijp, een
soort saxaphoon, stoomden grote
rookwolken enhij kwam met een
idee„Jongens terugsturen, dat
n o o i t", zei deze sergeant. De jon
gens bleven, maar dat een half uur
het zwaard van Damocles boven hun
hoofden had gezweefd, hebben zij
nimmer geweten. Nu is hij, meen ik,
ergens Welfare-officier. Sgt. Wijnho
ven (Stoottroeper) een oud-gediende
bij Wimpie Welfare, zorgt voor de
verfraaiing van het centrum en is
iedere dag met zijn werkers op stap.
Er is heel wat te doen om dit grote
complex in orde te houden en soms
vergeet hij zijn eten erbij. Overigens
komt hij niets te kort en als het werk
gedaan is gaat hij voor zichzelf zor
gen. Dick Thomas (M.L.) voelt zich
in de keuken meer thuis dan in een
verkenningstoestel en weet, tezamen
met Herman Lelyveld. den verlofgan
ger iedere dag een vette hap voor
te zetten waar je „U" tegen zegt Lou
Nooy (HupVa) is een volijverige fou-
ragemeester en facteur en rijdt iedere
dag het moeilijk traject Prapat
Siantar visa versa om het verlofcen
trum van het nodige te voorzien er
tezamen vormen zij een staf die zich
van vroeg tot laat inspant voor de
verlofgangers.
Zijn de formaliteiten aan de coun
ter verricht, dan zoeken de jongens
Kath. Werkverband opgericht
In verband met het pas gehouden
congres van de Ned. Amateur-to
neelunie hebben wij de stichting van
het Werkverband Katholiek Ama
teurtoneel aangekondigd. Tijdens een
onderhoud, dat onze redactie dezer
dagen had met de organisatoren,
ontvingen wij de mededeling, dat na
de bemoeiingen van de heer E. van
Eyndhoven te Tilburg alle onder
Brabantia nostra staande gezel
schappen collectief zullen aanslui
ten en dat met name de heer Holle
wijn te Maastricht eenzelfde algeme
ne overgang heeft voorbereid. Wat
het bisdom Haarlem betreft: de heer
Th. Loerakker te Haarlem spant zich
voor deze zaak bijzonder in.
Men mene niet, dat het katholieke
Verband met de Natu in onmin zou
moeten leven. Daarvoor zijn de ka
tholieken in deze neutrale organi
satie te zeer gerespecteerd. Trou
wens, men zal, althans in de top en
in technische aangelegenheden, sa
menwerken. Doch men zal het bil
lijken. dat een eigen organisatie
voor het amateurtoneel tot zo hoog
mogelijke ontwikkeling moet ko
men, wil men het toneel, d.at voort
komt uit de katholieke beginselen,
zo goed mogelijk dienen. Dat was
een uitdrukkelijke wens van het
hoogwaardig Episcopaat, die men
algemeen zal erkennen.
Er zijn zeker drieduizend katho
lieke toneelgroepen in ons land, die
alle op de hoogte zijn gebracht van
de werkwijze van het nieuwe Werk
verband en die zo juist een folder
hebben ontvangen, waarop het hou
den van een toneel-festival op 17 en
18 Juli te Utrecht is aangekondigd.
Belangrijke sprekers, bijv. Anton v.
Duinkerken, zullen er het woord
hun eigen bungalow op om hun ba-
rang op te bergen en eens te neuzen
waar ze terecht gekomen zijn. Ieder
onderdeel heeft zijn eigen bungalow
en zo zijn er bungalows voor officie
ren, onder-officieren, voor dames
(verpleegsters) en voor de „loslopen
de" onderdelen zijn er de 14 hotelka
mers. De verblijfkosten zijn niet hoog
gesteld. Korporaals en manschappen
betalen 0.50 per dag. onder-officie-
ren (niet bij de troep gelegerd ƒ0.75
en officieren 1.50 per dag.
Op 1 Mei 1947 werd dit verlof-cen
trum officieel erkend en van 11 Maart
1948 af hebben ongeveer 10.000 ver
lofgangers hiervan al gebruik ge
maakt.
Wanneer de jongens hun tampat
hebben bekeken en goed bevonden,
trekken zij meteen hun zwembroek
aan of amuseren zich op andere ma
nier, b.v. tennissen, badminton, vol
leyen, wandelen of roeien, want zij
zijn al ingeburgerd. Een soldaat voelt
zich gauw thuis en zeker in Prapa.
Snel, al te snel vliegen de dagen
hier om en dan is daar weer die drie
tonner, die de man met zijn barang
meeneemt naar het station Siantar.
Wederom vraagt dedienst de aan
dacht, maar Prapat wordt niet ver
geten.
Het waren onvergetelijke dagen
Er zijn veel jongelui tus
sen 10 en 80 jaar, die dol
zijn op avonturenverhalen
over oerwouden, onbereis
de streken, en met warme
oren lezen ze over de ge
varen van de jungle. Ze
vergeten,, dat de jungle in
het algemeen een zeer
rustige en veilige plek is,
vergeleken met de moder
ne, beschaafde maatschap
pij. De weg door het oer
woud is veiliger dan de
mod°rne straat, een veld
slag tussen bosjesmannen
is weinig gevaarlijker dan
een hedendaagse werk
plaats. Hoe dit verbeterd
kan worden is een vraag
stuk op zich, waar we het
nu niet over hebben.
Van jaar tot jaar stijgen de
bedrijfsongevallen, en de
verkeersongevallen nemen
hand over hand toe. In
1947 bedroeg het aangege
ven aantal bedrijfsongeval-
gevallen deden hun duit in
het zakje met 39285 slacht
offers; men kan gerust
aannemen, dat tussen
400.000 en 500.000 mensen
in Nederland per jaar een
slachtoffer worden van on
ze zo veilige moderne sa
menleving. En nu is het
waar, dat niet al die on
gevallen ernstig zijn, dat
gelukkig maar een klein
percentage een dodelijke
afloop heeft (van de ver
keersongevallen ongeveer
2 1/4 maar dat neemt
niet weg, dat al deze ge
vallen eerste hulp nodig
hebben, al is die nog zo
eenvoudig- of gering. Ze
kan variëren van een pleis
tertje op een sneed je in dë
vinger, tot het bergen van
een geval van schedel
breuk toe. Maar hoe een
voudig of hoe ingewikkeld
die E.H.B.O. ook zijn moge,
ze moet voldoen aan twee
eisen. Ze moet deskundig
gelijk worden verleend.
Deskundige hulp vraagt
vorming, opleiding, en die
opleiding kan alleen wor
den verkregen door het
volgen van een regelmati
ge cursus voor E.H.B.O.,
die worden gegeven door
den de uitstekende cursus
sen gevolgd. En dat is zo
jammer, omdat
meest sportieve vorm van
naastenliefde is.
Dat er speciale R.K. ver
enigingen op dit gebied
zijn, aangesloten bij de Na-
de goede zorgen der plaat- tionale Federatie het Wit
selijke verenigingen voor Gele Kruis, is geen secre-
E.H.B.O.
len 341163, de verkeerson- zijn, en ze moet zo snel mo
Snelle hulp betekent, dat,
bij een of ander ongeval,
een deskundige helper niet
ver uit de buurt is; met an
dere woorden; dat er veel,
heel veel mensen zijn, die
inderdaad, op grond van
hun opleiding in staat zijn
eerste hulp aan te bieden.
De propaganda voor de
E.H.B.O., ook in katholieke
kringen, heeft nog niet die
resultaten opgeleverd, die
men zou moeten wensen.
Nog te weinig mensen zijn
lid, en enthousiast lid van
de R.K. E.H.B.O.-vereni-
gingen. Nog te weinig wor-
tarisme.
Juist in de ernstige onge
vallen zal de E.H.B.O.-er
van katholieken huize nog
andere hulp moeten verle
nen, dan die uit zijn ver-
bandtromirH komt. En de
ze hulp te verzorgen, hel
per te zijn van de priester
vraagt een opleiding in
Katholieken geest.
Heel wat jongelui, jongens
en meisjes, zullen van het
E.H.B.O. werk waarlijk ge
nieten, want het is boeiend,
onderhoudend werk, maar
bovenal: een practische en
prachtige vorm van naas
tenliefde.
voeren en enkele goede toneelwer
ken van grote auteurs komen op de
planken.
Doch het voorlopig dagelijks be
stuur, waarvan Karei ten Hoope uit
Amsterdam voorzitter is, Albert
Welling te Utrecht secretaris en
Jan Muller te Loosdrecht penning
meester, heeft ook verdere plannen.
Er komt nog deze maand een regie
cursus, met Anton Sweers, Kees
Spierings en Henk Schaar als docen
ten, tijdens de regeringsfeesten in
allerlei steden actie door middel van
het wagenspel „De dood speelt mee"
verder in October een tiental regie-
en spelersweekends, de uitgave op
korte termijn van het toneelblad „De
nieuwe Spoel", onder dezelfde naam
een bibliotheek en adviesbureau en
straks een serie cursussen voor be
stuurders van cluhs.
Er bestaat bovendien een streven
naar wisselwerking tussen amateurs-
en beroepstoneel, naar inschakeling
van de Jeugd-standsorganisaties en
naar samenwerking met de Vla
mingen.
Wij stellen ons voor, dat dit nieuwe
Verband door de katholieke clubs en
door lekenspelers gretig zal worden
aangegrepenv. O.
Is Uw Radio defect?
BEL 24244
De Radio-Technische Dienst
I.E.M.C.O. H.Y., Nieuwe Rijn 32
repareert vlug. betrouwbaar en vak
kundig
Aetherklanken
ZONDAG.
HILVERSUM I (301 M.)
8.00 Nieuws; 8.15 Werken voor
strijkorkest; 9.00 Nieuws; 9.45 Klas
sieke muziek; 9.55 Inleiding Hoogmis;
10.00 Hoogmis vanuit de parochiekerk
van de H. Willibrord te Amsterdam;
11.30 KRO-trio; 12.03 NBC Sympho-
nieorkest; 12.15 Apologie; 12.35
Lunchconcert door Het Orkest Zonder
Naam; 12.55 Zonnewijzer; 13.00
Nieuws; 13.20 Vervolg Orkest Zon
der Naam; 14.00 Het Omroepka-
merorkest;. 15.10 Harmonie „Wils
kracht"; J5.30 Rector J. Th. Kraak
man over de waardige zomerviering;
15.40 Muzikale tombola; 16.10 Repor
tage Ned. Baankampioenschappen;
16.25 Vespers; 18.30 Progr. Ned.
Strijdkrachten; 10.45 Gram.muziek;
19.50 In het boeckhuijs; 20.05 De ge
wone man; 20.30 Grote verwachtin
gen, hoorspel naar de gelijknamige
roman van Charles Dickens; 21.20
Klein Orkest; 22.05 R.K. Hilversums
Gemengdkoor; 22.37" Actualiteiten;
23.15 Radio Phil. Orkest.
HILVERSUM II (415 M.)
8.00 Nieuws; 8.18 Ballet muziek;
8.30 Voor het platteland; 9.15 Men
vraagt.... wij draaien; 12.05 Waltz-
time in Holland; 12.40 Dameskoor;
13.00 Nieuws; 13.15 Les gars de Pa
ris; 14.00 Omroep-orkest o.I.-v. Hugo
de Groot; 14.30 Boekenhalfuur; Ver
volg omroeporkest; 15.30 Filmpraatje
door L. J. Jordaan; 15.45 Pierre Palla;
16.00 The Romancers; 16.45 Sport
flitsen: 17.30 Muziekver. De Pionier;
17.45 Wielrenkampioenschappen; 18.00
Nieuws; 18.30 Metropole orkest; 19.30
Stradiva Sextet; 20.00 Nieuws; 20.15
Feestconcert, verzorgd door Concert
gebouworkest; 23.00 Nieuws; 23.15
The Skymasters; 23.45 Overpeinzin
gen bij het slapen gaan.
MAANDAG.
HILVERSUM I (301 M.)
7.00 Nieuws; 7.15 Ochtend gymn.;
7.30 Reveille; 8.00 Nieuws; 9.15 Och
tend bezoek bij jonge zieken; 10.00
Werken van Bach; 11.15 Van oude en
nieuwe schrijvers; 12.00 Zigeuneror
kest; 12.33 Populaire orgelbespeling;
13.00 Nieuws; 13.15 Mandolinatd;
14.35 Middagconc.; 15.05 Cello reci
tal; 15.30 Oude Nederl. muziek; 16.45
Concertgebouw Koperkwintet: 17.00
Kleuterklokje; 18.15 Sport; 18.30 Ned.
Strijdkrachten; 19.00 Nieuws; 19.15
Boekbespreking; 20.00 Nieuws; 20.15
Collegium Musicum Amstelodamense;
21.20 De Varianten; 22.15 Met band
en plaat23.00 Nieuws; 23.15
Avondklanken23.40 Liverpool Philh.
orkest.
HILVERSUM II (415 M.)
7.00 Nieuws; 7.15 Band of H. M.
Goldstream Guards; 8.00 Nieuws;
8.15 Vreugdevolle klanken; 8.45 Frag
menten uit „Een Midzomernachts
droom"; 9.35 Arbeidsvitaminen; 12.38
Gerard van Krevelen; 12.33 In het
spionnetje; 13.00 Nieuws; 13.15 Vau
deville Strijorkest; 14.20 Solistencon
cert; 15.00 Kleinkunstbonbons; 20.00
Nieuws; 20.15 Utrechts Sted. Orkest;
22.10 Olymp. spelen; 23.00 Nieuws;
23.15 Skymasters.
TEGEN WIL EN DANK
DOOR PERCY KING
1)
Toen 't bankiershuis Nielsen en
Co te Hernosand zijn betaling had ge
staakt en de beide firmanten wegens
bedrieglijke bankbreuk achter slot
en grendel waren gezet, prees August
Söderman zich g^ukkig, dat hij
slechts een matig bezoldigde baan,
nie de gulden vrijheid kwijt was.
Met het optimisme, een kerngezonde
jongeman van vier-en-twintig eigen,
beschouwde hij het als een uitge
maakte zaak, dat hij wel weer gauw
aan de slag zou gaan. Zijn kijk op -t
leven was zó zonnig, dat hij zelfs 't
besluit nam, van zijn gaven nooit
meer een bankiershuis te doen pro
fiteren, wijl de bodem, waarop som
mige van deze pompeuze gebouwen
plagen te worden opgetrokken, hem
allesbehalve solide leek. De ge'egen-
heid deed zich tevens voor, iets meer
van de wereld te bekijken, al beperk
te deze wereld zich in August Sö-
derman's ogen tot Zweden. Herno
sand, waar hij was geboren en geto
gen, bood iemand te ongunstige kan
sen om vooruit te komen. De sleutel
tot aanzien en rijkdom lag in Stock
holm. Daar waren rederijen en han
delskantoren, die v wat graag een
plaats zouden inruimen aan een am
bitieus jongmens, dat in de moderne
talen even vlot correspondeerde a^s
hij ze sprak.
Zonder twijfel zou August Söder-
mait's optimisme heel wat minder
groot zijn geweest, zo hij kranten
had gelezen. Het kon toch wel niet
anders, of ook „Hernosands Tidnin-
gen" moest nu en dan een somber
relaas hebben opgehangen van de
werkloosheid die in Zweden angst
wekkende afmetingen aannam en
waarvan vooral de hoofdstad Stock
holm haar deel kreeg. Söderman be
steedde zijn vrije tijd echter aan
studeren, sportbeoefening en het ver
slinden van detectiveromans. Al blok
kend, boksend en gnuivend over hef
onfortuin van de sluwste misdadi
gers ging de werkelijkheid aan hem
voorbij. Die leerde August eerst in
Stockholm, dat hij zich als 'n eldorado
had voorgesteld, kennen. Niet één
patroon bleek men een nieuwe kracht
verlegen te zitten, integendeel. Ove
ral waar hij aanklopte, kreeg hij het
zelfde bescheid: men hield zich wel
bezig met ontslag van personeel, niet
met aanstelling. Zodra de econo
mische omstandigheden gunstiger
waren geworden, moest hij maar
weer eens aankomen. Toen hem dit
een half dozijn keer was meegedeeld,
besloot hij in het vervolg steeds be
langstellend te informeren, wanneer
men dacht, dat dit heugelijke tijdstip
zou aanbreken. De antwoorden va
rieerden tussen „over tien jaar" en
„nooit". Zelfs een matige jongeman,
die weinig rookte en niet dronk,
kwam met honderdtweeëntwintig
kronen geen ti en jaar oe, en dit was
nog wel de korst aangenomen termijn
Hij had op de trein naar Hernosand
kunnen stappen en daar zyn geluk
kunnen beproeven, allicht met gabter
kans op succes, omdat hij er bekend
was en er, als het hem in de beginne
tegenliep, toch voedsel en een dak
boven zijn hoofd zou hebben. Maar
August wilde van geen smada^ke
terugtocht weten. Bij het afscheid
van vader, moeder, broers en zusters
had hij fier verklaard, dat hij naar
Stockholm ging om er een positie
te vinden, die zijn bekwaamheden
recht zou doen wedervaren; hij ver
tikte het, met hangende pootjes in
Hernosand terug te keren, tenzij het
uiterste was beproefd en hij zich ge
wonnen moest geven. De hoop, op
een handels of rederij kantoor te zul
len slagen, had August reeds lang
laten varen; zijn aspiraties waren
van heel wat bescheidener aard ge
worden en hij was bereid elke baan
te aanvaarden, die hem 't hoognodige
zou verschaffen om lijf en ziel bij
een te houden. Zelfs deze minimum
eisen schenen niet voor inwilliging
vatbaar te zijn. Toen hij nog precies
veertien kronen zijn rechmatig eigen
dom kon noemen 't bedrag voor
een enkele reis derde naar Hernosand
hield hij zorgvuldig apart las hij
in de dagbladen, die hij geregeld in
een openbare leeszaal raadpleegde,
«en advertentie, waarin sollicitanten
werden opgeroepen voor de betrek
king van naehtklerk in hotel „Sint
Olaf"; grondige kennis van de mo
derne ta^n strekte tot aanbeveling.
August Söderman, die vergeefs had
gedongen naar functies van gids bij
een reisbureau bioscoop-portier en
kellner in een volkszaak, was onder
de vele tegenslagen dusdanig in de
put geraakt, dat hij een positie als
nachtklerk in een hotel een onbereik
baar ideaal achtte. Het draaide toch
op niets uit, naar 't „Sint Olaf" te
gaan en zich aan te bieden. Hij re
kende uit hoeveel maal hij voor
veertien kronen in een gaarkeuken
de maag kon vulen en in een volks
logement onderdak voor de nacht
vinden. Dan restte hem rJechts de
zware reis naar Hernosand. Niet als
de verloren zoon zou hij worden
ontvangen, neen, als de opschepper,
die de kous op de kop had gekregen.
Zijn broers en zusters zouden hem
uitlachen en indien het lang duurde,
eer hij een betrekking vond, hem ver
wijten, dat hij een oude vader, die
zelf hard moest ploeteren om zijn
kostje op te halen, tot overlast was.
Het bloed stroomde August naar het
hoofd. Weer las hij de advertentie in
„Stockholms Aftonbladet', weer
schuddp hij mismoedig 't hoofd: niet
voor hem weggelegd. Boven zijn
neerslachtigheid rees echter de ge
dachte uit mag ik het uiterste onbe
proefd latèn, voor ik genoodzaakt
ben de Canossagang naar Hernosand
te ondernemen? Hij nam zijn besluit:
met dichte ogen wees hij een regel
uit 't hoofdartikel van de krant aan,,
om daarvan de letters te ellen. Was
het aantal even, dan zou hij-een po
ging wagen, anders niet. De telling
gaf tot resultaat zesenveertig letiers.
Söderman verliet de leeszaal en wan
delde naar 't „Sint Olaf". Het won
der gebeurde na een vluchtig
examen werd hij aangenomen.
Hij was er nu zes weken. Zijn
dienst begon cm middernacht, maar
de instructies luidden, dat hij om
kwart voor twaalf aanwezig behoor
de te zijn ten einde het werk over
te nemen van de collega, die van
vier uur des middags in functie was
geweest, en op de hoogte worden
gesteld van de lopende zaken. Tegen
die collega, Lars Folraer, had hij
reeds van de eerste dag af een he
vige antipahtie opgevat en hij kon
niet anders zeggen, of de vijandige
gezindheid was wederzijds. De tele
foniste, Stine Tidvall, ging eveneens
om middernacht naar huis en Söder-
man's werkzaamheden bepaalden zich
tot het inschrijven van late gasten
en het bedien van de t^efoon. Zyn
enig gezelschap gedurende de lange
nachtwake was de zeventienjarige
Matts Holm, die de gasten met de lift
naar hun verdieping bracht; een ge
zelschap waaraan Söderman weinig
had, want Matts moest in de morgen
uren zyn vader behulpzaam zijn bij
het rondbrengen van melk en placht
daarvoor gedurende de nachtdienst
de benodigde krachten op te doen.
Söderman's salaris bedroeg twin
tig kronen in de week. Volgens de
gérant van 't „Sint Olaf', Otto Elm-
blad kwam het in werkelijkheid op
aanmerkelijk méér neer, want de
nachtklerk had beschikking over een
op de bovenste verdieping ge'egen
kamer en alles wat hij in het hotel
gebruikte, verkreeg hij tegen in
koopsprijs.
("Wordt vervolgd)